Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 51998IP0157

    Resolutie over de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement betreffende de controle op nieuwe synthetische drugs ("designer drugs") (COM(97)0249 C4-0244/ 97)

    PB C 167 van 1.6.1998, p. 29 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    51998IP0157

    Resolutie over de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement betreffende de controle op nieuwe synthetische drugs ("designer drugs") (COM(97)0249 C4-0244/ 97)

    Publicatieblad Nr. C 167 van 01/06/1998 blz. 0029


    A4-0157/98

    Resolutie over de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement betreffende de controle op nieuwe synthetische drugs ("designer drugs") (COM(97)0249 - C4-0244/97)

    Het Europees Parlement,

    - gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement (COM(97)0249 - C4-0244/97),

    - gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, inzonderheid artikel K.1, leden 4 en 9, en op het EG-Verdrag, inzonderheid artikel 129,

    - gelet op het ontwerpverdrag van Amsterdam, inzonderheid de artikelen K.1, K.2 en K.3 alsmede het gewijzigde artikel 129 van het EG-Verdrag,

    - onder verwijzing naar het Werelddrugsverslag van het Internationale Drugscontroleprogramma van de Verenigde Naties (UNDCP) ((Oxford University Press 1997.)),

    - onder verwijzing naar het jaarverslag over 1997 van het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD) over de stand van het drugsprobleem in de Europese Unie,

    - gezien de studie van het EWDD over "New Trends in Synthetic Drugs in the European Union" (Nieuwe tendensen inzake het gebruik van synthetische drugs in de Europese Unie),

    - gezien de richtlijn van de Raad 92/109/EEG van 14 december 1992 inzake de vervaardiging en het in de handel brengen van bepaalde stoffen die worden gebruikt voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen ((PB L 370 van 19.12.1992, blz. 76.)), gewijzigd bij richtlijn van de Commissie 93/46/EEG ((PB L 159 van 1.7.1993, blz. 134.)) en aangevuld door middel van de verordening van de Commissie (EEG) nr. 1485/96 ((PB L 188 van 27.7.1996, blz. 28.)), alsmede verordening (EEG) nr. 3677/90 van de Raad houdende maatregelen om te voorkomen dat bepaalde stoffen worden misbruikt voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen ((PB L 357 van 2.12.1990, blz. 1.)), gewijzigd bij verordening (EEG) nr. 900/92 ((PB L 96 van 10.4.1992, blz. 1.)),

    - gezien het gemeenschappelijk optreden van de Raad van 16 juni 1997 betreffende de uitwisseling van informatie, de risicobeoordeling en de controle inzake nieuwe synthetische drugs ((PB L 167 van 25.6.1997, blz. 1.)),

    - gezien het gemeenschappelijk optreden van de Raad van 29 november 1996 inzake de uitwisseling van informatie over de chemische descriptie van drugs ((PB L 322 van 12.12.1996, blz. 5.)),

    - gezien zijn resolutie van 15 juni 1995 over de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement over een actieprogramma van de Europese Unie tot bestrijding van drugs ((PB C 166 van 3.7.1995, blz. 116.)),

    - gezien het verslag van de Commissie openbare vrijheden en binnenlandse zaken en de adviezen van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbescherming, de Begrotingscommissie en de Commissie cultuur, jeugd, onderwijs en media (A4-0157/98),

    A. overwegende dat de consumptie van synthetische drugs in de lidstaten van de Europese Unie sedert het einde van de jaren '80 enorm is gestegen en overwegende dat uit huidige ramingen blijkt dat ongeveer 5 miljoen jongeren in de gehele EU synthetische drugs gebruiken,

    B. overwegende dat de consumenten van synthetische drugs zich op grond van hun sociale situatie en consumptiegewoonten heel duidelijk onderscheiden van de consumenten van opiaten, aangezien eerstgenoemden de drugs vaak slechts in het weekend consumeren en in sociaal opzicht niet opvallen,

    C. overwegende dat synthetische drugs, met name ecstasy, vaak worden gezien als een deel van een moderne cultuur, verband houdend met een opwindend nachtleven, snelle auto's en een "with it"-imago; overwegende dat men ervan uitgaat dat personen die zich onder de invloed van synthetische drugs bevinden een verhoogd risico lopen te worden geconfronteerd met de eventuele gevolgen van onveilig seksueel verkeer en dat ook een verhoogd risico bestaat dat zij bedrijvers of slachtoffer van gewelddadigheden of andere delicten worden,

    D. overwegende dat er pas een zeer aarzelend begin is gemaakt met het onderzoek van de nadelige begeleidende verschijnselen en effecten op de lange duur van het gebruik van synthetische drugs, zodat de risico's van de consumptie nog niet definitief kunnen worden aangegeven,

    E. overwegende dat er bijzondere risico's ontstaan als synthetische drugs samen met andere drugs of alcohol of onder belastende omstandigheden (sterke lichamelijke inspanning, geringe consumptie van vloeistof, te hete ruimtes) worden geconsumeerd,

    F. overwegende dat de vervaardiging van synthetische drugs relatief eenvoudig is en dat de daarvoor benodigde chemische grondstoffen en apparatuur tot dusverre veelal niet aan controle onderhevig zijn,

    G. overwegende dat synthetische drugs gewoonlijk in de nabijheid van de consumenten worden geproduceerd en dat de Europese Unie op het gebied van de productie van amfetaminen en ecstasy-achtige stimulantia tot de grootste productiegebieden ter wereld behoort en dat de illegale handel in synthetische drugs nog steeds in hoofdzaak een interregionale activiteit is, in vergelijking met de handel in narcotica en precursoren, die een mondiaal karakter draagt,

    H. overwegende dat de markt voor synthetische drugs zeer winstgevend is en dat de vervaardiging van en de handel in synthetische drugs in toenemende mate door georganiseerde criminele groeperingen worden gecontroleerd,

    I. overwegende dat de producenten van synthetische drugs uit verschillende landen van Centraal- en Oost-Europa chemische grondstoffen betrekken en dat tussen deze landen en de lidstaten van de Europese Unie regelmatig in deze drugs wordt gehandeld,

    J. overwegende dat een bijzonder gevaar uitgaat van de zogenaamde "designer drugs", die speciaal werden ontwikkeld om reeds bestaande verboden op drugs te omzeilen en wier effecten en neveneffecten onbekend zijn,

    K. overwegende dat de productie van een groot aantal verschillende drugs door de uitwisseling van individuele moleculen mogelijk is, zodat er talrijke praktische problemen ontstaan wanneer men via de wet greep op synthetische drugs probeert te krijgen,

    L. overwegende dat de gebruikelijke synthetische drugs (ecstasy, LSD en amfetaminen) vallen onder het VN-verdrag inzake psychotrope stoffen van 1971 en het VN-verdrag inzake de illegale handel in verdovende middelen en psychotrope stoffen van 1988, die erop gericht zijn het gebruik van deze stoffen te verbieden en de vervaardiging en distributie te controleren,

    M. overwegende dat vaak één tot twee jaar verlopen voordat onderkend wordt dat nieuwe drugs op de markt komen en illegaalverklaring plaatsvindt op grond van het voornoemde VN-verdrag inzake psychotropische stoffen van 1971 en dat van 1988 tegen de illegale handel in verdovende middelen en psychotropische stoffen,

    N. overwegende dat de rechtssituatie in de lidstaten van de Europese Unie op het gebied van de indeling van de individuele synthetische drugs alsmede op het gebied van de bestraffing van het bezit van, consumptie van of handel in verschillende stoffen niet uniform is,

    O. overwegende dat de Raad met zijn voornoemd gemeenschappelijk optreden van 16 juni 1997 een mechanisme in het leven heeft geroepen voor de beoordeling van de risico's van nieuwe synthetische drugs en over het nemen van besluiten over eventueel in te voeren maatregelen en controles, waarvan het effect in de praktijk allereerst moet worden onderzocht,

    P. overwegende dat de Europol-drugseenheid stelselmatig informatie over uiterlijke kenmerken en chemische samenstelling van synthetische drugs verzamelt en deze informatie aan de lidstaten doorgeeft,

    Q. overwegende dat synthetische drugs uit een nog niet definitief vastgesteld aantal verschillende chemische precursoren (uitgangsmaterialen) kunnen worden vervaardigd, die slechts voor een klein gedeelte vallen onder het recht van de Europese Unie inzake de controle van chemische precursoren voor drugs,

    R. overwegende dat de mededeling van de Commissie tot dusverre slechts vage aanduidingen bevat over een mechanisme voor de controle van de chemische precursoren (uitgangsmaterialen) voor synthetische drugs en dat het Europees Parlement afzonderlijk advies uitbrengt over het op 20 februari 1998 toegezonden voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de richtlijn 92/109/EEG van de Raad inzake de vervaardiging en het in de handel brengen van bepaalde stoffen die worden gebruikt voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope stoffen (COM(98)0022),

    S. overwegende dat in artikel 129 van het Ontwerpverdrag van Amsterdam is bepaald dat de Gemeenschap de maatregelen van de lidstaten bij het verminderen van de schade aan de gezondheid door drugsgebruik, met inbegrip van voorlichting en preventie aanvult en dat de lidstaten hun beleid en programma's op dit gebied in samenspraak met de Commissie onderling coördineren,

    T. overwegende dat in verscheidene lidstaten reeds maatregelen tot beperking van de schade worden genomen, zoals bijvoorbeeld overeenkomsten met organisatoren van "raves" over het voldoen aan bepaalde regels, de verdeling van informatiemateriaal en de mogelijkheid om pillen op hun werkelijke inhoud te laten onderzoeken,

    U. overwegende dat de consumenten van synthetische drugs meestal niet van mening zijn dat zij een drugsprobleem hebben en het bestaande voorlichtingsaanbod over drugs, dat veelal op de behoefte van opiaatverslaafden is gericht, nauwelijks waarnemen,

    V. overwegende dat sterfgevallen als gevolg van het gebruik van amfetaminen, ecstasy of LSD betrekkelijk zeldzaam zijn, en dat de dood vaak wordt veroorzaakt door vochtverlies en hartstilstand als gevolg van de hitte in combinatie met langdurig energiek dansen onder drugsinvloed,

    1. acht de verbreiding van de consumptie van synthetische drugs onder met name jongeren zorgwekkend, vooral gezien de eventuele en nog ononderzochte schade die synthetische drugs op lange termijn kunnen aanrichten;

    2. acht het dringend noodzakelijk verdere kennis over synthetische drugs te verzamelen, vooral over hun werkingen en bijwerkingen, alsmede over eventuele schade die op de langere termijn optreedt, en doet een beroep op de lidstaten en de Commissie onderzoek op dit gebied te stimuleren en te ondersteunen;

    3. onderstreept dat het reeds ter beschikking staande internationale recht inzake de controle van synthetische drugs, met name de voornoemde VN-verdragen inzake psychotropische stoffen in alle lidstaten in werking moet worden gesteld en verwacht dat toekomstige overeenkomsten door alle lidstaten snel geratificeerd en in werking worden gesteld;

    4. onderstreept dat het dringend noodzakelijk is dat de Gemeenschap tot een samenhangende, gecoördineerde benadering komt bij de bestrijding van de productie en het aanbod van synthetische drugs, vooral met het oog op de aanstaande bijzondere zitting van de Algemene Vergadering van de VN over drugsbestrijding in juni 1998 in New York, waaraan ook het Europees Parlement deel zou moeten nemen;

    Repressieve maatregelen

    5. wijst op de nog tussen de diverse lidstaten bestaande verschillen op het gebied van de straffen voor handel in, bezit van en consumptie van synthetische drugs doch acht een harmonisering van de dienovereenkomstige strafbepalingen van de lidstaten op dit moment onhaalbaar;

    6. acht het noodzakelijk het misbruik van chemische grondstoffen voor synthetische drugs, de productie daarvan en de handel daarin in alle lidstaten strafrechtelijk te sanctioneren en te vervolgen;

    7. verzoekt de lidstaten ervoor te zorgen dat hun wetgeving die de productie van synthetische drugs verbiedt zodanig uitgebreid is dat vermeden wordt dat producenten de mogelijkheid hebben de wetgeving te omzeilen door de chemische samenstelling van de stoffen te veranderen;

    8. staat erop dat exploitanten van clubs, willen zij hun vergunning behouden, moeten garanderen dat drugs niet verkrijgbaar zijn bij manifestaties en dat hun personeel voldoende getraind is om tekenen van drugsgebruik te herkennen, zij moeten er ook voor zorgen dat ventilatie, gratis koud drinkwater en afkoelingsruimten altijd in het gebouw voorhanden zijn;

    9. acht het om preventieve redenen noodzakelijk repressieve maatregelen tegen dealers niet alleen in de wet te verankeren, doch ook daadwerkelijk toe te passen;

    10. is van oordeel dat straffen voor illegale handel, verkoop en consumptie van synthetische drugs in overeenstemming moeten zijn met de ernst van de overtreding uitvoerbaar moeten zijn;

    11. verzoekt de lidstaten voor een zo intensief mogelijke samenwerking van de betrokken nationale instanties te zorgen en te onderzoeken of het mogelijk is de georganiseerde criminele groeperingen die achter de handel in chemische basisstoffen en synthetische drugs zitten door bijzondere multidisciplinaire eenheden effectief te bestrijden;

    12. is van oordeel dat van een effectieve dreiging met bestraffing van de consumptie van synthetische drugs een afschrikwekkende en daarmee preventieve werking op potentiële consumenten kan uitgaan;

    13. verzoekt de Raad en de Commissie steun te geven aan de uitwisseling van ervaringen tussen de met strafvervolging belaste autoriteiten van de lidstaten en ook met de landen van Midden- en Oost-Europa over doelstellingen op politiegebied en tactieken bij de bestrijding van de productie van en de handel in synthetische drugs, waarbij gebruik moet worden gemaakt van de mogelijkheden van programma's als OISIN en FALCONE;

    14. beveelt de lidstaten aan speciale sociale en politieprogramma's in kringen van jongeren in te stellen en in het kader van de communautaire programma's voor de uitwisseling van ervaringen een Europees netwerk hiervoor in te richten;

    15. verzoekt de lidstaten na de ratificatie van het Verdrag van Amsterdam, dat in artikel K.2, alinea 1a voorziet in de operationele samenwerking van de autoriteiten, met inbegrip van de politie, bij de preventie, de opsporing en het constateren van strafbare feiten, onverwijld de noodzakelijke structuur te ontwikkelen voor de vervolging van georganiseerde criminele groepen die synthetische drugs vervaardigen en verhandelen;

    Informatie en controlesystemen

    16. verzoekt de Commissie op internationaal niveau te onderzoeken of bestaande modellen voor de beschrijving en controle van nieuwe drugs doeltreffend werken en ertoe leiden dat het verschijnen van nieuwe synthetische drugs op de markten wordt verhinderd;

    17. is verheugd over het gemeenschappelijke optreden van de Raad van 16 juni 1997, dat is gericht op de instelling van een systeem voor vroegtijdige waarschuwing dat informatie over nieuwe synthetische drugs verzamelt en uitwisselt, een mechanisme biedt voor de beoordeling van de risico's van deze drugs en een besluitvormingsproces levert met behulp waarvan deze producten onder controle in andere lidstaten kunnen worden geplaatst,

    18. beveelt aan een gemeenschappelijk systeem voor de detectie van nieuwe synthetische drugs in te stellen en het eens te worden over een uniforme methode om deze in generieke categorieën in te delen;

    19. acht het van beslissend belang dat de ter zake bevoegde instanties in de lidstaten kunnen delen in de op Europees niveau verzamelde informatie en verzoekt de Raad met name zijn gemeenschappelijk optreden betreffende de uitwisseling van informatie uit te breiden met een mechanisme dat ervoor zorgt dat de verzamelde informatie over nieuwe synthetische drugs en de risico's daarvan ook worden doorgegeven aan de instanties in de lidstaten die zich bezighouden met drugspreventie en gezondheidsmaatregelen;

    Controle van de uitgangsmaterialen

    20. verzoekt de Commissie een verslag op te stellen over de huidige omzetting in de praktijk en de resultaten van de controle van de chemische uitgangsmaterialen door de EG-richtlijnen en verordeningen op dit gebied;

    21. wenst dat de Commissie eveneens een verslag opstelt over de resultaten van de samenwerking op dit gebied met derde landen, met name daar waar clausules ter zake in samenwerkings- of associatieovereenkomsten zijn opgenomen;

    22. onderstreept dat een controlesysteem voor de uitgangsmaterialen een ook in de praktijk natrekbare lijst van de te controleren stoffen moet omvatten en dat op dit gebied een individueel optreden van de Europese Unie niet zinvol is, maar dat inschakeling van althans de landen van Midden- en Oost-Europa een fundamentele voorwaarde voor een goede werking van een dergelijk systeem is, onderstreept tevens dat het belangrijk is dat het systeem overeenstemt met het reeds bestaande Amerikaanse systeem;

    23. is voornemens de door de Commissie voorgelegde voorstellen voor een controlesysteem voor uitgangsmaterialen voor synthetische drugs met het oog op de inachtneming van deze criteria bij gelijktijdige aandacht voor toepasbaarheid, flexibiliteit en een redelijke verhouding tussen inspanningen en nut te controleren en verwacht dat de Raad het advies van het Europees Parlement over de voorstellen van de Commissie inzake de controle van de uitgangsmaterialen voor synthetische drugs zal afwachten en hier de nodige aandacht aan zal besteden;

    24. verzoekt de politie-instanties van de lidstaten en de kandidaatlanden van Midden- en Oost-Europa nauwe onderlinge contacten en contacten met de chemische industrie aan te knopen om zo tijdig mogelijk informatie te verkrijgen over verdachte transacties;

    Preventie en beperking van de schade

    25. verzoekt het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EWDD) om een stelselmatige wetenschappelijke beoordeling van de gevolgen van maatregelen in de lidstaten ter beperking van de schade en van preventieve en voorlichtende maatregelen in verband met synthetische drugs;

    26. verzoekt de Commissie bijzondere aandacht te schenken aan het probleem van de synthetische drugs, te controleren of lopende programma's op gezondheidsgebied ook op synthetische drugs toepasbaar zijn en met name de uitwisseling van ervaringen tussen de lidstaten over preventieve maatregelen financieel te stimuleren;

    27. suggereert als bijzondere vorm van voorlichting de inrichting van zogenaamde anti-drugs discotheken, daar bij deze met name in Duitsland reeds bewezen vorm van verslavingsprofylaxe de politie in het kader van disco-optredens voorlichting geeft over de risico's van het drugsgebruik, in samenwerking met drugsadviesinstanties, ouders en scholen;

    28. stelt voor, aangezien de subcultuur van dansen/drugsgebruik steeds meer gebruik maakt van Internet om de beschikbaarheid van NSD's en andere drugs bekend te maken alsmede de plaatsen waar deze kunnen worden geconsumeerd, dit net te gebruiken om in een taal die de doelgroep aanspreekt, van dit gebruik af te raden;

    29. verzoekt de Raad de lidstaten ertoe aan te sporen hun scholen aan te bevelen zich op vrijwillige basis tot drugsvrije zones te verklaren; verzoekt de Commissie dergelijke initiatieven te steunen door maatregelen voor te stellen om de scholen te helpen deze doelstelling te verwezenlijken;

    30. verzoekt de Commissie en de lidstaten te onderzoeken in hoeverre er behoefte aan is een speciale voorlichting van consumenten van synthetische drugs in te stellen die aansluit bij reeds ontwikkelde en nog te ontwikkelen waarschuwings- en testsystemen die de risico's bij het gebruik van specifieke pillen in beeld brengen;

    Algemeen

    31. acht een nauwe samenwerking met de landen van Midden- en Oost-Europa op het gebied van de synthetische drugs absoluut noodzakelijk; verzoekt de Raad en de Commissie derhalve de landen van Midden- en Oost-Europa zoveel mogelijk te betrekken bij reeds bestaande en nog op te bouwen informatiesystemen (Europol, systeem voor vroegtijdige waarschuwing, contacten met de chemische industrie, controle van de chemische uitgangsmaterialen) alsmede in het kader van de partnerschappen voor toetreding prioriteit te geven aan het opbouwen van efficiënte structuren ter bestrijding van criminele organisaties die synthetische drugs vervaardigen en daarin handelen, en bijzondere aandacht te besteden aan de sector van de gezondheidszorg en de uitwisseling van informatie omtrent preventieve maatregelen;

    32. verzoekt de lidstaten hun politiële maatregelen af te stemmen op de maatregelen op gezondheidsterrein en ervoor te zorgen dat deze elkaar niet belemmeren;

    33. verzoekt de Commissie te onderzoeken in hoeverre de rijvaardigheid van chauffeurs wordt beïnvloed door het consumeren van synthetische drugs en verwacht dat hieraan de nodige consequenties worden verbonden;

    34. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie, de regeringen en de parlementen van de lidstaten alsmede van de staten die tot de Europese Unie wensen toe te treden.

    Top