EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009IP0045

Repatriëring en hervestiging van de gedetineerden van Guantánamo Resolutie van het Europees Parlement van 4 februari 2009 over de repatriëring en hervestiging van de gedetineerden van Guantánamo

PB C 67E van 18.3.2010, p. 91–93 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

18.3.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

CE 67/91


Repatriëring en hervestiging van de gedetineerden van Guantánamo

P6_TA(2009)0045

Resolutie van het Europees Parlement van 4 februari 2009 over de repatriëring en hervestiging van de gedetineerden van Guantánamo

(2010/C 67 E/10)

Het Europees Parlement,

gelet op de internationale, Europese en nationale instrumenten op het gebied van mensenrechten en fundamentele vrijheden en met betrekking tot het verbod op willekeurige opsluiting, gedwongen verdwijningen en marteling, zoals het Internationaal Verdrag inzake burgerlijke en politieke rechten en het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing van 10 december 1984,

gezien de trans-Atlantische samenwerking tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie en haar lidstaten, met name op het gebied van terrorismebestrijding,

onder verwijzing naar zijn resolutie van 13 juni 2006 over de situatie van de gevangenen in Guantánamo (1),

onder verwijzing naar zijn resolutie van 16 februari 2006 over Guantánamo (2),

onder verwijzing naar zijn aanbeveling van 10 maart 2004 aan de Raad betreffende het recht van de gedetineerden in Guantánamo op een eerlijk proces (3),

onder verwijzing naar zijn resolutie van 7 februari 2002 over de gevangenen in Guantánamo Bay (4),

onder verwijzing naar de resoluties van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa,

onder verwijzing naar het verslag van de VN-mensenrechtencommissie van 15 februari 2006,

onder verwijzing naar de verklaringen van de speciaal rapporteurs van de VN,

onder verwijzing naar de conclusies en aanbevelingen van de VN-commissie tegen marteling die betrekking hebben op de Verenigde Staten,

onder verwijzing naar de verklaring van 20 januari 2009 van de Voorzitter van het Europees Parlement,

onder verwijzing naar de verklaring van 19 januari 2009 van de commissaris voor de mensenrechten van de Raad van Europa,

onder verwijzing naar de verklaring van de EU-coördinator voor terrorismebestrijding,

onder verwijzing naar de verklaringen van de Europees commissaris voor justitie, vrijheid en veiligheid en van het EU-voorzitterschap,

onder verwijzing naar zijn resolutie van 14 februari 2007 over het verondersteld gebruik door de CIA van Europese landen voor het vervoer en illegaal vasthouden van gevangenen (5) en de activiteiten van de Raad van Europa met betrekking tot deze kwestie,

gelet op artikel 103, lid 4, van zijn Reglement,

A.

overwegende dat, na de terroristische aanslagen van 11 september 2001, de Verenigde Staten een zwaar beveiligd detentiecentrum in Guantánamo Bay (Cuba) hebben opgezet in januari 2002, waar van terrorisme verdachte personen worden gevangen gehouden,

B.

overwegende dat de gevangenen in Guantánamo Bay hun fundamentele mensenrechten zijn ontzegd, met name het recht op een eerlijk proces, en op hen wrede ondervragingstechnieken, waaronder schijnverdrinking, zijn toegepast, die neerkomen op foltering en wrede, onmenselijke of vernederende behandeling,

C.

overwegende dat in een reeks uitspraken van VS-rechtbanken, inclusief het Hooggerechtshof, gedeeltelijke en beperkte rechten zijn erkend, inclusief de mogelijkheid van toegang tot burgerlijke rechtbanken van de VS,

D.

overwegende dat een door de VS-autoriteiten gepubliceerde lijst de namen bevat van 759 voormalige en huidige gevangenen in Guantánamo, overwegende dat 525 gevangenen zijn vrijgelaten, terwijl 5 in gevangenschap zijn overleden; verder overwegende dat er momenteel nog circa 250 gevangenen in Guantánamo vast worden gehouden, van wie:

een aantal omdat er geen enkel land is waarnaar zij veilig kunnen terugkeren; het betreft gedetineerden die nooit in staat van beschuldiging zijn gesteld, en die in de toekomst door de VS ook niet van enig misdrijf zullen worden beschuldigd;

een aantal die mogelijkerwijs nog in staat van beschuldiging zullen worden gesteld en berecht;

een aantal gedetineerden die de VS niet zal gaan vervolgen, maar die het wel als een potentieel gevaar ziet,

E.

overwegende dat de toepassing van folter- en andere illegale praktijken inhoudt dat verkregen „bewijsmateriaal” voor de rechter niet ontvankelijk is, waardoor het onmogelijk wordt van terrorisme verdachte personen te vervolgen en te veroordelen,

F.

overwegende dat de VS beweren dat 61 voormalige gedetineerden van Guantánamo Bay na hun vrijlating bij terrorisme betrokken zijn geweest,

1.

is uitermate verheugd over het besluit van de president van de VS, Barack Obama, om het detentiecentrum in Guantánamo Bay te sluiten, alsmede over andere, hieraan gerelateerde besluiten, die op een belangrijke verandering in het beleid van de Verenigde Staten ten aanzien van eerbiediging van het humanitair en internationaal recht duiden; spoort de nieuwe regering aan verdere stappen in deze richting te zetten;

2.

wijst er nogmaals op dat de hoofdverantwoordelijkheid voor het gehele proces van sluiting van het detentiecentrum van Guantánamo Bay en de toekomst van de gevangenen bij de Verenigde Staten ligt; onderstreept desalniettemin dat de verantwoordelijkheid voor de eerbiediging van het internationaal recht en de fundamentele vrijheden bij alle democratische landen ligt, met name de EU en haar lidstaten, die tezamen een gemeenschap van waarden vertegenwoordigen;

3.

verzoekt de Verenigde Staten ervoor te zorgen dat de gedetineerden van Guantánamo Bay hun mensenrechten en fundamentele vrijheden worden gewaarborgd, op grond van het internationaal en het Amerikaans constitutioneel recht, en dat:

elke gevangene tegen wie de Verenigde Staten over voldoende bewijsmateriaal beschikt op correcte wijze wordt berecht, zonder vertraging, in een eerlijk en openbaar proces voor een bevoegde, onafhankelijke, onpartijdige rechtbank en zijn straf, indien veroordeeld, in de Verenigde Staten kan uitzitten,

elke gevangene die niet in staat van beschuldiging wordt gesteld en die er vrijwillig voor kiest te worden gerepatrieerd, op zo kort mogelijke termijn naar zijn land van herkomst wordt geretourneerd,

elke gevangene die niet in staat van beschuldiging zal worden gesteld maar niet kan worden gerepatrieerd vanwege een concreet risico dat hij in zijn land van herkomst zal worden gefolterd of vervolgd, de gelegenheid krijgt tot de Verenigde Staten te worden toegelaten, humanitaire bescherming op het vasteland van de Verenigde Staten ontvangt, alsmede schadevergoeding,

4.

verzoekt de lidstaten, indien de VS-regering daarom vraagt, steun te bieden bij het vinden van oplossingen, zich op te maken voor de opvang van Guantánamo-gevangenen in de EU, teneinde bij te dragen tot versterking van het internationaal recht, en prioritair in te staan voor een eerlijke en menselijke behandeling van allen; brengt in herinnering dat de lidstaten gehouden zijn loyaal samen te werken en elkaar te raadplegen met betrekking tot mogelijke gevolgen voor de openbare veiligheid in de hele EU;

5.

verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de Hoge Vertegenwoordiger voor het GBVB, de parlementen van de lidstaten, de secretaris-generaal van de NAVO, de secretaris-generaal en voorzitter van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa, de secretaris-generaal van de Verenigde Naties en de president en het congres van de Verenigde Staten van Amerika.


(1)  PB C 300 E van 9.12.2006, blz. 136.

(2)  PB C 290 E van 29.11.2006, blz. 423.

(3)  PB C 102 E van 28.4.2004, blz. 640.

(4)  PB C 284 E van 21.11.2002, blz. 353.

(5)  PB C 287 E van 29.11.2007, blz. 309.


Top