Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32015D1016

    Besluit (EU) 2015/1016 van de Raad van 23 juni 2015 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

    PB L 162 van 27.6.2015, p. 100–102 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2015/1016/oj

    27.6.2015   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 162/100


    BESLUIT (EU) 2015/1016 VAN DE RAAD

    van 23 juni 2015

    betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, in samenhang met artikel 218, lid 9,

    Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1), en met name artikel 1, lid 3,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (2) (hierna „de EER-overeenkomst” genoemd) is op 1 januari 1994 in werking getreden.

    (2)

    Overeenkomstig artikel 98 van de EER-overeenkomst kan onder meer Protocol 31 bij die overeenkomst bij besluit van het Gemengd Comité van de EER worden gewijzigd.

    (3)

    Protocol 31 bij de EER-overeenkomst bevat bepalingen en regelingen betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden.

    (4)

    Het is wenselijk de samenwerking voort te zetten tussen de partijen bij de EER-overeenkomst bij uit de algemene begroting van de Unie gefinancierde acties met betrekking tot „Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie” en „Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt”.

    (5)

    Protocol 31 bij de EER-overeenkomst moet derhalve worden gewijzigd, teneinde voortzetting van deze uitgebreide samenwerking na 31 december 2014 mogelijk te maken.

    (6)

    Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité van de EER moet gebaseerd zijn op het hieraan gehechte ontwerpbesluit,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de voorgestelde wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

    Gedaan te Luxemburg, 23 juni 2015.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    E. RINKĒVIČS


    (1)  PB L 305 van 30.11.1994, blz. 6.

    (2)  PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3.


    ONTWERP

    BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITE VAN DE EER Nr. …/2015

    van

    tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst, betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden

    HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

    Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna de „EER-overeenkomst” genoemd, en met name de artikelen 86 en 98,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Het is wenselijk om de samenwerking tussen de EER-overeenkomstsluitende partijen bij acties van de Unie met betrekking tot de tenuitvoerlegging, de werking en de ontwikkeling van de interne markt, die gefinancierd zijn uit de algemene begroting van de Europese Unie, voort te zetten.

    (2)

    Protocol 31 bij de EER-overeenkomst moet derhalve worden gewijzigd, teneinde voortzetting van deze uitgebreide samenwerking na 31 december 2014 mogelijk te maken,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Artikel 7 van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Na lid 9 wordt het volgende lid ingevoegd:

    „10.   De EVA-staten nemen met ingang van 1 januari 2015 deel aan de Unieacties in het kader van onderstaande begrotingsonderdelen die in de algemene begroting van de Europese Unie voor het boekjaar 2015 zijn opgenomen:

    Begrotingsonderdeel 02.03.01: „Werking en ontwikkeling van de interne markt, met name op de gebieden van kennisgeving, certificering en sectorale harmonisatie”,

    Begrotingsonderdeel 12.2.01: „Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt”.”.

    2)

    In de leden 3 en 4 worden de woorden „leden 5 tot en met 9” vervangen door de woorden „leden 5 tot en met 10”.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de laatste kennisgeving zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst (1).

    Het is van toepassing met ingang van 1 januari 2015.

    Artikel 3

    Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel,

    Voor het Gemengd Comité van de EER

    De voorzitter

    De secretarissen

    van het Gemengd Comité van de EER


    (1)  [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]


    Top