EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 42015Y1215(01)
Resolution of the Council and of the Representatives of the Governments of the Member States, meeting within the Council, on a European Union Work Plan for Youth for 2016-2018
Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, over een werkplan voor jeugdzaken van de Europese Unie voor 2016-2018
Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, over een werkplan voor jeugdzaken van de Europese Unie voor 2016-2018
PB C 417 van 15.12.2015, p. 1–9
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
15.12.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 417/1 |
Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, over een werkplan voor jeugdzaken van de Europese Unie voor 2016-2018
(2015/C 417/01)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LIDSTATEN,
I. INLEIDING
1. |
CONSTATEREN dat ook na vaststelling van de resolutie over een nieuw kader voor Europese samenwerking in jeugdzaken (2010-2018), en van het EU-werkplan voor jeugdzaken voor 2014-2015, jongeren in Europa nog altijd ernstig en onevenredig te lijden hebben van de crisis, met alle gevolgen voor hun overgang naar volwassenheid van dien. |
2. |
ONDERKENNEN de noodzaak van een hechtere sectoroverschrijdende samenwerking in jeugdzaken op Europees niveau om deze uitdagingen het hoofd te kunnen bieden. |
3. |
NEMEN NOTA van het voornemen van de Europese Commissie om de bestrijding van radicalisering en marginalisering van jongeren en de bevordering van inclusie tot prioriteit te maken onder het strategisch kader voor Europese samenwerking op het gebied van onderwijs en opleiding („ET 2020”), het nieuwe kader voor Europese samenwerking in jeugdzaken (2010-2018), het werkplan van de EU voor sport (2014-2017) en het werkplan voor cultuur (2015-2018). (1) |
4. |
NEMEN NOTA van het gezamenlijke EU-jeugdverslag 2015 van de Raad en de Commissie (2), met name van deel 5 daarvan, getiteld „The way forward in EU youth cooperation”. KOMEN aldus OVEREEN om ter ondersteuning van de uitvoering van het nieuwe kader voor Europese samenwerking in jeugdzaken (2010-2018), een driejarig EU-werkplan voor jeugdzaken op te stellen voor de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2018, voorzien van door de lidstaten en de Commissie uit te voeren acties. |
II. BEGINSELEN
5. |
ZIJN VAN OORDEEL dat voor het Werkplan — onder naleving van het subsidiariteitsbeginsel — navolgende leidende beginselen moeten gelden. Het plan moet:
|
6. |
ZIJN HET ER in het licht van de huidige ontwikkelingen OVER EENS dat de lidstaten en de Commissie bij hun samenwerking op EU-niveau gedurende de looptijd van dit werkplan tot eind 2018, voorrang aan onderstaande thema's moeten geven: Jeugdwerk en sectoroverschrijdende samenwerking worden versterkt met de volgende doelstellingen, overeenkomstig de prioriteiten in het gezamenlijk jeugdverslag van de EU van 2015:
|
7. |
ZIJN HET EROVER EENS dat de actie van de lidstaten en de Commissie, als vastgesteld in bijlage I, gericht is op alle jongeren, waarbij bijzondere aandacht zal worden besteed aan de volgende groepen:
|
8. |
ZIJN HET EROVER EENS dat de Raad het werkplan kan herzien in het licht van de behaalde resultaten en de beleidsontwikkelingen in de EU. |
9. |
KOMEN een lijst met specifieke acties conform deze prioritaire thema's OVEREEN, alsmede een tijdschema voor de uitvoering ervan (zie bijlage I). |
III. WERKMETHODEN EN -STRUCTUREN
10. |
CONSTATEREN dat jeugdzaken beter geïntegreerd moeten worden in de resultaatgerichte sectoroverschrijdende samenwerking binnen de Raad, opdat bij de beleidsvorming op alle relevante gebieden waar mogelijk rekening wordt gehouden met de verwachtingen, situatie en behoeften van jongeren. |
11. |
KOMEN HET VOLGENDE OVEREEN:
|
12. |
VERZOEKEN, REKENING HOUDEND MET BOVENSTAANDE, de lidstaten en de Commissie om voor de duur van het huidige werkplan voor de volgende thema's deskundigengroepen in te stellen:
|
IV. ACTIES
13. |
VERZOEKEN DE LIDSTATEN OM, MET INACHTNEMING VAN HET BEGINSEL VAN SUBSIDIARITEIT:
|
14. |
VERZOEKEN DE VOORZITTERSCHAPPEN VAN DE RAAD:
|
15. |
VERZOEKEN DE COMMISSIE:
|
16. |
VERZOEKEN DE LIDSTATEN EN DE COMMISSIE IN HET KADER VAN HUN RESPECTIEVE BEVOEGDHEDEN EN CONFORM HET SUBSIDIARITEITSBEGINSEL:
|
(1) COM(2015) 185 definitief.
(2) Document 13635/15.
BIJLAGE I
Acties, instrumenten, termijnen langs de lijnen van prioritaire thema's
Acties langs de lijnen van prioritaire thema's
Werkmethode/Instrument |
Resultaat en streefdatum |
Referentie |
||||
|
||||||
Prioriteit A: |
||||||
Grotere sociale insluiting van alle jongeren, rekening houdend met de onderliggende Europese waarden |
||||||
Raad en voorbereidende instanties De rol van het jeugdwerk bij het voorkomen van gewelddadige radicalisering |
Eerste helft van 2016 (evt.) Debat in de Raad |
A 1 |
||||
Kennisgedreven en empirisch onderbouwde beleidsvorming Studie van de Commissie over kwaliteitsregelingen en raamwerken voor jongerenwerk in de Europese Unie |
Tweede helft van 2016: Handboek voor de uitvoering |
A 2 |
||||
Gestructureerde dialoog/de Raad en de voorbereidende instanties „Essentiële sociale vaardigheden en competenties van jongeren in een divers, onderling verbonden en inclusief Europa voor actieve participatie in gemeenschap en beroepsleven.” |
Eerste helft van 2017: (evt.) Resolutie van de Raad |
A 3 |
||||
Prioriteit B: |
||||||
Grotere participatie van alle jongeren in het politiek en maatschappelijk leven in Europa |
||||||
Deskundigengroep Afbakening van de specifieke rol van jeugdwerk en niet-formeel en informeel leren bij het bevorderen van actief burgerschap en participatie van jongeren in verscheiden en tolerante samenlevingen, alsmede bij het voorkomen van marginalisering en radicalisering en daaruit mogelijk voortvloeiend gewelddadig gedrag. |
Eerste helft van 2017
|
B 1 |
||||
Kennisgedreven en empirisch onderbouwde beleidsvorming Onderzoek van de Commissie naar de impact van transnationaal vrijwilligerswerk in het kader van het Europees vrijwilligerswerk |
Eerste helft van 2017:
|
B 2 |
||||
Seminar voor beleidsmakers jeugd en sport: „Democratie, jeugd en sport: sectoroverschrijdende benaderingen voor de actieve deelname van jongeren aan en hun inzet voor het maatschappelijk en politiek leven door sport.” |
Tweede helft van 2017: Verslag seminar over beste praktijken en aanbevelingen over hoe sectoroverschrijdende benaderingen tussen jeugdzaken en sport de democratische waarden en burgerzin bij jongeren kunnen bevorderen. |
B 3 |
||||
Prioriteit C: |
||||||
Vlottere overgang voor jongeren van jeugd naar volwassenheid, vooral wat betreft de integratie in de arbeidsmarkt |
||||||
Intercollegiaal leren tussen lidstaten en Commissie/directeuren-generaal „Jeugdwerk als erkend instrument voor toegevoegde waarde en sectoroverschrijdende samenwerking bij het ondersteunen van de overgang van jongeren naar volwassenheid en beroepsleven.” |
Tweede helft van 2017: Verslag over beste praktijken en aanbevelingen aangaande jeugdwerk als erkend instrument voor toegevoegde waarde en sectoroverschrijdende samenwerking bij het ondersteunen van de overgang van jongeren naar volwassenheid en beroepsleven. |
C 1 |
||||
Kennis en goed onderbouwde beleidsvorming Studie van de Commissie over jongerenwerk en ondernemerschap |
Tweede helft van 2017
|
C 2 |
||||
Prioriteit D: |
||||||
Steun voor gezondheid en welzijn van jongeren, met inbegrip van de geestelijke gezondheid |
||||||
Raad en voorbereidende instanties Sectoroverschrijdende samenwerking inzake deelname om de gezondheid en het welzijn van jongeren bij de overgang naar volwassenheid te bevorderen, met name voor jongeren met geestelijke gezondheidsproblemen (1), vaak in verband met de overgang naar volwassenheid. Het accent leggen op wat ze kunnen betekenen voor de samenleving in plaats van op hun problemen. |
a) Eerste helft van 2016 (evt.) Conclusies van de Raad |
D 1 |
||||
b) Tweede helft van 2017 Sectoroverschrijdend intercollegiaal leren tussen de lidstaten |
D 2 |
|||||
Prioriteit E: |
||||||
Helpen bij het oppakken van de uitdagingen en kansen van het digitale tijdperk voor jeugdbeleid, jeugdwerk en jongeren |
||||||
Raad en voorbereidende instanties Nieuwe benaderingen in het jeugdwerk met het oog op de optimale ontwikkeling van het potentieel en het talent van jongeren en hun integratie in de samenleving. Nieuwe, moderne en aantrekkelijke vormen van jeugdwerk, met inbegrip van online praktijken voor jeugdwerk in verband met de nieuwe trends in het leven van jongeren en het maximaliseren van het effect van jeugdwerk, zodat meer jongeren bij de activiteiten ervan betrokken zijn. |
Tweede helft van 2016 (evt.) Conclusies van de Raad |
E 1 |
||||
Intercollegiaal leren Nieuwe praktijken in het kader van het jeugdwerk en jeugdwerk aantrekkelijker maken voor jongeren. |
Eerste helft van 2017 Rapport over bestaande praktijken om in te spelen op de trends en aanbevelingen inzake de tenuitvoerlegging in de dagelijkse praktijk van het jeugdwerk |
E 2 |
||||
Deskundigengroep „Risico's voor jeugd, jeugdwerk en jeugdbeleid in verband met de digitalisering, en het oppikken van de mogelijkheden en gevolgen van die digitalisering” |
Tweede helft van 2017 Rapport van de deskundigengroep |
E 3 |
||||
Kennisgedreven en empirisch onderbouwde beleidsvorming Studie van de Commissie over de gevolgen van het internet en de sociale media voor de participatie van jongeren en jongerenwerk |
Eerste helft van 2018 Verslag |
E 4 |
||||
Raad en voorbereidende instanties Ontwikkeling van innovatieve methoden in het jeugdwerk, met inbegrip van digitale instrumenten, zodat op een efficiëntere, slimmere en relevantere manier kan worden aangesloten op de behoeften en verwachtingen van jongeren en de sectoroverschrijdende samenwerking kan worden verbeterd. |
Eerste helft van 2018 (evt.) Conclusies van de Raad, naar aanleiding van bovengenoemde acties E3 en E4. |
E 5 |
||||
Prioriteit F: |
||||||
Helpen bij het benutten van de kansen en uitdagingen voortvloeiend uit het groeiende aantal jonge migranten en vluchtelingen in de Europese Unie. |
||||||
Deskundigengroep Definiëren van de specifieke bijdrage van jeugdwerk en niet-formeel en informeel leren aan het benutten van de kansen en uitdagingen voortvloeiend uit het groeiende aantal jonge migranten en vluchtelingen in de Europese Unie |
Tweede helft van 2018
|
F 1 |
Overige |
|
||||
Onderwerp |
Instrument/actie |
Resultaat en streefdatum |
|
||
EU-strategie voor jongeren |
Intercollegiaal leren
|
Eerste helft van 2016 Formalisering van het flexibel raamwerk voor intercollegiaal leren-activiteiten |
O 1 |
||
Kennisgedreven en empirisch onderbouwde beleidsvorming
|
Tweede helft van 2016: (evt.) Conclusies van de Raad naar aanleiding van de evaluatie, met inbegrip van de evaluatie van de aanbeveling van de Raad over mobiliteit van jonge vrijwilligers in de Europese Unie |
O 2 |
|||
|
Eerste helft van 2018: EU-Jongerenrapport |
O 3 |
|||
Erasmus+ |
Kennis en goed onderbouwde beleidsvorming Tussentijdse evaluatie van Erasmus+ en de vorige programma's |
Eerste helft van 2018: Beantwoording van de evaluatie in samenwerking met de betrokken sectoren (onderwijs, opleiding, jeugd, sport) |
O 4 |
(1) Daaronder begrepen ernstige en veel voorkomende psychiatrische problemen, psychologische moeilijkheden en (tijdelijke) psychische stoornissen in perioden met levensproblemen of crisissituaties waarin jongeren op de proef worden gesteld.
BIJLAGE II
Beginselen voor het lidmaatschap en de werking van de door de lidstaten en de Commissie in te stellen deskundigengroepen ten behoeve van het EU-werkplan voor jeugdzaken (1 januari 2016 — 31 december 2018)
Lidmaatschap:
— |
De lidstaten kunnen vrij en te allen tijde aan de werkgroepen deelnemen. |
— |
Lidstaten die willen deelnemen aan de werkzaamheden van bepaalde groepen, vaardigen er deskundigen voor af. De lidstaten zien erop toe dat de afgevaardigde deskundigen voor het eigen land over relevante ervaring over het betrokken onderwerp beschikken. De afgevaardigde deskundigen dragen zorg voor het contact met de bevoegde nationale instanties. De Commissie coördineert de afvaardigingsprocedures. |
— |
Elke deskundigengroep kan besluiten om andere deelnemers uit te nodigen: onafhankelijke deskundigen, vertegenwoordigers van jeugdorganisaties, jeugdonderzoekers en andere belanghebbenden, alsmede vertegenwoordigers van derde landen. Elke deskundigengroep kan voorstellen om deelnemers toe te voegen voor de volledige werktermijn, op voorwaarde dat de deskundigengroep hun deelname met eenparigheid van stemmen goedkeurt. |
Mandaat
De Commissie doet overeenkomstig punt 12 van het werkplan een voorstel voor het mandaat van de deskundigengroep, aangepast aan de hand van de opmerkingen in de Groep jeugdzaken van de Raad.
Werkprocedures
— |
De deskundigengroepen hebben tot taak een beperkt aantal concrete en bruikbare resultaten betreffende het opgelegde onderwerp voort te brengen. |
— |
Met het oog op de uitvoering van het werkplan wijst elke deskundigengroep tijdens de eerste vergadering van de deskundigengroep na vaststelling van het plan, haar voorzitter en medevoorzitters aan. De verkiezing van de voorzitters verloopt open en transparant en wordt gecoördineerd door de Commissie, die het secretariaat van de deskundigengroepen verzorgt. Elke deskundigengroep stelt een werkschema conform dit werkplan op. |
— |
De Commissie biedt de groepen deskundig advies en logistieke ondersteuning. Zij ondersteunt de werkzaamheden van de groepen voor zover mogelijk ook met andere geschikte middelen (onder meer met studies die betrekking hebben op hun respectieve werkgebieden). |
Verslaglegging en informatie
De voorzitters van de deskundigengroepen brengen de Groep jeugdzaken verslag uit over de vorderingen en vruchten van de werkzaamheden. Zo nodig geeft de Raadsgroep jeugdzaken elke deskundigengroep aanwijzingen om te waarborgen dat de gewenste resultaten worden bereikt en om het tijdpad te bewaken. De directeuren-generaal worden op de hoogte gehouden van de resultaten.
De agenda's en verslagen van de vergaderingen van de verschillende groepen zullen beschikbaar zijn voor alle lidstaten, ongeacht de mate waarin zij aan een bepaald thema deelnemen. De resultaten van de groepen worden bekendgemaakt.