Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 51999AG0031

    Gemeenschappelijk Standpunt (EG) nr. 31/1999 van 12 juli 1999, vastgesteld door de Raad, volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met het oog op de aanneming van een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van het basisbesluit betreffende het programma Jeugd voor Europa III met het oog op de opneming van Turkije in de lijst van in aanmerking komende landen

    PB C 249 van 1.9.1999, p. 4–6 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    51999AG0031

    Gemeenschappelijk Standpunt (EG) nr. 31/1999 van 12 juli 1999, vastgesteld door de Raad, volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met het oog op de aanneming van een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van het basisbesluit betreffende het programma Jeugd voor Europa III met het oog op de opneming van Turkije in de lijst van in aanmerking komende landen

    Publicatieblad Nr. C 249 van 01/09/1999 blz. 0004


    GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 31/1999

    door de Raad vastgesteld op 12 juli 1999

    met het oog op de aanneming van Besluit nr. .../1999/EG van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van het basisbesluit betreffende het programma Jeugd voor Europa III met het oog op de opneming van Turkije in de lijst van in aanmerking komende landen

    (1999/C 249/02)

    HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 149,

    Gezien het voorstel van de Commissie(1),

    Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité(2),

    Gezien het advies van het Comité van de Regio's(3),

    Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag(4),

    (1) Overwegende dat het Europees Parlement en de Raad bij Besluit nr. 818/95/EG de derde fase van het programma Jeugd voor Europa III hebben aangenomen waaraan Turkije niet deelneemt(5);

    (2) Overwegende dat Turkije een geassocieerd land is waarvan de banden met de Gemeenschap aanzienlijk zijn versterkt door de inwerkingtreding van de definitieve fase van de douane-unie;

    (3) Overwegende dat de door de douane-unie tot stand gebrachte economische en commerciële banden door middel van een nauwere samenwerking op het gebied van onderwijs, opleiding en jeugd moeten worden versterkt;

    (4) Overwegende dat waarschijnlijk veel tijd zal verlopen tussen de in dit besluit vastgelegde wijziging van het besluit betreffende onderhavig programma met het oog op de opneming van Turkije en het einde van de onderhandelingen over de (met name financiële) voorwaarden voor de deelname van dit land enerzijds, en tussen het einde van deze onderhandelingen en de daadwerkelijke deelname van Turkije anderzijds;

    (5) Overwegende echter dat een dergelijke principiële openstelling niet alleen een tastbare uiting is van de reeds herhaaldelijk geuite wens van de Europese Unie om te evolueren in de richting van sectorale samenwerking met dit land, maar het ook mogelijk maakt voor voorbereidende en bewustwordingsmaatregelen te zorgen met het oog op een volledige deelname aan onderhavig programma of aan een toekomstig kaderprogramma dat nog in voorbereiding is,

    BESLUITEN:

    Artikel 1

    In artikel 7, lid 4, van Besluit nr. 818/95/EG wordt de tweede zin vervangen door de volgende tekst:

    "Dit programma wordt opengesteld voor deelname van Cyprus, Malta en Turkije op basis van aanvullende kredieten en volgens procedures waarover met deze landen overeenstemming moet worden bereikt met als uitgangspunt de regels die ten aanzien van de EVA-landen worden toegepast en met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 van het Financieel Reglement zoals dit thans luidt.."

    Artikel 2

    Dit besluit is gericht op de volledige of gedeeltelijke deelname op de kortst mogelijke termijn van Turkije aan het programma Jeugd voor Europa in zijn huidige vorm, voorzover de onderhandelingen dit mogelijk maken, alsmede op het lanceren van voorbereidende of bewustwordingsmaatregelen met het oog op deze deelname of de geplande deelname aan het toekomstige kaderprogramma (2000-2004).

    Artikel 3

    Doelstelling van de deelname van Turkije aan het programma Jeugd voor Europa is het mogelijk maken van daadwerkelijke uitwisselingen tussen jongeren van beide partijen en hun begeleiders met eerbiediging van de verschillen in onderwijs, taal en cultuur, overeenkomstig artikel 149, lid 1, van het Verdrag, alsook met eerbiediging van de rechten van de minderheden.

    Artikel 4

    Het Europees Parlement wordt op de hoogte gehouden van de diverse maatregelen die voor de uitvoering van dit besluit worden genomen.

    Artikel 5

    Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Gedaan te ...

    Voor het Europees Parlement

    De Voorzitter

    ...

    Voor de Raad

    De Voorzitter

    ...

    (1) PB C 186 van 26.6.1996, blz. 9.

    (2) PB C 158 van 26.5.1997, blz. 74.

    (3) Advies uitgebracht op 3 juni 1999 (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

    (4) Advies van het Europees Parlement van 25 februari 1999 (PB C 153 van 1.6.1999, blz. 21), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 12 juli 1999 en besluit van het Europees Parlement van ... (nog niet verschenen in het Publicatieblad).

    (5) PB L 87 van 20.4.1995, blz. 1.

    MOTIVERING VAN DE RAAD

    I. INLEIDING

    1. Op 14 mei 1996 heeft de Commissie de Raad een voorstel toegezonden voor een besluit tot wijziging van het basisbesluit betreffende het programma Jeugd voor Europa III met het oog op de opneming van Turkije in de lijst van in aanmerking komende landen(1). Het voorstel heeft artikel 149 van het Verdrag als rechtsgrondslag.

    2. Het Europees Parlement heeft op 25 februari 1999 advies uitgebracht(2).

    Het Economisch en Sociaal Comité heeft op 20 maart 1997 advies uitgebracht(3).

    Het Comité van de Regio's heeft op 3 juni 1999 advies uitgebracht(4).

    3. Op 12 juli 1999 heeft de Raad volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag zijn gemeenschappelijk standpunt vastgesteld.

    II. DOEL VAN HET VOORSTEL

    4. Doel van het voorstel is Turkije op te nemen in de lijst van landen die in aanmerking komen voor het programma Jeugd voor Europa.

    III. ANALYSE VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT

    5. De Raad heeft het voorstel van de Commissie aanvaard.

    6. Het Europees Parlement heeft in zijn advies zes amendementen voorgesteld. De Raad heeft besloten de amendementen nrs. 7 tot en met 10 en 12 volledig te aanvaarden. Wat betreft amendement nr. 11, de Raad heeft dit deels kunnen aanvaarden, maar de verwijzing naar minderheden is gewijzigd. De Raad is namelijk met de Commissie van mening dat de door het Europees Parlement voorgestelde formule de indruk zou kunnen wekken dat er specifieke quota worden ingesteld.

    (1) PB C 186 van 26.6.1996, blz. 9.

    (2) Nog niet in het Publicatieblad verschenen.

    (3) PB C 158 van 26.5.1997, blz. 74.

    (4) Nog niet in het Publicatieblad verschenen.

    Top