Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52011PC0216

    Proposition de RÈGLEMENT DU CONSEIL mettant en œuvre la coopération renforcée dans le domaine de la création d'une protection par brevet unitaire, en ce qui concerne les modalités applicables en matière de traduction

    52011PC0216




    TOELICHTING

    1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

    Voorgeschiedenis van het voorstel

    In de Europese Unie (EU) kan momenteel octrooibescherming worden verkregen hetzij via de nationale octrooibureaus van de lidstaten die nationale octrooien verlenen, hetzij via het Europees Octrooibureau (EOB) in het kader van het Europees Octrooiverdrag (EOV)[1]. Indien door het EOB een Europees octrooi wordt verleend, dient het echter geldig te worden verklaard in elke lidstaat waar om bescherming wordt verzocht. Opdat een Europees octrooi op het grondgebied van een lidstaat geldig kan worden verklaard, kan bij nationaal recht onder meer worden voorgeschreven dat de octrooihouder een vertaling van het Europees octrooi in de officiële taal van die lidstaat indient[2]. Daardoor brengt het huidige octrooistelsel in de EU zeer hoge kosten met zich mee en is het tevens zeer ingewikkeld, met name wat vertaalvereisten betreft. De totale kostprijs voor het geldig verklaren van een gemiddeld Europees octrooi beloopt 12 500 EUR als het slechts in 13 lidstaten geldig wordt verklaard en meer dan 32 000 EUR als het in de hele EU geldig wordt verklaard. De werkelijke kosten voor geldigverklaring bedragen naar schatting ongeveer 193 miljoen EUR per jaar in de EU.

    In zowel de Europa 2020-strategie[3] als de Single Market Act[4] wordt de totstandbrenging van een op kennis en innovatie gebaseerde economie als een prioriteit aangemerkt. Met de beide initiatieven wordt beoogd een beter kader voor innovatie door ondernemingen tot stand te brengen door het instellen van eenheidsoctrooibescherming in de EU-lidstaten en van een eengemaakt Europees stelsel voor octrooigeschillenbeslechting.

    Hoewel algemeen wordt erkend dat Europese ondernemingen een concurrentienadeel lijden omdat zij niet over eenheidsoctrooibescherming beschikken, is de Unie tot dusver niet in staat geweest eenheidsoctrooibescherming in te stellen. In augustus 2000 heeft de Commissie een eerste voorstel voor een verordening van de Raad betreffende het Gemeenschapsoctrooi ingediend[5]. In 2002 heeft het Europees Parlement een wetgevingsresolutie goedgekeurd[6]. In 2003 heeft de Raad een gemeenschappelijke politieke benadering[7] aangenomen, maar kon geen definitieve overeenstemming bereiken. Na de goedkeuring in april 2007 door de Commissie van de mededeling "Verbetering van het octrooisysteem in Europa" werden de besprekingen over het voorstel in de Raad hervat[8]. In de mededeling werd het streven naar de invoering van één Gemeenschapsoctrooi bevestigd.

    In het Verdrag van Lissabon werd een meer specifieke rechtsgrondslag voor de invoering van Europese intellectuele eigendomsrechten opgenomen. Krachtens artikel 118, eerste alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) moeten maatregelen voor de invoering van Europese intellectuele eigendomsrechten door het Europees Parlement en de Raad volgens de gewone wetgevingsprocedure worden vastgesteld. Artikel 118, tweede alinea, VWEU bevat evenwel een specifieke rechtsgrondslag voor de talenregelingen met betrekking tot Europese intellectuele eigendomsrechten. Deze moeten volgens een bijzondere wetgevingsprocedure door de Raad met eenparigheid van stemmen na raadpleging van het Europees Parlement worden vastgesteld. De vertaalregelingen voor een eenheidsoctrooistelsel in de EU moeten derhalve bij een afzonderlijke verordening worden vastgesteld.

    In december 2009 heeft de Raad conclusies goedgekeurd over een "Verbetering van de octrooiregeling in Europa"[9], alsook een algemene oriëntatie inzake het voorstel voor een verordening betreffende het EU-octrooi[10]. De bovenvermelde wijziging van de rechtsgrondslag voorzag evenwel niet in vertaalregelingen.

    Op 30 juni 2010 werd door de Commissie een voorstel voor een verordening van de Raad inzake de vertaalregelingen voor het EU-octrooi aangenomen[11]. Het voorstel ging vergezeld van een effectbeoordelingsverslag[12], waarin verschillende opties voor de mogelijke vertaalregelingen werden onderzocht. Ondanks de grote inspanningen van het voorzitterschap van de Raad werd op de zitting van de Raad Concurrentievermogen van 10 november 2010 vastgesteld dat geen unanieme overeenstemming over de vertaalregelingen kon worden bereikt[13]. Op de zitting van de Raad Concurrentievermogen van 10 december 2010[14] werd bevestigd dat onoverkomelijke moeilijkheden bestonden die het onmogelijk maakten op dat ogenblik of binnen afzienbare tijd een besluit te nemen waarvoor unanimiteit nodig is. Hieruit volgt dat de doelstellingen van de voorgestelde verordeningen om eenheidsoctrooibescherming in de hele Europese Unie in te stellen, bij toepassing van de desbetreffende bepalingen van de Verdragen niet binnen een redelijke termijn kunnen worden bereikt.

    Op verzoek van twaalf lidstaten (Denemarken, Estland, Finland, Frankrijk, Duitsland, Litouwen, Luxemburg, Nederland, Polen, Slovenië, Zweden en het Verenigd Koninkrijk) diende de Commissie bij de Raad een voorstel[15] in houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van eenheidsoctrooibescherming. Alle lidstaten specificeerden in hun verzoek dat de wetgevingsvoorstellen van de Commissie in het kader van de nauwere samenwerking moesten steunen op de recente onderhandelingen in de Raad. Nadat het voorstel werd aangenomen, verzochten ook België, Oostenrijk, Ierland, Portugal, Malta, Bulgarije, Roemenië, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Letland, Griekenland en Cyprus om zich bij het samenwerkingsverband te mogen aansluiten. Het voorstel voor het machtigingsbesluit werd op 10 maart 2011 door de Raad na instemming van het Europees Parlement goedgekeurd. Middels de voorliggende verordening wordt de nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming, zoals gemachtigd bij Besluit 2011/167/EU van de Raad[16], ten uitvoer gelegd.

    Juridische benadering

    Anders dan het voorstel van de Commissie van 2000 bouwt dit voorstel voort op het bestaande stelsel van Europese octrooien doordat het voorziet in eenheidswerking voor Europese octrooien die voor de grondgebieden van de deelnemende lidstaten worden verleend. De eenheidsoctrooibescherming zal facultatief zijn en naast de nationale en Europese octrooien bestaan. De houders van door het Europees Octrooibureau verleende Europese octrooien mogen binnen een maand na de publicatie van de vermelding van de verlening van het Europees octrooi bij het EOB een verzoek om registratie van de eenheidswerking indienen. Als de eenheidswerking eenmaal is geregistreerd, zal deze voorzien in een eenvormige bescherming en dezelfde rechtsgevolgen hebben op de grondgebieden van alle deelnemende lidstaten. Europese octrooien met eenheidswerking mogen alleen met betrekking tot die grondgebieden als geheel worden verleend, overgedragen, herroepen of vervallen. De deelnemende lidstaten belasten het EOB met het beheer van Europese octrooien met eenheidswerking.

    2. RAADPLEGING VAN DE BELANGHEBBENDE PARTIJEN

    In januari 2006 is de Commissie een brede raadpleging over het toekomstige octrooibeleid in Europa gestart[17]. De Commissie ontving meer dan 2 500 antwoorden van diverse belanghebbenden, waaronder ondernemingen uit alle sectoren van de economie, bedrijfs- en mkb-organisaties, beroepsbeoefenaren uit de octrooisector, publieke autoriteiten en academici. De respondenten vroegen om een Europees octrooistelsel dat prikkels voor innovatie inhoudt, zorgt voor de verspreiding van wetenschappelijke kennis, de overdracht van technologie vergemakkelijkt, voor alle marktdeelnemers beschikbaar is en rechtszekerheid biedt. Uit de antwoorden bleek duidelijk dat de belanghebbenden ontgoocheld waren over het gebrek aan vooruitgang van het project betreffende het Gemeenschapsoctrooi. Met name verwierpen vrijwel alle respondenten (de gebruikers van het octrooistelsel) de in de gemeenschappelijke politieke benadering van de Raad van 2003 vastgestelde vertaalregelingen, die bepaalden dat de octrooihouder een vertaling van de conclusies (met rechtsgevolgen) in alle officiële talen van de Gemeenschap moet verstrekken.

    De belanghebbenden drukten massaal hun voorkeur uit voor een "unitair, betaalbaar en concurrerend" Gemeenschapsoctrooi. Deze boodschap werd herhaald op een openbare hoorzitting op 12 juli 2006, waar vele diverse belanghebbenden hun steun betuigden voor het invoeren van een hoogwaardig octrooi met echte eenheidswerking. Zij beklemtoonden evenwel dat het nut van het project niet door politieke compromissen mocht worden ondermijnd. Met name werd door de vertegenwoordigers van ondernemingen uit het midden- en kleinbedrijf (mkb) het belang van matige octrooikosten benadrukt.

    De kwestie van eenheidsoctrooibescherming is ook uitvoerig aan de orde gekomen in de raadpleging betreffende de "Small Business Act" voor Europa, die bestond uit een reeks initiatieven ter ondersteuning van Europese mkb-ondernemingen[18]. Mkb-ondernemingen wezen de hoge octrooitaksen en de juridische complexiteit van het octrooistelsel aan als grote hinderpalen[19]. In hun bijdragen tot de raadpleging vroegen de ondernemingen in het algemeen en de mkb-vertegenwoordigers in het bijzonder om een drastische vermindering van de octrooikosten voor een toekomstig eenheidsoctrooi[20].

    Recente standpunten van verschillende belanghebbenden verwijzen naar de eenheidsoctrooibescherming. Europese bedrijfsorganisaties zoals BusinessEurope[21], UEAPME[22] en Eurochambres[23] bevestigen dat zowel grote als kleine ondernemingen een vereenvoudigde, kosteneffectieve en toegankelijke octrooibescherming willen. Nationale bedrijfsorganisaties in vele lidstaten en van diverse industriële sectoren hebben dezelfde kwesties aangekaart[24]. De belanghebbenden onderstreepten dat een oplossing voor eenheidsoctrooibescherming in elk geval moet voortbouwen op de bestaande octrooiverleningsmechanismen in Europa en geen herziening van het Europees Octrooiverdrag mag vergen.

    3. EFFECTBEOORDELING

    Dit voorstel gaat vergezeld van een effectbeoordeling waarin de voornaamste problemen met het huidige Europese octrooistelsel worden aangegeven: i) hoge kosten in verband met de vertaling en publicatie van Europese octrooien, ii) verschillen in de instandhouding van octrooien in de lidstaten (elk jaar moeten in elk land waar het octrooi geldig verklaard is, jaarlijkse vernieuwingstaksen worden betaald) en iii) de administratieve complexiteit van de registratie van overdrachten, licenties en andere rechten in verband met octrooien. Volledige octrooibescherming in Europa is bijgevolg zo duur en complex dat deze voor vele uitvinders en ondernemingen niet haalbaar is.

    In de effectbeoordeling worden de effecten van de volgende opties onderzocht:

    Optie 1 (basisscenario) – de Commissie neemt geen maatregelen.

    Optie 2 – de Commissie blijft samen met de andere instellingen werken aan een EU-octrooi voor 27 lidstaten.

    Optie 3 – de Commissie dient voorstellen in voor verordeningen tot het aangaan van nauwere samenwerking:

    Suboptie 3.1 – de Commissie stelt vertaalregelingen op het gebied van eenheidsoctrooibescherming voor die overeenstemmen met haar voorstel van 30 juni 2010, of

    Suboptie 3.2 – de Commissie stelt vertaalregelingen op het gebied van eenheidsoctrooibescherming voor die op haar voorstel van 30 juni 2010 zijn gebaseerd en elementen uit een door de Raad besproken compromisvoorstel bevatten.

    Uit het in het kader van de effectbeoordeling uitgevoerde onderzoek blijkt dat optie 3 met suboptie 3.2 de te verkiezen optie is.

    Deze problemen kunnen alleen op EU-niveau worden aangepakt omdat de lidstaten zonder een EU-rechtsinstrument niet voldoende in staat zouden zijn rechtsgevolgen aan octrooien te verbinden die in verscheidene lidstaten eenvormig zijn.

    4. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

    Bij Besluit 2011/167/EU van de Raad is aan de in artikel 1 van dit besluit opgesomde lidstaten machtiging verleend om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming.

    Artikel 118, tweede alinea, VWEU vormt de rechtsgrondslag voor de invoering van Europese titels om een eenvormige bescherming van de intellectuele eigendomsrechten in de hele Unie te bewerkstelligen, middels een door het Europees Parlement en de Raad volgens de gewone wetgevingsprocedure vastgestelde verordening.

    5. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

    Dit voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie.

    6. NADERE UITLEG VAN HET VOORSTEL

    Artikel 1 – Onderwerp

    In dit artikel wordt het onderwerp van deze verordening omschreven.

    Artikel 2 – Definities

    Dit artikel bevat de definities van de voornaamste in deze verordening gebruikte termen.

    Artikel 3 – Vertaalregelingen voor het Europees octrooi met eenheidswerking

    Dit artikel bepaalt dat als de specificatie van een Europees octrooi met eenheidswerking overeenkomstig artikel 14, lid 6, EOV is gepubliceerd, er geen verdere vertalingen vereist zijn. Bij artikel 14, lid 6, EOV is bepaald dat de specificatie van een Europees octrooi moet worden gepubliceerd in de proceduretaal voor het EOB en een vertaling van de conclusies in de twee andere officiële EOB-talen moet bevatten. Verdere vertalingen worden alleen gevraagd in geval van een geschil overeenkomstig artikel 4 en tijdens een overgangsperiode overeenkomstig artikel 6. Een verzoek om eenheidswerking moet in de proceduretaal worden ingediend.

    Artikel 4 – Vertaling in geval van een geschil

    Dit artikel schrijft voor dat in geval van een geschil betreffende een Europees octrooi met eenheidswerking de octrooihouder een volledige vertaling van het octrooi verstrekt in een officiële taal van de deelnemende lidstaat waar de vermeende inbreuk heeft plaatsgevonden of waar de vermeende inbreukmaker gevestigd is. De octrooihouder zou eveneens op verzoek van het gerecht dat op de grondgebieden van de deelnemende lidstaten bevoegd is voor geschillen betreffende het Europees octrooi met eenheidswerking, een volledige vertaling van het octrooi in de proceduretaal van dat gerecht moeten verstrekken. Deze vertalingen zouden op kosten van de octrooihouder worden verstrekt. In geval van een geschil betreffende een vordering tot schadevergoeding zou het gerecht dat het geschil behandelt, in overweging nemen dat de vermeende inbreukmaker, voordat hem een vertaling in zijn eigen taal werd verstrekt, mogelijk te goeder trouw heeft gehandeld en mogelijk niet wist of redelijkerwijze kon weten dat hij inbreuk op het octrooi pleegde.

    Artikel 5 – Beheer van een compensatieregeling

    In dit artikel wordt bepaald dat overeenkomstig artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen] het Europees Octrooibureau door de deelnemende lidstaten belast wordt met het beheer van een regeling voor de compensatie van aanvragers die octrooiaanvragen indienen in een van de officiële talen van de Unie die geen officiële taal van het Europees Octrooibureau is.

    Artikel 6 – Overgangsmaatregelen

    Dit artikel voorziet in overgangsmaatregelen die gedurende een bepaalde periode moeten worden toegepast, totdat een systeem van hoogwaardige machinevertalingen in alle officiële talen van de Unie beschikbaar is.

    Daarom moet gedurende een overgangsperiode een verzoek om eenheidswerking, zoals bedoeld in artikel 12 van Verordening xx/xx tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming, van het volgende vergezeld gaan: i) een volledige vertaling van de octrooispecificatie van een dergelijk octrooi in het Engels wanneer de proceduretaal voor het EOB overeenkomstig artikel 14, lid 3, EOV het Frans of het Duits is; of ii) een volledige vertaling van de octrooispecificatie van een dergelijk octrooi in een van de officiële talen van de deelnemende lidstaten die een officiële taal van de Unie is, wanneer de proceduretaal voor het EOB het Engels is.

    Deze tijdens de overgangsperiode vereiste vertalingen zouden door het Europees Octrooibureau zo snel mogelijk worden gepubliceerd na de datum waarop een verzoek om eenheidswerking, zoals bedoeld in artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen], is ingediend. Voorts wordt bepaald dat de teksten van deze vertalingen geen rechtsgevolgen hebben en alleen ter informatie worden verstrekt.

    De overgangsperiode moet worden beëindigd zodra hoogwaardige machinevertalingen in alle officiële talen van de Unie beschikbaar zijn. De kwaliteit van machinevertalingen moet regelmatig en objectief worden geëvalueerd door een onafhankelijke commissie van deskundigen die door de deelnemende lidstaten in het kader van de Europese Octrooiorganisatie wordt opgericht, zoals bedoeld in artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen], en die is samengesteld uit vertegenwoordigers van het Europees Octrooibureau en gebruikers van het Europees octrooistelsel. Om de twee jaar vanaf het zesde jaar nadat deze verordening van toepassing is geworden, zou deze groep van deskundigen een objectieve evaluatie van de beschikbaarheid van hoogwaardige machinevertalingen presenteren. Op grond daarvan zou de Commissie een verslag bij de Raad indienen en, in voorkomend geval, voorstellen de overgangsperiode te beëindigen.

    Er wordt van uitgegaan dat de machinevertalingen in alle officiële talen van de Unie binnen 12 jaar moeten zijn ontwikkeld. Indien de overgangsperiode niet door de Raad op grond van het voorstel van de Commissie wordt beëindigd, moet deze bijgevolg 12 jaar nadat deze verordening van toepassing wordt, automatisch verstrijken.

    Artikel 7 - Inwerkingtreding

    In dit artikel wordt bepaald dat deze verordening in werking treedt op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie . Aangezien de materiële bepalingen inzake een Europees octrooi met eenheidswerking geregeld worden door Verordening xx/xx tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming en door de in deze verordening bepaalde vertaalregelingen worden aangevuld, worden deze verordeningen evenwel gezamenlijk toegepast. Derhalve zal de datum van toepassing van deze verordening een specifieke datum zijn die zal samenvallen met de datum van toepassing van Verordening xx/xx [materiële bepalingen].

    2011/0094 (CNS)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN DE RAAD

    tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming met betrekking tot de toepasselijke vertaalregelingen

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 118, tweede alinea,

    Gezien Besluit 2011/167/EU van de Raad van 10 maart 2011 houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming[25],

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

    Gezien het advies van het Europees Parlement[26],

    Handelend volgens een bijzondere wetgevingsprocedure,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) Overeenkomstig Besluit 2011/167/EU van de Raad houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming werden België, Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Estland, Griekenland, Frankrijk, Ierland, Cyprus, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Finland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk (hierna "de deelnemende lidstaten" genoemd) gemachtigd om onderling nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming.

    (2) Overeenkomstig Verordening xx/xx van het Europees Parlement en de Raad tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming[27] kan op verzoek van de octrooihouder aan bepaalde Europese octrooien die door het Europees Octrooibureau zijn verleend volgens de voorschriften en procedures van het Verdrag inzake de verlening van Europese octrooien van 5 oktober 1973, zoals gewijzigd, (hierna "EOV" genoemd), eenheidswerking worden verleend op de grondgebieden van de deelnemende lidstaten.

    (3) Overeenkomstig artikel 118, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "VWEU" genoemd) moeten vertaalregelingen voor Europese octrooien met eenheidswerking op de grondgebieden van de deelnemende lidstaten (hierna "Europees octrooi met eenheidswerking" genoemd) bij een afzonderlijke verordening worden vastgesteld.

    (4) Overeenkomstig Besluit 2011/167/EU van de Raad houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming moeten de vertaalregelingen voor Europese octrooien met eenheidswerking eenvoudig en kosteneffectief zijn en overeenstemmen met die van het voorstel voor een Verordening van de Raad inzake de vertaalregelingen voor het EU-octrooi[28], dat door de Commissie op 30 juni 2010 werd ingediend en werd aangevuld met de door het Voorzitterschap in november 2010 voorgestelde compromiselementen, waarvoor in de Raad brede steun bestond[29].

    (5) Kosteneffectieve, vereenvoudigde en rechtszekere vertaalregelingen voor Europese octrooien met eenheidswerking moeten innovatie stimuleren en in het bijzonder ten goede komen aan ondernemingen uit het midden- en kleinbedrijf. Dergelijke vertaalregelingen moeten de toegang tot het Europees octrooi met eenheidswerking en tot het octrooistelsel als geheel gemakkelijker, goedkoper en minder riskant maken.

    (6) Aangezien het Europees Octrooibureau verantwoordelijk is voor het verlenen van Europese octrooien, dienen de vertaalregelingen voor het Europees octrooi met eenheidswerking op de huidige procedure in het Europees Octrooibureau te worden gebaseerd. Deze regelingen moeten wat procedurekosten en de beschikbaarheid van technische informatie betreft, het nodige evenwicht nastreven tussen de belangen van de ondernemers enerzijds en het algemeen belang anderzijds.

    (7) Onverminderd bepaalde overgangsregelingen zijn geen verdere vertalingen vereist wanneer de specificatie van een Europees octrooi met eenheidswerking overeenkomstig artikel 14, lid 6, EOV is gepubliceerd. Artikel 14, lid 6, EOV bepaalt dat de specificatie van een Europees octrooi moet worden gepubliceerd in de proceduretaal voor het Europees Octrooibureau en een vertaling van de conclusies in de twee andere officiële talen van het Europees Octrooibureau moet bevatten.

    (8) In geval van een geschil betreffende een Europees octrooi met eenheidswerking is het een rechtmatig vereiste dat de octrooihouder een volledige vertaling van het octrooi verstrekt in een officiële taal van de deelnemende lidstaat waar de vermeende inbreuk heeft plaatsgevonden of waar de vermeende inbreukmaker gevestigd is. De octrooihouder moet eveneens op verzoek van een gerecht dat op het grondgebied van de deelnemende lidstaten bevoegd is voor geschillen betreffende het Europees octrooi met eenheidswerking, een volledige vertaling van het octrooi in de proceduretaal van dat gerecht verstrekken. Dergelijke vertalingen mogen niet op geautomatiseerde wijze worden uitgevoerd en dienen op kosten van de octrooihouder te worden verstrekt. In geval van een geschil betreffende een vordering tot schadevergoeding moet het gerecht dat het geschil behandelt, in overweging nemen dat de vermeende inbreukmaker, voordat hem een vertaling in zijn eigen taal werd verstrekt, mogelijk te goeder trouw heeft gehandeld en mogelijk niet wist of redelijkerwijze kon weten dat hij inbreuk op het octrooi pleegde. Het bevoegde gerecht moet de omstandigheden van het geval in kwestie evalueren en onder meer rekening houden met de vraag of de vermeende inbreukmaker een mkb-onderneming is die enkel op lokaal niveau actief is, met de proceduretaal voor het Europees Octrooibureau en, tijdens de overgangsperiode, met de samen met het verzoek om eenheidswerking ingediende vertaling.

    (9) Om de toegang tot Europese octrooien met eenheidswerking te vergemakkelijken, met name voor mkb-ondernemingen, moeten aanvragers die geen officiële taal van het Europees Octrooibureau beheersen, over de mogelijkheid kunnen beschikken hun aanvragen in een andere officiële taal van de Europese Unie in te dienen. Als aanvullende maatregel moet overeenkomstig artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen] voor aanvragers die Europese octrooien met eenheidswerking verkrijgen en wier verblijfplaats of hoofdzetel zich bevindt in een lidstaat van de Unie met een officiële taal die verschilt van die van het Europees Octrooibureau, een stelsel van aanvullende vergoedingen van de kosten van vertaling van deze taal in de proceduretaal van het Europees Octrooibureau, naast hetgeen reeds bestaat bij het Europees Octrooibureau, door het Europees Octrooibureau worden beheerd.

    (10) Om de beschikbaarheid van octrooi-informatie en de verspreiding van technologische kennis te bevorderen, moeten machinevertalingen van octrooiaanvragen en -specificaties in alle officiële talen van de Unie zo gauw mogelijk beschikbaar zijn. Machinevertalingen worden momenteel door het Europees Octrooibureau ontwikkeld en zijn een zeer belangrijk hulpmiddel voor een betere toegang tot octrooi-informatie en voor de brede verspreiding van technologische kennis. De tijdige beschikbaarheid van hoogwaardige machinevertalingen van Europese octrooiaanvragen en -specificaties in alle officiële talen van de Unie zou alle gebruikers van het Europees octrooistelsel ten goede komen. Machinevertalingen spelen een belangrijke rol in de besluitvorming van de Europese Unie. Deze machinevertalingen moeten uitsluitend informatiedoeleinden dienen en mogen geen rechtsgevolgen te hebben.

    (11) Tijdens een overgangsperiode, totdat een stelsel van hoogwaardige machinevertalingen in alle officiële talen van de Unie beschikbaar komt, gaat een verzoek om eenheidswerking zoals bedoeld in artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen], vergezeld van een volledige vertaling van de specificatie van het octrooi in het Engels wanneer de proceduretaal voor het Europees Octrooibureau het Frans of het Duits is, dan wel in een van de officiële talen van de deelnemende lidstaten die een officiële taal van de Unie is, wanneer de proceduretaal voor het Europees Octrooibureau het Engels is. Deze regelingen moeten ervoor zorgen dat tijdens de overgangsperiode alle Europese octrooien met eenheidswerking beschikbaar worden gesteld in het Engels, dat de gebruikelijke taal is op het gebied van internationaal technologisch onderzoek en publicaties. Voorts zouden deze ervoor zorgen dat er met betrekking tot Europese octrooien met eenheidswerking vertalingen in andere officiële talen van de deelnemende lidstaten zouden worden gepubliceerd. Dergelijke vertalingen mogen niet op geautomatiseerde wijze worden uitgevoerd en de hoge kwaliteit ervan moet bijdragen aan de ontwikkeling van vertaalmachines door het Europees Octrooibureau. Zij zouden eveneens de verspreiding van octrooi-informatie bevorderen. De overgangsperiode moet worden beëindigd zodra hoogwaardige machinevertalingen in alle officiële talen van de Unie beschikbaar zijn, afhankelijk van een objectieve evaluatie van de kwaliteit. De kwaliteit van machinevertalingen moet regelmatig en objectief worden geëvalueerd door een onafhankelijk commissie van deskundigen die door de deelnemende lidstaten in het kader van de Europese Octrooiorganisatie wordt opgericht en die samengesteld is uit vertegenwoordigers van het Europees Octrooibureau en de gebruikers van het Europees octrooistelsel. Gezien de technologische ontwikkeling mag de maximumperiode voor de ontwikkeling van hoogwaardige machinevertalingen niet worden geacht langer dan 12 jaar te duren. Tenzij wordt besloten de overgangsperiode eerder te beëindigen, moet deze bijgevolg 12 jaar na de datum waarop deze verordening van toepassing wordt, automatisch verstrijken.

    (12) Aangezien de materiële bepalingen inzake een Europees octrooi met eenheidswerking geregeld worden door Verordening xx/xx tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming en door de in deze verordening bepaalde vertaalregelingen worden aangevuld, moet deze verordening op dezelfde datum van toepassing worden als Verordening xx/xx [materiële bepalingen] [ datum nader te bepalen ].

    (13) Deze verordening doet geen afbreuk aan de regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie zoals vastgelegd overeenkomstig artikel 342 VWEU, en evenmin aan Verordening nr. 1/1958 van de Raad tot regeling van het taalgebruik in de Europese Economische Gemeenschap.[30] Deze verordening is gebaseerd op de talenregeling van het Europees Octrooibureau en mag niet worden geacht een specifieke talenregeling voor de Unie in het leven te roepen, en evenmin een precedent te scheppen voor een beperkte talenregeling van welk toekomstig rechtsinstrument van de Unie ook.

    (14) Overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel kan de doelstelling van de te nemen maatregel, met name de invoering van een eenvormige en vereenvoudigde vertaalregeling voor Europese octrooien met eenheidswerking, enkel op Europees niveau worden bereikt. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1 Onderwerp

    Deze verordening betreft het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming waartoe bij Besluit 2011/167/EU van de Raad machtiging is verleend, met betrekking tot de toepasselijke vertaalregelingen.

    Artikel 2 Definities

    Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

    1. "Europees octrooi met eenheidswerking": een Europees octrooi dat krachtens Verordening xx/xx [materiële bepalingen] eenheidswerking geniet op de grondgebieden van de deelnemende lidstaten.

    2. "Specificatie van het Europees octrooi": een specificatie van het Europees octrooi zoals omschreven in voorschrift 73 van het uitvoeringsreglement van het Verdrag inzake de verlening van Europese octrooien van 5 oktober 1973, zoals gewijzigd (hierna "EOV" genoemd).

    3. "Proceduretaal": de taal van de procedure voor het Europees Octrooibureau zoals omschreven in artikel 14, lid 3, EOV.

    Artikel 3 Vertaalregelingen voor het Europees octrooi met eenheidswerking

    1. Onverminderd de artikelen 4 en 6 van deze verordening zijn er geen verdere vertalingen vereist wanneer de specificatie van een Europees octrooi met eenheidswerking overeenkomstig artikel 14, lid 6, EOV is gepubliceerd.

    2. Een verzoek om eenheidswerking zoals bedoeld in artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen] moet in de proceduretaal worden ingediend.

    Artikel 4 Vertaling in geval van een geschil

    1. In geval van een geschil betreffende een Europees octrooi met eenheidswerking verstrekt de octrooihouder op verzoek en naar keuze van een vermeende inbreukmaker een volledige vertaling van het octrooi in een officiële taal van de deelnemende lidstaat waar de vermeende inbreuk heeft plaatsgevonden of waar de vermeende inbreukmaker gevestigd is.

    2. In geval van een geschil betreffende een EU-octrooi met eenheidswerking verstrekt de octrooihouder in de loop van een gerechtelijke procedure op verzoek van het gerecht dat op de grondgebieden van de deelnemende lidstaten bevoegd is voor Europese octrooien met eenheidswerking, een volledige vertaling van het octrooi in de proceduretaal van dat gerecht.

    3. De kosten van de in de leden 1 en 2 bedoelde vertalingen komen ten laste van de octrooihouder.

    4. In geval van een geschil betreffende een vordering tot schadevergoeding neemt het gerecht dat het geschil behandelt, in overweging dat de vermeende inbreukmaker, voordat hem de in lid 1 bedoelde vertaling taal werd verstrekt, mogelijk heeft gehandeld zonder te weten of redelijkerwijze te kunnen weten dat hij inbreuk op het octrooi pleegde.

    Artikel 5 Beheer van een compensatieregeling

    Gezien het feit dat aanvragen van Europese octrooien in elke taal overeenkomstig artikel 14, lid 2, EOV mogen worden ingediend, belasten de deelnemende lidstaten overeenkomstig artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen] en krachtens artikel 143 EOV het Europees Octrooibureau met het beheer van een regeling voor de compensatie van alle vertaalkosten tot een bepaald plafond, die gefinancierd wordt door de in artikel 13 van die verordening bedoelde taksen, van aanvragers die bij het Europees Octrooibureau octrooiaanvragen indienen in een van de officiële talen van de Unie die geen officiële taal van het Europees Octrooibureau is.

    Artikel 6 Overgangsmaatregelen

    1. Tijdens een overgangsperiode die overeenkomstig artikel 7, lid 2, van deze verordening ingaat op de datum waarop deze verordening van toepassing wordt, wordt een verzoek om eenheidswerking zoals bedoeld in artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen], samen met het volgende ingediend:

    4. een volledige vertaling van de specificatie van het Europees octrooi in het Engels wanneer de proceduretaal het Frans of het Duits is; of

    5. een volledige vertaling van de specificatie van het Europees octrooi in een van de officiële talen van de deelnemende lidstaten die een officiële taal van de Unie is, wanneer de proceduretaal het Engels is.

    2. Overeenkomstig artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen] geven de deelnemende lidstaten krachtens artikel 143 EOV het Europees Octrooibureau de taak de in lid 1 bedoelde vertalingen zo snel mogelijk te publiceren na de datum waarop een verzoek om eenheidswerking zoals bedoeld in artikel 12 van Verordening xx/xx [materiële bepalingen], is ingediend. De tekst van deze vertalingen heeft geen rechtsgevolgen en dient uitsluitend informatiedoeleinden.

    3. Om de twee jaar vanaf het zesde jaar na de datum waarop deze verordening van toepassing wordt, wordt door een onafhankelijk commissie van deskundigen een objectieve evaluatie gemaakt van de beschikbaarheid van hoogwaardige machinevertalingen van aanvragen en specificaties van octrooien in alle officiële talen van de Unie, zoals door het Europees Octrooibureau ontwikkeld. Deze commissie van deskundigen wordt door de deelnemende lidstaten in het kader van de Europese Octrooiorganisatie opgericht en is samengesteld uit vertegenwoordigers van het Europees Octrooibureau en van de niet-gouvernementele organisaties die gebruikers van het Europees octrooistelsel vertegenwoordigen en door de Raad van Bestuur van de Europese Octrooiorganisatie overeenkomstig artikel 30, lid 3, EOV als waarnemers worden uitgenodigd.

    4. Op basis van de in lid 3 bedoelde evaluatie dient de Commissie om de twee jaar een verslag in bij de Raad en doet zij in voorkomend geval voorstellen voor het beëindigen van de overgangsperiode.

    5. Indien de overgangsperiode niet op grond van een voorstel van de Commissie wordt beëindigd, verstrijkt deze 12 jaar na de datum waarop deze verordening van toepassing wordt.

    Artikel 7 Inwerkingtreding

    1. Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie .

    2. Zij is van toepassing met ingang van [ een nader te bepalen datum die zal samenvallen met de datum waarop Verordening xx/xx tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming van toepassing wordt ].

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is overeenkomstig de Verdragen rechtstreeks toepasselijk in elke deelnemende lidstaat.

    Gedaan te Brussel,

    Voor de Raad

    De Voorzitter

    [1] http://www.epo.org.

    [2] Om de aan geldigverklaringsvereisten verbonden kosten te verminderen, hebben de bij het EOV aangesloten staten in 2000 de zogeheten Overeenkomst van Londen (Overeenkomst over de toepassing van artikel 65 EOV, PB EOB van 2001, blz. 550) aangenomen, die thans in elf EU-lidstaten geldt en verminderde vertaalvereisten inhoudt.

    [3] COM(2010) 2020.

    [4] COM(2010) 608 definitief/2.

    [5] COM(2000) 412.

    [6] Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een verordening van de Raad betreffende het Gemeenschapsoctrooi – COM(2000) 412 - C5-0461/2000 - 2000/0177(CNS) (PB C 127 E van 29.5.2003, blz. 519-526).

    [7] Document 7159/03 van de Raad.

    [8] COM(2007) 165.

    [9] Document 17229/09 van de Raad.

    [10] Document 16113/09 Add. 1 van de Raad. Als gevolg van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon is de terminologie gewijzigd (van "Gemeenschapsoctrooi" in "EU-octrooi").

    [11] COM(2010) 350.

    [12] SEC(2010) 796.

    [13] Persmededeling van de buitengewone zitting van de Raad "Concurrentievermogen (Interne Markt, Industrie, Onderzoek en Ruimtevaart)", 16041/10 van 10.11.2010.

    [14] Zie persbericht 17668/10.

    [15] COM(2010) 790.

    [16] Besluit 2011/167/EU van de Raad van 10 maart 2011 houdende machtiging om nauwere samenwerking aan te gaan op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming (PB L 76, 22.3.2011, blz. 53).

    [17] Het raadplegingsdocument, antwoorden van belanghebbenden en een verslag over de voorlopige bevindingen van de raadpleging zijn te vinden op http://ec.europa.eu/internal_market/indprop/patent/consultation_en.htm.

    [18] COM(2008) 394.

    [19] http://ec.europa.eu/enterprise/policies/sme/small-business-act/.

    [20] UEAPME Expectations on the Proposal for a European Small Business Act, te vinden op www.ueapme.com. Response to the Consultation on a Small Business Act for Europe, te vinden op http://www.eurochambres.eu.

    [21] Views on key issues of the patent reform debate in Europe, te vinden op http://www.businesseurope.eu.

    [22] Position on the recent policy developments on the European Community patent, te vinden op http://www.ueapme.com.

    [23] Position paper on the European Patent System, te vinden op http://www.eurochambres.eu.

    [24] Standpunten van onder meer het BDI (Bundesverband der Deutschen Industrie), DIHK (Deutscher Industrie- und Handelskammertag), CBI (Confederation of British Industries), CCIP (Chambre de commerce et d'industrie de Paris), CGPME (Confédération générale des petites et moyennes entreprises), Unioncamere, DigitalEurope, Orgalime, ACT (Association for Competitive Technology), Cefic.

    [25] PB L 76 van 22.3.2011, blz. 53.

    [26] PB C , , blz. .

    [27] PB C , , blz. .

    [28] COM(2010) 350.

    [29] De documenten van de Raad 15385/10 en 15385/10 ADD 1.

    [30] Verordening nr. 1/1958 van de Raad tot regeling van het taalgebruik in de Europese Economische Gemeenschap (PB 17 van 6.10.1958, blz. 385-386).

    Top