Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32020D1401

    Uitvoeringsbesluit (EU) 2020/1401 van de Commissie van 2 oktober 2020 tot tijdelijke afwijking van Richtlijn 66/401/EEG van de Raad wat betreft de voorschriften voor het in de handel brengen van gecertificeerd zaad (Kennisgeving geschied onder nummer C(2020) 6651) (Voor de EER relevante tekst)

    C/2020/6651

    PB L 324 van 6.10.2020, p. 35–36 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2020/1401/oj

    6.10.2020   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 324/35


    UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2020/1401 VAN DE COMMISSIE

    van 2 oktober 2020

    tot tijdelijke afwijking van Richtlijn 66/401/EEG van de Raad wat betreft de voorschriften voor het in de handel brengen van gecertificeerd zaad

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2020) 6651)

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Richtlijn 66/401/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergewassen (1), en met name artikel 17, lid 1,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Uit de door Slovenië aan de Commissie verstrekte informatie blijkt dat het zaadgewas van de soort incarnaatklaver (Trifolium incarnatum L.), bestemd voor de productie van basiszaad, in het groeiseizoen 2018/2019 ernstig te lijden heeft gehad onder de ongunstige weersomstandigheden. Als gevolg hiervan was er in Slovenië onvoldoende basiszaad beschikbaar voor de productie van gecertificeerd zaad van de eerste generatie voor de oogst van 2020.

    (2)

    Andere lidstaten, die deels ook zelf te kampen hebben met oogstproblemen, konden voor de categorie basiszaad niet in de behoefte van Slovenië voorzien.

    (3)

    Dit heeft tot tijdelijke problemen met de algemene beschikbaarheid van gecertificeerd zaad van incarnaatklaver geleid. Deze problemen kunnen alleen worden opgelost door — voor een bepaalde periode en voor een passende maximumhoeveelheid — het in de Unie in de handel brengen van gecertificeerd zaad van de tweede generatie van in Slovenië geproduceerde incarnaatklaver toe te staan.

    (4)

    Bij dit besluit moet derhalve het in de handel brengen in de Unie van gecertificeerd zaad van incarnaatklaver van de tweede generatie, geproduceerd in Slovenië uit gecertificeerd zaad van de eerste generatie, onder bepaalde voorwaarden en beperkingen worden toegestaan.

    (5)

    Uit de door Slovenië aan de Commissie verstrekte informatie blijkt ook dat in totaal 30 ton incarnaatklaverzaad nodig is om deze bevoorradingsproblemen op te lossen voor de periode die afloopt op 30 juni 2021.

    (6)

    De afwijking vormt geen beletsel voor de toepassing van de andere voorwaarden voor het in de handel brengen van gecertificeerd zaad van incarnaatklaver, zoals vastgesteld in Richtlijn 66/401/EEG.

    (7)

    De lidstaten moeten de Commissie en de overige lidstaten onmiddellijk de hoeveelheden meedelen waarvoor zij overeenkomstig dit besluit een vergunning voor het in de handel brengen hebben verleend, om een gecoördineerde uitvoering van het besluit te waarborgen.

    (8)

    Slovenië moet als coördinator optreden om te waarborgen dat de krachtens dit besluit toegestane totale hoeveelheid in de handel gebracht zaaizaad de in dit besluit vastgestelde maximumhoeveelheid niet overschrijdt.

    (9)

    De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.   Het in de handel brengen in de Unie van gecertificeerd zaad van de tweede generatie incarnaatklaver (Trifolium incarnatum L.), geproduceerd in Slovenië uit gecertificeerd zaad van de eerste generatie, wordt onder de in lid 2 vastgestelde voorwaarden toegestaan voor een periode die afloopt op 30 juni 2021.

    2.   Het gecertificeerde zaad waarvan het in de handel brengen overeenkomstig dit artikel wordt toegestaan:

    a)

    overschrijdt niet de totale hoeveelheid van 30 ton;

    b)

    voldoet aan de volgende eisen:

    i)

    de in bijlage II bij Richtlijn 66/401/EEG vastgestelde eisen voor gecertificeerd zaad van de eerste generatie;

    ii)

    het betrokken zaaizaad is voor het eerst in de handel gebracht overeenkomstig artikel 3 van dit besluit.

    Artikel 2

    De lidstaten delen de Commissie en de overige lidstaten onmiddellijk de hoeveelheden mee waarvoor zij overeenkomstig dit besluit toestemming voor het in de handel brengen hebben verleend.

    Artikel 3

    Een zaaizaadleverancier die het in artikel 1 bedoelde zaaizaad in de handel wenst te brengen, vraagt daartoe toestemming aan de lidstaat waar hij is gevestigd of waarin hij zaaizaad invoert. De betrokken lidstaat geeft de leverancier toestemming om dat zaaizaad in de handel te brengen, tenzij:

    1)

    er voldoende aanwijzingen zijn dat de leverancier niet in staat zal zijn de in zijn verzoek vermelde hoeveelheid zaaizaad in de handel te brengen, of

    2)

    de totale hoeveelheid waarvoor toestemming voor het in de handel brengen wordt verleend, de in artikel 1, lid 2, onder a), bedoelde maximumhoeveelheid zou overschrijden.

    Artikel 4

    1.   De lidstaten verlenen elkaar administratieve bijstand bij de toepassing van dit besluit.

    2.   Slovenië treedt op als coördinerende lidstaat met betrekking tot artikel 1, lid 2, onder a).

    3.   Wanneer een lidstaat een aanvraag overeenkomstig artikel 3 ontvangt, stelt hij onverwijld Slovenië in kennis van de in de aanvraag vermelde hoeveelheid. Slovenië deelt de kennisgevende lidstaten onmiddellijk mee of de toestemming zou leiden tot overschrijding van de in artikel 1, lid 2, onder a), bedoelde maximumhoeveelheid.

    Artikel 5

    Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

    Gedaan te Brussel, 2 oktober 2020.

    Voor de Commissie

    Stella KYRIAKIDES

    Lid van de Commissie


    (1)  PB 125 van 11.7.1966, blz. 2298/66.


    Top