Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52002TA1227(01)

    Verslag over de jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw betreffende het begrotingsjaar 2001, vergezeld van de antwoorden van het Bureau

    PB C 326 van 27.12.2002, p. 1–8 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    52002TA1227(01)

    Verslag over de jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw betreffende het begrotingsjaar 2001, vergezeld van de antwoorden van het Bureau

    Publicatieblad Nr. C 326 van 27/12/2002 blz. 0001 - 0008


    Verslag

    over de jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw betreffende het begrotingsjaar 2001, vergezeld van de antwoorden van het Bureau

    (2002/C 326/01)

    INHOUD

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    OORDEEL VAN DE REKENKAMER

    1. Dit verslag is overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 2667/2000 van de Raad(1) van 5 december 2000 aan de Raad en het Europees Parlement gericht.

    2. De Rekenkamer heeft de jaarrekening van het Europees Bureau voor wederopbouw voor het per 31 december 2001 afgesloten begrotingsjaar onderzocht (zie paragraaf 11). Overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 2667/2000 van de Raad is de begroting onder de verantwoordelijkheid van de directeur uitgevoerd. Tot diens verantwoordelijkheid behoren de opstelling en indiening van de jaarrekening(2) overeenkomstig de in artikel 9 van die verordening voorgeschreven interne financiële bepalingen. De Rekenkamer is krachtens artikel 248 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehouden, deze rekeningen te onderzoeken.

    3. De Rekenkamer heeft haar controle uitgevoerd overeenkomstig haar controlebeleidslijnen en -normen. Deze zijn op basis van de algemeen aanvaarde internationale controlenormen afgestemd op het specifieke karakter van de communautaire context. Zij heeft de administratie gecontroleerd en de in dit kader noodzakelijk geachte controleprocedures toegepast. De Rekenkamer heeft met deze controle een redelijke basis gelegd ter onderbouwing van het hierna volgende oordeel.

    4. Aan de hand van deze controle heeft de Rekenkamer redelijke zekerheid verkregen dat de jaarrekening van het per 31 december 2001 afgesloten begrotingsjaar betrouwbaar is en dat de onderliggende verrichtingen over het geheel genomen wettig en regelmatig zijn.

    5. Onverminderd de in paragraaf 4 opgenomen verklaring vestigt de Rekenkamer de aandacht op de in de paragrafen 10 en 11 beschreven situaties.

    BELANGRIJKSTE OPMERKINGEN OVER HET FINANCIEEL BEHEER

    Uitvoering van de begroting

    6. De begrotingskredieten van het Bureau worden beheerd binnen een kader van gesplitste kredieten. Voor de verwezenlijking van zijn doelstellingen ontvangt het Bureau een subsidie van de Commissie in de vorm van gesplitste kredieten, waarvan een bepaald maximumpercentage kan worden gebruikt ter dekking van de personeels- en huishoudelijke uitgaven. Het Bureau is aanvang 2000 in werking getreden. Het jaar 2001 werd gekenmerkt door uitbreiding van de activiteiten van het Bureau tot de Republiek Servië en de Republiek Montenegro. De uitvoering van de kredieten van het begrotingsjaar 2001 wordt weergegeven in tabel 1(3).

    7. Het bedrag van de in de begroting 2001 opgenomen kredieten beliep 410,6 miljoen euro. In werkelijkheid bedroegen de besteedbare kredieten van het begrotingsjaar 2001 411,2 miljoen euro, aangezien een bedrag van 0,6 miljoen euro aan tegenwaardefondsen niet in de begroting is opgenomen.

    8. Het Bureau beschikte over een resterend bedrag van 411,6 miljoen euro, waarvoor betalingsverplichtingen ten laste van de door de Commissie in 2000 toegekende kredieten moesten worden aangegaan. Dit bedrag omvatte een raming van de kredieten voor de voortzetting van door de Commissie beheerde hulpprogramma's ten behoeve van Servië. Naar aanleiding van nadere schattingen van het Bureau annuleerde het een bedrag van 120,7 miljoen euro met betrekking tot deze programma's.

    9. In haar verslag over het begrotingsjaar 2000 wees de Rekenkamer op gebreken in de begrotingsboekhouding van het Bureau. In de tweede helft van 2001 begon het Bureau het computersysteem SI2 voor de begrotingsboekhouding in te voeren. Bovendien moest het Bureau daarin de financiële gegevens opnemen met betrekking tot tal van projecten die voorheen door de Commissie werden beheerd.

    10. Bij het opnemen van bestaande gegevens in het SI2-systeem is het Bureau uitgegaan van de gecumuleerde waarden van de projecten. Het is in het kader van SI2 dan ook niet altijd mogelijk om de bestede kredieten tot een begrotingsjaar te herleiden en om in de betalingen in 2001 voor door de Commissie gestarte projecten onderscheid te maken tussen door het Bureau en door de Commissie gedane betalingen. Hoewel de Rekenkamer redelijke zekerheid heeft kunnen krijgen over de betrouwbaarheid van de basisgegevens, moet voor een duidelijk beeld van de begrotingsuitvoering gebruik worden gemaakt van extra hulpmiddelen die worden samengesteld op basis van elektronische formulieren die lastig zijn in het gebruik. Het Bureau zou ervoor moeten zorgen dat deze hulpmiddelen, die een niet te verwaarlozen inherent foutenrisico met zich brengen, minder of niet meer hoeven worden gebruikt.

    Opstelling van de jaarrekening

    11. De jaarrekening die op 29 maart 2002 door het Bureau werd verzonden, bevatte fouten die aan het Bureau zijn gesignaleerd. Op 4 oktober 2002 is een gewijzigde versie ingediend. Het oordeel van de Rekenkamer heeft betrekking op de gewijzigde versie van de gecontroleerde winst- en verliesrekening en de balans, waarvan de tabellen 2 en 3 een overzicht geven.

    12. In 2001 voerde elke lokatie haar eigen boekhouding. Er hadden regelmatig aansluitingen moeten worden verricht om te waarborgen dat zij coherent blijven met de centrale boekhouding. Bovendien is het Bureau spreadsheets blijven gebruiken bij het voeren van haar algemene boekhouding, met alle risico's van dien.

    Toepassing van de financiële bepalingen

    13. Door de moeilijke context waarbinnen het Bureau opereert, kon het gedurende het eerste halfjaar van 2001 geen financieel controleur door de Commissie toegewezen krijgen.

    14. Voor de schulden die jegens het Bureau zijn aangegaan, wordt niet systematisch een invorderingsopdracht afgegeven, hetgeen in strijd is met het bepaalde in het financieel reglement.

    15. Op verzoek van de Commissie werd op 26 juli 2001 met een expert een onderhands contract(4) voor de duur van 15 maanden gesloten voor het verlenen van technische bijstand aan de diensten van het presidentschap van de Federale Republiek Joegoslavië. Hoewel men eind 2000 in principe had besloten in zee te gaan met een expert, werd deze gecontracteerd om spoedeisende redenen zonder dat een oproep tot inschrijving was gedaan. Bovendien heeft het contract deels terugwerkende kracht, aangezien de expert twee maanden vóór hij tekende, met zijn werkzaamheden was begonnen.

    Huisvestingsprogramma

    16. Eén van de prioritaire taken van het Bureau betreft de reparatie of herbouw van tijdens de vijandelijkheden beschadigde woningen, met name van de meest kansarme bevolking. De Rekenkamer heeft een analyse verricht van de resultaten die bereikt zijn met de tenuitvoerlegging van deze actie in 2000 (tabel 4 geeft de voornaamste gegevens over deze actie weer). Hoewel het totale aantal herstelde woningen 4 % boven de oorspronkelijke beoogde doelstelling lag, wijkt de verdeling daarvan naar aard van de te verrichten werkzaamheden sterk af van die welke in de contracten en de bijbehorende aanhangsels wordt beoogd. Zo is het aantal woningen dat geacht wordt volledig herbouwd te moeten worden, vrijwel verdubbeld. Deze indicaties zouden het Bureau tot nadenken moeten stemmen over de mogelijkheden voor een betere selectie van de uit te voeren werken, om beter te voldoen aan de reële behoeften.

    FOLLOW-UP VAN EERDERE OPMERKINGEN OVER DE DOELMATIGHEID VAN HET BUREAU

    17. In haar verslag over het begrotingsjaar 2000(5) analyseerde de Rekenkamer diverse aspecten met betrekking tot de doelmatigheid van het Bureau en de duurzaamheid van de acties die het in Kosovo financiert, en de duurzaamheid van de effecten ervan.

    18. Uit een oogpunt van doelmatigheid kon het Bureau het percentage betalingsverplichtingen en betalingen op een hoog peil houden, en toch zijn personeels- en huishoudelijke uitgaven laag houden; het zette zijn beleid tot beperking van voorschotten aan zijn contractanten voort, maar paste wel snelle betalingsprocedures toe wanneer de werkzaamheden eenmaal waren beëindigd.

    19. Overeenkomstig de aanbeveling van de Rekenkamer(6) bleef het Bureau zijn inspanningen richten op terreinen die prioritair werden geacht. Vanaf 2001 wordt het accent gelegd op institutionele maatregelen(7).

    20. Een tweede aanbeveling(8) van de Rekenkamer was, minder vaak vergaderingen van de Raad van bestuur te beleggen, vanwege de werklast en de administratieve kosten die dit voor het Bureau meebrengt. De vergaderingen zijn derhalve minder frequent geworden, wat geen nadelige consequenties blijkt te hebben gehad.

    21. Een derde en laatste aanbeveling(9) betrof de te nemen maatregelen ter waarborging van de duurzaamheid van de door de Unie gefinancierde acties. Hiertoe heeft de Commissie in overleg met de Verenigde Naties actieplannen voor vijf kernsectoren opgesteld(10). Eind 2001 is besloten dat de actieplannen voortaan doelstellingen en prestatie-indicatoren zouden bevatten. De Europese "pijler" van de missie van de Verenigde Naties in Kosovo(11) houdt toezicht op deze plannen aan de hand van kwartaalverslagen. De Commissie dient haar samenwerking met de Verenigde Naties uit te bouwen en te versterken om te zorgen voor toezicht op en evaluatie van de programma's, teneinde na te gaan of de effecten ervan duurzaam zijn. Bij het Bureau zijn toezichtsystemen opgezet. Niettemin ontbreekt het aan een algemeen plan om zich ervan te vergewissen dat op alle projecten systematisch toezicht wordt gehouden. Er is een evaluatie-eenheid opgezet, die haar eerste verslagen heeft uitgebracht, waarvan de aanbevelingen worden gebruikt voor de planning van de toekomstige activiteiten.

    22. Wat betreft de infrastructuren, met name voor het vervoer, kunnen de bereikte resultaten bevredigend worden geacht. Wel zou de voorgenomen verlaging van de financiering die aan Kosovo wordt verstrekt na de periode van wederopbouw, nadelig kunnen werken op het onderhoud van het bestaande wegennet, en de ontwikkeling ervan kunnen belemmeren.

    23. Voor de periode 1999-2001 ontving de energiesector steun voor een bedrag van 287,5 miljoen euro, waarvan 74 miljoen ter financiering van de import. In dit verband is volgens ramingen van de missie van de Verenigde Naties in Kosovo nog een bedrag van 200 miljoen euro aan investeringen nodig. De Commissie heeft besloten, haar steun voor de "energiesector" te verlagen. De steun voor deze sector zou gericht moeten worden op begeleidende maatregelen, die slechts in laag tempo worden ingevoerd, met name wat de invordering van facturen betreft. Volgens de statistieken die in december 2001 door de tijdelijke missie van de Verenigde Naties in Kosovo zijn opgesteld, werd slechts 62 % van de elektriciteitsleveringen gefactureerd en 28 % daadwerkelijk betaald; op jaarbasis wordt het verschil tussen de waarde van de geleverde electriciteit en die van de geïnde ontvangsten op circa 100 miljoen euro geschat. Een dergelijk verschil is onaanvaardbaar, en door opvoering van de inspanningen voor een correcte inning van de ontvangsten zou de behoefte aan externe financiering voor de energiesector aanmerkelijk kleiner worden.

    Dit verslag werd door de Rekenkamer te Luxemburg vastgesteld op haar vergadering van 24 oktober 2002.

    Voor de Rekenkamer

    Juan Manuel Fabra Vallés

    President

    (1) PB L 306 van 7.12.2000, blz. 7.

    (2) Zoals voorgeschreven in artikel 8 van Verordening (EG) nr. 2667/2000 van de Raad zijn de rekeningen van alle ontvangsten en uitgaven van het Bureau over het begrotingsjaar 2001 opgesteld op 29 maart 2002, waarna ze zijn toegezonden aan de raad van bestuur van het Bureau, het Europees Parlement, de Commissie en de Rekenkamer. Een gecorrigeerde versie van deze rekeningen is op 4 oktober 2002 opgesteld en op 7 oktober 2002 bij de Rekenkamer ingekomen. De jaarrekening is beknopt weergegeven in de tabellen bij dit verslag.

    (3) Opgemerkt moet worden dat de toegekende kredieten 65,9 miljoen euro aan niet door TAFKO bestede kredieten omvatten.

    (4) Contract 01/06/009.

    (5) PB C 355 van 13.12.2001, paragraaf 21 e.v.

    (6) Zie de paragrafen 72 en 73 van het verslag over het begrotingsjaar 2001 (PB C 355 van 13.12.2001).

    (7) De beoogde programma's op dit terrein zijn enerzijds gericht op stimulering van de particuliere sector in het kader van een markteconomie, en anderzijds op ondersteuning van de acties ter bevordering van de eerbiediging van de democratische regels, van de mensenrechten en van de rechtsstaat in het algemeen.

    (8) Zie de paragrafen 74 en 75 van het verslag over het begrotingsjaar 2001 (PB C 355 van 13.12.2001).

    (9) Zie de paragrafen 76 en 77 van het verslag over het begrotingsjaar 2001 (PB C 355 van 13.12.2001).

    (10) Energie, vervoer, ontwikkeling van ondernemingen, water en gezondheid.

    (11) De tijdelijke missie van de Verenigde Naties in Kosovo is in vier "pijlers" ingedeeld: "justitie en politie", "burgerlijk bestuur", "democratisering en institutionele maatregelen" alsmede "economische ontwikkeling", welke laatste pijler door de Europese Unie wordt beheerd.

    Tabel 1

    Begrotingsuitvoering voor het begrotingsjaar 2001N. B.:

    De totalen kunnen afwijkingen vertonen door afrondingen.

    Bron:

    Gegevens van het Bureau - Deze tabellen vormen een samenvatting van de gegevens van het Bureau in zijn eigen jaarrekening.

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Tabel 2

    Winst- en verliesrekening over de begrotingsjaren 2001 en 2000

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    N. B.:

    de totalen kunnen afwijkingen vertonen door afrondingen.

    Bron:

    Gegevens van het Bureau - Deze tabellen vormen een samenvatting van de gegevens van het Bureau in zijn eigen jaarrekening.

    Tabel 3

    Balans per 31 december 2001 en 31 december 2000N. B.:

    de totalen kunnen afwijkingen vertonen door afrondingen.

    Bron:

    Gegevens van het Bureau - Deze tabellen vormen een samenvatting van de gegevens van het Bureau in zijn eigen jaarrekening.

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Tabel 4

    Aantal te repareren huizen((Bij de woningen van categorie III gaat het hoofdzakelijk om werkzaamheden aan het dak. Bij de woningen van categorie IV. A kunnen de bestaande structuren nog worden gebruikt, en woningen van categorie IV. B moeten volledig worden herbouwd.))

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Bron:

    Europees Bureau voor wederopbouw.

    Antwoorden van het Bureau

    Uitvoering van de begroting

    10. Het Bureau heeft de betalingen, gemaakt vóór de ingebruikneming van SI2, gegroepeerd ingevoerd omdat het ondoenlijk was alle betalingen in alle jaren van bijstand één voor één opnieuw weer te geven (Kosovo, Servië en Montenegro vanaf 1998 en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië vanaf 1996). In de bestanden van het Bureau is het onderscheid tussen de betalingen van de Commissie en van het Bureau met betrekking tot de historische gegevens van Kosovo (1998 tot en met februari 2000) terug te vinden.

    Jaarrekening

    12. Met ingang van het begrotingsjaar 2002 is het nieuwe boekhoudsysteem (SI2) operationeel. Het is een gecentraliseerd systeem dat bedoelde risico's op fouten bij het afsluiten van het boekjaar wegneemt.

    Toepassing van financiële bepalingen

    14. Het Bureau heeft voor de invorderingsopdrachten gebruikgemaakt van specifieke interne formulieren en alle betalingen van schulden van derden ontvangen.

    Huisvestingsprogramma

    16. Het feit dat de doelstellingen werden overtroffen is bijzonder significant, wanneer men bedenkt dat in het programma van 2001 meer dan 80 % van de herbouwde woningen was ingedeeld in de categorie "volledig verwoest".

    Top