Access to European Union law
<a href="https://eur-lex.europa.eu/content/help/eurlex-content/experimental-features.html" target="_blank">More about the experimental features corner</a>
Choose the experimental features you want to try
EUR-Lex
Access to European Union law

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

You are here
Use quotation marks to search for an "exact phrase". Append an asterisk (*) to a search term to find variations of it (transp*, 32019R*). Use a question mark (?) instead of a single character in your search term to find variations of it (ca?e finds case, cane, care).
Search tips
Need more search options? Use the Advanced search

Document 32023R0565

Uitvoeringsverordening (EU) 2023/565 van de Commissie van 10 maart 2023 tot verlening van een vergunning voor ethylheptanoaat, ethyl-2-methylbutyraat, isopentylacetaat, 3-methylbutyl-3-methylbutyraat, 2-methylpropionzuur, 3-methylbutylbutyraat, 2-methylbutylacetaat, hex-2-een-1-ol, hex-2(trans)-enal, allylhexanoaat, allylheptanoaat, linalool, 2-methyl-1-fenylpropaan-2-ol, α-jonon, β-damascon, nootkaton, β-jonon, α-iron, β-damascenon, (E)-β-damascon, pentadecano-1,15-lacton, 2-fenylethaan-1-ol, fenethylisovaleraat, 4-(p-hydroxyfenyl)butaan-2-on, 2-methoxynaftaleen, 2-isopropyl-4-methylthiazool en valenceen als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten (Voor de EER relevante tekst)

C/2023/1555

PB L 74 van 13.3.2023, p. 10–46 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2023/565/oj

13.3.2023   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 74/10

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2023/565 VAN DE COMMISSIE

van 10 maart 2023

tot verlening van een vergunning voor ethylheptanoaat, ethyl-2-methylbutyraat, isopentylacetaat, 3-methylbutyl-3-methylbutyraat, 2-methylpropionzuur, 3-methylbutylbutyraat, 2-methylbutylacetaat, hex-2-een-1-ol, hex-2(trans)-enal, allylhexanoaat, allylheptanoaat, linalool, 2-methyl-1-fenylpropaan-2-ol, α-jonon, β-damascon, nootkaton, β-jonon, α-iron, β-damascenon, (E)-β-damascon, pentadecano-1,15-lacton, 2-fenylethaan-1-ol, fenethylisovaleraat, 4-(p-hydroxyfenyl)butaan-2-on, 2-methoxynaftaleen, 2-isopropyl-4-methylthiazool en valenceen als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1831/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2003 betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding (1), en met name artikel 9, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de redenen en procedures voor het verlenen van dergelijke vergunningen, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. Artikel 10, lid 2, van die verordening voorziet in de herbeoordeling van toevoegingsmiddelen waarvoor een vergunning is verleend overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG van de Raad (2).

(2)

Voor de stoffen ethylheptanoaat, ethyl-2-methylbutyraat, isopentylacetaat, 3-methylbutyl-3-methylbutyraat, 2-methylpropionzuur, 3-methylbutylbutyraat, 2-methylbutylacetaat, hex-2-een-1-ol, hex-2(trans)-enal, allylhexanoaat, allylheptanoaat, linalool, 2-methyl-1-fenylpropaan-2-ol, α-jonon, β-damascon, nootkaton, β-jonon, α-iron, β-damascenon, (E)-β-damascon, pentadecano-1,15-lacton, 2-fenylethaan-1-ol, fenethylisovaleraat, 4-(p-hydroxyfenyl)butaan-2-on, 2-methoxynaftaleen, 2-isopropyl-4-methylthiazool en valenceen is overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG een vergunning zonder tijdsbeperking verleend als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten. Overeenkomstig artikel 10, lid 1, punt b), van Verordening (EG) nr. 1831/2003 zijn die stoffen vervolgens in het repertorium van toevoegingsmiddelen voor diervoeding opgenomen als bestaande producten die behoren tot de functionele groep “aromatische stoffen”.

(3)

Overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 in samenhang met artikel 7 van die verordening zijn verscheidene aanvragen ingediend voor de beoordeling van voornoemde stoffen als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor alle diersoorten. De aanvrager heeft verzocht om het toevoegingsmiddel in de categorie “sensoriële toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “aromatische stoffen” in te delen. De krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste gegevens en documenten waren bij de aanvragen gevoegd.

(4)

De aanvrager heeft ook verzocht om een vergunning te verlenen voor het gebruik van de toevoegingsmiddelen in drinkwater. Verordening (EG) nr. 1831/2003 voorziet echter niet in de verlening van een vergunning voor het gebruik van “aromatische stoffen” in drinkwater. Daarom heeft de aanvrager de aanvraag voor drinkwater voor alle betrokken stoffen ingetrokken.

(5)

De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar adviezen van 7 maart 2012 (3), 25 april 2012 (4), 17 oktober 2012 (5) , (6), 13 november 2012 (7), 12 maart 2013 (8), 10 maart 2015 (9), 8 maart 2016 (10), 20 april 2016 (11), 12 juli 2016 (12), 28 februari 2019 (13), 18 november 2020 (14) en 23 maart 2022 (15) geconcludeerd dat de toevoegingsmiddelen onder de voorgestelde gebruiksvoorwaarden geen ongunstige gevolgen voor de diergezondheid, de consumentenveiligheid of het milieu hebben. De EFSA heeft geconcludeerd dat voor 2-methyl-1-fenylpropaan-2-ol, β-damascon, α-iron, (E)-β-damascon, fenethylisovaleraat, 4-(p-hydroxyfenyl) butaan-2-on en 2-isopropyl-4-methylthiazool het veilige gebruiksniveau voor het mariene milieu wordt geschat op 0,05 mg/kg diervoeder.

(6)

De EFSA heeft ook geconcludeerd dat alle stoffen moeten worden beschouwd als irriterend voor de huid en de ogen en als mogelijke huid- en inhalatieallergenen bij gevoelige personen. Bij gebrek aan gegevens over hex-2-een-1-ol, hex-2(trans)enal, allylhexanoaat en allylheptanoaat kon de EFSA niet concluderen dat gebruikers die stoffen veilig kunnen hanteren. De aanvrager heeft echter, zoals vereist, een veiligheidsinformatieblad overgelegd waarin voor die stoffen gevaren voor de gebruikers zijn vastgesteld. De in het veiligheidsinformatieblad beschreven gevaren waren met name gevaren bij contact met de huid en de ogen en bij blootstelling van de luchtwegen voor hex-2(trans)-enal, gevaren bij contact met de huid en de ogen bij hex-2-een-1-ol en allylheptanoaat en er was sprake van schadelijkheid bij inslikken en giftigheid bij contact met de huid voor allylhexanoaat.

(7)

De EFSA heeft uiteindelijk geconcludeerd dat alle stoffen erkend zijn als aromatische stoffen in levensmiddelen en dat de functie ervan in diervoeders in wezen dezelfde is als in levensmiddelen. Daarom hoeft de werkzaamheid ervan niet meer te worden aangetoond. Zij heeft ook het verslag over de analysemethoden voor de toevoegingsmiddelen voor diervoeding geverifieerd die door het bij Verordening (EG) nr. 1831/2003 ingestelde referentielaboratorium waren ingediend.

(8)

Uit de beoordeling van alle stoffen blijkt dat aan de in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vermelde voorwaarden voor de verlening van een vergunning is voldaan. Het gebruik van deze stoffen moet daarom worden toegestaan. De Commissie is van mening dat passende beschermende maatregelen moeten worden genomen om ongunstige gevolgen voor de gezondheid van de mens – en met name voor de gezondheid van de gebruikers van het toevoegingsmiddel – te voorkomen.

(9)

Om een betere controle mogelijk te maken, moeten bepaalde voorwaarden worden vastgesteld. Het is met name van belang dat er een aanbevolen maximumgehalte op het etiket van het toevoegingsmiddel wordt vermeld. Indien dat gehalte wordt overschreden, moet bepaalde informatie op het etiket van voormengsels worden vermeld.

(10)

Het feit dat er geen vergunning is verleend om de stoffen als aromatische stoffen in drinkwater te gebruiken, sluit het gebruik ervan in mengvoeders die via water worden toegediend, niet uit.

(11)

Aangezien er geen veiligheidsredenen zijn die de onmiddellijke toepassing van de wijzigingen van de vergunningsvoorwaarden voor de betrokken stoffen vereisen, moet een overgangsperiode worden vastgesteld om de belanghebbende partijen in staat te stellen zich voor te bereiden om aan de nieuwe eisen van de vergunning te voldoen.

(12)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verlening van de vergunning

Voor de in de bijlage beschreven stoffen, die behoren tot de categorie “sensoriële toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “aromatische stoffen”, wordt onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddelen voor diervoeding verleend.

Artikel 2

Overgangsmaatregelen

1.   De in de bijlage gespecificeerde stoffen en de voormengsels die deze stoffen bevatten en die vóór 2 oktober 2023 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 2 april 2023 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput.

2.   De mengvoeders en voedermiddelen die de in de bijlage gespecificeerde stoffen bevatten, en die vóór 2 april 2024 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 2 april 2023 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput, wanneer zij bestemd zijn voor voedselproducerende dieren.

3.   De mengvoeders en voedermiddelen die de in de bijlage gespecificeerde stoffen bevatten, en die vóór 2 april 2025 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 2 april 2023 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput, wanneer zij bestemd zijn voor niet-voedselproducerende dieren.

Artikel 3

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 maart 2023.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN

(1)   PB L 268 van 18.10.2003, blz. 29.

(2)  Richtlijn 70/524/EEG van de Raad van 23 november 1970 betreffende toevoegingsmiddelen in de veevoeding (PB L 270 van 14.12.1970, blz. 1).

(3)   EFSA Journal 2012;10(3):2625.

(4)   EFSA Journal 2012;10(5):2678.

(5)   EFSA Journal 2012;10(10):2927.

(6)   EFSA Journal 2012;10(10):2928.

(7)   EFSA Journal 2012;10(11):2966.

(8)   EFSA Journal 2013;11(4):3169.

(9)   EFSA Journal 2015;13(3):4053.

(10)   EFSA Journal 2016;14(6):4441.

(11)   EFSA Journal 2016;14(6):4475.

(12)   EFSA Journal 2016;14(8):4557.

(13)   EFSA Journal 2019;17(3):5654.

(14)   EFSA Journal 2020;18(12):6338.

(15)   EFSA Journal 2022;20(4):7248.

BIJLAGE

Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09093

ethylheptanoaat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

ethylheptanoaat

Karakterisering van de werkzame stof

ethylheptanoaat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C9H18O2

CAS-nr.: 106-30-9

Flavis-nr.: 09.093

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 32 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (1)

Voor de bepaling van ethylheptanoaat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09409

ethyl-2-methylbutyraat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

ethyl-2-methylbutyraat

Karakterisering van de werkzame stof

ethyl-2-methylbutyraat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 95 %

Chemische formule: C7H14O2

CAS-nr.: 7452-79-1

Flavis-nr.: 09.409

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (2)

Voor de bepaling van ethyl-2-methylbutyraat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09024

isopentylacetaat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

isopentylacetaat

Karakterisering van de werkzame stof

isopentylacetaat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 95 %

Chemische formule: C7H14O2

CAS-nr.: 123-92-2

Flavis-nr.: 09.024

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 125 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (3)

Voor de bepaling van isopentylacetaat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09463

3-methylbutyl-3-methylbutyraat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

3-methylbutyl-3-methylbutyraat

Karakterisering van de werkzame stof

3-methylbutyl-3-methylbutyraat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C10H20O2

CAS-nr.: 659-70-1

Flavis-nr.: 09.463

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (4)

Voor de bepaling van 3-methylbutyl-3-methylbutylbutyraat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b08006

2-methylpropionzuur

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

2-methylpropionzuur

Karakterisering van de werkzame stof

2-methylpropionzuur

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 99 %

Chemische formule: C4H8O2

CAS-nr.: 79-31-2

Flavis-nr.: 08.006

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (5)

Voor de bepaling van 2-methylpropionzuur in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09055

3-methylbutyl-butyraat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

3-methylbutyl-butyraat

Karakterisering van de werkzame stof

3-methylbutyl-butyraat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C9H18O2

CAS-nr.: 106-27-4

Flavis-nr.: 09.055

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (6)

Voor de bepaling van 3-methylbutyl-butyraat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09286

2-methylbutyl-acetaat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

2-methylbutyl-acetaat

Karakterisering van de werkzame stof

2-methylbutyl-acetaat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 99 %

Chemische formule: C7H14O2

CAS-nr.: 624-41-9

Flavis-nr.: 09.286

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (7)

Voor de bepaling van 2-methylbutylacetaat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b02020

hex-2-een-1-ol

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

hex-2-een-1-ol

Karakterisering van de werkzame stof

hex-2-een-1-ol

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 95 %

Chemische formule: C6H12O

CAS-nr.: 2305-21-7

Flavis-nr.: 02.020

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (8)

Voor de bepaling van hex-2-een-1-ol in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b05073

hex-2(trans)-enal

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

hex-2(trans)-enal

Karakterisering van de werkzame stof

hex-2(trans)-enal

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 92 %

Chemische formule: C6H10O

CAS-nr.: 6728-26-3

Flavis-nr.: 05.073

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (9)

Voor de bepaling van hex-2(trans)-enal in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09244

allylhexanoaat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

allylhexanoaat

Karakterisering van de werkzame stof

allylhexanoaat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C9H16O2

CAS-nr.: 123-68-2

Flavis-nr.: 09.244

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (10)

Voor de bepaling van allylhexanoaat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09097

allylheptanoaat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

allylheptanoaat

Karakterisering van de werkzame stof

allylheptanoaat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 97 %

Chemische formule: C10H18O2

CAS-nr.: 142-19-8

Flavis-nr.: 09.097

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inslikken, inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (11)

Voor de bepaling van allylheptanoaat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b02013

linalool

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

linalool

Karakterisering van de werkzame stof

linalool

Geproduceerd door chemische synthese of door gefractioneerde distillatie en daaropvolgende rectificatie van de oliën van Cayenne rozenhout, Rio palissander, Mexicaanse linaloë, Hô-hout en korianderzaad.

Zuiverheid: ten minste 95 %

Chemische formule: C10H18O

CAS-nr.: 78-70-6

Flavis-nr.: 02.013

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 30 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (12)

Voor de bepaling van linalool in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b02035

1-fenyl-2-methylpropaan-2-ol

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

1-fenyl-2-methylpropaan-2-ol

Karakterisering van de werkzame stof

1-fenyl-2-methylpropaan-2-ol

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 97 %

Chemische formule: C10H14O

CAS-nr.: 100-86-7

Flavis-nr.: 02.035

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen: 0,05 mg;

—

dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land: 5 mg;

—

andere diersoorten of -categorieën: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

Op het etiket van voormengsels, voedermiddelen en mengvoeders voor aquatische soorten wordt, indien van toepassing, het volgende vermeld:

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen”.

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land.”.

6.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (13)

Voor de bepaling van 2-methyl-1-fenylpropaan-2-ol in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07007

α-jonon

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

α-jonon

Karakterisering van de werkzame stof

α-jonon

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 85 %

Chemische formule: C13H20O

CAS-nr.: 127-41-3

Flavis-nr.: 07.007

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (14)

Voor de bepaling van α-jonon in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07083

β-damascon

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

β-damascon

Karakterisering van de werkzame stof

β-damascon

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 90 %

Chemische formule: C13H20O

CAS-nr.: 23726-92-3

Flavis-nr.: 07.083

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen: 0,05 mg;

—

dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land: 5 mg

—

andere diersoorten of -categorieën: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

Op het etiket van voormengsels, voedermiddelen en mengvoeders voor aquatische soorten wordt, indien van toepassing, het volgende vermeld:

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen”.

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land.”.

6.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (15)

Voor de bepaling van β-damascon in het toevoegingsmiddel en in aromatiserende voormengsels:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07089

nootkaton

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

nootkaton

Karakterisering van de werkzame stof

nootkaton

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 93 %

Chemische formule: C15H22O

CAS-nr.: 4674-50-4

Flavis-nr.: 07.089

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (16)

Voor de bepaling van nootkaton in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07008

β-jonon

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

β-jonon

Karakterisering van de werkzame stof

β-jonon

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 95 %

Chemische formule: C13H20O

CAS-nr.: 14901-07-6

Flavis-nr.: 07.008

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

zalmachtigen, mestkalveren en honden: 5 mg;

—

andere diersoorten of -categorieën: 1 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (17)

Voor de bepaling van β-jonon in het toevoegingsmiddel en in aromatiserende voormengsels:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07011

α-iron

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

α-iron

Karakterisering van de werkzame stof

α-iron

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C14H22O

CAS-nr.: 79-69-6

Flavis-nr.: 07.011

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen: 0,05 mg;

—

dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land: 5 mg;

—

andere diersoorten of -categorieën: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

Op het etiket van voormengsels, voedermiddelen en mengvoeders voor aquatische soorten wordt, indien van toepassing, het volgende vermeld:

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen”.

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land.”.

6.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (18)

Voor de bepaling van α-iron in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07108

β-damascenon

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

β-damascenon

Karakterisering van de werkzame stof

β-damascenon

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C13H18O

CAS-nr.: 23696-85-7

Flavis-nr.: 07.108

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

mestrunderen, zalmachtigen en niet-voedselproducerende dieren: 1,5 mg;

—

andere soorten en categorieën: 1 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (19)

Voor de bepaling van β-damascenon in het toevoegingsmiddel en in aromatiserende voormengsels:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07224

€-β-damascon

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

€-β-damascon

Karakterisering van de werkzame stof

€-β-damascon

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 90 %

Chemische formule : C13H20O

CAS-nr. : 23726-91-2

Flavis-nr. : 07.224

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen: 0,05 mg;

—

dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land: 5 mg;

—

andere diersoorten of -categorieën: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

Op het etiket van voormengsels, voedermiddelen en mengvoeders voor aquatische soorten wordt, indien van toepassing, het volgende vermeld:

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen”.

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land.”.

6.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (20)

Voor de bepaling van €-β-damascon in het toevoegingsmiddel en in aromatiserende voormengsels:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b10004

pentadecano-1,15-lacton

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

pentadecano-1,15-lacton

Karakterisering van de werkzame stof

pentadecano-1,15-lacton

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C15H28O2

CAS-nr.: 106-02-5

Flavis-nr.: 10.004

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 10 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (21)

Voor de bepaling van pentadecano-1,15-lacton in het toevoegingsmiddel en in aromatiserende voormengsels.

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b02019

2-fenylethaan-1-ol

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

2-fenylethaan-1-ol

Karakterisering van de werkzame stof

2-fenylethaan-1-ol

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 98 %

Chemische formule: C8H10O

CAS-nr.: 60-12-8

Flavis-nr.: 02.019

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (22)

Voor de bepaling van 2-fenylethaan-1-ol in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b09466

fenethylisovaleraat

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

fenethylisovaleraat

Karakterisering van de werkzame stof

fenethylisovaleraat

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 97 %

Chemische formule: C13H18O2

CAS-nr.: 140-26-1

Flavis-nr.: 09.466

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen: 0,05 mg;

—

dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land: 30 mg;

—

andere diersoorten of -categorieën: 30 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

Op het etiket van voormengsels, voedermiddelen en mengvoeders voor aquatische soorten wordt, indien van toepassing, het volgende vermeld:

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen.”.

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land.”.

6.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (23)

Voor de bepaling van fenethylisovaleraat in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b07055

4-(p-hydroxyfenyl)butaan-2-on

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

4-(p-hydroxyfenyl)butaan-2-on

Karakterisering van de werkzame stof

4-(p-hydroxyfenyl)butaan-2-on

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 96 %

Chemische formule: C10H12O2

CAS-nr.: 5471-51-2

Flavis-nr.: 07.055

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen: 0,05 mg;

—

dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land: 25 mg

—

andere diersoorten of -categorieën: 25 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

Op het etiket van voormengsels, voedermiddelen en mengvoeders voor aquatische soorten wordt, indien van toepassing, het volgende vermeld:

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen”.

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land”.

6.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (24)

Voor de bepaling van 4-(p-hydroxyfenyl)butaan-2-on in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b04074

2-methoxynaftaleen

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

2-methoxynaftaleen

Karakterisering van de werkzame stof

2-methoxynaftaleen

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 99 %

Chemische formule: C11H10O

CAS-nr.: 93-04-9

Flavis-nr.: 04.074

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 1,2 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (25)

Voor de bepaling van 2-methoxynaftaleen in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b15026

2-isopropyl-4-methylthiazool

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

2-isopropyl-4-methylthiazool

Karakterisering van de werkzame stof

2-isopropyl-4-methylthiazool

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 96 %

Chemische formule: C7H11NS

CAS-nr.: 15679-13-7

Flavis-nr.: 15.026

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %:

—

dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen: 0,05 mg;

—

dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land: 1,5 mg

—

andere diersoorten of -categorieën: 1,5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

Op het etiket van voormengsels, voedermiddelen en mengvoeders voor aquatische soorten wordt, indien van toepassing, het volgende vermeld:

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in mariene aquacultuursystemen”.

—

“Bestemd voor dieren die worden gekweekt in aquacultuursystemen op het land”.

6.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (26)

Voor de bepaling van 2-isopropyl-4-methylthiazool in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).


Identificatienummer van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

Samenstelling, chemische formule, beschrijving, analysemethode

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimumgehalte

Maximumgehalte

Overige bepalingen

Einde van de vergunningsperiode

mg toevoegingsmiddel/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %

Categorie: sensoriële toevoegingsmiddelen. Functionele groep: aromatische stoffen.

2b01017

valenceen

Samenstelling van het toevoegingsmiddel

valenceen

Karakterisering van de werkzame stof

valenceen

Geproduceerd door chemische synthese

Zuiverheid: ten minste 94 %

Chemische formule: C15H24

CAS-nr.: 4630-07-3

Flavis-nr.: 01.017

Alle diersoorten

—

—

—

1.

Het toevoegingsmiddel moet als voormengsel in het diervoeder worden verwerkt.

2.

In de aanwijzingen voor het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels moeten de opslagomstandigheden en de stabiliteit bij warmtebehandeling worden vermeld.

3.

Op het etiket van het toevoegingsmiddel moet het volgende worden vermeld:

“Aanbevolen maximumgehalte van de werkzame stof/kg volledig diervoeder met een vochtgehalte van 12 %: 5 mg.”.

4.

De functionele groep, het identificatienummer, de naam en de toegevoegde hoeveelheid van de werkzame stof moeten worden vermeld op het etiket van het voormengsel indien de op het etiket van het voormengsel vermelde gebruiksconcentraties zouden leiden tot een overschrijding van de in punt 3 vermelde concentratie.

5.

De exploitanten van diervoederbedrijven moeten operationele procedures en organisatorische maatregelen vaststellen voor de gebruikers van het toevoegingsmiddel en de voormengsels om met mogelijke risico’s bij inademing, contact met de huid of contact met de ogen om te gaan. Indien die risico’s met deze procedures en maatregelen niet kunnen worden geëlimineerd of tot een minimum kunnen worden teruggebracht, moeten bij het gebruik van het toevoegingsmiddel en de voormengsels persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt, waaronder beschermingsmiddelen voor de luchtwegen, de ogen en de huid.

2 april 2033

Analysemethode  (27)

Voor de bepaling van valenceen in het toevoegingsmiddel voor diervoeding en in aromatische voormengsels voor diervoeders:

—

gaschromatografie-massaspectrometrie met retentietijdvergrendeling (GC-MS-RTL).

(1)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(2)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(3)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(4)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(5)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(6)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(7)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(8)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(9)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(10)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(11)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(12)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(13)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(14)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(15)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(16)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(17)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(18)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(19)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(20)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(21)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(22)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(23)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(24)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(25)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(26)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

(27)  Nadere bijzonderheden over de analysemethoden zijn beschikbaar op de website van het referentielaboratorium: https://joint-research-centre.ec.europa.eu/eurl-fa-eurl-feed-additives/eurl-fa-authorisation/eurl-fa-evaluation-reports_en

Top