Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 51997PC0421

    Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 3072/95 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt en Verordening (EEG) nr. 2358/71 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad

    /* COM/97/0421 def. - CNS 97/0218 */

    PB C 312 van 14.10.1997, p. 18–19 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    51997PC0421

    Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 3072/95 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt en Verordening (EEG) nr. 2358/71 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad /* COM/97/0421 def. - CNS 97/0218 */

    Publicatieblad Nr. C 312 van 14/10/1997 blz. 0018


    Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 3072/95 houdende een gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt en Verordening (EEG) nr. 2358/71 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad (97/C 312/10) COM(97) 421 def. - 97/0218(CNS)

    (Door de Commissie ingediend op 4 september 1997)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

    Gezien het voorstel van de Commissie,

    Gezien het advies van het Europees Parlement,

    Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité,

    Overwegende dat het raadzaam is de bij artikel 6 van Verordening (EG) nr. 3072/95 van de Raad (1) ingevoerde compensatieregeling ook te laten gelden voor telers van voor zaaidoeleinden bestemde padie; dat de prijsdaling als gevolg van de in artikel 3 van voornoemde verordening vastgestelde verlaging van de interventieprijs namelijk gevolgen heeft voor de prijzen van zaairijst; dat, als geen adequate compensatie wordt verleend, het gevaar bestaat dat minder gecertificeerd zaaizaad zal worden gebruikt en de rijstkwaliteit zal verminderen;

    Overwegende dat zaairijst moet worden opgenomen in de lijst van producten waarvoor Verordening (EG) nr. 3072/95 geldt, doch uitsluitend om het product voor de compensatieregeling in aanmerking te laten komen; dat voor dit product namelijk steun voor de teelt van zaaizaad wordt toegekend op grond van Verordening (EEG) nr. 2358/71 van de Raad (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1740/91 (3);

    Overwegende dat in artikel 3 van Verordening (EG) nr. 3072/95 voor padie één enkele interventieprijs is vastgesteld voor het verkoopseizoen 1999/2000 en de daaropvolgende verkoopseizoenen; dat het raadzaam is te bepalen dat, parallel daarmee, de in artikel 6, lid 1, van voornoemde verordening voor het verkoopseizoen 1999/2000 vastgestelde compensatiebedragen ook voor de daaropvolgende verkoopseizoenen gelden;

    Overwegende dat voor de toepassing van de compensatieregeling op grond van artikel 6, lid 4, van voornoemde verordening moet worden uitgegaan van een per producerende lidstaat vastgesteld basisareaal; dat het wenselijk lijkt derhalve te bepalen dat de bij overschrijding van dit areaal toe te passen verlaging door de betrokken lidstaat wordt vastgesteld;

    Overwegende dat in artikel 6, lid 5, van voornoemde verordening is bepaald dat de lidstaten gegevens dienen te verstrekken die moeten steunen op de door de rijsttelers en de rijstfabrikanten gedane aangiften; dat deze bepaling zodanig dient te worden gewijzigd dat daarin niet langer naar het nationale basisareaal wordt verwezen;

    Overwegende dat het uit economisch oogpunt verantwoord is een uitvoerrestitutie alleen nog toe te kennen als het bewijs wordt geleverd dat het product volledig in de Gemeenschap is verkregen in de zin van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 82/97 (5); dat deze verplichting niet geldt bij wederuitvoer;

    Overwegende dat het ten gevolge van de verruiming van de werkingssfeer van de compensatieregeling tot zaairijst gerechtvaardigd lijkt voor de teelt van rijstzaad een stabilisatiemechanisme in te voeren met het oog op het evenwicht op de markt voor rijstzaad en om met name de afzetmogelijkheden op basis van het bij artikel 6 van Verordening (EG) nr. 3072/95 vastgestelde basisareaal te vrijwaren; dat dient te worden bepaald dat de bepalingen inzake de verruiming van de werkingssfeer van de compensatieregeling en de invoering van het stabilisatiemechanisme aan het begin van het verkoopseizoen 1998/99 van toepassing worden,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EG) nr. 3072/95 wordt als volgt gewijzigd:

    1. In artikel 1:

    a) wordt lid 1 vervangen door:

    "1. De gemeenschappelijke ordening van de rijstmarkt omvat een prijsregeling en een regeling voor het handelsverkeer, en geldt ten aanzien van de volgende producten:

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    ";

    b) wordt het volgende lid 3 toegevoegd:

    "3. Voor voor zaaidoeleinden bestemde padie van GN-code 1006 10 10 geldt deze verordening uitsluitend voor wat betreft de in artikel 6 vastgestelde compensatieregeling.".

    2. In artikel 6:

    a) wordt in lid 3 het hoofdje van de vierde kolom van de tabel vervangen door "1999/2000 e.v.";

    b) wordt in lid 5:

    i) de voorlaatste alinea vervangen door:

    "Indien de bovenstaande alinea van toepassing is, bepaalt de betrokken lidstaat vóór een volgens de procedure van artikel 22 van deze verordening vast te stellen datum, welke verlaging op het compensatiebedrag moet worden toegepast. Hij brengt de Commissie vooraf op de hoogte van het besluit tot verlaging.".

    ii) het begin van de laatste alinea gelezen: "De lidstaat moet de Commissie naar ras uitgesplitste . . .".

    3. In artikel 13:

    a) wordt lid 12, eerste alinea, eerste streepje, vervangen door:

    "- volledig in de Gemeenschap zijn verkregen in de zin van artikel 23 van Verordening (EEG) nr. 2913/92, tenzij lid 13 van toepassing is,";

    b) wordt lid 13, eerste alinea, vervangen door:

    "Bij uitvoer van uit derde landen ingevoerde en opnieuw naar derde landen uitgevoerde rijst wordt geen restitutie verleend, tenzij de exporteur aantoont dat:

    - het uit te voeren product hetzelfde product is dat tevoren is ingevoerd,

    - en bij het in het vrije verkeer brengen van dit product alle invoerrechten zijn geïnd.".

    Artikel 2

    Aan artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 2358/71 wordt het volgende lid 4 bis toegevoegd:

    "4 bis. De maximumhoeveelheid rijstzaad waarvoor in de Gemeenschap steun kan worden toegekend, wordt vastgesteld volgens de in lid 5 bedoelde procedure. Deze hoeveelheid wordt verdeeld over de producerende lidstaten.".

    Artikel 3

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Artikel 1, punt 1, en artikel 2 zijn evenwel van toepassing met ingang van 1 juli 1998.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    (1) PB L 329 van 30. 12. 1995, blz. 18.

    (2) PB L 246 van 5. 11. 1971, blz. 1.

    (3) PB L 163 van 26. 6. 1991, blz. 39.

    (4) PB L 302 van 19. 10. 1992, blz. 1.

    (5) PB L 17 van 21. 1. 1997, blz. 1.

    Top