EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52010PC0218

Voorstel voor een verordening van de Raad (EU) Nr. ../2010 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1763/2004 tot vaststelling van bepaalde beperkende maatregelen ter ondersteuning van de daadwerkelijke uitvoering van het mandaat van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië (ICTY) (gezamenlijk ingediend door de Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid)

/* COM/2010/0218 def. - NLE 2010/0118 */

52010PC0218

Voorstel voor een verordening van de Raad (EU) Nr. ../2010 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1763/2004 tot vaststelling van bepaalde beperkende maatregelen ter ondersteuning van de daadwerkelijke uitvoering van het mandaat van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië (ICTY) (gezamenlijk ingediend door de Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid) /* COM/2010/0218 def. - NLE 2010/0118 */


NL

Brussel, 6.5.2010

COM(2010)218 definitief

2010/0118 (NLE)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD (EU) Nr. ../2010

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1763/2004 tot vaststelling van bepaalde beperkende maatregelen ter ondersteuning van de daadwerkelijke uitvoering van het mandaat van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië (ICTY)

(gezamenlijk ingediend door de Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger voor het

gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid)

TOELICHTING

(1) Bij Verordening (EG) nr. 1763/2004 van de Raad, laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 895/2008 van de Commissie, zijn overeenkomstig Gemeenschappelijk Standpunt 2004/694/GBVB bepaalde beperkende maatregelen ter ondersteuning van de daadwerkelijke uitvoering van het mandaat van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië (ICTY) vastgesteld.

(2) Verordening (EG) nr. 1763/2004 moet worden aangepast aan de recente ontwikkelingen op het gebied van sancties, namelijk met betrekking tot de formulering van de bepalingen inzake bevriezing van middelen, de aanduiding van de bevoegde autoriteiten, de aansprakelijkheid in geval van overtreding, de bescherming van persoonsgegevens en de formulering van het artikel inzake de rechtsbevoegdheid van de Unie.

(3) Omwille van de duidelijkheid dienen enkele te wijzigen artikelen in hun geheel te worden vervangen.

2010/0118 (NLE)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD (EU) Nr. ../2010

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1763/2004 tot vaststelling van bepaalde beperkende maatregelen ter ondersteuning van de daadwerkelijke uitvoering van het mandaat van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië (ICTY)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 215, lid 2,

Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2004/694/GBVB van de Raad van 11 oktober 2004 betreffende aanvullende maatregelen ter ondersteuning van de daadwerkelijke uitvoering van het mandaat van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië (ICTY) [1],

Gelet op het gezamenlijke voorstel van de Hoge Vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en de Commissie,

Na raadpleging van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Verordening (EG) nr. 1763/2004 van de Raad van 11 oktober 2004, tot vaststelling van bepaalde beperkende maatregelen ter ondersteuning van de daadwerkelijke uitvoering van het mandaat van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië (ICTY) [2], bepaalt dat overeenkomstig Gemeenschappelijk Standpunt 2004/694/GBVB de tegoeden en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn van of in het bezit zijn van door het ICTY in beschuldiging gestelde natuurlijke personen kunnen worden bevroren.

(2) Verordening (EG) nr. 1763/2004 moet worden aangepast aan de recente ontwikkelingen op het gebied van sancties, namelijk met betrekking tot de formulering van de bepalingen inzake bevriezing van middelen, de aanduiding van de bevoegde autoriteiten, de aansprakelijkheid in geval van overtreding, de bescherming van persoonsgegevens en de formulering van het artikel inzake de rechtsbevoegdheid van de Unie. Omwille van de duidelijkheid dienen enkele te wijzigen artikelen in hun geheel te worden vervangen.

(3) Deze verordening eerbiedigt de fundamentele rechten en de beginselen die meer bepaald zijn erkend in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie [3], en met name het recht op een doeltreffende voorziening in rechte en op een onpartijdig gerecht, het recht op eigendom en het recht op de bescherming van persoonsgegevens. Deze verordening dient te worden toegepast overeenkomstig deze rechten en beginselen.

(4) Elke verwerking van persoonsgegevens van natuurlijke personen uit hoofde van deze verordening dient de bepalingen te respecteren van Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens [4], alsook van Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens [5].

(5) Verordening (EG) nr. 1763/2004 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 1763/2004 wordt als volgt gewijzigd:

(1) Artikel 1, punt 1, wordt vervangen door:

"tegoeden": financiële activa en economische voordelen van enigerlei aard, met inbegrip van, maar niet beperkt tot:

a) contanten, cheques, geldvorderingen, wissels, postwissels en andere betaalmiddelen;

b) deposito's bij financiële instellingen of andere entiteiten, saldi op rekeningen, schulden en schuldbewijzen;

c) in het openbaar en onderhands verhandelde waardepapieren en schuldbewijzen, inclusief aandelen, certificaten van waardepapieren, obligaties, promesses, warrants, schuldbekentenissen, en derivatencontracten;

d) interesten, dividenden of andere inkomsten uit of waarde voortkomende uit of gegenereerd door activa;

e) krediet, recht op compensatie, garanties, uitvoeringsgaranties of andere financiële verplichtingen;

f) kredietbrieven, cognossementen, koopbrieven;

g) bewijsstukken van een belang in fondsen of financiële middelen;"

(2) Artikel 2 wordt vervangen door:

"Artikel 2

1. Alle tegoeden en economische middelen die toebehoren aan, eigendom zijn van, in het bezit zijn van of beheerd worden door in bijlage I genoemde en door ICTY in beschuldiging gestelde natuurlijke personen, worden bevroren.

2. Er mogen geen tegoeden of economische middelen direct of indirect beschikbaar worden gesteld aan of ten behoeve van een in bijlage I genoemde natuurlijke persoon.

3. Het is verboden bewust en opzettelijk deel te nemen aan activiteiten die tot doel of tot gevolg hebben de in de leden 1 en 2 bedoelde maatregelen direct of indirect te omzeilen.

4. De verbodsbepaling van lid 2 geeft geen aanleiding tot enigerlei aansprakelijkheid van de natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten en lichamen die financiering of financiële bijstand verstrekten, indien deze niet wisten en geen gegronde reden hadden om te vermoeden dat hun acties een inbreuk zouden zijn op die verbodsbepalingen.

(3) Artikel 3 wordt vervangen door:

"Artikel 3

1. In afwijking van het bepaalde in artikel 2 kunnen de op de websites in bijlage II genoemde bevoegde autoriteiten in de lidstaten, onder voorwaarden die zij passend achten, toestemming geven voor de vrijgave of de beschikbaarstelling van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen, indien zij hebben vastgesteld dat de betrokken tegoeden of economische middelen:

a) nodig zijn ter dekking van de basisbehoeften van de in bijlage I genoemde personen en de familieleden die van hen afhankelijk zijn, zoals voedsel, huur of hypotheeklasten, geneesmiddelen of geneeskundige behandelingen, belastingen, verzekeringspremies of kosten voor openbare nutsvoorzieningen;

b) uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van redelijke honoraria en vergoeding van gemaakte kosten in verband met de verlening van juridische diensten;

c) uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van honoraria of kosten voor alleen het houden of beheren van bevroren tegoeden of economische middelen; of

d) noodzakelijk zijn voor het dekken van buitengewone uitgaven, mits de betrokken lidstaat ten minste twee weken voor het geven van toestemming de andere lidstaten en de Commissie op de hoogte heeft gebracht van de redenen waarom hij van mening is dat een specifieke toestemming moet worden verleend.

2. De lidstaten brengen de andere lidstaten en de Commissie op de hoogte van alle gevallen waarin overeenkomstig lid 1 toestemming is verleend."

(4) Artikel 4 wordt vervangen door:

"Artikel 4

1. In afwijking van artikel 2 kunnen de op de websites in bijlage II genoemde bevoegde autoriteiten in de lidstaten toestemming geven voor de vrijgave van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a) de tegoeden of economische middelen zijn het voorwerp van een justitieel, administratief of arbitrair retentierecht dat vóór de datum waarop de in artikel 2 genoemde natuurlijke persoon in bijlage I is opgenomen, is vastgesteld of van een justitieel, administratief of arbitrair vonnis dat van vóór die datum dateert;

b) de tegoeden of economische middelen zullen uitsluitend worden aangewend om te voldoen aan vorderingen die door een dergelijk onderpand zijn gewaarborgd of door een dergelijke uitspraak geldig zijn verklaard, overeenkomstig de wetten en reglementen tot vaststelling van de rechten van de personen die titularis zijn van dergelijke vorderingen;

c) het onderpand of de gerechtelijke uitspraak is niet ten behoeve van een persoon, entiteit of lichaam bedoeld in bijlage I bij deze verordening;

d) de erkenning van het onderpand of van de uitspraak is niet in strijd met de openbare orde van de betrokken lidstaat.

2. De lidstaten brengen de andere lidstaten en de Commissie op de hoogte van alle gevallen waarin overeenkomstig lid 1 toestemming is verleend."

(5) Artikel 6 wordt vervangen door:

"Artikel 6

Artikel 2, lid 2, vormt geen belemmering voor de creditering van bevroren rekeningen door financiële instellingen of kredietinstellingen in de Unie die tegoeden ontvangen die naar de rekening van een op de lijst voorkomende natuurlijke persoon of rechtspersoon, entiteit of lichaam zijn overgemaakt, op voorwaarde dat de bijgeboekte bedragen eveneens worden bevroren. De financiële instelling of kredietinstelling brengt de bevoegde autoriteiten onverwijld op de hoogte van dergelijke verrichtingen."

(6) Artikel 7 wordt vervangen door:

"Artikel 7

1. Onverminderd de geldende regels inzake rapportage, vertrouwelijkheid en beroepsgeheim dienen natuurlijke personen en rechtspersonen, entiteiten en lichamen:

a) alle informatie die de naleving van deze verordening vergemakkelijkt, bijvoorbeeld betreffende rekeningen en bedragen die overeenkomstig artikel 2 zijn bevroren, onverwijld te verstrekken aan de op de websites in bijlage II genoemde bevoegde autoriteiten van de lidstaten waar zij hun woonplaats hebben of gevestigd zijn, en deze informatie direct of indirect aan de Commissie te doen toekomen; en tevens

b) bij de verificatie van deze informatie samen te werken met de op de websites in bijlage II genoemde bevoegde autoriteiten.

2. De overeenkomstig dit artikel verstrekte of ontvangen informatie wordt alleen gebruikt voor de doeleinden waarvoor zij verstrekt of ontvangen is."

(7) Het volgende artikel 10 bis wordt ingevoegd:

"Artikel 10 bis

1. De Commissie verwerkt persoonsgegevens voor de uitoefening van haar taken uit hoofde van deze verordening. Het gaat hierbij onder meer om:

a) de voorbereiding van aanpassingen van bijlage I bij deze verordening;

b) de consolidering van de inhoud van bijlage I in de elektronische geconsolideerde lijst van personen, groepen en entiteiten waarop EU-sancties van toepassing zijn, beschikbaar op de website van de Commissie [6];

c) de verwerking van informatie met betrekking tot de motivering voor plaatsing op de lijst; en tevens

d) de verwerking van informatie over de gevolgen van de maatregelen van deze verordening, zoals de waarde van bevroren tegoeden, alsook informatie over vergunningen afgegeven door bevoegde autoriteiten.

2. In bijlage I wordt de volgende informatie opgenomen betreffende de genoemde natuurlijke personen:

a) achternaam en voornamen, inclusief schuilnamen en titels, voor zover voorhanden;

b) geboortedatum en -plaats van de houder;

c) nationaliteit;

d) paspoort- en identiteitskaartnummers;

e) fiscale en socialezekerheidsnummers;

f) geslacht;

g) adres of andere gegevens over de verblijfplaats;

h) functie of beroep;

i) datum van aanwijzing bedoeld in artikel 5, onder ii).

3. In bijlage I kan ook informatie worden opgenomen over gezinsleden van de personen op de lijst, mits de opname van deze informatie in een specifiek geval noodzakelijk is uitsluitend ter verificatie van de identiteit van de betrokken natuurlijke persoon op de lijst.

4. De Commissie kan relevante gegevens die betrekking hebben op strafbare feiten die zijn gepleegd door natuurlijke personen op de lijst, en op strafrechtelijke veroordelingen of veiligheidsmaatregelen betreffende dergelijke personen, alleen verwerken voor zover deze verwerking noodzakelijk is voor de voorbereiding van een motivering en voor het onderzoek van de ter zake gemaakte opmerkingen van de betrokken natuurlijke persoon, mits passende en specifieke waarborgen worden geboden. Dergelijke gegevens worden niet openbaar gemaakt of uitgewisseld.

5. Voor de toepassing van deze verordening geldt de in bijlage II genoemde eenheid van de Commissie als de "verantwoordelijke voor de verwerking" in de zin van artikel 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 45/2001, teneinde te verzekeren dat de betrokken natuurlijke personen hun rechten uit hoofde van Verordening (EG) nr. 45/2001 kunnen uitoefenen."

(8) Het volgende artikel 11 bis wordt ingevoegd:

"Artikel 11 bis

1. De lidstaten wijzen de in de artikelen 3, 4 en 7 bedoelde bevoegde autoriteiten aan en identificeren hen op of door middel van de in bijlage II genoemde websites. De lidstaten stellen de Commissie vooraf in kennis van elke wijziging van de in bijlage II genoemde adressen van hun websites.

2. De lidstaten stellen de Commissie uiterlijk op 15 juli 2010 in kennis van hun bevoegde autoriteiten en de naam- en adresgegevens daarvan en stellen haar op de hoogte van elke latere wijziging."

(9) Artikel 12 wordt vervangen door:

"Artikel 12

Deze verordening is van toepassing:

a) op het grondgebied van de Unie, met inbegrip van haar luchtruim;

b) aan boord van vliegtuigen of vaartuigen die onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallen;

c) op alle zich op het grondgebied of buiten het grondgebied van de Unie bevindende personen die onderdaan van een lidstaat zijn;

d) op alle volgens het recht van een lidstaat erkende of opgerichte rechtspersonen, entiteiten of lichamen;

e) op alle rechtspersonen, entiteiten of lichamen ten aanzien van alle geheel of gedeeltelijk binnen de Unie verrichte zakelijke transacties."

(10) Bijlage II wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, […]

Voor de Raad

De voorzitter

[…]

BIJLAGE

"BIJLAGE II

Websites voor informatie over de in de artikelen 3, 4 en 7 bedoelde bevoegde autoriteiten en adres voor kennisgevingen aan de Europese Commissie

(in te vullen door de lidstaten)

BELGIË

BULGARIJE

TSJECHIË

DENEMARKEN

DUITSLAND

ESTLAND

IERLAND

GRIEKENLAND

SPANJE

FRANKRIJK

ITALIË

CYPRUS

LETLAND

LITOUWEN

LUXEMBURG

HONGARIJE

MALTA

NEDERLAND

OOSTENRIJK

POLEN

PORTUGAL

ROEMENIË

SLOVENIË

SLOWAKIJE

FINLAND

ZWEDEN

VERENIGD KONINKRIJK

Adres voor kennisgevingen aan de Europese Commissie:

Europese Commissie

DG Buitenlandse betrekkingen

Directoraat A: Crisisplatform en beleidscoördinatie in het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid

Eenheid A2. Crisisbeheersing en vredesopbouw

CHAR 12/106

B-1049 Brussel (België)

E-mail: relex-sanctions@ec.europa.eu

Tel.: +32 22955585

Fax: +32 22990873”

[1] PB L 315 van 14.10.2004, blz. 52.

[2] PB L 315 van 14.10.2004, blz. 14.

[3] PB C 364 van 18.12.2000, blz. 1.

[4] PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.

[5] PB L 281 van 23.11.1995, blz. 31.

[6] http://ec.europa.eu/external_relations/cfsp/sanctions/list/consol-list.htm.

--------------------------------------------------

Top