Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32022D2369

    Besluit (GBVB) 2022/2369 van de Raad van 3 december 2022 tot wijziging van Besluit 2014/512/GBVB betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren

    ST/14250/2022/REV/1

    PB L 311I van 3.12.2022, p. 8–12 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2022/2369/oj

    3.12.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    LI 311/8


    BESLUIT (GBVB) 2022/2369 VAN DE RAAD

    van 3 december 2022

    tot wijziging van Besluit 2014/512/GBVB betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 29,

    Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Op 31 juli 2014 heeft de Raad Besluit 2014/512/GBVB (1) vastgesteld.

    (2)

    De Unie houdt onverkort vast aan haar steun voor de soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne.

    (3)

    Op 6 oktober 2022 heeft de Raad Besluit (GBVB) 2022/1909 (2) vastgesteld, waarbij een vrijstelling werd ingevoerd van het verbod op het verrichten van zeevervoerdiensten en het verbod op het verlenen van technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiering of financiële bijstand, in verband met het vervoer over zee naar derde landen van ruwe olie of aardolieproducten die van oorsprong zijn uit Rusland of die uit Rusland worden uitgevoerd en die zijn aangekocht tegen of onder een vooraf vastgesteld prijsplafond dat door de Price Cap Coalition is overeengekomen. Die vrijstelling is bedoeld om negatieve gevolgen voor de energievoorziening van derde landen te verzachten en prijsstijgingen als gevolg van buitengewone marktomstandigheden te verminderen en tegelijkertijd de Russische olie-inkomsten te beperken.

    (4)

    Gezien de situatie, en rekening houdend met de besprekingen binnen de Price Cap Coalition, de doeltreffendheid van de maatregel wat betreft de verwachte resultaten, de internationale toetreding tot en de informele afstemming op het prijsplafondmechanisme, en de mogelijke gevolgen ervan voor de Unie en haar lidstaten, is het passend het prijsplafond voor ruwe olie in te voeren, dat wil zeggen de prijs per vat tegen of onder welke ruwe olie uit Rusland is vrijgesteld van het verbod op het verrichten van zeevervoerdiensten en het verbod op het verlenen van technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiering of financiële bijstand in verband met het zeevervoer naar derde landen.

    (5)

    Het is ook passend verdere maatregelen in te voeren. Het is met name passend het bestaande verbod op de handel en tussenhandel in Russische ruwe olie en aardolieproducten te verduidelijken en de vrijstelling voor prijsplafonds uit te breiden wanneer dergelijke goederen tegen of onder het prijsplafond worden verhandeld.

    (6)

    Daarnaast moet de overgangsperiode voor het vervoer van ruwe olie en bepaalde aardolieproducten na elke latere wijziging van het prijsplafond, voor een periode van 90 dagen onder dezelfde voorwaarden worden uitgebreid tot de verlening, direct of indirect, van technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiering of financiële bijstand in verband met het vervoer. Deze maatregel is noodzakelijk om ervoor te zorgen dat het prijsplafond door alle exploitanten consistent wordt toegepast.

    (7)

    Ook is het passend een overgangsperiode van 45 dagen te introduceren voor schepen die ruwe olie van oorsprong uit Rusland vervoeren, die vóór 5 december 2022 is gekocht en in het schip is geladen en vóór 19 januari 2023 is gelost in de uiteindelijke bestemmingshaven.

    (8)

    Daarenboven is het passend te verduidelijken dat het verbod op het verlenen van diensten in verband met het vervoer van Russische ruwe olie of aardolieproducten door een schip dat de vlag van een derde land voert, van toepassing is op schepen die in het verleden dergelijke goederen hebben vervoerd die boven het prijsplafond waren gekocht, op voorwaarde dat de voor dat vervoer verantwoordelijke exploitant wist of gegronde reden had om te vermoeden dat dit het geval was. Dit is noodzakelijk om de rechtszekerheid te waarborgen.

    (9)

    Er moet een vrijstelling komen op het verbod op het verrichten van zeevervoerdiensten en het verbod op het verlenen van technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiering of financiële bijstand in verband met het zeevervoer naar derde landen, indien deze noodzakelijk is voor de dringende preventie of beperking van de gevolgen van een gebeurtenis die ernstige en aanzienlijke gevolgen voor de gezondheid en veiligheid van de mens of voor het milieu zou kunnen hebben, of als respons op natuurrampen.

    (10)

    Tot slot is het passend om een periodieke evaluatie van het prijsplafondmechanisme in te voeren om de doeltreffendheid van de maatregel wat betreft de verwachte resultaten en de uitvoering ervan alsook de internationale naleving van en informele afstemming op het prijsplafondmechanisme, en het potentiële effect ervan op de Unie en haar lidstaten in aanmerking te kunnen nemen, en om te kunnen inspelen op de ontwikkelingen op de markt, waaronder eventuele turbulentie. Bij deze evaluatie moet rekening worden gehouden met de doelstellingen van het prijsplafond, waaronder het vermogen ervan om de olie-inkomsten van Rusland te verminderen, en het beginsel dat het prijsplafond ten minste 5 % onder de gemiddelde marktprijs voor Russische olie en aardolieproducten moet liggen. De gemiddelde marktprijs moet worden berekend in samenwerking met het Internationaal Energieagentschap. Eventuele overwegingen die van invloed zouden kunnen zijn op de werking en voorwaarden van het prijsplafond, worden binnen de Price Cap Coalition ter sprake gebracht, na besprekingen in de Raad. Om de ontwikkelingen op de markt tijdig in aanmerking te kunnen nemen, moet deze evaluatie vanaf medio januari 2023 worden uitgevoerd en moet de Raad daarna om de twee maanden op deze kwestie terugkomen.

    (11)

    Rekening houdend met de huidige omstandigheden die een uitdaging vormen voor het concurrentievermogen van de scheepvaart van de EU alsmede het feit dat de scheepvaartindustrie een langzaam herstellende sector van de economie is, is de Commissie voornemens om dringend passende steunmaatregelen vast te stellen, onder meer door uiterlijk op 5 februari 2023 bestaande instrumenten verder te ontwikkelen, teneinde de geloofwaardigheid en het strategische belang van de scheepvaartindustrie van de Unie te behouden en het concurrentievermogen van de scheepvaart van de EU op peil te houden en verder te versterken, en tegelijkertijd het belang van een concurrerende exploitatie van schepen onder de vlag van de lidstaten te beschermen en heromvlagging van schepen naar scheepsregisters van de lidstaten aan te moedigen.

    (12)

    Om uitvoering te geven aan bepaalde maatregelen, is verder optreden van de Unie vereist.

    (13)

    Besluit 2014/512/GBVB moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Besluit 2014/512/GBVB wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Artikel 4 septdecies wordt als volgt gewijzigd:

    a)

    lid 1 wordt vervangen door:

    “1.   Het is verboden direct of indirect technische bijstand, tussenhandelsdiensten of financiering of financiële bijstand in verband met handel, tussenhandel of vervoer te verlenen, ook door middel van schip-tot-schiptransfers, aan derde landen met betrekking tot ruwe olie of aardolieproducten die van oorsprong zijn uit Rusland of die uit Rusland zijn uitgevoerd.”

    ;

    b)

    lid 4 wordt vervangen door:

    “4.   Het is verboden handels-, tussenhandels- of vervoersdiensten, met inbegrip van schip-tot-schiptransfers, aan derde landen te verlenen met ingang van 5 december 2022 voor ruwe olie van GN-code 2709 00 die van oorsprong is uit Rusland of uit Rusland is uitgevoerd, en met ingang van 5 februari 2023 voor in bijlage XXV bij Verordening (EU) nr. 833/2014 vermelde aardolieproducten van GN-code 2710 die van oorsprong zijn uit Rusland of uit Rusland zijn uitgevoerd.”

    ;

    c)

    lid 5 wordt vervangen door:

    “5.   De verbodsbepaling van lid 4 van dit artikel is van toepassing met ingang van de datum van inwerkingtreding van het eerste besluit van de Raad tot wijziging van bijlage XI overeenkomstig lid 9, punt a), van dit artikel.

    Met ingang van de datum van inwerkingtreding van elk navolgend besluit van de Raad tot wijziging van bijlage XI bij dit besluit, zijn de verbodsbepalingen van de leden 1 en 4 van dit artikel gedurende een periode van 90 dagen niet van toepassing op het vervoer van de in bijlage XXV bij Verordening (EU) nr. 833/2014 vermelde producten die van oorsprong zijn uit Rusland of uit Rusland zijn uitgevoerd, en op de verlening, direct of indirect, van technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiering of financiële bijstand in verband met het vervoer, op voorwaarde dat:

    a)

    het vervoer of de verlening van technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiering of financiële bijstand in verband met het vervoer is gebaseerd op een vóór de datum van inwerkingtreding van elk volgend besluit van de Raad tot wijziging van bijlage XI bij dit besluit gesloten contract, en

    b)

    de aankoopprijs per vat op de datum van sluiting van dat contract niet hoger was dan de in bijlage XI bij dit besluit vastgelegde prijs.”

    ;

    d)

    lid 6 wordt vervangen door:

    “6.   De in de leden 1 en 4 vastgestelde verbodsbepalingen gelden niet:

    a)

    met ingang van 5 december 2022, voor ruwe olie van GN-code 2709 00 die van oorsprong is uit Rusland of uit Rusland is uitgevoerd, en met ingang van 5 februari 2023, voor aardolieproducten van GN-code 2710 die van oorsprong zijn uit Rusland of die uit Rusland zijn uitgevoerd, op voorwaarde dat de aankoopprijs per vat van dergelijke producten niet hoger is dan de in bijlage XI van dit besluit vastgestelde prijzen;

    b)

    voor de in bijlage XXV bij Verordening (EU) nr. 833/2014 vermelde ruwe olie of aardolieproducten, indien die goederen van oorsprong zijn uit een derde land en alleen worden geladen in, vertrekken uit of worden doorgevoerd door Rusland, mits zowel de oorsprong als de eigenaar van die goederen niet-Russisch is;

    c)

    voor het vervoer van de in bijlage XII bij dit besluit vermelde producten naar de daarin vermelde derde landen, gedurende de in die bijlage vastgestelde duur, of voor de met dat vervoer gepaard gaande technische bijstand, tussenhandeldiensten, financiering of financiële bijstand;

    d)

    met ingang van 5 december 2022 voor ruwe olie van GN-code 2709 00 die van oorsprong is uit Rusland of uit Rusland is uitgevoerd en die is aangekocht boven de in bijlage XI bij dit besluit vastgestelde prijs, die vóór 5 december 2022 in een schip in de laadhaven wordt geladen en vóór 19 januari 2023 in de uiteindelijke bestemmingshaven wordt gelost.”

    ;

    e)

    lid 8 wordt vervangen door:

    “8.   Ingeval een schip, na de inwerkingtreding van een besluit van de Raad tot wijziging van bijlage XI, de in lid 4 bedoelde Russische ruwe olie of aardolieproducten heeft vervoerd en de voor het vervoer verantwoordelijke exploitant wist of gegronde reden had om te vermoeden dat die ruwe olie of aardolieproducten waren aangekocht tegen een prijs die op de datum van de sluiting van het contract hoger was dan de prijs die in bijlage XI voor een dergelijke aankoop is vastgelegd, is het gedurende 90 dagen na de datum van lossing van de boven het prijsplafond gekochte lading verboden om de in lid 1 bedoelde diensten te verrichten met betrekking tot het vervoer door dat schip van ruwe aardolie of aardolieproducten van oorsprong uit Rusland of uitgevoerd uit Rusland, als bedoeld in lid 4.”

    ;

    f)

    de volgende leden worden toegevoegd:

    “10.   De verbodsbepalingen van de leden 1 en 4 zijn niet van toepassing op het vervoer of de verlening van technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiering of financiële bijstand in verband met het vervoer dat noodzakelijk is voor de dringende preventie of beperking van de gevolgen van een gebeurtenis die ernstige en aanzienlijke gevolgen kan hebben voor de gezondheid en veiligheid van de mens of voor het milieu, of als respons op natuurrampen, mits de nationale bevoegde autoriteit daarvan onmiddellijk in kennis is gesteld zodra de gebeurtenis is vastgesteld.

    11.   De lidstaten en de Commissie stellen elkaar in kennis van geconstateerde gevallen van schending of omzeiling van de in dit artikel vastgestelde verbodsbepalingen.

    Overeenkomstig dit artikel verstrekte en ontvangen informatie mag uitsluitend worden gebruikt voor de doeleinden waarvoor de informatie is verstrekt of ontvangen, met inbegrip van het waarborgen van de doeltreffendheid van de maatregel.

    12.   De werking van het prijsplafondmechanisme, met inbegrip van bijlage XI en de verbodsbepalingen in de leden 1 en 4 van dit artikel, worden medio januari 2023 en daarna om de twee maanden geëvalueerd.

    Bij de evaluatie wordt rekening gehouden met de doeltreffendheid van de maatregel wat betreft de verwachte resultaten en de uitvoering ervan, de internationale naleving van en informele afstemming op het prijsplafondmechanisme, en het potentiële effect ervan op de Unie en haar lidstaten. De evaluatie speelt in op de ontwikkelingen op de markt, waaronder eventuele turbulentie.

    Om de doelstellingen van het prijsplafond te verwezenlijken, waaronder het vermogen ervan om de olie-inkomsten van Rusland te verminderen, ligt het prijsplafond ten minste 5 % onder de gemiddelde marktprijs voor Russische olie en aardolieproducten, die wordt berekend op basis van gegevens van het Internationaal Energieagentschap.”

    .

    2)

    Bijlage XI wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel, 3 december 2022.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    M. BEK


    (1)  Besluit 2014/512/GBVB van de Raad van 31 juli 2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PB L 229 van 31.7.2014, blz. 13).

    (2)  Besluit (GBVB) 2022/1909 van de Raad van 6 oktober 2022 tot wijziging van Besluit 2014/512/GBVB betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (PB L 259 I van 6.10.2022, blz. 122).


    BIJLAGE

    In bijlage XI bij Besluit 2014/512/GBVB wordt de volgende tabel toegevoegd:

    “GN-Code

    Beschrijving

    Prijs per vat (USD)

    Toepassingsdatum

    2709 00

    Ruwe aardolie en ruwe olie uit bitumineuze mineralen

    60

    5 december 2022”


    Top