EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018D1958

Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1958 van de Raad van 6 december 2018 betreffende de benoeming van de voorzitter van de raad van toezicht van de ECB

ST/14218/2018/REV/1

PB L 315 van 12.12.2018, p. 25–26 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2023

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2018/1958/oj

12.12.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 315/25


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2018/1958 VAN DE RAAD

van 6 december 2018

betreffende de benoeming van de voorzitter van de raad van toezicht van de ECB

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (1), en met name artikel 26, lid 3,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 15 oktober 2013 heeft de Raad Verordening (EU) nr. 1024/2013 vastgesteld, waarbij aan de Europese Centrale Bank (ECB) specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid op het gebied van het prudentieel toezicht op kredietinstellingen.

(2)

De aan de ECB opgedragen taken worden volledig gepland en uitgevoerd door haar raad van toezicht, die bestaat uit de voorzitter, de ondervoorzitter en vier vertegenwoordigers van de ECB, alsmede één vertegenwoordiger van de nationale bevoegde autoriteit in elke deelnemende lidstaat.

(3)

De raad van toezicht is een centraal orgaan in de uitoefening van toezichthoudende taken door de ECB. Derhalve is bij Verordening (EU) nr. 1024/2013 aan de Raad de bevoegdheid gegeven om de voorzitter en de ondervoorzitter van de raad van toezicht te benoemen.

(4)

Op 16 december 2013 heeft de Raad bij Uitvoeringsbesluit 2013/797/EU van de Raad de eerste voorzitter van de raad van toezicht benoemd (2). Krachtens artikel 26, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 bedraagt de ambtstermijn van de voorzitter van de raad van toezicht vijf jaar en is die niet verlengbaar.

(5)

Overeenkomstig artikel 26, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1024/2013 heeft de ECB op 7 november 2018 op basis van een open selectieprocedure met een voordracht van personen met een erkende kwalificatie en ervaring in het bankwezen en financiële aangelegenheden, na de raad van toezicht te hebben gehoord, aan het Europees Parlement een voorstel tot de benoeming van de heer Andrea ENRIA als voorzitter van de raad van toezicht voorgelegd. Het Europees Parlement heeft dit voorstel op 29 november 2018 goedgekeurd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De heer Andrea ENRIA wordt per 1 januari 2019 benoemd tot voorzitter van de raad van toezicht van de Europese Centrale Bank, voor een periode van vijf jaar.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de datum van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Dit besluit is van toepassing met ingang van 1 januari 2019.

Gedaan te Brussel, 6 december 2018.

Voor de Raad

De voorzitter

H. KICKL


(1)  PB L 287 van 29.10.2013, blz. 63.

(2)  Uitvoeringsbesluit 2013/797/EU van de Raad van 16 december 2013 houdende uitvoering van Verordening (EU) nr. 1024/2013 van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de Europese Centrale Bank specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (PB L 352 van 24.12.2013, blz. 50).


Top