This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32022R0199
Commission Delegated Regulation (EU) 2022/199 of 2 December 2021 amending Regulation (EU) 2019/1241 of the European Parliament and of the Council as regards the use of excluder devices in the North Sea fishery for Norway pout
Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/199 van de Commissie van 2 december 2021 tot wijziging van Verordening (EU) 2019/1241 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van uitsluitingsvoorzieningen bij de Noordzeevisserij op kever
Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/199 van de Commissie van 2 december 2021 tot wijziging van Verordening (EU) 2019/1241 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van uitsluitingsvoorzieningen bij de Noordzeevisserij op kever
C/2021/8599
PB L 33 van 15.2.2022, p. 1–3
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
15.2.2022 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 33/1 |
GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2022/199 VAN DE COMMISSIE
van 2 december 2021
tot wijziging van Verordening (EU) 2019/1241 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gebruik van uitsluitingsvoorzieningen bij de Noordzeevisserij op kever
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) 2019/1241 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende de instandhouding van visbestanden en de bescherming van mariene ecosystemen door middel van technische maatregelen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 1967/2006 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en de Verordeningen (EU) nr. 1380/2013, (EU) 2016/1139, (EU) 2018/973, (EU) 2019/472 en (EU) 2019/1022 van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 894/97, (EG) nr. 850/98, (EG) nr. 2549/2000, (EG) nr. 254/2002, (EG) nr. 812/2004 en (EG) nr. 2187/2005 van de Raad (1), en met name artikel 15, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bijlage V bij Verordening (EU) 2019/1241 voorziet in op regionaal niveau vastgestelde technische maatregelen voor de Noordzee, het Skagerrak en het Kattegat. |
(2) |
Indien lidstaten met een rechtstreeks belang bij het beheer van een visserijtak van mening zijn dat alternatieve maatregelen verenigbaar zijn met de bescherming van jonge exemplaren door het gebruik van alternatieve selectiviteitsvoorzieningen voor die welke op regionaal niveau zijn vastgesteld en die zijn opgenomen in deel B van de bijlagen V tot en met XI bij Verordening (EU) 2019/1241, kan de Commissie dergelijke maatregelen middels gedelegeerde handelingen vaststellen op basis van een door die lidstaten ingediende gezamenlijke aanbeveling. |
(3) |
Overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EU) 2019/1241 kunnen lidstaten met een rechtstreeks belang bij het beheer van een visserijtak bij de Commissie een gezamenlijke aanbeveling indienen met het oog op de vaststelling van de in artikel 15, lid 2, van die verordening bedoelde technische maatregelen met betrekking tot de grootteselectieve en soortselectieve kenmerken van vistuig. De lidstaten die een dergelijke aanbeveling indienen, moeten wetenschappelijk bewijsmateriaal verstrekken waaruit blijkt dat die maatregelen leiden tot selectiviteitskenmerken voor specifieke soorten of combinaties van soorten die ten minste gelijkwaardig zijn aan de selectiviteitskenmerken van het vistuig in deel B van de bijlagen V tot en met X en in deel A van bijlage XI bij die verordening. |
(4) |
België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Nederland en Zweden (de Scheveningengroep) hebben een rechtstreeks belang bij het beheer van de visserij in de Noordzeevisserij. Na raadpleging van de adviesraad voor de Noordzee heeft de Scheveningengroep op 26 februari 2020 een gezamenlijke aanbeveling bij de Commissie ingediend op basis van artikel 15 van Verordening (EU) 2019/1241, waarin een gedelegeerde handeling wordt voorgesteld tot wijziging van deel B van bijlage V bij die verordening om het gebruik van een soortselectieve voorziening in de Noordzeevisserij op kever toe te staan als alternatief voor het sorteerrooster met een maximumafstand tussen de staven van 35 mm dat in deel B van bijlage V bij die verordening als basismaatregel voor die gerichte visserij is vastgesteld. |
(5) |
De deskundigengroep Visserij is op 30 september 2021 geraadpleegd over de gezamenlijke aanbeveling. Het Europees Parlement heeft de vergadering bijgewoond als waarnemer. |
(6) |
Het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV) heeft geconcludeerd (2) dat het gebruik van een uitsluitingsvoorziening waarschijnlijk zou leiden tot lagere bijvangstcijfers (in gewicht en aantal) en een gehandhaafd of verbeterd exploitatiepatroon voor bijvangstsoorten die groter worden dan kever (zoals gadoïden) in vergelijking met het gebruik van het sorteerrooster. Het WTECV heeft opgemerkt dat exemplaren van minder dan 15 cm slechts een klein deel van de totale bijvangst uitmaken en concludeerde dat de bijvangsten in de visserij op kever bijgevolg aanzienlijk lager zouden zijn met de uitsluiter dan met het sorteerrooster. |
(7) |
Verordening (EU) 2019/1241 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. |
(8) |
Aangezien de maatregelen van de onderhavige verordening rechtstreeks van invloed zijn op de planning van het visseizoen van de vaartuigen van de Unie en de daarmee samenhangende economische activiteiten, moet de onderhavige verordening onmiddellijk na de bekendmaking ervan in werking treden. Aangezien de kevervisserij plaatsvindt van september tot en met december, moet deze verordening van toepassing zijn met ingang van 1 september 2021. Een dergelijke retroactieve toepassing doet geen afbreuk aan het rechtszekerheidsbeginsel en het beginsel van bescherming van het gewettigd vertrouwen, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Bijlage V bij Verordening (EU) 2019/1241 van de Raad wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 september 2021.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 2 december 2021.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
(1) PB L 198 van 25.7.2019, blz. 105.
(2) https://stecf.jrc.ec.europa.eu/documents/43805/2786172/STECF+PLEN+20-03.pdf
BIJLAGE
In deel B, punt 1.4, van bijlage V bij Verordening (EU) 2019/1241 wordt de negende vermelding van de tabel als volgt gewijzigd:
Maaswijdte |
Geografische gebieden |
Voorwaarden |
||||||||||
“Ten minste 16 mm |
Hele gebied |
Gerichte visserij op kleine pelagische soorten die niet elders in de tabel zijn vermeld. Gerichte visserij op kever. Er wordt een van de volgende voorzieningen aangebracht:
Gerichte visserij op noordzeegarnalen en ringsprietgarnalen. Er wordt een zeeflap of een sorteerrooster aangebracht, overeenkomstig de op nationaal of regionaal niveau vastgestelde voorschriften. |
(*1) “Uitsluitingsvoorziening”: een kegelvormige netvoorziening die aan de volgende criteria voldoet:
1) |
ze wordt vóór de kuil aangebracht op zodanige wijze dat de voorkant of basis van de kegel aan de volledige omtrek van de trawl is bevestigd vóór de kuil of tunnel; |
2) |
ze loopt af naar een uiteinde waar ze is vastgemaakt aan de bodem van de trawl; |
3) |
waar het uiteinde van de uitsluitingsvoorziening en de kuil samenkomen, is een ontsnappingsopening gemaakt; |
4) |
ze maakt het mogelijk dat kever erdoorheen kan en in de kuil wordt gehouden, terwijl bijvangsten van vis worden vrijgelaten door ze naar de uitgangsopening te leiden. |