EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 51999PC0236

Gewijzigd voorstel voor een Verordening (EG) van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek

/* COM/99/0236 def. - COD 98/0134 */

PB C 248E van 29.8.2000, p. 1–2 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

51999PC0236

Gewijzigd voorstel voor een Verordening (EG) van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek /* COM/99/0236 def. - COD 98/0134 */

Publicatieblad Nr. C 248 E van 29/08/2000 blz. 0001 - 0002


Gewijzigd voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek

(door de Commissie overeenkomstig artikel 250, lid 2 van het EG-verdrag ingediend)

TOELICHTING

Naar aanleiding van het advies van het Europees Parlement van 12 maart 1999 ten aanzien van het voorstel voor een verordening (EG) tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek heeft de Commissie haar oorspronkelijke voorstel (COM(98)226) gewijzigd overeenkomstig artikel 250 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.

De Commissie neemt inhoudelijk de vijf door het Europees Parlement voorgestelde wijzigingen (1) over. Het gewijzigde voorstel heeft ten doel :

(1) De toevoegingen zijn onderstreept, en vet weergegeven. Teksten die geschrapt worden, zijn doorgestreept.

- een regeling te treffen voor het probleem van de "goede trouw" van de importeurs in het kader van de overeenkomsten inzake de preferentiële oorsprong. De voorgestelde tekst biedt de betrokken handelaren meer rechtszekerheid door het aan de toestand van onzekerheid verbonden risico ten dele door de importeur en ten dele door het systeem te laten dragen en door de verplichtingen van de douaneautoriteiten nader te omschrijven;

- het voorstel met betrekking tot de bij elektronische douaneaangiften te voegen documenten te verplaatsen en te verbeteren;

- een bepaling in verband met de hervorming van de economische douaneregelingen te verduidelijken en een andere, niet onontbeerlijke, bepaling in verband met deze hervorming te schrappen.

Gewijzigd voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1, Punt 4 : Artikel 62, lid 3

"3. Uitzonderingen op de bij lid 2 vastgestelde verplichting kunnen volgens de procedure van het comité worden toegestaan, met name indien de aangifte op elektronische wijze wordt ingediend.

De nationale autoriteiten of, in voorkomend geval, de communautaire autoriteiten, moeten echter zonder voorafgaande kennisgeving toegang kunnen verkrijgen tot deze bescheiden die het bedrijf gedurende een bepaalde termijn dient te bewaren. De wijze waarop deze bepaling ten uitvoer wordt gelegd wordt volgens de procedure van het comité vastgesteld."

Artikel 1, Punt 4 bis (NIEUW) : Artikel 77

4 bis In artikel 77 wordt de thans bestaande tekst lid 1 en wordt het volgende lid 2 toegevoegd:

"2. Wanneer de douaneaangifte door middel van een systeem voor automatische gegevensverwerking wordt gedaan, kunnen volgens de procedure van het comité uitzonderingen op de in artikel 62, lid 2, neergelegde verplichting worden vastgesteld.

Het recht van vrije toegang van de nationale autoriteiten of, in voorkomend geval, de communautaire autoriteiten, zonder voorafgaande kennisgeving alsmede de verplichting voor het bedrijf gedurende een minimale termijn bewijzen te bewaren moeten echter worden gewaarborgd. De wijze van uitvoering wordt volgens de procedure van het comité vastgesteld."

Artikel 1, Punt 5 : Artikel 115, lid 4

"4. Maatregelen die ertoe strekken een beroep op lid 1 te verbieden, aan voorwaarden te onderwerpen of te vergemakkelijken, kunnen volgens de procedure van het comité worden vastgesteld".

Artikel 1, Punt 7 : Artikel 118, lid 4

4. Volgens de procedure van het comité kunnen bijzondere termijnen worden vastgesteld.

Artikel 1, Punt 21 bis (NIEUW) : Artikel 220, lid 2, onder b

Aan artikel 220, lid 2, onder b), worden de volgende alinea's toegevoegd:

"wanneer de preferentiële status van de goederen aan de hand van een systeem van administratieve samenwerking wordt vastgesteld waarbij instanties van een derde land betrokken zijn, wordt de afgifte van een onjuist certificaat door deze instanties als een vergissing aangemerkt die redelijkerwijze niet kon worden ontdekt, tenzij de exporteur, de feitelijke situatie op onjuiste wijze aan de genoemde instanties heeft voorgesteld; een vergissing staat met name vast, wanneer de belastingschuldige het bewijs levert dat de exporteur de feitelijke situatie op juiste wijze aan de instanties die het certificaat afgeven, heeft voorgesteld; de belastingschuldige kan evenwel geen goede trouw inroepen wanneer de Commissie een bericht in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen heeft bekendgemaakt volgens hetwelk er gegronde twijfel bestaat ten aanzien van de juiste toepassing van de preferentiële regeling door het begunstigde land, tenzij de belastingschuldige al het nodige heeft gedaan om andere bewijzen te verkrijgen van de oorsprong van de goederen die deze behandeling rechtvaardigt; het staat aan de lidstaten alle passende maatregelen te nemen om de eventuele aansprakelijkheid van de belastingschuldige vast te stellen;"

Gedaan te Brussel, op

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De Voorzitter De Voorzitter

Top