Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32006D0747

    2006/747/EG: Beschikking van de Commissie van 26 april 2006 betreffende de staatssteun die Frankrijk voornemens is ten uitvoer te leggen ten gunste van Euromoteurs (C 1/2005 (ex N 426/2004)) (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 1540) (Voor de EER relevante tekst)

    PB L 307 van 7.11.2006, p. 213–218 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2006/747/oj

    7.11.2006   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 307/213


    BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

    van 26 april 2006

    betreffende de staatssteun die Frankrijk voornemens is ten uitvoer te leggen ten gunste van Euromoteurs (C 1/2005 (ex N 426/2004))

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 1540)

    (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2006/747/EG)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 88, lid 2, eerste alinea,

    Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name op artikel 62, lid 1, onder a),

    Na de belanghebbenden overeenkomstig de genoemde artikelen te hebben aangemaand hun opmerkingen (1) te maken en gezien deze opmerkingen,

    Overwegende hetgeen volgt:

    1.   PROCEDURE

    (1)

    Bij brief geregistreerd op 5 oktober 2004 heeft Frankrijk bij de Commissie zijn voornemen aangemeld om financieel bij te dragen aan de herstructurering van de onderneming Euromoteurs, ten belope van 2 miljoen EUR. De zaak werd geregistreerd onder nummer N426/2004. Bij brief van 18 oktober 2004 heeft de Commissie om aanvullende informatie betreffende de aanmelding gevraagd. Frankrijk heeft daarop geantwoord bij brief van 1 december 2004.

    (2)

    Bij brief van 19 januari 2005 stelde de Commissie Frankrijk in kennis van haar besluit de procedure van artikel 88, lid 2, van het Verdrag ten aanzien van deze maatregel in te leiden. Dit besluit werd bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie  (2). De Commissie heeft de belanghebbenden uitgenodigd hun opmerkingen over de betrokken steunmaatregel te maken.

    (3)

    De Commissie heeft op 19 mei 2005 de opmerkingen van de Franse autoriteiten ontvangen. Op 12 oktober 2005 vond een bijeenkomst tussen de Franse autoriteiten en de vertegenwoordigers van de Commissie plaats. De Franse autoriteiten hebben de Commissie informatie toegezonden per brief van 10 november 2005 en per mail van 31 januari 2006.

    2.   BESCHRIJVING VAN DE MAATREGELEN

    2.1   De begunstigde onderneming

    (4)

    Euromoteurs S.A.S. („Euromoteurs”) is ontstaan uit een vroegere dochteronderneming van Moulinex die elektrische motors produceerde, hoofdzakelijk bestemd voor huishoudtoestellen.

    (5)

    Meer in het bijzonder richtte Moulinex in december 1999 Compagnie Générale des Moteurs Electriques („CGME”) op om haar motorproductieactiviteiten in een dochteronderneming onder te brengen. In september 2001 wordt de gerechtelijke vereffening van Moulinex uitgesproken, waaronder ook CGME valt. Bij de gedeeltelijke overname, in oktober 2001, van Moulinex door de groep SEB („SEB”), neemt SEB de onderneming CGME niet over, maar sluit zij met CGME een bevoorradingscontract voor vier jaar, die de onderneming in staat moet stellen haar activiteiten te hervatten.

    (6)

    In januari 2002 richtten twaalf kaderleden van CGME de B.V. Compagnie Financière des Moteurs Electriques („COFIME”) op, die als adviesbureau werkzaam is en een meederheidsaandeel heeft in Euromoteurs, dat in september van hetzelfde jaar werd opgericht.

    (7)

    In september 2002 nemen COFIME en Euromoteurs de activa van CGME over. Het arrest van de handelsrechtbank waarbij de operatie wordt goedgekeurd, verbiedt tot september 2004 zowel ontslagen wegens economische redenen als de afstoting van activa.

    (8)

    Dit verbod ging in tegen het oorspronkelijke project van de overnemers, dat voorzag in de bundeling van de productiemiddelen van CGME op één site in plaats van twee en op het ontslag van meer dan de helft van de werknemers. Bovendien had de onderneming te kampen met een sterke daling van haar verkopen die volgens Frankrijk te wijten was aan de uiterst slechte internationale conjunctuur, een vermindering van de bestellingen van SEB en de daling van de koers van de dollar ten opzichte van de euro.

    (9)

    De ontwikkeling van de boekhoudkundige cijfers van Euromoteurs ziet er als volgt uit:

    (In miljoen euro)

    2002 (4 maanden van bedrijfsactiviteiten)

    2003

    2004

    Omzet

    13

    25

    18

    Netto resultaat

    -0

    -1

    -5

    Eigen vermogen

    4

    3

    -3

    (10)

    In 2004 waren de verkopen aan SEB goed voor 93 % van het omzetcijfer van Euromoteurs.

    2.2   De markt

    (11)

    Volgens de in december 2004 meegedeelde informatie is de productie van Euromoteurs van universele motors voor huishoudtoestellen goed voor 25 % van de Europese consumptie. Wat de diversificatiestrategie betreft, is de onderneming van plan in 2006 bijna 10 % van de Europese consumptie van motors voor autostoelen voor haar rekening te nemen.

    (12)

    Volgens de Franse autoriteiten zijn de belangrijkste concurrenten van Euromoteurs te vinden in Europa en Azië, zowel voor universele motors (Ametek, Domel, LG, Johnson Electric, Sun Motors) als voor de motors met permanente magneten (Valeo, Bosch, Meritor, Johnson Electric).

    2.3   Het herstructureringsproject

    (13)

    Het door de Franse autoriteiten voorgelegde herstructureringsproject loopt over een periode van twee jaar, vanaf de datum waarop de aangemelde steun wordt uitgekeerd. Het behelst drie onderdelen: industrieel, financieel en sociaal, voor een totaal bedrag van 5,95 miljoen EUR:

    de industriële herstructurering zal naar raming 1,10 miljoen EUR kosten en omvat:

    1)

    de sluiting van één van beide productieterreinen;

    2)

    het zoeken naar goedkopere bevoorradingsbronnen;

    3)

    het zoeken naar nieuwe commerciële partners;

    4)

    een diversificatie in de automobielsector (autostoelmotors);

    de financiële herstructurering moet de schulden van de onderneming aanzuiveren voor een bedrag van 2,50 miljoen EUR;

    de sociale herstructurering behelst de begeleiding van 246 ontslagen werknemers bij het vinden van een nieuwe baan, voor een bedrag van 2,35 miljoen EUR.

    (14)

    De financiering van het project zal als volgt verlopen:

    verkoop van één van beide productieterreinen: 1,45 miljoen EUR;

    voorschot op een bestelling van SEB: 1,5 miljoen EUR;

    vrijmaken van het aandelenkapitaal: 1 miljoen EUR;

    herstructureringssteun.

    2.4   Beschrijving van de steun

    (15)

    Volgens de aanmelding van 5 oktober 2004 bedroeg de herstructureringssteun 2 miljoen EUR.

    (16)

    Volgens de brief van de Franse autoriteiten van 1 december 2004 behelsde de aangemelde steun staatssteun van 1 miljoen EUR en de kwijtschelding van schulden ten opzichte van de lokale besturen (1 miljoen EUR door de Conseil régional en 0,25 miljoen EUR door de Conseils généraux de la Manche et du Calvados), dus in totaal 2,25 miljoen EUR.

    (17)

    In hun brief van 10 november 2005 hebben de Franse autoriteiten ten slotte verklaard dat „de behoefte aan openbare financiering (…) ten minste 2,65 miljoen EUR bedraagt”.

    (18)

    Derhalve blijft het bedrag van de aangemelde steun onzeker: hetzij 2 miljoen EUR, 2,25 miljoen EUR of 2,65 miljoen EUR.

    3.   REDENEN VOOR DE INLEIDING VAN DE PROCEDURE VAN ARTIKEL 88, LID 2, VAN HET VERDRAG

    (19)

    Het besluit om de procedure van artikel 88, lid 2, van het Verdrag in te leiden omvat een voorlopige beoordeling van de maatregel, met name overeenkomstig de communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden van 1999 (3) („de richtsnoeren”).

    (20)

    In dit besluit formuleerde de Commissie haar twijfels over de kans dat het herstructureringsplan de levensvatbaarheid van Euromoteurs herstelt, de vraag of ongerechtvaardigde vervalsing van de mededinging wordt voorkomen en de vraag of de steun tot het minimum is beperkt.

    (21)

    De Commissie merkt eveneens op dat Euromoteurs in aanmerking is gekomen voor bepaalde belastingvrijstellingen overeenkomstig artikel 44 septies van het algemeen belastingwetboek („artikel 44 septies”). Deze steunmaatregelen werden bij Beschikking 2004/343/EG van de Commissie van 16 december 2003 betreffende een steunmaatregel die ten uitvoer werd gelegd door Frankrijk voor de overname van ondernemingen in moeilijkheden (4), onwettig en onverenigbaar verklaard, en de Commissie formuleerde twijfels over de verenigbaarheid van de aangemelde steun overeenkomstig de „Deggendorf”-jurisprudentie.

    4.   OPMERKINGEN VAN DERDEN EN COMMENTAAR VAN FRANKRIJK

    (22)

    Na de inleiding van de procedure heeft de Commissie geen opmerkingen van derden ontvangen. Het commentaar van Frankrijk kan als volgt worden samengevat.

    (23)

    Bij brief van 19 mei 2005 hebben de Franse autoriteiten bevestigd dat Euromoteurs geprofiteerd heeft van bepaalde belastingvrijstellingen krachtens artikel 44 septies.

    (24)

    In een vroeger schrijven aan de Commissie van 15 maart 2005 hadden de Franse autoriteiten het op die wijze ontvangen financiële voordeel geraamd op maximaal (5)1,7 miljoen EUR voor Euromoteurs en 1,5 miljoen EUR voor COFIME.

    (25)

    Op het moment dat Euromoteurs de voordelen overeenkomstig artikel 44 septies heeft genoten, behoorde de onderneming niet tot de categorie van kleine en middelgrote ondernemingen zoals omschreven in de aanbeveling 2003/361/EG van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen (6), en bevond zij zich niet in een gebied dat in aanmerking kwam voor regionale steun. Zelfs indien het exacte bedrag van de terug te vorderen onverenigbare steun op het ogenblik van onderhavige beschikking niet bekend is, meent de Commissie derhalve dat Euromoteurs een som van ongeveer 1,7 miljoen EUR zal moeten terugbetalen. Bij deze som moet eveneens de met de terugvordering gepaard gaande rente worden geteld, overeenkomstig artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (7).

    (26)

    In hun opmerkingen van 19 mei 2005 verklaarden de Franse autoriteiten dat bij het steunbedrag dat noodzakelijk was voor de herstructurering van Euromoteurs geen rekening was gehouden met de mogelijkheid van een terugbetaling van de door de onderneming ontvangen onrechtmatige en onverenigbare steun en dat „een dergelijke terugbetaling, indien deze zou plaatsvinden, als gevolg zal hebben dat de financiële situatie van Euromoteurs sterk zou verslechteren”.

    (27)

    De Franse autoriteiten hebben de Commissie meegedeeld dat Euromoteurs medio 2005 een degressief leveringscontract van drie jaar had gesloten met Johnson Electric Industrial Manufacturing Ltd („Johnson”) (ter vervanging van de contracten tussen SEB en Euromoteurs), voor een bedrag van 12 miljoen EUR in 2005 en 9 miljoen EUR in 2006. Dankzij dit contract kan Euromoteurs eveneens bij Johnson tegen voordelige voorwaarden grondstoffen en subsystemen aankopen.

    (28)

    Frankrijk laat gelden dat leveringscontracten volgens de Groupement interprofessionnel des fabricants d'appareils d'équipement ménager niet vaak voorkomen in de sector van de huishoudtoestellen en slechts zelden de duur van één jaar overschrijden. Daaruit concludeert Frankrijk dat dit contract van drie jaar de bereidheid van de opdrachtgever toont om een langdurige relatie met zijn leverancier in stand te houden.

    (29)

    De Franse autoriteiten hebben eveneens een prognose van de resultatenrekening en de kasmiddelen van Euromoteurs voor 2006 overgelegd. Naast de verkopen ten belope van 9 miljoen EUR aan Johnson, is Euromoteurs van plan een omzet van 6 miljoen EUR te behalen door de diversificatie van haar afnemers. In november 2005 was 25 % van deze doelstelling verzekerd door bestellingen, en waren contracten voor een totale verkoop van 0,6 miljoen EUR in de onderhandelingsfase.

    (30)

    De Franse autoriteiten hebben benadrukt dat Euromoteurs na afloop van haar industriële herstructurering, 60 % van haar werknemers had laten afvloeien, één van de twee productievestigingen had gesloten en een middelgrote onderneming was geworden in de zin van de communautaire regelgeving. Zij lieten gelden dat de onderneming moest concurreren met grote concerns zoals Ametek in Italië, Domel in Slovenië en Goldstar in Korea, die over veel beter ontwikkelde commerciële netwerken beschikten dan Euromoteurs.

    (31)

    Tenslotte suggereerden de Franse autoriteiten dat, aangezien Euromoteurs een middelgrote onderneming was geworden, de Commissie haar analyse zou baseren op de nieuwe richtsnoeren inzake herstructureringssteun (8).

    5.   BEOORDELING

    5.1   Is er sprake van staatssteun?

    (32)

    De door Frankrijk aangemelde maatregel vormt wel degelijk staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het Verdrag. De steun werd door de staat verleend en wordt dus bekostigd met staatsmiddelen ten voordele van een specifieke onderneming, Euromoteurs. Bovendien heeft Euromoteurs concurrenten op de gemeenschappelijke markt, zoals Ametek in Italië en Domel in Slovenië, en worden haar producten internationaal verhandeld (Euromoteurs heeft met name afnemers in Duitsland en in Egypte). De aangemelde maatregel beïnvloedt derhalve het handelsverkeer tussen lidstaten en vervalst de concurrentie of dreigt deze te vervalsen.

    (33)

    Frankrijk is zijn verplichtingen overeenkomstig artikel 88, lid 3, van het Verdrag dus nagekomen.

    5.2   Verenigbaarheid van de steun met de gemeenschappelijke markt

    (34)

    Zoals in het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 3 oktober 1991, Italië tegen Commissie (9) is bepaald: „wanneer de Commissie de verenigbaarheid van een steunmaatregel met de gemeenschappelijke markt onderzoekt, moet zij alle relevante gegevens in de beschouwing betrekken, eventueel daaronder begrepen de feiten die in een eerdere beschikking reeds zijn onderzocht, en de verplichtingen die bij die eerdere beschikking eventueel aan een lidstaat zijn opgelegd”.

    (35)

    In zijn arrest van 15 mei 1997, „Deggendorf” (10), heeft het Hof zelfs gesteld dat, indien vroegere onrechtmatige en onverenigbare steun nog niet werd terugbetaald ondanks de verplichting daartoe krachtens een beschikking van de Commissie, bij een onderzoek van de nieuwe steun voor dezelfde begunstigde, rekening moet worden gehouden met, ten eerste, het gecumuleerd effect van de eerdere onrechtmatige onverenigbare steun en de nieuwe steun, en ten tweede, het feit dat de eerdere steun niet werd terugbetaald.

    (36)

    De Commissie zal dus, bij haar beoordeling van de verenigbaarheid van de door Frankrijk aangemelde steun, alle relevante gegevens in aanmerking nemen, waaronder het feit dat, volgens de door de Franse autoriteiten verstrekte informatie, Euromoteurs vroeger steun heeft ontvangen uit hoofde van een door de Commissie als onwettig en gedeeltelijk onverenigbaar verklaarde maatregel en het feit dat deze steun, welke niet valt onder de maatregelen die niet als steun worden beschouwd, of de maatregelen die door de Commissie als verenigbaar werden verklaard, nog steeds niet werd teruggevorderd ondanks de verplichting daartoe die bij Beschikking 2004/343/EG werd opgelegd.

    (37)

    In het kader van het huidige onderzoek moet de steun worden beoordeeld als ad hoc-staatssteun. In artikel 87, leden 2 en 3, van het Verdrag, is voorzien in uitzonderingen op de algemene onverenigbaarheidsregel zoals bepaald in lid 1 van artikel 87.

    (38)

    De uitzonderingsregelingen van artikel 87, lid 2, van het Verdrag zijn in onderhavig geval niet toepasbaar omdat het niet gaat om steunmaatregelen van sociale aard aan individuele verbruikers, noch om steunmaatregelen tot herstel van de schade veroorzaakt door natuurrampen of andere buitengewone gebeurtenissen, noch om steunmaatregelen aan de economie van bepaalde streken van de Bondsrepubliek Duitsland die nadeel ondervinden van de deling van Duitsland. Dit geldt ook voor de uitzonderingsregelingen van artikel 87, lid 3, onder b) en d), die hier duidelijk niet van toepassing zijn.

    (39)

    Artikel 87, lid 3, onder a) en c), van het EG-Verdrag bevat nog andere uitzonderingsregelingen. Aangezien de belangrijkste doelstelling van de steun niet van regionale aard is maar de herstructurering van een onderneming in moeilijkheden betreft, zijn alleen de onder c) bepaalde uitzonderingen van toepassing. Volgens dat punt kunnen steunmaatregelen worden toegestaan die de ontwikkeling van bepaalde regionale economieën vergemakkelijken, mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer plaatsvindt daardoor niet zodanig worden veranderd dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad. De Commissie heeft specifieke richtsnoeren bekendgemaakt voor de beoordeling van reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden. In tegenstelling tot wat de Franse autoriteiten hebben voorgesteld, moet de steun in casu, aangezien deze vóór 10 oktober 2004 werd aangemeld, beoordeeld worden in het licht van de criteria zoals vastgesteld in de richtsnoeren van 1999 (11). Het is duidelijk dat de maatregel geen enkele andere horizontale doelstelling heeft. Bovendien roept Frankrijk geen enkele andere doelstelling in en baseert het zich op bovenvermelde richtsnoeren om de verenigbaarheid van de aangemelde maatregel te rechtvaardigen.

    (40)

    Om in aanmerking te komen voor herstructureringssteun moet de onderneming beschouwd worden als een onderneming in moeilijkheden. In punt 2.1 van de richtsnoeren wordt dit begrip gedefinieerd. Met een geplaatst kapitaal van 4 miljoen EUR, heeft Euromoteurs in 2004 een verlies van 5,4 miljoen EUR geleden, waardoor het eigen vermogen uitkwam op -2,6 miljoen EUR. De onderneming kan dus geacht worden in moeilijkheden te verkeren in de zin van punt 5a) van de richtsnoeren.

    (41)

    Volgens punt 7 van de richtsnoeren komt een pas opgerichte onderneming niet voor herstructureringssteun in aanmerking, zelfs niet wanneer haar aanvankelijke financiële positie onzeker is. Aangezien de onderneming twee jaar en een maand vóór de aanmelding werd opgericht, wordt zij volgens de praktijk van de Commissie bij de toepassing van de richtsnoeren, niet als een pas opgerichte onderneming beschouwd.

    (42)

    Aan het eind van haar industriële herstructurering had Euromoteurs 60 % van haar werknemers ontslagen, één van de twee productievestigingen gesloten, en was zij een middelgrote onderneming geworden. Derhalve is de Commissie van mening dat de herstructrureringssteun, apart gezien van de onrechtmatige en onverenigbare steun, geen risico inhoudt van een ongerechtvaardigde vervalsing van de mededinging.

    (43)

    Evenwel is het zo dat, zoals wordt benadrukt in de jurisprudentie van het Hof (12), wanneer de Commissie de verenigbaarheid van een steunmaatregel met de gemeenschappelijke markt onderzoekt, zij alle relevante gegevens in de beschouwing moet betrekken, eventueel daaronder begrepen de feiten die in een eerdere beschikking reeds zijn onderzocht, en de verplichtingen die bij die eerdere beschikking eventueel aan een lidstaat zijn opgelegd.

    (44)

    In dit geval stelt de Commissie vast dat, zolang Euromoteurs de onrechtmatig toegekende steun niet heeft terugbetaald, deze steun en de nieuwe aangemelde steun een cumulerend effect zouden hebben: Euromoteurs zou een onrechtmatig en buitensporig voordeel genieten waardoor de voorwaarden waaronder het handelsverkeer plaatsvindt, zodanig zouden worden veranderd dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad. Zolang de onrechtmatige en onverenigbare steun niet is terugbetaald, werd immers nog altijd geen einde gemaakt aan de ongerechtvaardigde vervalsing van de concurrentie waartoe de steun aanleiding heeft gegeven. Deze concurrentievervalsing zou nog erger worden indien Euromoteurs, naast de onrechtmatige en onverenigbare steun, nog herstructureringssteun zou ontvangen.

    (45)

    Concluderend is het absoluut noodzakelijk, om ongerechtvaardigde vervalsing van de mededinging te voorkomen, dat Euromoteurs de onwettig toegekende steun terugbetaalt vóór de aangemelde herstructureringssteun te kunnen ontvangen.

    (46)

    Volgens punt 3.2.2 van de richtsnoeren wordt de toekenning van steun afhankelijk gesteld van de tenuitvoerlegging van een herstructureringsplan dat binnen een redelijk tijdsbestek, de levensvatbaarheid op lange termijn van de onderneming moet herstellen op grond van realistische veronderstellingen betreffende de toekomstige bedrijfsomstandigheden.

    (47)

    Euromoteurs moet, om haar levensvatbaarheid te herstellen, twee uitdagingen aangaan: haar productiefaciliteiten rationaliseren en haar klantenbestand diversifiëren om onafhankelijk van de bestellingen van SEB te bestaan (de bestellingen verminderen constant sinds 2002 en worden thans geplaatst via Johnson).

    (48)

    Wat het eerste punt betreft, merkt de Commissie op dat de sluiting van de Carpiquet-vestiging en het ontslag van 246 personen Euromoteurs in staat hebben gesteld haar werkingskosten aanzienlijk te reduceren (naar raming van Frankrijk zou de concentratie van de productie op een enkel terrein besparingen van 1,491 miljoen EUR opleveren) en haar productiefaciliteiten aan te passen aan haar verkoopvolume.

    (49)

    Wat het tweede punt betreft, geeft het contract van Johnson, dat geldt voor de periode 2005-2007, de onderneming ademruimte om haar strategie te bepalen door een voldoende hoog verkoopniveau tot 2007 te garanderen. Volgens de informatie waarover zij beschikt, meent de Commissie dat in de sector van de elektrische motors, de diversificatiestrategie van Euromoteurs stilaan vruchten lijkt te beginnen afwerpen. Wat de markt voor motors voor autostoelen betreft, de tweede pijler van het diversificatieproject van Euromoteurs, zit nog geen enkele van de onderhandelingen in een vergevorderd stadium.

    (50)

    De enige prognoses die de Commissie van de Franse autoriteiten heeft ontvangen, betreffen het jaar 2006: volgens deze gegevens zal het omzetcijfer van Euromoteurs 15 miljoen EUR bedragen voor een bedrijfsresultaat van 0,2 miljoen EUR en een nettoresultaat van 1,7 miljoen EUR. De Commissie is van mening dat zij er op basis van deze prognoses, die beperkt zijn tot één jaar en een exploitatiemarge van 1,3 % laten zien, niet kan van uitgaan dat het herstructureringsplan de duurzame levensvatbaarheid van de onderneming zal kunnen herstellen. In 2006 profiteert Euromoteurs nog altijd van het contract met Johnson, maar dit loopt af in 2007. De resultaten voor het boekjaar 2006 alleen zijn derhalve niet voldoende voor de Commissie om te concluderen dat de levensvatbaarheid van de onderneming op lange termijn zal worden hersteld.

    (51)

    Bovendien werd, zoals Frankrijk heeft verklaard in haar opmerkingen van 19 mei 2005, bij de aangemelde steun en het daarmee verbonden herstructureringsplan geen rekening gehouden met de mogelijkheid dat Euromoteurs de krachtens artikel 44 septies ontvangen onrechtmatige en onverenigbare steun zou terugbetalen. Deze terugbetaling werd door de Commissie bij Beschikking 2004/343/EG bevolen en het van Euromoteurs terug te vorderen bedrag wordt geraamd op 1,7miljoen EUR. Deze terugbetaling zal de financiële problemen van de onderneming verergeren en de Commissie is van mening dat het plan in deze omstandigheden niet als realistisch kan worden beschouwd. Deze beoordeling wordt bevestigd door het feit dat de Franse autoriteiten de Commissie in november 2005 hebben meegedeeld dat de moeilijkheden die inherent waren aan de herstructurering van Euromoteurs (in het bijzonder de behoefte aan financiering) op het moment van de aanmelding onderschat waren en dat de behoefte aan openbare financiering van de onderneming naar boven moest worden bijgesteld (+ 132,5 %).

    (52)

    Op grond van het voorgaande concludeert de Commissie dat de Franse autoriteiten niet hebben aangetoond dat het aangemelde herstructrureringsplan gebaseerd is op realistische veronderstellingen en dat het de levensvatbaarheid van de onderneming zal herstellen.

    (53)

    De Franse autoriteiten hebben de kosten van het aan de Commissie voorgelegde herstructureringsplan geraamd op 5,95 miljoen EUR. Het plan voorziet in een overheidsfinanciering van 2 miljoen EUR. In hun brief van 10 november 2005 hebben de Franse autoriteiten de Commissie meegedeeld dat de moeilijkheden die inherent zijn aan de herstructrurering van Euromoteurs (in het bijzonder de behoefte aan financiering) op het moment van de aanmelding ondergewaardeerd waren en dat de behoefte aan overheidsfinanciering van de onderneming op minimum 2,65 miljoen EUR kon worden geraamd. De Commissie heeft geen details ontvangen over de berekeningswijze van deze extra bedragen (zij het in termen van bijkomende herstructureringskosten of nieuwe behoeften aan kasmiddelen).

    (54)

    Derhalve is de Commissie de mening toegedaan dat de Franse autoriteiten in ieder geval niet hebben aangetoond dat steun van meer dan 2 miljoen EUR noodzakelijk was voor het herstel van de levensvatbaarheid van de onderneming. Zij kan dus niet concluderen dat de aangemelde steun beperkt is tot het minimum.

    (55)

    Volgens de Franse autoriteiten werd nooit eerder herstructureringssteun aan Euromoteurs betaald,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

    Artikel 1

    De staatssteun die Frankrijk voornemens is ten uitvoer te leggen ten gunste van Euromoteurs, ten bedrage van 2 miljoen EUR, 2,25 miljoen EUR of 2,65 miljoen EUR, is met de gemeenschappelijke markt onverenigbaar.

    Deze steun mag bijgevolg niet ten uitvoer worden gelegd.

    Artikel 2

    Deze beschikking is gericht tot de Republiek Frankrijk.

    Gedaan te Brussel, 26 april 2006.

    Voor de Commissie

    Neelie KROES

    Lid van de Commissie


    (1)  PB C 137 van 4.6.2005, blz. 16.

    (2)  Zie voetnoot 1.

    (3)  PB C 288 van 9.10.1999, blz. 2.

    (4)  PB L 108 van 16.4.2004, blz. 38.

    (5)  Voordeel berekend zonder rekening te houden met de krachtens de toepasselijke communautaire kaderregelingen toegestane aftrek.

    (6)  PB L 124 van 20.5.2003, blz. 36.

    (7)  PB L 83 van 27.3.1999, blz. 1. Verordening gewijzigd bij de toetredingsakte van 2003.

    (8)  PB C 244 van 1.10.2004, blz. 2.

    (9)  Arrest van het Hof van 3 oktober 1991 in zaak C-261/89 (Italiaanse Republiek tegen Commissie), Jurispr. 1991, blz. I-4437.

    (10)  Arrest van het Hof van 15 mei 1997 in zaak C-355/95 P (Textilwerke Deggendorf GmbH tegen Commissie en Bondsrepubliek Duitsland), Jurispr. 1997, blz. I-2549.

    (11)  Overeenkomstig punt 103 van de nieuwe richtsnoeren.

    (12)  Zie punt 34 van onderhavige beschikking.


    Top