This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013PC0609
Proposal for a COUNCIL IMPLEMENTING DECISION authorising the Italian Republic to continue to apply a special measure derogating from Article 285 of Directive 2006/112/EC on the common system of value added tax
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Italiaanse Republiek wordt gemachtigd een bijzondere maatregel te blijven toepassen die afwijkt van artikel 285 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Italiaanse Republiek wordt gemachtigd een bijzondere maatregel te blijven toepassen die afwijkt van artikel 285 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde
/* COM/2013/0609 final - 2013/0299 (NLE) */
Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Italiaanse Republiek wordt gemachtigd een bijzondere maatregel te blijven toepassen die afwijkt van artikel 285 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde /* COM/2013/0609 final - 2013/0299 (NLE) */
TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL Overeenkomstig artikel 395, lid 1, van
Richtlijn 2006/112/EG van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke
stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (hierna "de
btw-richtlijn" genoemd) kan de Raad op voorstel van de Commissie met
eenparigheid van stemmen elke lidstaat machtigen bijzondere, van de bepalingen
van deze richtlijn afwijkende maatregelen te treffen, teneinde de
belastinginning te vereenvoudigen of bepaalde vormen van belastingfraude of
-ontwijking te voorkomen. Bij brief, ingekomen bij de Commissie op 8
april 2013, heeft de Italiaanse Republiek verzocht om belastingplichtigen met
een jaaromzet die een bepaald plafond niet overstijgt, van de btw te mogen
blijven vrijstellen en dit plafond te verhogen van 30 000 EUR tot 65 000
EUR. Overeenkomstig artikel 395, lid 2, van de btw-richtlijn heeft de Commissie
de overige lidstaten bij brief van 10 juni 2013 van het verzoek van de
Italiaanse Republiek in kennis gesteld. Bij brief van 14 juni 2013 heeft de
Commissie de Italiaanse Republiek meegedeeld dat zij over alle gegevens
beschikte die zij nodig achtte voor de beoordeling van het verzoek. Algemene context Overeenkomstig hoofdstuk 1 van titel XII van
de btw-richtlijn kunnen de lidstaten een bijzondere regeling voor kleine
ondernemingen toepassen, waarbij zij onder meer de mogelijkheid hebben om
belastingplichtigen van wie de jaaromzet onder een bepaald plafond blijft, van
de btw vrij te stellen. Deze vrijstelling houdt in dat de belastingplichtige
geen btw in rekening hoeft te brengen over zijn prestaties, maar bijgevolg ook
geen voorbelasting kan aftrekken. Deze maatregel werd oorspronkelijk ingevoerd
in overeenstemming met de bepalingen van artikel 14 van Richtlijn 67/228/EEG[1] van de Raad. De lidstaten die
evenwel geen gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid waarin dit artikel
voorzag, konden nadien, overeenkomstig artikel 24, lid 2, onder b), van
Richtlijn 77/388/EG, thans herschikt tot artikel 285, eerste alinea, van de
btw-richtlijn, slechts vrijstelling van btw toekennen aan belastingplichtigen
met een jaaromzet van niet meer dan 5 000 EUR. De Italiaanse Republiek
heeft geen gebruik gemaakt van de in artikel 14 van Richtlijn 67/228/EEG
van de Raad geboden mogelijkheid. Omdat het land redelijk veel
belastingplichtigen met een zeer lage jaaromzet telde, heeft de Italiaanse
Republiek in 2007 om een derogatie verzocht waarbij belastingplichtigen met een
jaaromzet van niet hoger dan 30 000 EUR van de btw worden vrijgesteld,
teneinde de btw-verplichtingen voor kleine ondernemingen te vereenvoudigen en
de inning van de btw door de nationale belastingdienst te vergemakkelijken. De
machtiging voor deze derogatie werd verleend bij Beschikking 2008/737/EG[2] van de Raad tot 31 december 2010
en nadien verlengd bij Besluit 2010/688/EU[3]
van de Raad tot 31 december 2013. De Italiaanse Republiek verzoekt nu opnieuw
om verlenging van deze maatregel, die facultatief is voor belastingplichtigen,
tot 31 december 2016. De Italiaanse Republiek verzoekt ook om een verhoging van
het plafond van de jaaromzet tot 65 000 EUR. Met die verhoging wil Italië
ervoor zorgen dat meer midden- en kleinbedrijven gebruik kunnen maken van de
maatregel. Dit is in overeenstemming met de
doelstellingen van de mededeling van de Commissie "Denk eerst
klein" Een "Small Business Act" voor Europa (COM(2008) 394
van 25 juni 2008), waarin de lidstaten worden opgeroepen om bij de opstelling
van wetgeving rekening te houden met de bijzondere kenmerken van midden- en
kleinbedrijven en het bestaande regelgevingskader te vereenvoudigen. Tot slot zijn er tot dusver geen problemen
geconstateerd bij de uitvoering van de maatregel noch bij het toezicht op de
bedrijven die eronder vallen. De Commissie heeft in haar richtlijnvoorstel
ter vereenvoudiging van de btw-verplichtingen van 29 oktober 2004 (COM(2004) 728
definitief)[4]
bepalingen opgenomen op grond waarvan de lidstaten vrijstelling van de btw
zouden kunnen verlenen aan belastingplichtigen met een jaaromzet van niet meer
dan 100 000 EUR, met de mogelijkheid om dit plafond jaarlijks te
herzien. Tot dusver heeft de Raad evenwel nog geen overeenstemming over dit
voorstel bereikt. Uit door de Italiaanse Republiek verstrekte
gegevens blijkt dat de maatregel geen noemenswaardige invloed zal hebben op de
belastingopbrengst in het stadium van het eindverbruik. Daarom wordt voorgesteld de derogatie te
verlengen tot 13 december 2016 of, indien deze vroeger valt, de datum van
inwerkingtreding van een richtlijn waarin een plafond wordt vastgesteld voor de
jaaromzet waaronder een belastingplichtige van de btw kan worden vrijgesteld,
en om het plafond te verhogen tot 65 000 EUR. Bestaande bepalingen op het door het
voorstel bestreken gebied In 2004 heeft de Commissie voorgesteld (COM(2004) 728 definitief)[5] om onder meer het plafond voor
de jaaromzet dat de lidstaten kunnen hanteren om belastingplichtigen van de btw
vrij te stellen, te verhogen tot 100 000 EUR. Dit voorstel ligt nog altijd
ter discussie bij de Raad. De Commissie is van mening dat het op de
middellange termijn aangewezen zou zijn om dit voorstel aan te nemen, veeleer
dan telkenmale gebruik te maken van afzonderlijke derogaties. Zij roept de Raad
daarom op de onderhandelingen over dit voorstel te hervatten. Samenhang met andere beleidsgebieden en
doelstellingen van de Unie De maatregel is in overeenstemming met de
EU-doelstellingen voor kleine bedrijven zoals die zijn uiteengezet in de
mededeling van de Commissie "Denk eerst klein" Een "Small
Business Act" voor Europa (COM(2008) 394 van 25 juni 2008). 2. RESULTATEN VAN DE
RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING Raadpleging van belanghebbende partijen Niet relevant. Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid Er behoefde geen beroep te worden gedaan op
externe deskundigheid. Effectbeoordeling Het besluit strekt tot verlenging van een
vereenvoudigingsmaatregel die ondernemingen met een jaaromzet onder een bepaald
plafond van vele btw-verplichtingen ontheft, en tot verhoging van dat plafond
van 30 000 EUR tot 65 000 EUR. Gelet op de beperkte werkingssfeer en
toepassingduur van de derogatie zal het effect in ieder geval beperkt zijn. 3. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET
VOORSTEL Samenvatting van de voorgestelde maatregel Machtiging van de Italiaanse Republiek tot
toepassing van een maatregel die afwijkt van Richtlijn 2006/112/EG,
waarbij een vereenvoudigingsmaatregel wordt verlengd voor ondernemingen met een
jaaromzet onder een bepaald plafond, en tot verhoging van dat plafond tot 65 000
EUR. Rechtsgrondslag Artikel 395 van de btw-richtlijn. 4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING Het voorstel heeft geen gevolgen voor de
EU-begroting omdat Italië een compensatieberekening zal verrichten
overeenkomstig artikel 6 van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de
Raad[6]. 5. AANVULLENDE INFORMATIE Het voorstel bevat een vervalbepaling. 2013/0299 (NLE) Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD waarbij de Italiaanse Republiek wordt
gemachtigd een bijzondere maatregel te blijven toepassen die afwijkt van
artikel 285 van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke
stelsel van belasting over de toegevoegde waarde DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, Gezien Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28
november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de
toegevoegde waarde[7],
en met name artikel 395, lid 1, Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Bij brief, ingekomen bij de
Commissie op 8 april 2013, heeft Italië verzocht om machtiging voor een
maatregel die afwijkt van artikel 285 van Richtlijn 2006/112/EG, teneinde
belastingplichtigen met een jaaromzet die een bepaald plafond niet overstijgt,
van de btw te mogen blijven vrijstellen en dit plafond te verhogen van 30 000
EUR tot 65 000 EUR. Hierdoor zullen deze belastingplichtigen van sommige
of alle in de hoofdstukken 2 tot en met 6 van titel XI van Richtlijn 2006/112/EG
vastgestelde btw-verplichtingen ontheven blijven. (2) Bij brief van 10 juni 2013
heeft de Commissie de overige lidstaten van het verzoek van Italië in kennis
gesteld. Bij brief van 14 juni 2013 heeft de Commissie Italië meegedeeld dat
zij over alle gegevens beschikte die zij nodig achtte voor de beoordeling van
het verzoek. (3) Krachtens titel XII van
Richtlijn 2006/112/EG mogen de lidstaten al een bijzondere regeling voor kleine
ondernemingen toepassen. De verlengde maatregel wijkt slechts af van artikel 285
van die richtlijn, wat de toepassing ervan op Italië betreft, in zoverre dat
het plafond voor de jaaromzet van de bijzondere regeling hoger is dan het
drempelbedrag van 5 000 EUR. (4) Bij Beschikking 2008/737/EG
van de Raad van 15 september 2008[8]
werd Italië gemachtigd om - bij wijze van uitzondering - belastingplichtigen
met een jaaromzet van niet meer dan 30 000 EUR tot 31 december 2010
van de btw vrij te stellen. Bij Besluit 2010/688/EU[9] van de Raad is deze derogatie
vervolgens verlengd tot 31 december 2013. Aangezien dit plafond de
btw-verplichtingen voor kleinere bedrijven heeft verlicht, dient Italië te
worden gemachtigd de maatregel gedurende een nieuwe beperkte periode toe te
passen en het plafond te verhogen tot 65 000 EUR. Belastingplichtigen
behouden de mogelijkheid om voor het normale btw-stelsel te kiezen. (5) Teneinde meer midden- en
kleinbedrijven in staat te stellen de maatregel toe te passen – in
overeenstemming met de doelstellingen van de mededeling van de Commissie
"Denk eerst klein" Een "Small Business Act" voor Europa
(COM(2008) 394 van 25 juni 2008) -, dient Italië te worden gemachtigd
het plafond van de jaaromzet waaronder bepaalde belastingplichtigen van de btw
kunnen worden vrijgesteld, te verhogen van 30 000 EUR tot 65 000 EUR. (6) De Commissie heeft in haar
voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG
met het oog op de vereenvoudiging van de btw-verplichtingen van 29 oktober 2004[10] bepalingen opgenomen die de
lidstaten de mogelijkheid moesten bieden om het plafond voor de jaaromzet
waaronder btw-vrijstelling kan worden verleend, vast te stellen op een
jaarlijks herzienbaar bedrag van maximaal 100 000 EUR of de tegenwaarde
daarvan in de nationale munteenheid. Het door Italië ingediende verzoek om
verlenging is verenigbaar met dat voorstel, waarover de Raad tot dusver nog
geen overeenstemming heeft kunnen bereiken. (7) Uit door Italië verstrekte
gegevens blijkt dat het verhoogde plafond geen noemenswaardige invloed zal
hebben op de totale belastingopbrengst in het stadium van het eindverbruik. (8) De derogatie heeft geen
gevolgen voor de eigen middelen van de Unie uit de btw, HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD: Artikel 1 In afwijking van artikel 285 van Richtlijn 2006/112/EG
wordt Italië gemachtigd om belastingplichtigen met een jaaromzet van niet meer
dan 65 000 EUR van de btw vrij te stellen. Italië mag dit plafond verhogen om de reële
waarde van de vrijstelling te handhaven. Artikel 2 Dit besluit wordt van kracht op de dag van
kennisgeving ervan. Dit besluit is van toepassing vanaf 1 januari 2014
tot en met de datum van inwerkingtreding van een richtlijn houdende wijziging
van de plafonds voor de jaaromzet waaronder belastingplichtigen in aanmerking
kunnen komen voor een vrijstelling van de btw, of tot en met 31 december 2016,
indien deze datum eerder valt. Artikel 3 Dit besluit is
gericht tot de Italiaanse Republiek. Gedaan te Brussel, Voor
de Raad De
voorzitter [1] PB 71 van 14.4.1967, blz. 1303-1312. [2] PB L 249 van 18.9.2008, blz. 13-14. [3] PB L 294 van 12.11.2010, blz. 12-13. [4] PB C 24 van 29.1.2005, blz. 10. [5] http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=COM:2004:0728:FIN:NL:PDF. [6] PB L 155 van 7.6.1989, blz. 9-13. [7] PB L 347 van 11.12.2006, blz. 1. [8] PB L 249 van 18.9.2008, blz. 13-14. [9] PB L 294 van 12.11.2010, blz. 12-13. [10] COM(2004) 728 definitief (PB C 24
van 29.1.2005, blz. 10).