EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32004R1408

Verordening (EG) nr. 1408/2004 van de Commissie van 2 augustus 2004 tot inleiding van een procedure, ten behoeve van een nieuwe exporteur, voor de herziening van Verordening (EG) nr. 2605/2000 van de Raad tot instelling van definitieve antidumpingrechten op elektronische weegschalen uit, onder meer, de Volksrepubliek China, tot intrekking van het recht ten aanzien van de invoer door twee Chinese exporteurs en tot registratie van deze invoer

PB L 256 van 3.8.2004, p. 8–10 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 183M van 5.7.2006, p. 58–60 (MT)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 04/08/2005

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2004/1408/oj

3.8.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 256/8


VERORDENING (EG) Nr. 1408/2004 VAN DE COMMISSIE

van 2 augustus 2004

tot inleiding van een procedure, ten behoeve van een nieuwe exporteur, voor de herziening van Verordening (EG) nr. 2605/2000 van de Raad tot instelling van definitieve antidumpingrechten op elektronische weegschalen uit, onder meer, de Volksrepubliek China, tot intrekking van het recht ten aanzien van de invoer door twee Chinese exporteurs en tot registratie van deze invoer

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende bescherming tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) (hierna „de basisverordening” genoemd), en met name op artikel 11, lid 4,

Na overleg met het Raadgevend Comité,

Overwegende hetgeen volgt:

A.   VERZOEKEN OM HERZIENING

(1)

Op grond van artikel 11, lid 4, van de basisverordening is bij de Commissie een verzoek ingediend om de inleiding van een herzieningsprocedure ten behoeve van een nieuwe exporteur. Het verzoek is ingediend door twee gelieerde ondernemingen, Shanghai Excell M&E Enterprise Co., Ltd en Shanghai Adeptech Precision Co., Ltd. De indieners van het verzoek zijn producenten/exporteurs in de Volksrepubliek China.

B.   PRODUCT

(2)

Het verzoek heeft betrekking op elektronische weegschalen voor de kleinhandel met een weegvermogen van niet meer dan 30 kg en een numerieke aanduiding van het gewicht, de eenheidsprijs en het te betalen bedrag (met of zonder inrichting om deze drie vermeldingen af te drukken), doorgaans aangegeven onder GN-code 8423 81 50 (hierna „het betrokken product” genoemd). De GN-code wordt slechts ter informatie vermeld.

C.   THANS GELDENDE MAATREGELEN

(3)

Bij Verordening (EG) nr. 2605/2000 (2) van de Raad werd op de invoer van het betrokken product uit de Volksrepubliek China een definitief antidumpingrecht van 30,7 % ingesteld, dat van toepassing is op de indieners van het verzoek. Voor enkele in die verordening met name genoemde producenten geldt een individueel antidumpingrecht.

D.   MOTIVERING VAN HET VERZOEK

(4)

De indieners van het verzoek beweren dat zij hun activiteiten op marktvoorwaarden verrichten in de zin van artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening, dat zij het betrokken product niet naar de Gemeenschap hebben uitgevoerd in het onderzoektijdvak waarop de thans geldende antidumpingmaatregelen zijn gebaseerd, dat wil zeggen de periode van 1 september 1998 tot en met 31 augustus 1999 (hierna „het oorspronkelijke onderzoektijdvak” genoemd) en dat zij geen banden hebben met een producent/exporteur van het betrokken product die aan bovengenoemde antidumpingmaatregelen is onderworpen.

(5)

De indieners van het verzoek beweren voorts dat zij pas na het oorspronkelijke onderzoektijdvak begonnen zijn met de uitvoer van het betrokken product naar de Gemeenschap.

E.   PROCEDURE

(6)

De bekende betrokken EG-producenten zijn van het bovenstaande verzoek in kennis gesteld en hebben daarop kunnen reageren. Er werden geen opmerkingen ontvangen.

(7)

Na onderzoek van het bewijsmateriaal is de Commissie tot de conclusie gekomen dat dit toereikend is om over te gaan tot opening van een onderzoek overeenkomstig artikel 11, lid 4, van de basisverordening. Hierbij zal worden vastgesteld of de indieners van het verzoek op marktvoorwaarden werken in de zin van artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening of dat zij, indien dit niet het geval is, aan de voorwaarden voor een individuele behandeling voldoen overeenkomstig artikel 9, lid 5, van de basisverordening, in welk geval voor hen een individuele dumpingmarge zal worden vastgesteld. Indien blijkt dat er sprake is van dumping zal voor hen een antidumpingrecht worden vastgesteld.

a)   Vragenlijsten

(8)

Om de inlichtingen te verkrijgen die zij voor het onderzoek nodig acht, zal de Commissie de indieners van het verzoek een vragenlijst toezenden.

b)   Het schriftelijk en mondeling verstrekken van informatie

(9)

Alle belanghebbenden worden hierbij uitgenodigd hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en bewijsmateriaal te verschaffen. Voorts kan de Commissie de belanghebbenden horen die dit schriftelijk aanvragen en die kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen.

c)   Status van marktgerichte onderneming

(10)

De normale waarde wordt overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder b), van de basisverordening vastgesteld indien de indieners van het verzoek kunnen aantonen dat zij op marktvoorwaarden werken, dat wil zeggen dat zij voldoen aan de criteria van artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening. In verband hiermee dienen zij een met bewijsmateriaal ondersteunde aanvraag in te dienen binnen de in artikel 4, lid 3, van deze verordening vermelde termijn. De Commissie zal aanvraagformulieren toezenden aan de indieners van het verzoek en aan de autoriteiten van de Volksrepubliek China.

d)   Selectie van een derde land met markteconomie

(11)

Indien de indieners van het verzoek niet de status van marktgerichte onderneming wordt toegekend, maar wel voor de vaststelling van een individueel recht in aanmerking komen overeenkomstig artikel 9, lid 5, van de basisverordening, wordt, overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder a), een vergelijkbaar derde land met markteconomie gekozen om de normale waarde voor de Volksrepubliek China vast te stellen. De Commissie is voornemens hiervoor weer Indonesië te gebruiken, zoals bij het onderzoek dat heeft geleid tot de instelling van het antidumpingrecht op het betrokken product uit de Volksrepubliek China. Eventuele op- of aanmerkingen over de keuze van dit land moeten binnen de in artikel 4, lid 2, van deze verordening vermelde termijn kenbaar worden gemaakt.

(12)

Indien de indieners van het verzoek de status van marktgerichte onderneming wordt toegekend, kan de Commissie zo nodig ook gebruik maken van de bevindingen inzake de normale waarde die zijn vastgesteld voor het vergelijkbare derde land met markteconomie, bijvoorbeeld ter vervanging van onbetrouwbare gegevens over prijzen en kosten in de Volksrepubliek China die voor de vaststelling van de normale waarde nodig zijn. De Commissie is voornemens Indonesië voor dit doel te gebruiken.

F.   INTREKKING VAN HET RECHT EN REGISTRATIE VAN DE INVOER

(13)

Op grond van artikel 11, lid 4, van de basisverordening moet het geldende antidumpingrecht worden ingetrokken ten aanzien van het betrokken product dat door de indieners van het verzoek wordt vervaardigd. Tevens moet de invoer van dit product, overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening, worden geregistreerd om, indien bij het onderzoek blijkt dat de indieners van het verzoek dit met dumping in de Gemeenschap invoeren, met terugwerkende kracht antidumpingrechten te kunnen heffen vanaf de datum van inleiding van deze herzieningsprocedure. In dit stadium kan geen raming worden gemaakt van het bedrag dat de indieners van het verzoek in de toekomst eventueel verschuldigd zullen zijn.

G.   TERMIJN

(14)

In het belang van een behoorlijk bestuur dient een termijn te worden vastgesteld waarbinnen:

belanghebbenden zich bij de Commissie kunnen aanmelden, hun standpunt schriftelijk kunnen uiteenzetten en hun antwoorden op de in overweging 8 genoemde vragenlijst en alle andere gegevens die zij voor het onderzoek nuttig achten, kunnen inzenden,

belanghebbenden schriftelijk kunnen verzoeken door de Commissie te worden gehoord,

belanghebbenden op- of aanmerkingen kunnen maken over de keuze van Indonesië als vergelijkbaar derde land met markteconomie voor de vaststelling van de normale waarde van het betrokken product in de Volksrepubliek China, ingeval de indieners van het verzoek niet de status van marktgerichte onderneming wordt toegekend.

de indieners van het verzoek hun aanvraag, vergezeld van bewijsmateriaal, om de toekenning van de status van marktgerichte onderneming moeten indienen.

H.   MEDEWERKING

(15)

Indien belanghebbenden binnen de gestelde termijnen geen toegang geven tot de nodige informatie, deze anderszins niet verstrekken of het onderzoek ernstig belemmeren, kunnen, overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening, op grond van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin.

(16)

Indien blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende informatie heeft verstrekt, kan de Commissie deze buiten beschouwing laten en overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening gebruik maken van de beschikbare gegevens. Indien een belanghebbende geen of niet voldoende medewerking verleent en de bevindingen daarom, overeenkomstig artikel 18, op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kunnen de resultaten voor hem minder gunstig zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Op grond van artikel 11, lid 4, van Verordening (EG) nr. 384/96 wordt een procedure tot herziening van Verordening (EG) nr. 2605/2000 geopend teneinde vast te stellen of en in welke mate de invoer van elektronische weegschalen voor de kleinhandel met een weegvermogen van niet meer dan 30 kg en een numerieke aanduiding van het gewicht, de eenheidsprijs en het te betalen bedrag (met of zonder inrichting om deze drie vermeldingen af te drukken), doorgaans vallende onder GN-code ex 8423 81 50 (Taric-code 8423815010), van oorsprong uit de Volksrepubliek China, vervaardigd door Shanghai Excell M&E Enterprise Co., Ltd en Shanghai Adeptech Precision Co., Ltd, aan het antidumpingrecht moet worden onderworpen dat bij Verordening (EG) nr. 2605/2000 is ingesteld.

Artikel 2

Het bij Verordening (EG) nr. 2605/2000 ingestelde antidumpingrecht wordt ingetrokken ten aanzien van het in artikel 1 omschreven product (aanvullende Taric-code A561).

Artikel 3

Op grond van artikel 14, lid 5, van de basisverordening wordt de douaneautoriteiten de opdracht gegeven passende maatregelen te nemen om de invoer van het in artikel 1 omschreven product te registreren. Deze registratie vindt plaats gedurende negen maanden vanaf de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 4

1.   Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, dienen zich binnen 40 dagen na de inwerkingtreding van deze verordening, tenzij anders vermeld, bij de Commissie aan te melden, hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en de antwoorden op de vragenlijsten te geven en overige informatie te verstrekken. Er wordt op gewezen dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurerechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de genoemde termijn bij de Commissie aanmeldt.

Verzoeken om te worden gehoord dienen schriftelijk binnen dezelfde termijn van 40 dagen te worden ingediend.

2.   Betrokkenen bij dit onderzoek kunnen opmerkingen maken over de voorgenomen keuze van Indonesië als derde land met markteconomie voor de vaststelling van de normale waarde van het betrokken product in de Volksrepubliek China. Deze opmerkingen moeten binnen 10 dagen na inwerkingtreding van deze verordening door de Commissie zijn ontvangen.

3.   Aanvragen voor toekenning van de status van marktgerichte onderneming, vergezeld van bewijsmateriaal, moeten binnen 15 dagen na inwerkingtreding van deze verordening door de Commissie zijn ontvangen.

4.   Alle opmerkingen en verzoeken moeten schriftelijk worden ingediend (niet elektronisch, tenzij anders vermeld) onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon-, fax- en/of telexnummer van de betrokkene. Alle schriftelijke opmerkingen, inclusief de in deze verordening gevraagde gegevens, antwoorden op de vragenlijst en briefwisselingen die als vertrouwelijk zijn te beschouwen, moeten van het opschrift „Limited” (3) worden voorzien en, overeenkomstig artikel 19, lid 2, van de basisverordening, vergezeld gaan van een niet-vertrouwelijke versie waarop is vermeld „FOR INSPECTION BY INTERESTED PARTIES”.

Alle gegevens betreffende deze zaak en/of verzoeken om te worden gehoord dienen aan het volgende adres te worden gericht:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Handel

Directoraat B

J-79 5/16

B-1049 Brussel

Fax (32-2) 295 65 05

Telex COMEU B 21877

Artikel 5

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 2 augustus 2004.

Voor de Commissie

Pascal LAMY

Lid van de Commissie


(1)  PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 461/2004 (PB L 77 van 13.3.2004, blz. 12).

(2)  PB L 301 van 30.11.2000, blz. 42.

(3)  Dit betekent dat het document slechts voor intern gebruik is bestemd en beschermd is in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en van de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43). Dit document is vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad (PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1) en artikel 6 van de WTO-Overeenkomst inzake de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst).


Top