Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32010R0211

Verordening (EU) nr. 211/2010 van de Commissie van 11 maart 2010 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

PB L 65 van 13.3.2010, p. 14–15 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2010/211/oj

13.3.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 65/14


VERORDENING (EU) Nr. 211/2010 VAN DE COMMISSIE

van 11 maart 2010

tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de statistiek- en tariefnomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (1), en met name op artikel 9, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bepaalde nicotinehoudende producten die bedoeld zijn om rokers te helpen op te houden met roken zijn door verschillende douaneautoriteiten van de lidstaten ingedeeld onder de posten 2106, 3004 of 3824 van de gecombineerde nomenclatuur (GN) die een bijlage vormt bij Verordening (EEG) nr. 2658/87.

(2)

Bij Verordening (EEG) nr. 3565/88 van de Commissie van 16 november 1988 houdende indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (2) werd kauwgom bevattende nicotine op een drager van harsachtig materiaal bestemd om de smaak van tabaksrook te simuleren voor gebruik door personen die met roken willen ophouden ingedeeld onder GN-post 2106 90„producten voor menselijke consumptie”. Het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen heeft op 19 januari 2005 de uitspraak (3) gedaan dat nicotinepleisters die bedoeld zijn de gebruikers te helpen op te houden met roken onder „geneesmiddelen”, post 3004 van de GN, moeten worden ingedeeld.

(3)

Om te komen tot een eenvormige toepassing van de gecombineerde nomenclatuur op producten die rokers moeten helpen op te houden met roken, moet aan hoofdstuk 30 van deze nomenclatuur een aanvullende aantekening 2 worden toegevoegd.

(4)

Producten die bestemd zijn rokers te helpen met roken op te houden, zoals tabletten, kauwgom en dergelijke, geven gedurende de dag niet geleidelijk en voortdurend nicotine af en kunnen niet worden beschouwd profylactische en therapeutische eigenschappen te hebben. Daarom moet in de aanvullende aantekening worden vermeld dat onder post 2106 of 3824 ingedeelde producten zoals tabletten, kauwgom en dergelijke, die bedoeld zijn rokers te helpen op te houden met roken, niet onder hoofdstuk 30 „Farmaceutische producten” vallen, met uitzondering van nicotinepleisters.

(5)

Nicotinepleisters hebben profylactische en therapeutische eigenschappen omdat zij rechtstreeks op de huid worden aangebracht en gedurende de dag geleidelijk en voortdurend nicotine afscheiden. Op grond van hun profylactische en therapeutische eigenschappen worden nicotinepleisters onder hoofdstuk 30 ingedeeld en moeten zij van de aanvullende aantekening worden uitgesloten.

(6)

Verordening (EEG) nr. 2658/87 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(7)

Het Comité Douanewetboek heeft geen advies uitgebracht binnen de door de voorzitter vastgestelde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Aan het tweede deel, afdeling VI, hoofdstuk 30 van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87, wordt de volgende aanvullende aantekening 2 toegevoegd:

„2.

Onder dit hoofdstuk vallen geen producten zoals tabletten, kauwgom en dergelijke die bedoeld zijn rokers te helpen op te houden met roken. Deze producten vallen onder post 2106 of 3824, met uitzondering van nicotinepleisters.”.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 maart 2010.

Voor de Commissie, namens de voorzitter,

Algirdas ŠEMETA

Lid van de Commissie


(1)  PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1.

(2)  PB L 311 van 17.11.1988, blz. 25.

(3)  Beschikking van 19 januari 2005 in zaak C-206/03: Commissioners of Customs & Excise tegen SmithKline Beecham, Jurispr. [2005] I-415.


Top