Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52002DC0267

    Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Zesde voortgangsverslag over het Actieplan voor financiële diensten

    /* COM/2002/0267 def. */

    52002DC0267

    Verslag van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Zesde voortgangsverslag over het Actieplan voor financiële diensten /* COM/2002/0267 def. */


    VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT - Zesde voortgangsverslag over het Actieplan voor financiële diensten

    Financiële diensten

    Er is sprake van een grotere dynamiek

    - maar er valt nog enige weg af te leggen

    Zesde voortgangsverslag

    Inleiding - Het politieke klimaat is veranderd

    Halverwege de uitvoeringstermijn van het Actieplan voor financiële diensten (APFD) is de tijd gekomen om een nieuwe balans op te maken van de geboekte vooruitgang. In het vorige voortgangsverslag [1] werd aangedrongen op daadwerkelijke en tastbare vorderingen. In dit zesde verslag, dat is opgesteld in samenwerking met de werkgroep voor het beleid inzake financiële dienstverlening (Financial Services Policy Group - FSPG), bestaande uit persoonlijke vertegenwoordigers van de EU-ministers van Financiën, wordt geconcludeerd dat positief op deze oproep is gereageerd. Het klimaat in de sector van de financiële dienstverlening is verbeterd en op een aantal punten is overeenstemming bereikt, maar dat neemt niet weg dat nog ernstige moeilijkheden moeten worden overwonnen om het Actieplan tegen 2003/2005 volledig ten uitvoer te leggen.

    [1] Vijfde voortgangsverslag: "Europa moet de gewekte verwachtingen tijdig waarmaken", november 2001, COM(2001) 712 def., beschikbaar op het volgende adres: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/actionplan/index.htm.

    Het Belgische en het Spaanse voorzitterschap hebben mede voor de nodige politieke dynamiek gezorgd. In de Raad en het Parlement is bij tal van voorstellen vooruitgang geboekt. In het kader van de op 22 februari 2002 afgeronde halftijdse beoordeling van het Actieplan [2] benadrukt dat financiële integratie voor alle Europese burgers reële voordelen met zich mee zal brengen in de vorm van economische groei, meer banen en duurzame welvaart.

    [2] Voor meer informatie, zie de website van DG Markt: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/actionplan/02-36.htm.

    In maart heeft de Europese Raad van Barcelona herbevestigd dat de verwezenlijking van de doelstellingen van het Actieplan als een hoofdprioriteit van het economische hervormingsprogramma van Lissabon moet worden aangemerkt en tevens duidelijke termijnen vastgesteld voor de aanneming van acht specifieke maatregelen. De Ecofin-ministers hebben tijdens hun informele bijeenkomst te Oviedo op 13 april 2002 het proces een extra impuls gegeven en erkend dat zij hun inspanningen dienden te intensiveren om het Actieplan tijdig uit te voeren (kader 1).

    KADER 1

    Prioriteiten van Barcelona (Europese Raad)

    - het APFD moet tegen 2005 ten uitvoer zijn gelegd, en voor de effecten- en risicokapitaalmarkten tegen 2003;

    - de Raad en het Europees Parlement dienen in 2002 de richtlijnen betreffende marktmisbruik, financiëlezekerheidsovereenkomsten, verkoop op afstand van financiële diensten, verzekeringstussenpersonen, prospectussen, financiële conglomeraten en bedrijfspensioenfondsen, alsook de verordening betreffende internationale standaarden voor jaarrekeningen, aan te nemen.

    Het Oviedo Akkoord (Informele Ecofin-vergadering)

    - wat de financiële integratie betreft, wenstede Raad zijn inspanningen te intensiveren om het Actieplan voor financiële diensten (APFD) uiterlijk in 2005 volledig ten uitvoer te leggen en in 2002 8 belangrijke erin vervatte wetgevingsmaatregelen aan te nemen, zoals in de conclusies van de Europese Raad van Barcelona wordt gevraagd. Voorts is overeengekomen dat individuele maatregelen aan de doelstellingen van integratie en efficiëntie moeten beantwoorden. De Raad heeft de Commissie verzocht regelingen voor te stellen om een eenvormige tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving te bevorderen (zie ook Doelstelling 3 - Prudentiële regels en toezicht- in de sectie Algemene stand van uitvoering van het actieplan); opgeroepen tot een strikte toepassing van de EU-mededingingsregels, en aangedrongen op grotere inspanningen ter bevordering van het vertrouwen en de bescherming van de consument.

    - wat de naar aanleiding van de Enron-affaire gerezen beleidsvraagstukken betreft, heeft de Raad erop gewezen dat het merendeel van de toezicht- en regelgevingsvraagstukken die de Enron-affaire in het licht heeft gesteld, reeds in het kader van het APFD (internationale standaarden voor jaarrekeningen, periodieke informatieverstrekking) worden aangepakt en tevens zijn instemming betuigd met de verdere werkzaamheden van de Commissie betreffende de onafhankelijkheid van de externe accountant en met het verlenen van prioriteit aan de EU-strategie op het gebied van de accountantscontrole, financiële analisten en kredietbeoordelingsbureaus. De ministers wensten het mandaat van de groep op hoog niveau van deskundigen op het gebied van het vennootschapsrecht uit te breiden tot het doen van aanbevelingen inzake optimale werkwijzen voor een goed ondernemingsbestuur en een adequate accountantscontrole.

    Een ander belangrijk pluspunt is de grotere bewustwording en aanvaarding van de aanzienlijke voordelen die financiële integratie te bieden heeft. Volgens een in opdracht van de European Financial Services Round Table verrichte studie [3] kan financiële integratie resulteren in een jaarlijkse extra toename van het BBP van de EU met 0,5 à 0,7%, hetgeen neerkomt op 43 miljard EUR op jaarbasis. Deze potentiële voordelen maken het des te noodzakelijker het APFD tijdig uit te voeren en moeten bovendien op efficiëntere wijze duidelijk worden gemaakt aan bedrijfsleven en burgers [4]. De Commissie zal later dit jaar verslag uitbrengen over verdere micro- en macro-economische ramingen van de economische voordelen.

    [3] Verslag aan de European Financial Services Round Table : "The Benefits of a Working European Retail Market for Financial Services", www.zew.de/erfstudyresults/.

    [4] Het Deense voorzitterschap van de Raad is voornemens de voordelen van financiële integratie te bespreken op basis van studies van de Commissie. De resultaten van deze studies zullen worden belicht in het volgende voortgangsverslag aan de Raad.

    er worden reële vorderingen gemaakt om de door de europese raad vastgestelde termijnen te halen

    Na bijna een jaar onderhandelen, is een compromis bereikt met het Europees Parlement over de wijze waarop uitvoering moet worden gegeven aan de aanbevelingen van het verslag-Lamfalussy over de regulering van de effectenmarkten.

    Daarnaast spant het Spaanse voorzitterschap zich, voortbouwend op de succesvolle werkzaamheden van het Belgische voorzitterschap, thans in om overeenkomstig de conclusies van Barcelona wetgevende overeenkomsten te bereiken op de volgende terreinen:

    - definitieve aanneming in één enkele lezing van de verordening betreffende de toepassing van internationale standaarden voor jaarrekeningen [5] vanaf 2005. Dit zou een geweldige prestatie zijn, vooral na een zo korte onderhandelingsperiode;

    [5] COM(2001) 80 van 13.2.2001.

    - de richtlijnen betreffende de verkoop op afstand van financiële diensten [6], financiëlezekerheidsovereenkomsten [7] en verzekeringstussenpersonen [8] zouden allemaal uiterlijk in juni 2002 moeten worden aangenomen;

    [6] COM(1999) 385 van 23.7.1999.

    [7] COM(2001) 168 van 27.3.2001.

    [8] COM(2000) 511 van 20.9.2000.

    - op 7 mei 2002 is in de Raad politieke overeenstemming bereikt over de richtlijnvoorstellen inzake marktmisbruik [9] en financiële conglomeraten [10]; het is de bedoeling deze voorstellen zo spoedig mogelijk in 2002 aan te nemen;

    [9] COM(2001) 281 van 30.5.2001.

    [10] COM(2001) 213 van 24.4.2001.

    - tijdens het Spaanse voorzitterschap zou politieke overeenstemming moeten worden bereikt over de richtlijnen betreffende aanvullende pensioenfondsen [11] en prospectussen [12], waarbij het de bedoeling is dat de richtlijn betreffende aanvullende pensioenfondsen tegen het einde van het jaar definitief wordt aangenomen en die betreffende prospectussen in 2003.

    [11] COM(2000) 507 van 11.10.2000.

    [12] COM(2001) 280 van 30.5.2001.

    De sinds het laatste voortgangsverslag gemaakte vorderingen zijn voor een groot deel te danken aan de FSPG, die er met name in geslaagd is de vinger te leggen op de belangrijkste politieke belemmeringen voor de tijdige aanneming van een aantal specifieke voorstellen. De lidstaten moeten echter tijdens de discussies zelf blijk blijven geven van de nodige politieke wil om tot een compromis te komen. Ook een zo nauw mogelijke samenwerking tussen de EU-Instellingen is onontbeerlijk om zoveel mogelijk overeenkomsten in één enkele lezing of een versnelde tweede lezing te bewerkstelligen.

    er blijven nog enkele knelpunten

    In het vijfde voortgangsverslag werden drie punten van zorg genoemd: het langzame tempo waarin wetgevingsmaatregelen doorgaans worden aangenomen, het richtlijnvoorstel betreffende het openbaar overnamebod en het richtlijnvoorstel betreffende pensioenfondsen.

    - De bezorgdheid omtrent het algemene tempo van het wetgevingsproces is enigszins afgenomen.

    - Zoals door de groep op hoog niveau van deskundigen op het gebied van het vennootschapsrecht is aanbevolen, zal het voorstel voor een Overnamerichtlijn tegemoetkomen aan de voornaamste drie punten van zorg van het Europees Parlement: de kwestie van de "gelijke concurrentievoorwaarden", de definitie van het begrip "billijke prijs" en de mogelijkheid voor een meerderheidsaandeelhouder om een minderheidsaandeelhouder uit te kopen ("squeeze-out"). De Commissie zal haar voorstel zo spoedig mogelijk indienen nadat zij haar besprekingen met de talrijke belanghebbende partijen heeft afgerond.

    - De voortgang inzake het richtlijnvoorstel betreffende aanvullende pensioenfondsen blijft problematisch [13]. Het Spaanse voorzitterschap stelt evenwel alles in het werk om vóór medio 2002 een consensus in de Raad te bereiken.

    [13] Deze kwestie is in achtereenvolgende voortgangsverslagen als een belangrijk punt van zorg bestempeld: Vierde voortgangsverslag: "Politieke uitdagingen", COM(2001) 286 def., en Vijfde voortgangsverslag: "Europa moet de gewekte verwachtingen tijdig waarmaken", COM(2001) 712 def. Beschikbaar op: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/actionplan/index.htm.

    Daarnaast zijn er nog een aantal andere knelpunten. Zo moeten nog tal van belangrijke problemen (met name in verband met de specifieke behoeften van het MKB) worden opgelost opdat de Prospectusrichtlijn tijdig kan worden aangenomen. De richtlijn betreffende de verkoop op afstand van financiële diensten heeft thans een kritieke fase bereikt in het Parlement, waar de tweede lezing ervan is aangevat. De stemming, die voor de plenaire vergadering van mei 2002 is gepland, kan ofwel de weg vrijmaken voor een snelle aanneming van de richtlijn, ofwel uitmonden in een moeizame bemiddelingsprocedure.

    algemene stand van uitvoering van het actieplan

    In een bijlage [14] bij dit verslag wordt een overzicht gegeven van de stand van uitvoering van de individuele maatregelen van het Actieplan waarover nog wordt onderhandeld (de maatregelen waarover reeds overeenstemming is bereikt, zijn niet langer in het overzicht opgenomen maar worden voor de laatste keer samengevat aan het begin van de bijlage).

    [14] Net als in het verleden zal de bijlage beschikbaar zijn op internet en regelmatig worden bijgewerkt. Beschikbaar op: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/actionplan/index.htm.

    Doelstelling 1 : een interne wholesalemarkt

    De eerste strategische doelstelling van het Actieplan bestaat erin een gemeenschappelijk rechtskader tot stand te brengen voor geïntegreerde effecten- en derivatenmarkten. Financiële integriteit is een wezenlijk aspect van deze doelstelling. De ondergang van Enron heeft de Commissie ertoe aangezet na te gaan in hoeverre de naar aanleiding van de zaak gerezen toezicht- en regelgevingsvraagstukken reeds in het Actieplan aan de orde komen en te onderzoeken of nieuwe initiatieven vereist zijn. Ter gelegenheid van de informele vergadering van de Raad (Ecofin) te Oviedo hebben de diensten van de Commissie een werkdocument [15] opgesteld, dat door de ministers gunstig is onthaald. In dat document wordt een algemene en coherente strategie uitgestippeld om te voorkomen dat een dergelijk debacle zich ook in de EU kan voordoen. Het document is toegespitst op vijf terreinen: financiële verslaglegging, wettelijke accountantscontrole, goed ondernemingsbestuur (corporate governance), transparantie van het internationale financiële stelsel en de rol van financiële analisten en kredietbeoordelingsbureaus.

    [15] Dit document kan worden ingekeken op de website van DG Markt: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/company/company/news/ecofin_2004_04_enron_en.pdf.

    Op grond van de verordening betreffende internationale standaarden voor jaarrekeningen (International Accounting Standards - IAS) zullen beursgenoteerde EU-ondernemingen vanaf 2005 verplicht zijn hun geconsolideerde jaarrekening overeenkomstig de IAS op te stellen. Op deze manier is de toepassing van kwalitatief hoogwaardige standaarden voor jaarrekeningen gewaarborgd. Teneinde de lidstaten in de gelegenheid te stellen hun jaarrekeningenwetgeving met de IAS in overeenstemming te brengen, zal de Commissie binnenkort een voorstel voor een richtlijn tot modernisering van de Vierde en de Zevende Richtlijn Vennootschapsrecht betreffende de jaarrekeningen [16] indienen.

    [16] Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG.

    Adequate handhaving zal één van de voornaamste onderwerpen zijn van de mededeling over de prioriteiten op het gebied van de accountantscontrole die de Commissie binnenkort voornemens is op te stellen. In deze mededeling zal nader worden ingegaan op thema's zoals de toepassing van internationale standaarden voor accountantscontrole (International Standards on Auditing), controle van buitenaf op het accountantsberoep, de rol van auditcomités en beroepsethiek. Bovendien heeft de Commissie recentelijk een aanbeveling over de onafhankelijkheid van de met de wettelijke controle belaste accountant (externe accountant) uitgevaardigd [17]. Met deze aanbeveling wordt met name beoogd te voorkomen dat de externe accountant in een situatie komt te verkeren die negatieve gevolgen zou kunnen hebben voor zijn objectieve beoordeling van de jaarrekeningen. In plaats van een reeks verbodsbepalingen uit te vaardigen, heeft de Commissie ervoor gekozen een op beginselen gebaseerde aanpak te volgen, waarbij de verantwoordelijkheid voor een groot deel bij de beroepsgroep zelf wordt gelegd. Mocht deze aanpak in de praktijk niet blijken te functioneren, dan kan de Commissie besluiten de situatie aan een hernieuwd onderzoek te onderwerpen en alsnog met wetgevingsvoorstellen te komen. De Commissie zal tevens haar besprekingen met het Comité van Europese effectenregelgevers over de uitoefening van een adequaat toezicht op door beursgenoteerde ondernemingen gepubliceerde jaarrekeningen voortzetten.

    [17] http://europa.eu.int/comm/internal_market/fr/company/audit/index.html Aanbeveling van de Commissie (2001/6942) van 16 mei 2002 over de Onafhankelijkheid van de met de wettelijke controle belaste accountant in de EU:basisbeginselen (C(2002)1873)

    In januari heeft de groep op hoog niveau van deskundigen op het gebied van het vennootschapsrecht haar eerste verslag voorgesteld, dat handelde over in verband met het openbaar overnamebod gerezen problemen [18]. De in dit verslag gedane aanbevelingen moeten de Commissie helpen bij de voorbereiding van een nieuw voorstel voor een Overnamerichtlijn. In een tweede verslag zal de groep aanbevelingen doen voor de modernisering van het vennootschapsrechtelijk kader van de EU [19]. Op de informele vergadering van de Raad (Ecofin) te Oviedo werd de groep tevens verzocht in haar evaluatie (waarin reeds wordt ingegaan op goed ondernemingsbeleid in het algemeen) ook aandacht te besteden aan een aantal specifieke vraagstukken op het gebied van goed ondernemingsbeleid, zoals de rol van niet bij het dagelijks bestuur betrokken directeuren, de beloning van het management en de verantwoordelijkheid van het management voor de opstelling van financiële informatie. In juni zal de Raad (Ecofin) in kennis worden gesteld van de voorlopige standpunten ten aanzien van deze aspecten. De eindconclusies zouden beschikbaar moeten komen voor de Raad (Ecofin) in september. De groep zal zich ook buigen over andere vennootschapsrechtelijke problemen zoals de oprichting en werking van ondernemingen, de rechten van aandeelhouders, de herstructurering van ondernemingen en de eventuele behoefte aan nieuwe juridische vennootschapsvormen op EU-niveau. De groep zal in september zijn eindverslag over deze kwesties presenteren. Overeenkomstig het Actieplan zal de Commissie binnenkort ook een voorstel voor een richtlijn inzake grensoverschrijdende fusies (Tiende Richtlijn Vennootschapsrecht) indienen.

    [18] Beschikbaar op de website van DG Markt: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/company/company/news/02-24.htm.

    [19] Het raadplegingsdocument is beschikbaar op de website van DG Markt: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/company/company/modern/index.htm.

    Vóór eind 2002 zal de Commissie ook komen met voorstellen voor een actualisering van de Richtlijn Beleggingsdiensten [20] en met een voorstel betreffende periodieke informatieverstrekking [21]. In de reacties die de Commissie in het kader van de raadplegingen over de herziening van de Richtlijn Beleggingsdiensten heeft ontvangen, wordt benadrukt dat verdere werkzaamheden moeten worden ondernomen op het gebied van clearing en afwikkeling. Binnenkort zal dan ook een mededeling inzake clearing en afwikkeling worden gepubliceerd.

    [20] Voor meer informatie, zie de website van DG Markt: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/mobil/isd/index.htm.

    [21] Voor meer informatie, zie de website van DG Markt: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/mobil/transparency/index.htm.

    Doelstelling 2: open en veilige retailmarkten

    De halftijdse beoordeling heeft uitgewezen dat aanvullende inspanningen moeten worden geleverd om een waarlijk geïntegreerde financiële retailmarkt voor iedereen tot stand te brengen, waarbij moet worden uitgegaan van de oorspronkelijke beleidsinitiatieven die in het Actieplan zijn vervat. Versterking van het consumentenvertrouwen is een eerste vereiste om vooruitgang te boeken op dit terrein. Het is dan ook van essentieel belang om vertegenwoordigers van consumenten bij het financiële integratieproces te betrekken teneinde dat vertrouwen te bevorderen en een grotere bewustwording in de hand te werken. In de routebeschrijving betreffende financiële diensten voor consumenten [22] wordt aangegeven welke de voornaamste maatregelen zijn in verband waarmee vooruitgang moet worden geboekt:

    [22] Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement: "E-handel en financiële diensten", COM(2001) 66 def. van 7.2.2001.

    - de mededeling betreffende retailbetalingen in de interne markt [23] zal in 2003 worden gevolgd door een voorstel voor een wettelijk kader voor betalingen dat de hoeksteen moet vormen voor een eengemaakte ruimte voor betalingen;

    [23] COM(2000) 36 van 31.1.2000.

    - het Actieplan voor de preventie van fraude en vervalsing van girale betaalmiddelen [24] wordt ten uitvoer gelegd in samenwerking met de nationale instanties;

    [24] COM(2001) 11 van 9.2.2001.

    - de Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan een aanbeveling [25] waarin alle kredietgevers wordt gevraagd zich uiterlijk vanaf 30 september 2002 te houden aan het bepaalde in de Europese "Vrijwillige Gedragscode betreffende voorlichting inzake woningkredieten in de precontractuele fase". De Commissie houdt nauwlettend toezicht op de naleving van deze code;

    [25] COM(2001) 477 van 1.3.2001.

    - bij de follow-up van de mededeling over e-handel en financiële diensten wordt samengewerkt met de lidstaten om ervoor te zorgen dat deze mededeling in de gehele EU op transparante en eenvormige wijze ten uitvoer wordt gelegd;

    - momenteel wordt onderzoek gedaan naar het bestaan van verzekeringsgarantiestelsels waarop verzekeringnemers bij de liquidatie van een verzekeringsonderneming een beroep kunnen doen, om uit te maken of een (wetgevend of ander) optreden op EU-niveau vereist is;

    - er zal een vervolgactie op het succesvolle FIN-NET-initiatief voor de buitengerechtelijke beslechting van consumentengeschillen [26] worden ondernomen om de bekendheid en efficiëntie van dit netwerk te vergroten. In het algemeen moet ernaar worden gestreefd de Europese kleine belegger op een beter gestructureerde en doelmatiger manier bij de communautaire besluitvorming te betrekken.

    [26] Voor meer informatie, zie de website van DG Markt: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/consumer/adr.htm.

    Doelstelling 3: prudentiële regels en toezicht

    De derde strategische doelstelling van het Actieplan, de modernisering van de prudentiële regels en het toezicht, zal de stabiliteit van de Europese financiële sector in de hand werken. In het kader van deze doelstelling zijn de volgende initiatieven van belang:

    - bij de eerste herziening van de solvabiliteitsregeling voor het verzekeringsbedrijf [27] is gebleken dat een ingrijpender herziening van de huidige aanpak geboden is ("Solvabiliteit II") en dat er behoefte bestaat aan een kader voor het herverzekeringstoezicht;

    [27] Richtlijnen 2002/12/EG en 2002/13/EG.

    - de snelle aanneming van de richtlijn tot wijziging van de Witwasrichtlijn [28] betekende een belangrijke stap in de richting van een verdere versterking van het anti-witwasbeleid van de EU. Na de gebeurtenissen van 11 september kan het noodzakelijk blijken het wettelijk kader voor de bestrijding van het witwassen van geld verder aan te scherpen door in 2003 een derde Witwasrichtlijn uit te vaardigen;

    [28] Richtlijn 2001/97/EG.

    - er is er een ambitieus tijdschema vastgesteld om tegen 2006 de herziene solvabiliteitsregeling voor banken en beleggingsondernemingen ten uitvoer te leggen, na afronding van de besprekingen binnen het Bazelse Comité van de G10.

    Met het Actieplan wordt beoogd "de EU in staat [te] stellen een sleutelrol te vervullen bij de vaststelling van hoge internationale standaarden voor de regelgeving en het toezicht" en "de ontwikkeling [te bevorderen] van EU-toezichtregelingen die het vertrouwen en de stabiliteit weten te bewaren in een tijdvak dat door veranderende marktstructuren en mondialisering wordt gekenmerkt". De hoofddoelstellingen van het Actieplan kunnen als volgt worden omschreven: zorgen voor een vlotte tenuitvoerlegging van de wetgeving en een snelle aanpassing ervan aan de marktontwikkelingen en tegelijkertijd bijdragen tot de broodnodige convergentie van de toezichtmethoden. Er zijn reeds concrete stappen ondernomen, met name op het terrein van de effectenmarkten, waar reeds een aanvang is gemaakt met de tenuitvoerlegging van de aanbevelingen van het comité-Lamfalussy [29]. De eerste verzoeken om technisch advies over toepassingsmaatregelen (op het gebied van prospectussen en marktmisbruik) zijn onlangs aan het Comité van Europese effectenregelgevers (CEER) toegezonden. Zowel het CEER als de Commissie zelf zijn nieuwe procedures aan het uitwerken om uitvoerig overleg te kunnen plegen met de markt en de consumenten (bv. raadplegingen/hoorzittingen met betrekking tot de tweede Richtlijn Beleggingsdiensten (RBD)).

    [29] Besluiten van de Commissie van 6 juni 2001 tot instelling van het Europees Comité voor het effectenbedrijf (COM(2001) 1493 def.) en het Comité van Europese effectenregelgevers (COM(2001) 1501 def.).

    In zijn verslag aan de Raad (Ecofin) over financiële integratie concludeerde het Economisch en Financieel Comité dat op het terrein van de toezichtconvergentie een belangrijke rol is weggelegd voor de benadering met vier niveaus voor de regulering van de effectenmarkten welke in het verslag-Lamfalussy wordt voorgesteld en door de Raad is onderschreven. De Raad (Ecofin) heeft op zijn bijeenkomst van 7 mei 2002 de Commissie verzocht "na overleg met de bevoegde toezichthoudende instanties en de ministeries van Financiën en met inachtneming van de standpunten van het bedrijfsleven en de consumenten, zo spoedig mogelijk te rapporteren over de passende regelingen ter bevordering van een consistente implementatie en handhaving van de regelgeving, met inbegrip van de toezichtpraktijken, overeenkomstig de aanbevelingen van het verslag van het Economisch en Financieel Comité over financiële integratie, zodat het EFC het rapport van de Commissie kan gebruiken" als basis voor de opstelling van zijn eigen verslag.

    Externe dimensie/mondialisering/uitbreiding

    Het bestaan van een geïntegreerde, goed functionerende interne markt zal het internationale concurrentievermogen van Europese aanbieders van financiële diensten ten goede komen en meer buitenlandse investeerders en beleggers aantrekken. Daarnaast zal een efficiëntere en grootschaliger communautaire financiële sector bijdragen tot een versterking van de internationale rol van de euro. Een andere gemeenschappelijke factor met een externe dimensie is het uitbreidingsproces van de EU. De onderhandelingen met de eerste groep kandidaat-lidstaten zullen naar verwachting in 2002 kunnen worden afgerond. De Commissie is voornemens vertegenwoordigers van de ministers van Financiën van de kandidaat-lidstaten vóór eind 2002 uit te nodigen op een speciale FSPG-vergadering om de ontwikkelingen in de financiële sector en de Europese financiële integratie te bespreken.

    Voorts wordt een versnelling verwacht van de multilaterale onderhandelingen over de Algemene Overeenkomst inzake de handel in diensten (General Agreement on Trade in Services - GATS), welke in het ruimere kader van de ontwikkelingsagenda van Doha zijn ingepast. Tegenover verdere maatregelen ter bevordering van de integratie en liberalisering van de EU-markt moeten adequate toezeggingen staan van alle derde landen om hun markten open te stellen. In dit verband zijn technische besprekingen aan de gang tussen de Commissie en VS-instanties. Zo wordt momenteel van gedachten gewisseld met de Securities and Exchange Commission (SEC) over handelsschermen en standaarden voor jaarrekeningen. De Commissie en de autoriteiten van de lidstaten hebben tevens met de SEC en de Federal Reserve Board gediscussieerd over de uitoefening van toezicht op financiële conglomeraten.

    Conclusies

    Zowel de Europese Raad van Barcelona, de informele Raad (Ecofin) van Oviedo als de halftijdse evaluatie hebben het vitale belang en de potentiële voordelen onderstreept van geïntegreerde kapitaalmarkten voor de economische groei, de werkgelegenheidsschepping, de financiële stabiliteit en voor het vermogen van consumenten en bedrijfsleven om optimaal van de euro te profiteren. Uit de vorderingen die recentelijk in de Raad en het Europees Parlement met betrekking tot een aantal voorstellen zijn gemaakt, kan worden afgeleid dat de politieke verbintenis om het APFD tijdig uit te voeren, in vastberaden politieke overeenkomsten tot uiting begint te komen. In dit verband moet het bereiken van overeenstemming over de door het comité-Lamfalussy voorgestelde regelgevingsprocedure als een belangrijke doorbraak worden gezien.

    De door de recente successen teweeggebrachte dynamiek moet echter worden bestendigd om de uiterste termijn van 2005 te respecteren. Over alle maatregelen moet uiterlijk medio 2004 overeenstemming zijn bereikt om de lidstaten voldoende tijd te laten deze maatregelen ten uitvoer te leggen. Het volgende voortgangsverslag zal aan het einde van dit jaar aan de Raad (Ecofin) worden overgelegd. Tegen die tijd zouden de 8 wetgevende overeenkomsten waarop in Barcelona is aangedrongen, moeten zijn gesloten. Is dat het geval, dan zal de uitvoering van het APFD een heel eind zijn opgeschoten. Zelfs indien niet alle obstakels uit de weg zullen zijn geruimd, kan er evenwel significante en onomkeerbare vooruitgang worden geboekt om tegen 2005 een sterke en geïntegreerde Europese financiële sector tot stand te brengen - een kans die met beide handen moet worden aangegrepen.

    BIJLAGE

    Bij de uitvoering van het Actieplan voor financiële diensten gemaakte vorderingen

    In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van de vorderingen die zijn gemaakt bij de uitvoering van de individuele maatregelen vervat in het Actieplan voor financiële diensten (COM(1999) 232). De bijlage bevat een samenvatting van de huidige stand van zaken, alsook het oordeel van de Commissie over de mate waarin de instellingen van de Gemeenschap en de lidstaten erin slagen de doelstellingen van het Actieplan te verwezenlijken. Van de oorspronkelijke 42 maatregelen zijn er thans 26 volledig uitgevoerd: deze maatregelen worden aan het begin van deze bijlage opgesomd.

    In reactie op algemenere marktontwikkelingen die zich de afgelopen drie jaar hebben voorgedaan, is tot vijf extra maatregelen besloten. Deze maatregelen, die niet in het oorspronkelijke Actieplan voorkomen, worden afzonderlijk in de bijlage vermeld onder de toepasselijke strategische doelstelling van het Actieplan. De extra maatregelen zijn opgenomen om een volledig beeld te verschaffen van de huidige werklast van de Unie.

    De voortgangsverslagen blijven beschikbaar op de volgende webpagina:

    http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/actionplan/index.htm

    + Een plusteken geeft aan dat bij de verwezenlijking van de desbetreffende doelstelling van het Actieplan vooruitgang is geboekt.

    - Een minteken geeft aan dat geen vooruitgang is geboekt.

    AFGERONDE APFD-MAATREGELEN

    (Wetgevingsvoorstellen zijn vetgedrukt)

    (1) Mededeling van de Commissie inzake de toepassing van gedragsregels overeenkomstig artikel 11 van de Richtlijn Beleggingsdiensten (RBD) (onderscheid tussen professionele en kleine beleggers), goedgekeurd op 14 november 2000, COM(2000) 722

    (2) Mededeling van de Commissie betreffende de actualisering van de RBD, goedgekeurd op 15 november 2000, COM(2000) 729

    (3) Wijziging van de 4e en de 7e Richtlijn Vennootschapsrecht om verslaglegging op basis van de waarde in het economisch verkeer toe te staan: Richtlijn 2001/65/EG, aangenomen op 31 mei 2001

    (4) Mededeling van de Commissie met het oog op de actualisering van de EU-strategie voor de financiële verslaglegging, goedgekeurd op 13 juni 2000, COM(2000) 359

    (5) Aanbeveling inzake de waarborging van de kwaliteit van de wettelijke controle in de Europese Unie, uitgebracht op 21 november 2000, C(2000) 3304

    (6) Politieke overeenstemming over het statuut van de Europese vennootschap: Richtlijn 2001/86/EG en Verordening (EG) nr. 2157/2001, aangenomen op 8 oktober 2001

    (7) Onderzoek naar de in de EU gangbare praktijken op het gebied van het ondernemingsbestuur. Het eindverslag van de vergelijkende studie is gepubliceerd op 27 maart 2002 en beschikbaar op de website van DG MARKT: http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/company/company/news/index.htm

    (8) Mededeling van de Commissie over pensioenregelingen op basis van kapitaaldekking, goedgekeurd op 11 mei 1999, COM(1999) 134

    (9) Aanneming van de beide icbe-richtlijnen: Richtlijnen 2001/107/EG en 2001/108/EG, aangenomen op 21 januari 2002

    (10) Mededeling van de Commissie inzake duidelijke en begrijpelijke informatie voor consumenten. De werkzaamheden met betrekking tot deze mededeling zijn geïntegreerd in die betreffende de mededeling van de Commissie over e-handel en financiële diensten, goedgekeurd op 7 februari 2001, COM(2001) 66

    (11) Aanbeveling van de Commissie ter bevordering van een optimale informatieverstrekking (woningkrediet), uitgebracht op 1 maart 2001, COM(2001) 477

    (12) Commissieverslag over substantiële verschillen tussen de nationale regelingen voor transacties tussen consumenten en bedrijfsleven. De besprekingen met het bedrijfsleven (Forumgroep) en de consumenten zijn afgerond. De vergaarde informatie zal worden gebruikt voor verdere initiatieven van de Commissie op het gebied van financiële dienstverlening aan consumenten.

    (13) Interpretatieve mededeling over het vrij verrichten van diensten en het algemeen belang in het verzekeringsbedrijf, goedgekeurd op 2 februari 2000, C(1999) 5046

    (14) Mededeling van de Commissie betreffende retailbetalingen in de interne markt, goedgekeurd op 31 januari 2000, COM(2000) 36 def.

    (15) Actieplan van de Commissie voor de preventie van fraude en vervalsing in betalingssystemen, goedgekeurd op 9 februari 2001, COM(2001) 11

    (16) Mededeling van de Commissie over e-handel en financiële diensten, goedgekeurd op 7 februari 2001, COM(2001) 66

    (17) Aanneming van het voorstel voor een richtlijn betreffende de sanering en de liquidatie van verzekeringsondernemingen: Richtlijn 2001/17/EG, aangenomen op 19 maart 2001

    (18) Aanneming van het voorstel voor een richtlijn betreffende de sanering en de liquidatie van banken: Richtlijn 2001/24/EG, aangenomen op 4 april 2001

    (19) Aanneming van het voorstel voor een richtlijn inzake elektronisch geld: Richtlijn 2000/46/EG, aangenomen op 18 september 2000

    (20) Wijziging van de Witwasrichtlijn: Richtlijn 2001/97/EG, aangenomen op 4 december 2001

    (21) Aanbeveling van de Commissie betrekkende de verstrekking van informatie over financiële instrumenten, uitgebracht op 23 juni 2000, C(2000)1372

    (22) Wijziging van de solvabiliteitsmargevereisten in de verzekeringsrichtlijnen: Richtlijnen 2002/12/EG en 2002/13/EG, aangenomen op 5 maart 2002

    (23) Wijziging van de verzekeringsrichtlijnen en de Richtlijn Beleggingsdiensten om informatie-uitwisseling met derde landen mogelijk te maken: Richtlijn 2000/64/EG, aangenomen op 7 november 2000

    (24) Instelling van twee comités voor het effectenbedrijf: Besluit van 6 juni 2001 tot instelling van het Europees Comité voor het effectenbedrijf - ECEB (C(2001) 1493) en Besluit van 6 juni 2001 tot instelling van het Comité van Europese effectenregelgevers - CEER (C(2001) 1501)

    (25) Aanbeveling van de Commissie (2001/6942) van 16 mei 2002 over de Onafhankelijkheid van de met de wettelijke controle belaste accountant in de EU:basisbeginselen (C(2002)1873)

    (26) Evaluatie van de belastingheffing op financiële diensten. Deze actie is geïntegreerd in het initiatief met betrekking tot de belastingheffing op aanvullende pensioenfondsen (zie verder)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    (niet in het oorspronkelijke actiePlan vervatte maatregelen die zijn genomen in reactie op algemenere marktontwikkelingen die zich sinds de goedkeuring van het ActiePlan hebben voorgedaan)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    (niet in het oorspronkelijke actiePlan vervatte maatregelen die zijn genomen in reactie op algemenere marktontwikkelingen die zich sinds de goedkeuring van het ActiePlan hebben voorgedaan)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    (niet in het oorspronkelijke actiePlan vervatte maatregelen die zijn genomen in reactie op algemenere marktontwikkelingen die zich sinds de goedkeuring van het ActiePlan hebben voorgedaan)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Top