Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32020R0868

Uitvoeringsverordening (EU) 2020/868 van de Commissie van 18 juni 2020 houdende intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur

C/2020/4201

PB L 201 van 25.6.2020, p. 5–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 26/06/2020

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2020/868/oj

25.6.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 201/5


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/868 VAN DE COMMISSIE

van 18 juni 2020

houdende intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (1), en met name artikel 57, lid 4, en artikel 58, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 (2) heeft de Commissie twee producten ingedeeld in de in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad (3) opgenomen gecombineerde nomenclatuur, één in de vorm van een warmte opwekkende pleister en het andere in de vorm van een warmte opwekkende gordel om de pijn te verlichten, onder GN-code 3824 90 96 als andere chemische producten of preparaten.

(2)

In zijn arrest in zaak C‐182/19 (4) heeft het Hof van Justitie geoordeeld dat Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 ongeldig is.

(3)

Om redenen van rechtszekerheid moet een handeling die door het Hof van Justitie ongeldig is verklaard, formeel uit de rechtsorde van de Unie worden verwijderd.

(4)

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 moet derhalve worden ingetrokken.

(5)

De bepalingen van deze verordening zijn in overeenstemming met het advies van het Comité douanewetboek.

(6)

Aangezien Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 niet kan worden toegepast na het arrest van het Hof van Justitie van 26 maart 2020, moet deze verordening, omwille van de rechtszekerheid en de juridische duidelijkheid, met spoed in werking treden,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

 

Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 wordt ingetrokken.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 18 juni 2020.

Voor de Commissie,

namens de voorzitter,

Philip KERMODE

Waarnemend directeur-generaal

Directoraat-generaal Belastingen en Douane-unie


(1)   PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1140 van de Commissie van 8 juli 2016 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB L 189 van 14.7.2016, blz. 1).

(3)  Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1).

(4)  Arrest van het Hof van Justitie van 26 maart 2020, Pfizer Consumer Healthcare Ltd, C‐182/19, ECLI:EU:C:2020:243.


Top