This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013PC0185
Proposal for a REGULATION OF THE EUROPEAN PARLIAMENT AND OF THE COUNCIL repealing Council Regulation (EC) No 827/2004 prohibiting imports of Atlantic bigeye tuna (Thunnus obesus) originating in Bolivia, Cambodia, Equatorial Guinea, Georgia and Sierra Leone and repealing Regulation (EC) No 1036/2001
Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG) nr. 827/2004 van de Raad houdende een verbod op de invoer van grootoogtonijn (Thunnus obesus) van oorsprong uit Bolivia, Cambodja, Equatoriaal-Guinea, Georgië en Sierra Leone en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1036/2001
Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG) nr. 827/2004 van de Raad houdende een verbod op de invoer van grootoogtonijn (Thunnus obesus) van oorsprong uit Bolivia, Cambodja, Equatoriaal-Guinea, Georgië en Sierra Leone en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1036/2001
/* COM/2013/0185 final - 2013/0097 (COD) */
Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG) nr. 827/2004 van de Raad houdende een verbod op de invoer van grootoogtonijn (Thunnus obesus) van oorsprong uit Bolivia, Cambodja, Equatoriaal-Guinea, Georgië en Sierra Leone en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1036/2001 /* COM/2013/0185 final - 2013/0097 (COD) */
TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL De Unie is sinds 14 november 1997, naar
aanleiding van de vaststelling van Besluit 86/238/EEG van de Raad[1], partij bij het Internationaal
Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (hierna het ICCAT‑verdrag).
Het ICCAT-Verdrag voorziet in een kader voor
regionale samenwerking met het oog op de instandhouding en het beheer van
tonijnen en tonijnachtigen in de Atlantische Oceaan en de aangrenzende wateren
door middel van een Internationale Commissie voor de instandhouding van
Atlantische tonijnen (hierna de ICCAT) die voor de verdragsluitende partijen
bindende maatregelen inzake de instandhouding en het beheer van deze vissoorten
vaststelt. De ICCAT heeft in 1998 resolutie 98-18
aangenomen betreffende ongemelde en ongereglementeerde vangsten van tonijn door
grote beugvaartuigen in de Verdragszone. Bij deze resolutie zijn procedures
vastgesteld voor de identificatie van landen waarvan vaartuigen tonijnen en
tonijnachtigen bevisten op een wijze die de doeltreffendheid van de ICCAT‑maatregelen
inzake de instandhouding en het beheer van deze vissoorten ondermijnde. In deze
resolutie werd ook vermeld welke – indien nodig zelfs niet‑discriminerende
handelsbeperkende – maatregelen moesten worden genomen om de voortzetting van
de gewraakte visserijpraktijken tegen te gaan. Sedert de goedkeuring van resolutie 98-18
heeft de ICCAT Bolivia, Cambodja, Equatoriaal‑Guinea, Georgië en Sierra
Leone geïdentificeerd als landen waarvan vaartuigen Atlantische grootoogtonijn
(Thunnus obesus) bevissen op een wijze die de doeltreffendheid van de
ICCAT‑maatregelen inzake de instandhouding en het beheer van deze
vissoort ondermijnt, en de ICCAT heeft deze bevindingen met gegevens over
vangsten, handel en de activiteiten van de vaartuigen gestaafd. Naar aanleiding
hiervan heeft de ICCAT de verdragsluitende partijen aanbevolen passende
maatregelen overeenkomstig de resolutie van 1998 te nemen om de invoer van
Atlantische grootoogtonijn en daarvan afgeleide producten uit de reeds vermelde
landen te verbieden. Als gevolg hiervan is de invoer van
Atlantische grootoogtonijn van oorsprong uit Bolivia, Cambodja, Equatoriaal‑Guinea,
Georgië en Sierra Leone in de Europese Unie verboden bij Verordening (EG) nr. 827/2004[2]. In 2004 heeft de ICCAT op haar 14e bijzondere
bijeenkomst de inspanningen van Cambodja, Equatoriaal‑Guinea en Sierra
Leone om de door haar vermelde problemen op te lossen erkend en heeft de ICCAT
aanbevelingen vastgesteld om de handelsbeperkende maatregelen tegen deze drie landen
in te trekken. Als gevolg daarvan is Verordening (EG) nr. 827/2004
gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 919/2005[3],
in de zin dat de invoer van de hierboven vermelde producten uit Bolivia en
Georgië verboden blijft en de invoer uit Cambodja, Equatoriaal‑Guinea en
Sierra Leone weer wordt toegestaan. Op haar 22e gewone jaarlijkse
vergadering heeft de ICCAT bovendien de inspanningen en maatregelen van Bolivia
en Georgië erkend en heeft de ICCAT aanbeveling 11‑19 vastgesteld om het
verbod op de invoer van Atlantische grootoogtonijn en daarvan afgeleide
producten uit die twee landen in te trekken. Verordening (EG) nr. 827/2004 zoals gewijzigd
bij Verordening (EG) nr. 919/2005, moet bijgevolg worden ingetrokken. 2. RESULTATEN VAN DE
RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING Niet van toepassing 3. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET
VOORSTEL De ICCAT, een internationale instantie waarbij
de Europese Unie verdragsluitende partij is, heeft besloten het aan Bolivia en
Georgië opgelegde verbod op de invoer van Atlantische grootoogtonijn en daarvan
afgeleide producten in te trekken. Om haar internationale verbintenissen na te
komen, moet de Europese Unie dit besluit ten uitvoer leggen en bijgevolg
Verordening (EG) nr. 827/2004 intrekken. Aangezien dit voorstel het
gemeenschappelijke handelsbeleid betreft, dient artikel 207 van het Verdrag
betreffende de werking van de Europese Unie als rechtsgrondslag dienst te doen. 4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING Niet van toepassing 5. AANVULLENDE INFORMATIE Niet van toepassing 2013/0097 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN
DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG) nr. 827/2004
van de Raad houdende een verbod op de invoer van grootoogtonijn (Thunnus
obesus) van oorsprong uit Bolivia, Cambodja, Equatoriaal‑Guinea,
Georgië en Sierra Leone en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1036/2001 HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 2, Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Na toezending van het ontwerp van
wetgevingshandeling aan de nationale parlementen, Handelend volgens de gewone
wetgevingsprocedure, Overwegende hetgeen volgt: (1) De Unie is sinds 14 november 1997,
naar aanleiding van de vaststelling van Besluit 86/238/EEG van de Raad[4], partij bij het Internationaal
Verdrag voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (hierna het ICCAT‑verdrag).
(2) Het ICCAT-Verdrag voorziet in
een kader voor regionale samenwerking met het oog op de instandhouding en het
beheer van tonijnen en tonijnachtigen in de Atlantische Oceaan en de
aangrenzende wateren door middel van een Internationale Commissie voor de
instandhouding van Atlantische tonijnen (hierna de ICCAT) die voor de
verdragsluitende partijen bindende maatregelen inzake de instandhouding en het
beheer van deze vissoorten vaststelt. (3) De ICCAT heeft in 1998
resolutie 98-18 aangenomen betreffende ongemelde en ongereglementeerde vangsten
van tonijn door grote beugvaartuigen in de Verdragszone. Bij deze resolutie
zijn procedures vastgesteld voor de identificatie van landen waarvan vaartuigen
tonijnen en tonijnachtigen bevisten op een wijze die de doeltreffendheid van de
maatregelen van de ICCAT voor de instandhouding en het beheer van deze
vissoorten ondermijnde. In deze resolutie werd ook vermeld welke – indien nodig
zelfs niet‑discriminerende handelsbeperkende – maatregelen moesten worden
genomen om de voortzetting van de gewraakte visserijpraktijken tegen te gaan. (4) Sedert de goedkeuring van
resolutie 98-18 heeft de ICCAT Bolivia, Cambodja, Equatoriaal‑Guinea,
Georgië en Sierra Leone geïdentificeerd als landen waarvan vaartuigen
Atlantische grootoogtonijn (Thunnus obesus) bevissen op een wijze die de
doeltreffendheid van de maatregelen van de ICCAT voor de instandhouding en het
beheer van deze vissoort ondermijnt, en de ICCAT heeft deze bevindingen met
gegevens over vangsten, handel en de activiteiten van de vaartuigen gestaafd. (5) Naar aanleiding hiervan heeft
de ICCAT de verdragsluitende partijen aanbevolen passende maatregelen
overeenkomstig de resolutie van 1998 te nemen om de invoer van Atlantische
grootoogtonijn en daarvan afgeleide producten uit de reeds vermelde landen te
verbieden. (6) Als gevolg hiervan is de
invoer van Atlantische grootoogtonijn van oorsprong uit Bolivia, Cambodja,
Equatoriaal‑Guinea, Georgië en Sierra Leone in de Europese Unie verboden
bij Verordening (EG) nr. 827/2004 van de Raad[5]. (7) In 2004 heeft de ICCAT op
haar 14e bijzondere bijeenkomst de inspanningen van Cambodja, Equatoriaal‑Guinea
en Sierra Leone om de door haar vermelde problemen op te lossen erkend en heeft
de ICCAT aanbevelingen vastgesteld om de handelsbeperkende maatregelen tegen
deze drie landen in te trekken. (8) Als gevolg daarvan is Verordening
(EG) nr. 827/2004 gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 919/2005[6], in de zin dat de invoer van de
hierboven vermelde producten uit Bolivia en Georgië verboden blijft en de
invoer uit Cambodja, Equatoriaal‑Guinea en Sierra Leone weer wordt
toegestaan. (9) Op haar 22e gewone
jaarlijkse vergadering heeft de ICCAT bovendien de inspanningen en maatregelen
van Bolivia en Georgië erkend en heeft de ICCAT aanbeveling 11‑19
vastgesteld om het verbod op de invoer van Atlantische grootoogtonijn en
daarvan afgeleide producten uit die twee landen in te trekken. (10) Verordening (EG) nr. 827/2004
dient derhalve te worden ingetrokken, HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD: Artikel 1 Verordening (EG) nr. 827/2004 wordt
ingetrokken. Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de
zevende dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de
Europese Unie. Deze verordening is verbindend in al
haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, Voor het Europees Parlement Voor
de Raad De voorzitter De
voorzitter [1] PB L 162 van 18.6.1986, blz. 33. [2] PB L 127 van 29.4.2004, blz. 21. [3] PB L 156 van 18.6.2005, blz. 1. [4] PB L 162 van 18.6.1986, blz. 33. [5] PB L 127 van 29.4.2004, blz. 21. [6] PB L 156 van 18.6.2005, blz. 1.