EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 41989X0223

Resolutie van de Raad en van de vertegenwoordigers van de regeringen der Lid-Staten, in het kader van de Raad bijeen, van 13 februari 1989 betreffende de nieuwe ontwikkelingen van de communautaire samenwerking op het gebied van de burgerbescherming

PB C 44 van 23.2.1989, p. 3–4 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Legal status of the document In force

41989X0223

Resolutie van de Raad en van de vertegenwoordigers van de regeringen der Lid-Staten, in het kader van de Raad bijeen, van 13 februari 1989 betreffende de nieuwe ontwikkelingen van de communautaire samenwerking op het gebied van de burgerbescherming

Publicatieblad Nr. C 044 van 23/02/1989 blz. 0003 - 0004


RESOLUTIE van de Raad en van de vertegenwoordigers van de regeringen der Lid-Staten, in het kader van de Raad bijeen van 13 februari 1989 betreffende de nieuwe ontwikkelingen van de communautaire samenwerking op het gebied van de burgerbescherming ( 89/C 44/03 )

DE RAAD EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN DER LID-STATEN, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN, Herinnerend aan hun resolutie van 25 juni 1987 betreffende de instelling van communautaire samenwerking op dit gebied;

Kennis genomen hebbend van de mededeling van de Commissie betreffende de nieuwe ontwikkelingen van de communautaire samenwerking op het gebied van de burgerbescherming;

Gezien de eerste resultaten die zijn geboekt bij de tenuitvoerlegging van die resolutie en de verwezenlijking van de eerste acties waartoe in dat kader werd besloten;

Ervan overtuigd dat voortzetting van deze actie en het ontplooien van nieuwe initiatieven op communautair vlak, waarbij een hele reeks sectoren is betrokken verband houdende met de bescherming van de burger en diens goederen en met de bijstand en de solidariteit in geval van ernstige crisis, natuurrampen of rampen door menselijk toedoen, er nog meer toe zal bijdragen dat het Europa van de Burgers dichterbij wordt gebracht;

Ervan overtuigd dat de verwezenlijking van de in de resolutie van 25 juni 1987 genoemde acties een aanzet vormt voor een rationeler en beter gecooerdineerd crisisbeheer bij rampen die zo omvangrijk zijn dat de hulpverleningscapaciteit van de betreffende Lid-Staat er niet tegen is opgewassen;

Ervan overtuigd dat nieuwe initiatieven en passende maatregelen in deze eveneens een gunstige uitwerking zouden hebben op de cooerdinatie en de integratie van de huidige kennis en de technische en wetenschappelijke middelen en mogelijkheden, alsmede op het mobiliseren van het menselijk potentieel;

Onderstrepend dat de overwogen nieuwe maatregelen het beheeer en de uitwerking van door de Lid-Staten aangenomen crisisplannen voor rampen onverlet laten;

Overwegende dat voor een aantal gevaren, waaronder nucleaire, specifieke procedures van toepassing blijven;

Overwegende dat het in het kader van een betere bescherming passend is één aanvullend oproepnummer voor noodgevallen in te stellen overeenkomstig de wens van de Raad van 30 juni 1988;

Overwegende dat in het kader van de burgerbescherming gebruik moet worden gemaakt van de mogelijkheden die worden geboden door de nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de telecommunicatie;

Overtuigd van de noodzaak grote voorlichtingscampagnes op het gebied van burgerbescherming te houden,1 . NEMEN NOTA van de door de Commissie te zamen met de Lid-Staten verrichte werkzaamheden voor de opstelling van een overzicht van de databanken op het gebied van de burgerbescherming en van de in het kader daarvan toegepaste systemen;

2.KOMEN OVEREEN om een betere uitwisseling van de gegevens die zijn opgeslagen in de in de Lid-Staten bestaande databanken te stimuleren;

3.NEMEN AKTE van het voornemen van de Commissie om in samenwerking met de nationale deskundigen de behoeften van de Lid-Staten met name ten aanzien van de uitvoerbaarheid van een systeem van interconnectie van databanken, zoals beschreven in haar mededeling, binnen een termijn van ten hoogste twaalf maanden te evalueren .

Eventueel zou, nadat de kwestie opnieuw aan de Raad is voorgelegd, een proefproject met het oog op het organiseren van een gemeenschappelijke aanpak van de behoeften kunnen worden opgezet;

4.VERZOEKEN de Commissie om vóór 1990 initiatieven te nemen voor het tot stand brengen van een meertalig terminologisch lexicon op het gebied van de burgerbescherming waarvan de noodzaak niet alleen op technisch vlak ( databanken ) wordt erkend, maar dat eveneens noodzakelijk wordt geacht voor een betere technische communicatie tussen de hulpverleningsteams die in noodsituaties buiten hun grenzen moeten optreden;

5.ONDERSTREPEN het nut van het invoeren van één aanvullend gemeenschappelijk oproepnummer voor de gehele Gemeenschap, dat het met name mogelijk maakt om zich in noodsituaties tot de ter zake be voegde nationale diensten te wenden en dat geleidelijk in de Lid-Staten zou moeten worden ingevoerd;

6.BESLUITEN dat het noodzakelijk is de overdracht van de voor de preventie en beheersing van rampen benodigde gegevens te verbeteren door de toepassing te stimuleren van geavanceerde informatie - en telecommunicatiesystemen en met name van middelen met betrekking tot de lucht - en ruimtevaart .

Daartoe steunen zij het voornemen van de Commissie om, samen met de nationale deskundigen, vóór eind 1989 de behoeften in kaart te brengen en de middelen waarmee in deze behoeften zou kunnen worden voorzien te analyseren en uit de in 1989 geplande simulatieoefeningen praktische lering te trekken met betrekking tot de communicatiesystemen die het meest veelbelovend lijken, waarbij eveneens rekening wordt gehouden met het gebruik van satellieten;

7.STEUNEN het voornemen van de Commissie een studie te maken van de uitvoerbaarheid en de kosten van een eerste over twaalf maanden ( mei 1990 - april 1991 ) lopende campagne in de Gemeenschap voor een ruimere voorlichting en vorming op het terrein van de burgerbescherming .

De resultaten van deze studie, de financiering van een eventuele campagne daarbij inbegrepen, alsmede andere voorstellen voor een actie die de Commissie zou willen indienen, worden vóór 1 mei 1989 aan de Raad medegedeeld;

8.VERZOEKEN de Commissie om binnen zes maanden een overzicht op te stellen van alle door haar getroffen beschermingsmaatregelen ter bestrijding van brand - en rampengevaren en ter verzekering van de burgerbescherming .

Top