EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32019R0263

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/263 van de Commissie van 14 februari 2019 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 wat betreft standaardvoorwaarden voor financieringsinstrumenten met betrekking tot de co-investeringsfaciliteit en het stadsontwikkelingsfonds

C/2019/976

PB L 44 van 15.2.2019, p. 8–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2019/263/oj

15.2.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 44/8


UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/263 VAN DE COMMISSIE

van 14 februari 2019

tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 wat betreft standaardvoorwaarden voor financieringsinstrumenten met betrekking tot de co-investeringsfaciliteit en het stadsontwikkelingsfonds

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (1), en met name artikel 38, lid 3, tweede alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bijlage I bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 van de Commissie (2) bevat de geannoteerde inhoudsopgave van een financieringsovereenkomst tussen een managementautoriteit en een financiële intermediair, en de bijlagen V en VI bevatten de voorwaarden voor de co-investeringsfaciliteit respectievelijk het stadsontwikkelingsfonds.

(2)

Artikel 40 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 verduidelijkt de bepalingen betreffende beheersverificaties en audits die gelden voor financieringsinstrumenten die worden uitgevoerd door de EIB en andere internationale financiële instellingen waarvan een lidstaat aandeelhouder is. Deze bepalingen moeten in bijlage I worden opgenomen als onderdeel van de financieringsovereenkomst tussen een managementautoriteit en de EIB of andere internationale financiële instellingen waarvan een lidstaat aandeelhouder is.

(3)

Artikel 43 bis van Verordening (EU) nr. 1303/2013, als ingevoegd bij Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad (3), verduidelijkt de regels die gelden voor financieringsinstrumenten wat betreft de gedifferentieerde behandeling van volgens het beginsel van de markteconomie werkende investeerders in geval van winst- en risicodeling. De terminologie van de bijlagen I, V en VI bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 moet worden afgestemd op die van artikel 43 bis van Verordening (EU) nr. 1303/2013.

(4)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Coördinatiecomité van de ESI-fondsen.

(5)

Om de rechtszekerheid te waarborgen en de verschillen tussen de gewijzigde bepalingen van Verordening (EU) nr. 1303/2013, die overeenkomstig artikel 282 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van toepassing zijn vanaf 2 augustus 2018 dan wel eerder, en de bepalingen van de onderhavige verordening tot een minimum te beperken, moet de onderhavige verordening in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

(6)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen I, V, en VI bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 14 februari 2019.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)  PB L 347 van 20.12.2013, blz. 320.

(2)  Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 van de Commissie van 11 september 2014 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft standaardvoorwaarden voor financieringsinstrumenten (PB L 271 van 12.9.2014, blz. 16).

(3)  Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1).


BIJLAGE

De bijlagen I, V, en VI bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 964/2014 worden als volgt gewijzigd:

1)

In bijlage I wordt de geannoteerde inhoudsopgave van een financieringsovereenkomst tussen een managementautoriteit en een financiële intermediair als volgt gewijzigd:

a)

aan punt 11 wordt een nieuwe alinea toegevoegd:

„Bepalingen betreffende beheersverificaties en audits in overeenstemming met artikel 40, leden 1 en 2, van Verordening (EU) nr. 1303/2013 wanneer het bij de instanties die de financieringsinstrumenten uitvoeren gaat om de EIB of andere internationale financiële instellingen waarvan een lidstaat aandeelhouder is.”;

b)

in punt 17 wordt de derde alinea vervangen door:

„Bepalingen betreffende het hergebruik van middelen die aan de steun van de ESI-fondsen kunnen worden toegeschreven tot de subsidiabiliteitsperiode is verstreken overeenkomstig artikel 44 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 alsmede in voorkomend geval bepalingen betreffende de gedifferentieerde behandeling als bedoeld in artikel 43 bis.”.

2)

In bijlage V worden de voorwaarden voor de co-investeringsfaciliteit als volgt gewijzigd:

a)

in het onderdeel „Fondsbijdrage aan het financieringsinstrument: bedrag en percentage (productgegevens)” wordt de vierde alinea vervangen door:

„De gedifferentieerde behandeling van investeerders die werken volgens het beginsel van de markteconomie, uitsluitend bedoeld voor asymmetrische winstdeling, wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 43 bis van Verordening (EU) nr. 1303/2013 en artikel 21, lid 13, onder b), van Verordening (EU) nr. 651/2014.”;

b)

in het onderdeel „In aanmerking komende financiële intermediairs en co-investeerders” wordt de derde alinea vervangen door:

„Bij de selectie van financiële intermediairs houden de managementautoriteit en het dakfonds zich aan het Unierecht. De selectie van financiële intermediairs is open, transparant, evenredig en niet-discriminerend, waarbij belangenconflicten worden vermeden. Bij de selectie van de financiële intermediairs worden passende risicodelingsregelingen vastgesteld in het geval van gedifferentieerde behandeling en wordt eventuele „carried interest” bepaald.”.

3)

In bijlage VI worden de voorwaarden voor het stadsontwikkelingsfonds als volgt gewijzigd:

a)

in het onderdeel „Gevolgen van staatssteun” wordt de vijfde alinea vervangen door:

„De gedifferentieerde behandeling (asymmetrische voorwaarden voor risicodeling) voor het dakfonds en de eventuele bijdragen van de financiële intermediair en van co-investeerders op fonds- en projectniveau in de vorm van leningen worden vastgesteld overeenkomstig artikel 43 bis van Verordening (EU) nr. 1303/2013 en artikel 16, lid 8, onder b) en c), van Verordening (EU) nr. 651/2014, zoals nader bepaald in het prijsstellingsbeleid.”;

b)

in het onderdeel „Programmabijdrage aan het financieringsinstrument: bedrag en percentage (productgegevens)” wordt de eerste alinea vervangen door:

„Het daadwerkelijke risicodelingspercentage, de publieke programmabijdrage, de gedifferentieerde behandeling en de rente op leningen worden gebaseerd op de resultaten van de ex-antebeoordeling en zijn zodanig dat het voordeel voor de eindontvangers in overeenstemming is met artikel 16, lid 8, onder b), van Verordening (EU) nr. 651/2014.”;

c)

in het onderdeel „Kredietverlening en risicodeling op het niveau van de financiële intermediair (afstemming van de belangen)” wordt het zesde streepje vervangen door:

„de risicodeling met de financiële intermediair en de co-investeerders (op fondsniveau of op het niveau van het stadsontwikkelingsproject) geschiedt evenredig aan de programmabijdrage, tenzij uit de in artikel 37, lid 2, onder c), van Verordening (EU) nr. 1303/2013 bedoelde ex-antebeoordeling blijkt dat een gedifferentieerde behandeling in de vorm van een asymmetrische risicodeling tussen co-investeerders nodig is. Dergelijke regelingen zijn in overeenstemming met artikel 16, lid 8, onder b) en c), van Verordening (EU) nr. 651/2014 en zijn opgenomen in de co-investeringsovereenkomst tussen de partijen. Dergelijke regelingen gelden niet voor de 1 % eigen middelen die de financiële intermediair in het project heeft geïnvesteerd, zoals hierboven vereist met het oog op de afstemming van de belangen.”;

d)

in het onderdeel „In aanmerking komende financiële intermediairs” wordt de zesde alinea vervangen door:

„Bij de selectie van financiële intermediairs houden de managementautoriteit en het dakfonds zich aan het Unierecht. De selectie van financiële intermediairs is open, transparant, evenredig en niet-discriminerend, waarbij belangenconflicten worden vermeden. Bij de selectie van de financiële intermediairs wordt beoogd passende risicodelingsregelingen vast te stellen in het geval van gedifferentieerde behandeling.”.


Top