This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32006D0752
2006/752/EC: Commission Decision of 3 November 2006 establishing the sites for the Visa Information System during the development phase (notified under document number C(2006) 5161)
2006/752/EG: Beschikking van de Commissie van 3 november 2006 tot vaststelling van de locaties voor het Visuminformatiesysteem gedurende de ontwikkelingsfase (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 5161)
2006/752/EG: Beschikking van de Commissie van 3 november 2006 tot vaststelling van de locaties voor het Visuminformatiesysteem gedurende de ontwikkelingsfase (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 5161)
PB L 305 van 4.11.2006, p. 13–14
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
In force
4.11.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 305/13 |
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 3 november 2006
tot vaststelling van de locaties voor het Visuminformatiesysteem gedurende de ontwikkelingsfase
(Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 5161)
(Slechts de teksten in de Duitse, Engelse, Estse, Finse, Franse, Griekse, Hongaarse, Italiaanse, Letse, Litouwse, Nederlandse, Poolse, Portugese, Sloveense, Slowaakse, Spaanse, Tsjechische en Zweedse taal zijn authentiek)
(2006/752/EG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Beschikking 2004/512/EG van de Raad van 8 juni 2004 betreffende het opzetten van het Visuminformatiesysteem (VIS) (1), en met name op artikel 3,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het is noodzakelijk, voor de ontwikkeling van het Visuminformatiesysteem en zijn communicatienetwerk, om de locaties van zijn centrale systeem en van zijn vervangende centrale systeem vast te stellen. |
(2) |
In de conclusies van de Raad van 20 februari 2004 over de ontwikkeling van het Visuminformatiesysteem (VIS) was bepaald dat het VIS op een gecentraliseerde architectuur moest zijn gebaseerd, een gemeenschappelijk technisch platform moest hebben met het SIS II en op dezelfde plaats als het centrale Schengeninformatiesysteem moest worden ondergebracht. |
(3) |
In de conclusies van de Raad van 29 april 2004 over het Schengeninformatiesysteem werd bepaald dat het centrale gedeelte van SIS II in Straatsburg moest worden ondergebracht en de Business Continuity Site in Salzburg. |
(4) |
Door de Commissie en de lidstaten waar het centrale systeem en het vervangende systeem van het VIS gedurende zijn ontwikkeling worden ondergebracht, moeten passende regelingen worden getroffen. Deze regelingen moeten met name bepalingen bevatten betreffende de betrekkingen tussen de verschillende partijen, de toegang van de betrokken organen en personeel tot de locaties en de plaatselijke steun die gastlidstaten moeten verlenen. |
(5) |
Deze beschikking doet geen afbreuk aan de toekomstige aanneming van wetgeving betreffende de instelling, de werking, het gebruik en de locatie van het VIS. |
(6) |
Overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van het Schengenacquis (2), heeft het Verenigd Koninkrijk niet deelgenomen aan de vaststelling van Beschikking 2004/512/EG en is deze niet bindend voor, noch van toepassing op het Verenigd Koninkrijk, aangezien zij een ontwikkeling vormt van de bepalingen van het Schengenacquis. Deze beschikking van de Commissie is derhalve niet tot het Verenigd Koninkrijk gericht. |
(7) |
Overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (3), heeft Ierland niet deelgenomen aan de vaststelling van Beschikking 2004/512/EG en is deze niet bindend voor, noch van toepassing op Ierland, aangezien zij een ontwikkeling vormt van de bepalingen van het Schengenacquis. Deze beschikking van de Commissie is derhalve niet tot Ierland gericht. |
(8) |
Overeenkomstig artikel 5 van het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de positie van Denemarken, heeft Denemarken op 13 augustus 2004 beslist om Beschikking 2004/512/EG in Deens recht om te zetten. Beschikking 2004/512/EG is dus volgens internationaal recht bindend voor Denemarken. |
(9) |
Wat IJsland en Noorwegen betreft, vormt Beschikking 2004/512/EG een ontwikkeling van bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de Overeenkomst tussen de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen inzake de wijze waarop IJsland en Noorwegen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (4) die betrekking hebben op het gebied bedoeld in artikel 1, onder B, van Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (5). |
(10) |
Wat Zwitserland betreft, vormt Beschikking 2004/512/EG een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis in de zin van de overeenkomst die is ondertekend door de Europese Unie, de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat betreffende de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis, die vallen onder het gebied bedoeld in artikel 4, lid 1, van Besluit 2004/860/EG van de Raad (6) betreffende de ondertekening van de overeenkomst namens de Europese Gemeenschap en de voorlopige toepassing van een aantal bepalingen van deze overeenkomst. |
(11) |
Deze beschikking vormt een rechtsbesluit dat voortbouwt op het Schengenacquis of op een andere wijze daaraan is gerelateerd in de zin van artikel 3, lid 2, van de Toetredingsakte. |
(12) |
De in deze beschikking beoogde maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité dat is ingesteld krachtens artikel 5, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2424/2001 van de Raad van 6 december 2001 betreffende de ontwikkeling van een Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II) (7), |
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
1. Gedurende de ontwikkeling van het systeem zal de centrale eenheid van het VIS in Straatsburg (Frankrijk) worden ondergebracht.
2. Gedurende de ontwikkeling van het systeem zal de vervangende centrale eenheid in Sankt Johann in Pongau (Oostenrijk) worden ondergebracht.
Artikel 2
Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk België, de Tsjechische Republiek, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden.
Gedaan te Brussel, 3 november 2006.
Voor de Commissie
Franco FRATTINI
Vicevoorzitter
(1) PB L 213 van 15.6.2004, blz. 5.
(2) PB L 131 van 1.6.2000, blz. 43.
(3) PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20.
(4) PB L 176 van 10.7.1999, blz. 36.
(5) PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31.
(6) PB L 370 van 17.12.2004, blz. 78.
(7) PB L 328 van 13.12.2001, blz. 4.