Agħżel il-karatteristiċi sperimentali li tixtieq tipprova

Dan id-dokument hu mislut mis-sit web tal-EUR-Lex

Dokument 52010AR0105

    Advies van het Comité van de Regio's over het Europees erfgoedlabel

    PB C 267 van 1.10.2010, p. 52–56 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    1.10.2010   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 267/52


    85e PLENAIRE ZITTING VAN 9 EN 10 JUNI 2010

    Advies van het Comité van de Regio's over het Europees erfgoedlabel

    (2010/C 267/11)

    I.   BELEIDSAANBEVELINGEN

    HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

    Principes en algemene opmerkingen

    1.   is ingenomen met het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad om naast de werelderfgoedlijst van de Unesco en de „Europese culturele routes” van de Raad van Europa een Europees erfgoedlabel in te voeren in de EU;

    2.   is van mening dat het voorstel verenigbaar is met het subsidiariteitsbeginsel. Het Comité dringt evenwel erop aan dat rekening wordt gehouden met de bevoegdheden van de lokale en regionale overheden bij de selectie op nationaal niveau van de sites die in aanmerking komen voor het label en de uiteindelijke selectie op Europees niveau. Bepalend voor het succes van het initiatief zal zijn in hoeverre men op EU-niveau bereid is de lokale en regionale overheden te betrekken bij zowel de selectie van de sites als de tenuitvoerlegging van de maatregelen, het toezicht en de evaluatie;

    3.   benadrukt dat het label bedoeld is om de aandacht te vestigen op het gemeenschappelijke culturele erfgoed van de lidstaten, in al zijn nationale en regionale verscheidenheid. Met dit label wil men de culturele heterogeniteit van de regio's erkennen om Europa dichter bij de burger te brengen en lokale en regionale historische plaatsen en tradities in de kijker plaatsen om het gevoel van verbondenheid met de Europese Unie te versterken;

    4.   wijst op het belang van dit initiatief om de lokale en regionale identiteit te versterken en de Europese integratie te bevorderen;

    5.   betreurt dat het initiatief enkel bestemd is voor EU-lidstaten, terwijl in het intergouvernementele initiatief dat aan de basis ervan ligt, ook Zwitserland deelnemende partij is, en kandidaat-lidstaten bijv. wel mogen meedoen aan de actie „Europese culturele hoofdsteden”; het Europese integratieproces houdt niet op bij de grenzen van de EU en gaat ook derde landen aan;

    6.   herinnert eraan dat het de bedoeling is dat het label wordt toegekend aan sites die een rol hebben gespeeld in de geschiedenis van de opbouw van de Europese Unie met eerbiediging van de in het Europees Handvest van de grondrechten vastgelegde waarden;

    7.   stelt met voldoening vast dat het label de aantrekkingskracht van regio's en steden kan vergroten en daardoor een stimulans kan betekenen voor economische groei en werkgelegenheid op lokaal en regionaal niveau;

    8.   benadrukt dat het belangrijk is om geslaagde praktijken uit te wisselen via het creëren van netwerken tussen sites die op de Europese erfgoedlijst staan en zou graag zien dat de Europese Unie personele en financiële middelen ter beschikking stelt om de lokale en regionale overheden mee te krijgen;

    9.   wijst erop dat het label uitermate geschikt is voor grensoverschrijdende sites die van symbolische betekenis zijn voor de geschiedenis van Europa. Het beheer van dit soort sites zou kunnen worden opgenomen in het takenpakket van bestaande mechanismen zoals de Europese groeperingen voor territoriale samenwerking (EGTS).

    Lokaal en regionaal belang

    10.   stelt vast dat in de meeste lidstaten lokale en regionale overheden verantwoordelijk zijn voor de sites die in aanmerking komen voor het label;

    11.   betreurt dat lokale en regionale overheden niet nauwer betrokken worden bij de selectieprocedure overeenkomstig het principe van multilevel governance;

    12.   acht het absoluut noodzakelijk om lokale en regionale overheden te betrekken bij de aanwijzing van transnationale sites;

    13.   merkt op dat lokale en regionale overheden dikwijls de belangrijkste beheerders en financiers van de sites zijn die in aanmerking komen voor het label en dus ook de extra kosten dragen die gemoeid zijn met de toekenning van het label en de werking van de sites;

    14.   herinnert eraan dat de Europese identiteit die berust op universele waarden zoals belichaamd in de onschendbare rechten van de mens en de beginselen van vrijheid, democratie, gelijkheid en de rechtsstaat, ontwikkeld moet worden aan de hand van de diversiteit van de delen die samen de Europese Unie vormen. Een Europees label moet deze verscheidenheid duidelijker en zichtbaarder maken voor alle burgers.

    Verbetering van de tekst

    15.   is van mening dat overwogen moet worden om, met name in het kader van het uitbreidings- en nabuurschapsbeleid, de regeling na een eerste evaluatie uit te breiden tot niet-EU-landen in Europa om het fundament te leggen voor de ontwikkeling van een Unie die meer dient dan alleen economische of geostrategische belangen;

    16.   zou vanwege de belangrijke rol die de lokale en regionale overheden spelen bij het beheer en het promoten van het erfgoed graag inspraak willen hebben in het uiteindelijke selectieproces op EU-niveau en het recht krijgen om één lid van de Europese jury te benoemen zoals bij de actie „Europese culturele hoofdsteden”;

    17.   beveelt aan om, vanwege de uiteenlopende aard van de sites die in aanmerking komen voor het nieuwe label, op termijn te werken met een onderverdeling in monumenten, archeologische vindplaatsen, transnationale sites en immaterieel erfgoed;

    18.   zou graag zien dat de Commissie het Comité ervan op de hoogte houdt hoe de uitvoering van de regeling en het toezicht op de sites verlopen en met name welke richtsnoeren gehanteerd worden voor de selectieprocedure, en zou eveneens graag ingelicht worden over de externe en onafhankelijke evaluatie die de Commissie m.b.t. dit initiatief wil laten uitvoeren;

    19.   stelt voor dat elk land maximaal drie sites mag voorstellen, zodat de Europese jury over een zekere beoordelingsmarge beschikt en er een soort van competitie wordt gecreëerd tussen de lidstaten;

    20.   acht het een goed idee dat de Europese jury wordt samengesteld uit onafhankelijke deskundigen, die door de Europese instellingen worden benoemd en wier mandaat op gezette tijden wordt vernieuwd, om mee te werken aan de omschrijving van het takenpakket en de uiteindelijke selectie van de winnende sites;

    21.   onderstreept dat „duurzame ontwikkeling” een algemeen basisprincipe dient te zijn bij het behoud en beheer van cultureel erfgoed en de sociale activiteiten van de sites die voor iedereen toegankelijk dienen te zijn.

    II.   AANBEVELINGEN VOOR WIJZIGINGEN

    Wijzigingsvoorstel 1

    Artikel 4

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    Aan deze actie kan worden deelgenomen door alle lidstaten van de Europese Unie. Deelname geschiedt op basis van vrijwilligheid.

    Aan deze actie kan worden deelgenomen door alle lidstaten van de Europese Unie. Deelname geschiedt op basis van vrijwilligheid. .

    Toelichting

    Uitbreiding van de regeling naar derde landen in Europa, zowel de kandidaat-lidstaten en de potentiële kandidaat-lidstaten als de landen die aan de EU grenzen, bevordert zowel de algemene doelstellingen die met deze culturele maatregel worden beoogd als de specifieke doelstelling om het erfgoed in Europa in stand te houden.

    Wijzigingsvoorstel 2

    Artikel 5

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    De Commissie en de lidstaten zullen zorg dragen voor de complementariteit van het Europees erfgoedlabel met andere initiatieven op het gebied van cultureel erfgoed, zoals de werelderfgoedlijst van de Unesco en de „Europese culturele routes” van de Raad van Europa.

    De Commissie en de lidstaten zullen zorg dragen voor de complementariteit van het Europees erfgoedlabel met andere initiatieven op het gebied van cultureel erfgoed, zoals de werelderfgoedlijst van de Unesco en de „Europese culturele routes” van de Raad van Europa. .

    Toelichting

    Commissie en lidstaten moeten ontmoedigen dat sites die al op een andere lijst staan het Europees erfgoedlabel krijgen, omdat dit de meerwaarde van de regeling zou ondermijnen.

    Wijzigingsvoorstel 3

    Artikel 7, lid 1, eerste zin

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    Om in aanmerking te komen voor het label dienen sites een symbolische Europese waarde te bezitten en een sleutelrol te hebben gespeeld in de geschiedenis en de totstandbrenging van de Europese Unie.

    Om in aanmerking te komen voor het label dienen sites een symbolische Europese waarde te bezitten en een sleutelrol te hebben gespeeld in de geschiedenis of in de totstandbrenging van de Europese Unie.

    Toelichting

    Dit wijzigingsvoorstel ligt in de lijn van het voorgaande. De nadruk moet liggen op de waarden die centraal staan bij de opbouw van de Europese Unie en minder op de Unie zelf.

    Wijzigingsvoorstel 4

    Artikel 8, lid 2

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    De Europese jury bestaat uit 12 leden. Vier leden worden benoemd door het Europees Parlement, vier door de Raad en vier door de Commissie. De jury kiest een voorzitter.

    De Europese jury bestaat uit leden. Vier leden worden benoemd door het Europees Parlement, vier door de Raad, vier door de Commissie . De jury kiest een voorzitter.

    Toelichting

    De lokale en regionale dimensie van het cultuurbeleid in het algemeen en van het behoud van het erfgoed in het bijzonder, worden in de verdragen erkend. Net als bij de jury die is ingesteld voor het initiatief „Europese culturele hoofdsteden” zou dit tot uiting moeten komen in de samenstelling van deze jury. Deelname van het CvdR aan de jury heeft als bijkomend voordeel dat deze zo een oneven aantal leden telt.

    Wijzigingsvoorstel 5

    Artikel 8, lid 4

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    De leden van de Europese jury worden benoemd voor een periode van drie jaar. Bij wijze van uitzondering benoemt in het eerste jaar waarin dit besluit van kracht is de Commissie vier deskundigen voor één jaar, het Europees Parlement vier voor twee jaar, en de Raad vier voor drie jaar.

    De leden van de Europese jury worden benoemd voor een periode van drie jaar. Bij wijze van uitzondering benoemt in het eerste jaar waarin dit besluit van kracht is de Commissie vier deskundigen voor één jaar, het Europees Parlement vier voor twee jaar, en de Raad vier voor drie jaar.

    Toelichting

    Sluit aan bij wijzigingsvoorstel 4.

    Wijzigingsvoorstel 6

    Artikel 10, lid 2

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    Iedere lidstaat heeft de mogelijkheid om maximaal twee sites per jaar voor te selecteren, volgens de kalender in de Bijlage. In de voor de toezichtprocedure gereserveerde jaren vindt geen selectieprocedure plaats.

    Iedere lidstaat heeft de mogelijkheid om sites per jaar voor te selecteren, volgens de kalender in de Bijlage. In de voor de toezichtprocedure gereserveerde jaren vindt geen selectieprocedure plaats.

    Toelichting

    Het verhogen van het aantal sites dat een lidstaat per jaar mag voorselecteren past bij de „concurrentie” die de Commissie op EU-niveau wil creëren tussen de sites. De door de Commissie voorgestelde selectieprocedure staat deze concurrentie echter in de weg.

    Wijzigingsvoorstel 7

    Artikel 11, lid 2

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    De Europese jury beoordeelt de aanvragen van de voorgeselecteerde sites en selecteert maximaal één site per lidstaat. Indien noodzakelijk kan de jury om aanvullende informatie verzoeken of een bezoek aan de site brengen.

    De Europese jury beoordeelt de aanvragen van de voorgeselecteerde sites en selecteert maximaal site per lidstaat. Indien noodzakelijk kan de jury om aanvullende informatie verzoeken of een bezoek aan de site brengen.

    Toelichting

    Sluit aan bij wijzigingsvoorstel 6.

    Wijzigingsvoorstel 8

    Artikel 13, lid 1

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    De Commissie wijst de sites waaraan in het jaar volgende op de selectieprocedure het Europees erfgoedlabel zal worden toegekend officieel aan, op basis van de aanbevelingen van de Europese jury. De Commissie houdt het Europees Parlement en de Raad op de hoogte.

    De Commissie wijst de sites waaraan in het jaar volgende op de selectieprocedure het Europees erfgoedlabel zal worden toegekend officieel aan, op basis van de aanbevelingen van de Europese jury. De Commissie houdt het Europees Parlement, de Raad op de hoogte.

    Toelichting

    De informatieplicht t.a.v. het Comité van de Regio's is van duidelijk nut voor de lokale en regionale overheden in de Europese Unie en voor de bevordering van het label.

    Wijzigingsvoorstel 9

    Artikel 17, lid 2

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Wijzigingsvoorstel van het CvdR

    De Commissie legt binnen zes maanden na de afronding ervan een verslag over de evaluaties voor aan het Europees Parlement en de Raad.

    De Commissie legt binnen zes maanden na de afronding ervan een verslag over de evaluaties voor aan het Europees Parlement de Raad .

    Toelichting

    Zie toelichting bij wijzigingsvoorstel 8.

    Brussel, 9 juni 2010

    De voorzitter van het Comité van de Regio's

    Mercedes BRESSO


    Fuq