EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32012A0612(01)

Advies van de Commissie van 11 juni 2012 overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen uit de ITER-faciliteit (International Thermonuclear Experimental Reactor), gelegen in Cadarache in Frankrijk

PB C 166 van 12.6.2012, p. 1–1 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

12.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 166/1


ADVIES VAN DE COMMISSIE

van 11 juni 2012

overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen uit de ITER-faciliteit (International Thermonuclear Experimental Reactor), gelegen in Cadarache in Frankrijk

(Alleen de Franse tekst is authentiek)

2012/C 166/01

De hieronder gegeven evaluatie is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in het Euratom-Verdrag, ongeacht eventuele aanvullende evaluaties die moeten worden uitgevoerd krachtens het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de verplichtingen die daaruit en uit de daarvan afgeleide wetgeving voortvloeien.

Op 12 oktober 2011 heeft de Europese Commissie overeenkomstig artikel 37 van het Euratom-Verdrag van de Franse regering algemene gegevens ontvangen betreffende het plan voor de lozing van radioactieve afvalstoffen uit de ITER-faciliteit.

Op basis van deze algemene gegevens en de aanvullende door de Commissie op 9 januari 2012 opgevraagde en door de Franse autoriteiten op 31 januari 2012 en 6 maart 2012 verstrekte informatie brengt de Commissie, na raadpleging van de groep van deskundigen, het volgende advies uit:

1.

De afstand tussen de faciliteit en de meest nabij gelegen lidstaten, in dit geval Italië en Spanje, bedraagt respectievelijk 120 en 260 km.

2.

In normale bedrijfsomstandigheden veroorzaakt de geplande lozing van vloeibare en gasvormige radioactieve effluenten voor inwoners van andere lidstaten geen voor de volksgezondheid significante blootstelling aan straling.

3.

Vaste radioactieve afvalstoffen worden tijdelijk ter plaatse opgeslagen alvorens te worden overgebracht naar een in Frankrijk gelegen behandelings- of opslagfaciliteit waarvoor vergunning is verleend.

4.

In het geval van een niet-geplande lozing van radioactieve effluenten ten gevolge van een ongeval van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, resulteren de in een andere lidstaat ontvangen stralingsdoses naar verwachting niet in schadelijke effecten voor de volksgezondheid.

Concluderend is de Commissie van mening dat de uitvoering van het plan voor de verwijdering van radioactieve afvalstoffen, in welke vorm ook, uit de ITER-faciliteit, gelegen in Cadarache in Frankrijk, zowel bij normaal bedrijf als bij een ongeval van het type en de omvang als bedoeld in de algemene gegevens, niet het risico doet ontstaan van voor de volksgezondheid significante radioactieve besmetting van het water, de bodem of het luchtruim van een andere lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 juni 2012.

Voor de Commissie

Günther OETTINGER

Lid van de Commissie


Top