Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32012D0711

    Besluit 2012/711/GBVB van de Raad van 19 november 2012 inzake steun voor activiteiten van de Unie ter bevordering, bij derde landen, van de controle op wapenuitvoer en van de beginselen en criteria van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB

    PB L 321 van 20.11.2012, p. 62–67 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2012/711/oj

    20.11.2012   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 321/62


    BESLUIT 2012/711/GBVB VAN DE RAAD

    van 19 november 2012

    inzake steun voor activiteiten van de Unie ter bevordering, bij derde landen, van de controle op wapenuitvoer en van de beginselen en criteria van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 26, lid 2, en artikel 31, lid 1,

    Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De Europese veiligheidsstrategie die de staatshoofden en regeringsleiders op 12 december 2003 hebben aangenomen, vermeldt vijf belangrijke uitdagingen waaraan de Unie in de wereld van na de koude oorlog het hoofd moet bieden: terrorisme, de verspreiding van massavernietigingswapens, regionale conflicten, het falen van staten en georganiseerde criminaliteit. Het ongecontroleerde verkeer van conventionele wapens heeft ernstige gevolgen voor vier van deze vijf uitdagingen. In de strategie wordt het belang van uitvoercontroles ter beheersing van de proliferatie benadrukt.

    (2)

    Op 5 juni 1998 heeft de Unie een politiek bindende gedragscode betreffende wapenuitvoer aangenomen, met gemeenschappelijke criteria voor de legale handel in conventionele wapens. De gedragscode is regelmatig geactualiseerd.

    (3)

    In de EU-strategie ter bestrijding van de illegale accumulatie van en handel in handvuurwapens en lichte wapens (SALW) en munitie daarvoor, die op 15-16 december 2005 door de Europese Raad is aangenomen, is bepaald dat de Unie op regionaal en internationaal niveau steun verleent aan het versterken van de uitvoercontroles en aan het uitdragen van de criteria van de gedragscode betreffende wapenuitvoer, onder meer door derde landen bijstand te verlenen bij de vaststelling van nationale wetgeving ter zake en door transparantiemaatregelen te bevorderen.

    (4)

    De gedragscode betreffende wapenuitvoer is op 8 december 2008 vervangen door het juridisch bindende Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB van de Raad (1) waarin gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie werden vastgesteld. Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB bevat acht criteria waaraan aanvragen voor de uitvoer van conventionele wapens moeten worden getoetst. Het bevat tevens een kennisgevings- en raadplegingsmechanisme voor weigeringen en transparantiemaatregelen zoals een EU-jaarverslag over wapenuitvoer.

    (5)

    Conform artikel 7 van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB hebben de lidstaten, om het standpunt zo doeltreffend mogelijk te maken, besloten in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) op te treden ter versterking van hun samenwerking en ter bevordering van hun convergentie op het gebied van de uitvoer van militaire goederen en technologie. De beginselen en criteria van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB zijn door verschillende derde landen officieel onderschreven.

    (6)

    In artikel 11 van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB is bepaald dat de lidstaten zich tot het uiterste moeten inspannen om andere wapenexporterende staten ertoe over te halen de criteria die in dit gemeenschappelijk standpunt vervat zijn toe te passen.

    (7)

    De Europese Unie en haar lidstaten zijn tot geheimhouding gehouden in hun informatie-uitwisseling over het wapenuitvoerbeleid, in het bijzonder met begunstigde derde landen.

    (8)

    De Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (VN) heeft op 6 december 2006, met de steun van alle lidstaten van de Europese Unie, Resolutie 61/89 aangenomen, getiteld „Op weg naar een verdrag inzake wapenhandel: vaststelling van gemeenschappelijke internationale normen voor de invoer, uitvoer en overdracht van conventionele wapens”, het formele startpunt van het VN-proces voor de onderhandelingen over een wapenhandelsverdrag.

    (9)

    Op 12 januari 2010 heeft de Algemene Vergadering van de VN, met de steun van alle lidstaten van de Europese Unie, Resolutie 64/48 aangenomen, getiteld „Het Wapenhandelsverdrag”: daarin wordt een Conferentie van de VN voor het Wapenhandelsverdrag bijeengeroepen die in 2012 vier opeenvolgende weken zou werken aan de opstelling van een juridisch bindend instrument met de strengst mogelijke gemeenschappelijke internationale normen voor de overdracht van conventionele wapens.

    (10)

    In de VN-Conferentie voor het Wapenhandelsverdrag van juli 2012 werd geen akkoord bereikt over een definitieve tekst van het verdrag, maar er werd wel opmerkelijke vooruitgang geboekt, zoals weergegeven in het ontwerp van de verdragstekst die de voorzitter van de conferentie op 26 juli 2012 heeft voorgelegd. De Unie steunt ten volle de spoedige afronding van de onderhandelingen begin 2013 door middel van de bijeenroeping van een laatste, kortere conferentie voor het Wapenhandelsverdrag, onder dezelfde regels als de regels die voor de conferentie van juli 2012 gevolgd werden, om de onderhandelingen over het verdrag af te ronden op basis van de ontwerptekst van de voorzitter van 26 juli 2012.

    (11)

    De Raad heeft in 2005, 2006, 2007, 2010 en 2012 conclusies aangenomen ter ondersteuning van de onderhandelingen over een wapenhandelsverdrag en daarin het belang van samenwerking met andere staten en regionale organisaties in het kader van dit proces benadrukt.

    (12)

    De Raad heeft op 17 maart 2008 Gemeenschappelijk Optreden 2008/230/GBVB inzake steun voor EU-activiteiten ter bevordering van de controle op wapenuitvoer en van de beginselen en criteria van de EU-gedragscode betreffende wapenuitvoer bij derde landen (2) vastgesteld. In het kader van het gemeenschappelijk optreden zijn vier regionale studiebijeenkomsten georganiseerd voor de landen in Zuidoost-Europa, Oost-Europa en de zuidelijke Kaukasus en Noord-Afrika.

    (13)

    Op 22 december 2009 heeft de Raad Besluit 2009/1012/GBVB inzake steun voor EU-activiteiten ter bevordering van de controle op wapenuitvoer en van de beginselen en criteria van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB bij derde landen (3), vastgesteld. In het kader van Besluit 2009/1012/GBVB zijn vijf regionale studiebijeenkomsten georganiseerd voor de landen in Zuidoost-Europa, Oost-Europa en de zuidelijke Kaukasus, en Noord-Afrika. Besluit 2009/1012/GBVB voorziet ook in vier studiebezoeken van EU-kandidaat-lidstaten onder leiding van lidstaten.

    (14)

    De afgelopen jaren heeft de Unie geholpen de controle op de uitvoer van goederen voor tweeërlei gebruik te verbeteren in het kader van projecten van financiële EU-instrumenten die niet onder de GBVB-begroting vallen.

    (15)

    Het Duitse Bundesamt für Wirtschaft und Ausfuhrkontrolle (bureau voor economie en exportcontrole, „BAFA”) is door de Raad belast met de technische uitvoering van Besluit 2009/1012/GBVB en heeft alle daarin vermelde activiteiten in januari 2012 met succes afgerond. BAFA is tevens aangewezen als het orgaan voor de uitvoering van EU-projecten voor de controle op de uitvoer van goederen voor tweeërlei gebruik uit hoofde van het stabiliteitsinstrument. Tegen deze achtergrond is de keuze van BAFA als uitvoeringsorgaan voor verdere activiteiten van de Unie op het gebied van exportcontroles gerechtvaardigd gezien de aangetoonde ervaring, de kwalificaties en de vereiste expertise in verband met de uitvoering van het Unieacquis en de toepassing ervan in derde landen, alsmede gezien de positieve gevolgen voor de continuïteit en de algehele samenhang van de bijstand van de Unie op dit gebied,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1.   Ter bevordering van vrede en veiligheid zal de Unie, in overeenstemming met de Europese veiligheidsstrategie, de volgende doelen nastreven:

    a)

    betere controles op de uitvoer van wapens door derde landen, volgens de beginselen van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB, in synergie en complementariteit met de bijstandsprojecten van de Unie op het gebied van controles op de uitvoer van goederen voor tweeërlei gebruik;

    b)

    ondersteuning van de nationale en regionale activiteiten van derde landen om de handel in conventionele wapens beter verantwoord en transparanter te maken.

    2.   De Unie zal de in lid 1 vermelde doelstellingen met de volgende projectactiviteiten proberen te realiseren:

    a)

    doorgaan met het promoten onder derde landen van de criteria en beginselen van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB, op basis van de resultaten die bereikt zijn dankzij de uitvoering van Besluit 2009/1012/GBVB en Gemeenschappelijk Optreden 2008/230/GBVB;

    b)

    derde landen helpen bij het opstellen, actualiseren en uitvoeren van wettelijke en administratieve maatregelen voor de invoering van een efficiënt systeem voor de controle op de uitvoer van conventionele wapens;

    c)

    landen helpen bij het opleiden van functionarissen die vergunningen afgeven en toezien op de naleving ervan, om te zorgen voor een passende uitvoering en handhaving van de controles op wapenuitvoer;

    d)

    transparantie en verantwoordelijkheid met betrekking tot de internationale wapenhandel bevorderen, mede door ondersteuning van nationale en regionale maatregelen ter bevordering van transparantie in en passend toezicht op de uitvoer van conventionele wapens;

    e)

    derde landen aansporen om steun te verlenen aan de opstelling en uitvoering van een juridisch bindend wapenhandelsverdrag tot instelling van internationale gemeenschappelijke normen voor de wereldhandel in conventionele wapens.

    In de bijlage gaat een nadere omschrijving van de projectactiviteiten.

    Artikel 2

    1.   De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid („hoge vertegenwoordiger”) draagt de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van dit besluit.

    2.   De technische uitvoering van de in artikel 1, lid 2, bedoelde projectactiviteiten is in handen van BAFA.

    3.   BAFA voert zijn taak uit onder de verantwoordelijkheid van de hoge vertegenwoordiger. Daartoe treft de hoge vertegenwoordiger de nodige regelingen met BAFA.

    Artikel 3

    1.   Het financieel referentiebedrag voor de uitvoering van de in artikel 1, lid 2, bedoelde projectactiviteiten bedraagt 1 860 000 EUR.

    2.   Uitgaven die uit het in lid 1 genoemde bedrag worden gefinancierd, worden beheerd overeenkomstig de procedures en voorschriften die van toepassing zijn op de begroting van de Unie.

    3.   De Commissie houdt toezicht op het correcte beheer van het in lid 1 bedoelde financieel referentiebedrag. Hiertoe sluit zij een financieringsovereenkomst met BAFA. Daarin wordt bepaald dat BAFA ervoor moet zorgen dat de bijdrage van de Unie zichtbaar is in een mate die overeenstemt met haar omvang.

    4.   De Commissie stelt alles in het werk om de in lid 3 bedoelde financieringsovereenkomst zo spoedig mogelijk na de inwerkingtreding van dit besluit te sluiten. Zij stelt de Raad in kennis van eventuele moeilijkheden en van de datum van sluiting van de financieringsovereenkomst.

    Artikel 4

    De hoge vertegenwoordiger brengt aan de Raad verslag uit over de uitvoering van dit besluit, op basis van de geregelde verslagen die worden opgesteld door BAFA. Deze verslagen vormen de basis voor de evaluatie door de Raad. De Commissie brengt verslag uit over de financiële aspecten van de uitvoering van de in artikel 1, lid 2, bedoelde projectactiviteiten.

    Artikel 5

    Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

    Het verstrijkt 24 maanden na de datum van sluiting van de in artikel 3, lid 3, bedoelde financieringsovereenkomst of zes maanden na de datum van zijn aanneming als er binnen die periode geen overeenkomst is gesloten.

    Gedaan te Brussel, 19 november 2012.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    C. ASHTON


    (1)  PB L 335 van 13.12.2008, blz. 99.

    (2)  PB L 75 van 18.3.2008, blz. 81.

    (3)  PB L 348 van 29.12.2009, blz. 16.


    BIJLAGE

    IN ARTIKEL 1, LID 2, BEDOELDE PROJECTACTIVITEITEN

    1.   Doelstellingen

    De doelstellingen van dit besluit zijn verbetering van de controles op de uitvoer van wapens door derde landen en ondersteuning van de nationale en regionale activiteiten van derde landen om de handel in conventionele wapens beter verantwoord en transparanter te maken. Deze doelstellingen worden nagestreefd volgens de beginselen van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB, waarbij wordt gezocht naar complementariteit en synergie mat de bijstandsprojecten van de Unie op het gebied van controles op de uitvoer van goederen voor tweeërlei gebruik.

    Ter realisering van bovengenoemde doelstellingen zal de Unie doorgaan met het promoten van de beginselen en criteria van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB, op basis van de resultaten die zijn bereikt dankzij de uitvoering van Besluit 2009/1012/GBVB en Gemeenschappelijk Optreden 2008/230/GBVB. Daartoe zal bijstand worden verleend om derde landen helpen bij het opstellen, actualiseren en uitvoeren van wettelijke en administratieve maatregelen voor de invoering van een efficiënt systeem voor de controle op de uitvoer van conventionele wapens. Tevens moet steun worden verleend voor het opleiden van functionarissen in derde landen die vergunningen afgeven en toezien op de naleving ervan, en die belast zijn met de uitvoering en handhaving van de controles op wapenuitvoer, en voor de nationale en regionale maatregelen met het oog op transparantie in en passend toezicht op de uitvoer van conventionele wapens.

    Het beter verantwoord en transparanter maken van de internationale handel in conventionele wapens wordt ook nagestreefd door het bevorderen in derde landen van de opstelling en uitvoering van een juridisch bindend wapenhandelsverdrag tot instelling van gemeenschappelijke internationale normen voor de wereldhandel in conventionele wapens.

    2.   Beschrijving van de overwogen projectactiviteiten

    2.1.   Doel van het project

    Technische bijstand verlenen aan belangstellende derde landen die bereid zijn hun normen en praktijken inzake de controle op de uitvoer van militaire technologie en goederen te verbeteren en deze in overeenstemming te brengen met de normen en praktijken die door de lidstaten zijn overeengekomen en worden toegepast, en die zijn opgenomen in Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB, alsmede in de bijbehorende gids voor de gebruiker.

    2.2.   Beschrijving van het project

    2.2.1.   Regionale workshops

    Dit project bestaat uit ten hoogste acht tweedaagse workshops voor overheidsfunctionarissen uit derde landen over de relevante aspecten van controle op de uitvoer van conventionele wapens. De deelnemers zijn bijvoorbeeld ambtenaren van de douane, wetshandhavers, functionarissen van de betrokken ministeries en handhavingsinstanties, vertegenwoordigers van het nationale parlement, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld. De opleiding zal worden gegeven door deskundigen uit de nationale overheden van lidstaten en vertegenwoordigers van de landen die Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB onderschrijven, functionarissen van de betrokken instellingen van de Unie en vertegenwoordigers van de particuliere sector en het maatschappelijk middenveld.

    De workshops vinden in overleg met de Groep export van conventionele wapens (COARM) en de diensten van de hoge vertegenwoordiger plaats in een derde land of op een andere locatie.

    Er worden regionale workshops georganiseerd voor de volgende landen:

    a)

    maximaal drie workshops voor de landen in Zuidoost-Europa;

    b)

    maximaal drie workshops voor de landen in Oost-Europa en de landen in de Kaukasus van het Europees nabuurschapsbeleid;

    c)

    maximaal twee workshops voor de Noord-Afrikaanse mediterrane landen van het Europees nabuurschapsbeleid.

    2.2.2.   Uitwisselingen van personeelsleden

    Dit project bestaat uit ten hoogste zes studiebezoeken van overheidsfunctionarissen, douanebeambten en/of voor vergunningen bevoegde ambtenaren aan de ter zake bevoegde autoriteiten van lidstaten, en uit maximaal acht studiebezoeken van ten hoogste een maand van overheidsfunctionarissen en/of voor vergunningen bevoegde ambtenaren uit lidstaten aan de ter zake bevoegde activiteiten van begunstigde landen.

    2.2.3.   Individuele bijstand aan begunstigde landen

    Dit project bestaat uit maximaal tien tweedaagse workshops voor individuele begunstigde landen, waarvoor overheidsambtenaren, onder wie voor vergunningen en handhaving bevoegde ambtenaren uit die landen, zullen worden uitgenodigd. De workshops vinden bij voorkeur plaats in een begunstigd land met medewerking van deskundigen uit de lidstaten.

    2.2.4.   Webportaal voor een scherpere controle op de wapenuitvoer in derde landen

    Dit project behelst de ontwikkeling van een webportaal voor ambtenaren uit de lidstaten en derde landen ter verbetering van de controle op de wapenuitvoer conform de beginselen en parameters van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB. Dankzij dit portaal hebben de begunstigde staten permanent toegang tot technische middelen om de controle op hun wapenuitvoer uit te voeren en te verbeteren, en kan informatie over andere outreach-activiteiten van de Unie waarin dit besluit voorziet, beter worden uitgewisseld met ambtenaren van begunstigde landen die niet direct kunnen deelnemen aan bijstands- en outreach-activiteiten. Ook verschaft het portaal technische en gedetailleerde informatie over uitvoercontrolesystemen in lidstaten en begunstigde landen, die als ondersteunend materiaal kan worden gebruikt bij bijstandsactiviteiten op basis van dit besluit.

    Het webportaal wordt tevens aangevuld met een reeks activiteiten om de zichtbaarheid van outreach-activiteiten van de Unie te vergroten en de afstemming op Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB te bevorderen. Die activiteiten omvatten de publicatie van regelmatige nieuwsbrieven en passende mediacampagnes.

    2.2.5.   Evaluaties

    Voor een tussentijdse en definitieve evaluatie van de in het kader van dit besluit uitgevoerde activiteiten, door de begunstigde landen en de lidstaten samen, zullen in Brussel ten hoogste twee tweedaagse bijeenkomsten worden georganiseerd, in de marge van de vergaderingen van de (COARM). Daarvoor worden maximaal twee met wapenexportcontrole belaste vertegenwoordigers van elk begunstigde land uitgenodigd.

    3.   Coördinatie met overige bijstandsprojecten van de Unie op het gebied van exportcontrole

    Op basis van de ervaring van eerdere outreach-activiteiten van de Unie inzake exportcontroles van goederen voor tweeërlei gebruik en conventionele wapens moet een optimale synergie en complementariteit worden nagestreefd bij het verlenen van bijstand aan derde landen teneinde de activiteiten van de Unie zo efficiënt en coherent mogelijk te maken. Daarom moet de gelegenheid worden geboden om enkele van de onder de punten 2.2.1 tot en met 2.2.4 vermelde activiteiten te organiseren in samenhang met andere activiteiten in verband met controles op goederen voor tweeërlei gebruik, bekostigd uit financiële instrumenten van de Unie die niet onder de GBVB-begroting vallen. Dit zal gebeuren met volledige inachtneming van de wettelijke en financiële mogelijkheden om die instrumenten van de Unie in te zetten.

    4.   Begunstigden

    Begunstigden van projectactiviteiten kunnen overheidsfunctionarissen en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld uit de volgende landen zijn:

    i)

    landen in Zuidoost-Europa (Albanië, Bosnië en Herzegovina, Kroatië, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Montenegro en Servië);

    ii)

    Noord-Afrikaanse mediterrane landen van het Europees nabuurschapsbeleid (Algerije, Egypte, Libië, Marokko en Tunesië);

    iii)

    Oost-Europese en Kaukasische landen van het Europees nabuurschapsbeleid (Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, Georgië, de Republiek Moldavië en Oekraïne).

    Specifieke begunstigde landen worden voor elk type activiteit als bedoeld in dit besluit geselecteerd op basis van onder meer de volgende criteria:

    de vastbeslotenheid van een derde land om zijn controle op de uitvoer van conventionele wapens te verbeteren en op de Unienormen af te stemmen;

    de relevantie van het derde land voor de wereldhandel in wapens;

    het effect van eerdere bijstand van de Unie op het nationale systeem voor de uitvoer van conventionele wapens van het derde land, en het verwachte duurzame langetermijneffect van nieuwe bijstand.

    COARM kan, op voorstel van de hoge vertegenwoordiger, besluiten om, op basis van een passende verantwoording, de lijst van begunstigde landen te wijzigen.

    5.   Effectbeoordeling

    Na de voltooiing van de laatste activiteiten in het kader van dit besluit moet een technische effectbeoordeling plaatsvinden. Die zal worden uitgevoerd door de hoge vertegenwoordiger, in samenwerking met de groepen van de Raad, en, zo nodig, met de Uniedelegaties in de begunstigde landen en andere belanghebbenden.

    6.   Duur

    De totale duur van het project wordt op 24 maanden geraamd.

    7.   Technische uitvoeringsinstantie

    De technische uitvoering van dit besluit wordt toevertrouwd aan BAFA, dat zijn taken uitvoert onder verantwoordelijkheid van de hoge vertegenwoordiger.

    8.   Verslag

    BAFA stelt geregeld verslagen op, ook na de voltooiing van elk van de activiteiten. De verslagen worden uiterlijk zes weken na afloop van de betrokken activiteiten aan de hoge vertegenwoordiger voorgelegd.

    9.   Totale geraamde kosten van het project en financiële bijdrage van de Unie

    De totale kosten van het project worden geraamd op 1 860 000 EUR.


    Top