This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013IP0174
European Parliament resolution of 17 April 2013 on the proposal for a Council regulation establishing a facility for providing financial assistance for Member States whose currency is not the Euro (COM(2012)0336 — 2012/0164(APP))
Resolutie van het Europees Parlement van 17 april 2013 over het voorstel voor een verordening van de Raad tot instelling van een faciliteit voor het toekennen van financiële bijstand aan lidstaten die de euro niet als munt hebben (COM(2012)0336 — 2012/0164(APP))
Resolutie van het Europees Parlement van 17 april 2013 over het voorstel voor een verordening van de Raad tot instelling van een faciliteit voor het toekennen van financiële bijstand aan lidstaten die de euro niet als munt hebben (COM(2012)0336 — 2012/0164(APP))
PB C 45 van 5.2.2016, p. 24–29
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
5.2.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 45/24 |
P7_TA(2013)0174
Financiële bijstand aan lidstaten die de euro niet als munt hebben
Resolutie van het Europees Parlement van 17 april 2013 over het voorstel voor een verordening van de Raad tot instelling van een faciliteit voor het toekennen van financiële bijstand aan lidstaten die de euro niet als munt hebben (COM(2012)0336 — 2012/0164(APP))
(2016/C 045/04)
Het Europees Parlement,
— |
gezien het voorstel voor een verordening van de Raad (COM(2012)0336) (het „betalingsbalansvoorstel”), |
— |
gezien het verzoek om goedkeuring in te dienen door de Raad krachtens artikel 352 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, |
— |
gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), en met name de artikelen 143 en 352, |
— |
gezien het voorstel van de Commissie van 23 november 2011 voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de versterking van het economische en budgettaire toezicht op lidstaten die ernstige moeilijkheden ondervinden of dreigen te ondervinden ten aanzien van hun financiële stabiliteit in het eurogebied, de door het Parlement op 13 juni 2012 goedgekeurde amendementen op dit voorstel en de voorlopige tekst van het ontwerp van slotakkoord met de Raad (1), |
— |
gezien het voorstel van de Commissie van 23 november 2011 voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende gemeenschappelijke voorschriften voor het monitoren en beoordelen van ontwerpbegrotingsplannen en voor het garanderen van de correctie van buitensporige tekorten van de lidstaten van het eurogebied, de door het Parlement op 13 juni 2012 goedgekeurde amendementen op dit voorstel en de voorlopige tekst van het ontwerp van slotakkoord met de Raad (2), |
— |
gezien Verordening (EG) nr. 332/2002 van de Raad van 18 februari 2002 houdende instelling van een mechanisme voor financiële ondersteuning op middellange termijn van de betalingsbalansen van de lidstaten (3), |
— |
gezien de resolutie van het Europees Parlement van 20 november 2012 met aanbevelingen voor de Commissie inzake het verslag van de Voorzitters van de Europese Raad, de Europese Commissie, de Europese Centrale Bank en de Eurogroep „Naar een echte Economische en Monetaire Unie” (4), |
— |
gezien artikel 81, lid 3, van zijn Reglement, |
— |
gezien het tussentijds verslag van de Commissie economische en monetaire zaken (A7-0129/2013), |
A. |
overwegende dat de Raad overeenkomstig artikel 352 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie volgens een bijzondere wetgevingsprocedure met eenparigheid van stemmen en na goedkeuring van het Parlement een verordening zal vaststellen tot instelling van een faciliteit voor het toekennen van financiële bijstand aan lidstaten die de euro niet als munt hebben; |
B. |
overwegende dat er in 2002 bij Verordening (EG) nr. 332/2002 van de Raad een betalingsbalansfaciliteit is ingesteld waarmee financiële bijstand kan worden toegekend aan lidstaten die de euro niet als munt hebben; |
C. |
overwegende dat het totale voor deze faciliteit beschikbare bedrag als respons op de financiële crisis van de oorspronkelijke 12 miljard EUR in december 2008 is opgetrokken naar 25 miljard EUR en in mei 2009 naar 50 miljard EUR, overwegende dat van deze 50 miljard EUR 13,4 miljard EUR is toegekend aan Roemenië, Letland en Hongarije, bovenop een preventieve reserve van 1,4 miljard EUR voor Roemenië; |
D. |
overwegende dat Hongarije, Roemenië en Letland de eerste lidstaten waren die financiële bijstand hebben aangevraagd bij de EU en daarvan hebben geprofiteerd aan het begin van de financiële en economische crisis, via een betalingsbalansfaciliteit; overwegende dat de economische en financiële crisis diverse lidstaten die geen deel uitmaken van het eurogebied hard heeft getroffen; |
E. |
overwegende dat de mondiale economische crisis ernstige gevolgen heeft gehad voor alle EU-lidstaten, waardoor hun overheidstekort, betalingsbalans en algemene schuldniveau er nu slechter aan toe zijn; |
F. |
overwegende dat het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM), dat in oktober 2012 is opgericht, het belangrijkste steunmechanisme voor lidstaten van de eurozone vormt, met een leningscapaciteit van 500 miljard EUR, afkomstig uit geplaatst kapitaal; overwegende dat het ESM in de toekomst onder bepaalde voorwaarden rechtstreeks banken kan financieren die zich in moeilijkheden bevinden; |
G. |
overwegende dat het Parlement er in zijn resolutie van 20 november 2012 op heeft aangedrongen dat het ESM zich moet ontwikkelen naar een vorm van beheer volgens de communautaire methode en verantwoording moet afleggen aan het Europees Parlement, en dat belangrijke besluiten, zoals de toekenning van financiële bijstand aan een lidstaat of de sluiting van overeenkomsten, moeten worden onderworpen aan adequate controle door het Parlement; |
H. |
overwegende dat het kritiek is dat de faciliteit zowel democratische verantwoordingsmechanismen als de inachtneming van het functioneren van nationale parlementen omvat; |
I. |
overwegende dat het betalingsbalansvoorstel niet bedoeld is om lidstaten die de euro niet als munt hebben, te laten profiteren van financiële instrumenten welke volledig vergelijkbaar zijn met de instrumenten die zij binnen het ESM tot hun beschikking hebben; |
J. |
overwegende dat het actualiseren van Verordening (EG) nr. 332/2002 zou bijdragen tot gelijke voorwaarden voor eurozone- en niet-eurozonelidstaten en de procedure voor activering van de betalingsbalansfaciliteit zou vereenvoudigen; |
K. |
overwegende dat de rol van de sociale partners moet worden veiliggesteld en dat de uiteenlopende nationale praktijken en instellingen voor loonvorming moeten worden geëerbiedigd bij de uitvoering van Verordening (EG) nr. 332/2002 en van de verordening die op basis van het betalingsbalansvoorstel wordt aangenomen, met name bij het opstellen en uitvoeren van macro-economische aanpassingsprogramma's; overwegende dat dit geldt voor de hele EU en daarom consistentie tussen eurozone- en niet-eurozonelidstaten in dit opzicht is gerechtvaardigd; |
1. |
verheugt zich over het betalingsbalansvoorstel als een eerste stap in de richting van gelijke voorwaarden voor eurozone- en niet-eurozonelidstaten; erkent dat dit geen eenvoudige taak is, gezien de kenmerken van de mechanismen die de afgelopen tijd voor de eurozone in het leven zijn geroepen; |
2. |
is van mening dat de financiële bijstand uit de betalingsbalansfaciliteit een belangrijke bijdrage kan leveren aan de verbetering van de administratieve capaciteit van de lidstaten om EU-middelen doeltreffender op te nemen; |
3. |
is evenwel van mening dat er een aantal amendementen nodig zijn — welke in dit tussentijdse verslag worden voorgesteld — om tot een aanvaardbaar resultaat te komen; verzoekt de Raad en de Commissie dan ook omwille van een transparante besluitvorming de goedkeuring van dit tussentijdse verslag af te wachten alvorens de verordening op basis van het betalingsbalansvoorstel vast te stellen; |
4. |
benadrukt dat artikel 352 VWEU een geschikte rechtsgrond is voor de op basis van het betalingsbalansvoorstel goed te keuren verordening en beklemtoont dat daarmee de instelling van nieuwe soorten financiële bijstand van de Unie en een kader voor zulke steun mogelijk worden, naast de reikwijdte van de bijstand die wordt verleend uit hoofde van artikel 143 VWEU; |
5. |
betreurt het dat de Commissie geen brede raadpleging heeft gehouden alvorens het betalingsbalansvoorstel vast te stellen, en dat de Commissie geen redenen heeft aangevoerd om te staven dat het hierbij om een buitengewoon dringend geval ging, zoals voorgeschreven wordt in artikel 2 van Protocol 2 betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid bij het VWEU en bij het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU); |
6. |
wijst erop en betreurt het dat niet is verwezen naar de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid zoals wordt voorgeschreven in artikel 5 van Protocol 2 betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid bij het VWEU en bij het VEU; verzoekt de Commissie en de Raad expliciet te verwijzen naar bovengenoemde beginselen alvorens de verordening ter goedkeuring bij het Europees Parlement in te dienen; |
7. |
verzoekt de Raad en de Commissie rekening te houden met de volgende verzoeken alvorens het gewijzigde voorstel ter goedkeuring bij het Europees Parlement in te dienen:
|
8. |
verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Europese Raad, de Raad, de Commissie, de Europese Centrale Bank, het Europees Stabiliteitsmechanisme en het Internationaal Monetair Fonds. |
(1) Aangenomen teksten van 12.3.2013 (P7_TA-PROV(2013)0069 (het dossier-Gauzès).
(2) Aangenomen teksten van 12.3.2013 (P7_TA-PROV(2013)0070 (het dossier-Ferreira).
(3) PB L 53 van 23.2.2002, blz. 1.
(4) Aangenomen teksten, P7_TA(2012)0430.
(5) PB L 118 van 12.5.2010, blz. 1.