EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003G1205(04)

Resolutie van de Raad van 25 november 2003 betreffende gemeenschappelijke doelstellingen inzake participatie van en informatie aan jongeren

PB C 295 van 5.12.2003, p. 6–8 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document In force

32003G1205(04)

Resolutie van de Raad van 25 november 2003 betreffende gemeenschappelijke doelstellingen inzake participatie van en informatie aan jongeren

Publicatieblad Nr. C 295 van 05/12/2003 blz. 0006 - 0008


Resolutie van de Raad

van 25 november 2003

betreffende gemeenschappelijke doelstellingen inzake participatie van en informatie aan jongeren

(2003/C 295/04)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE EN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) In het op 21 november 2001 gepresenteerde Witboek van de Europese Commissie "Een nieuwe stimulans voor jongeren in Europa" wordt voorgesteld een nieuw kader voor de Europese samenwerking in jeugdzaken in te stellen.

(2) In zijn conclusies van 14 februari 2002 heeft de Raad (Onderwijs en Jeugdzaken) erkend dat het Witboek de basis vormt voor het opzetten van een kader voor de Europese samenwerking in jeugdzaken.

(3) De Raad heeft bij zijn resolutie van 27 juni 2002 een nieuw kader voor de samenwerking in jeugdzaken ingesteld en daarbij de open coördinatiemethode ingevoerd volgens welke de Raad in voorkomend geval, rekening houdende met een ontwerp van de Commissie, voor iedere beleidsprioriteit de gemeenschappelijke doelstellingen zal bepalen, alsmede een tijdschema voor follow-upverslagen van de lidstaten. In diezelfde resolutie beklemtoonde de Raad dat er zowel op nationaal als op Europees niveau aandacht moet worden besteed aan aangelegenheden als de behoeften, de positie, de levensomstandigheden en de verwachtingen van de jongeren.

(4) Naar aanleiding van de raadpleging in het kader van de open coördinatiemethode wordt in de mededeling van de Commissie COM(2003) 184 def. van 11 april 2003 een reeks gemeenschappelijke doelstellingen inzake participatie van en informatie aan jongeren voorgesteld,

NEMEN ER NOTA VAN dat de Raad in zijn zitting van 5 mei 2003 het belang heeft bevestigd van de prioriteiten op het gebied van participatie van en informatie aan jongeren,

KOMEN de volgende gemeenschappelijke doelstellingen ter ontwikkeling van deze prioriteiten OVEREEN

PARTICIPATIE ontwikkelen van de participatie van jongeren door maatregelen in te voeren en te ondersteunen ter stimulering van hun actief burgerschap en door hun daadwerkelijke deelname aan het democratische leven te bevorderen:

1. de participatie van jongeren verhogen binnen de gemeenschap waarin zij leven;

2. de participatie van jongeren in het stelsel van de representatieve democratie verhogen;

3. de verschillende manieren om te leren participeren meer ondersteunen.

INFORMATIE ontwikkelen van informatie aan jongeren door de verbetering van de toegang tot informatie voor jongeren om zo hun deelname aan het openbare leven en hun ontwikkeling tot actieve en verantwoordelijke burgers te bevorderen:

1. de toegang van jongeren tot informatiediensten verbeteren;

2. de verstrekking van kwalitatief hoogwaardige informatie verbeteren;

3. de participatie van jongeren bij de informatie aan jongeren, bijvoorbeeld bij de formulering en de verspreiding van informatie, versterken.

In bijlage dezes is een enuntiatieve lijst van mogelijke beleidsmaatregelen ter verwezenlijking van bovengenoemde gemeenschappelijke doelstellingen opgenomen.

UITVOERING EN FOLLOW-UP VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE DOELSTELLINGEN:

MEMOREREN dat de uitvoering flexibel, geleidelijk en op jongeren afgestemd dient te geschieden, dat daarbij de bevoegdheden van de lidstaten en het subsidiariteitsbeginsel in acht dienen te worden genomen.

VERZOEKEN DE LIDSTATEN:

- uitgaande van hun specifieke situatie en hun nationale prioriteiten ten aanzien van deze gemeenschappelijke doelstellingen, uitvoerings- en vervolgmaatregelen te treffen;

- uiterlijk eind 2005, na raadpleging van jongeren, jongerenverenigingen en, in voorkomend geval, nationale en regionale jongerenraden via de daartoe geschikt geachte kanalen, verslagen voor te leggen over de nationale bijdragen tot de uitvoering van beide prioriteiten, namelijk participatie en informatie.

NEMEN NOTA VAN HET VOORNEMEN VAN DE COMMISSIE

- op basis van de verslagen over de nationale bijdragen tot de uitvoering van de gemeenschappelijke doelstellingen een voortgangsverslag op te stellen ten behoeve van de Raad, teneinde wederzijdse informatie-uitwisseling en goede praktijken inzake beide prioriteiten te bevorderen, na raadpleging van het Europees Jeugdforum - zulks zonder andere vormen van raadpleging uit te sluiten - en, in voorkomend geval, wijzigingen voor te stellen in de gemeenschappelijke doelstellingen in verband met participatie en informatie;

- het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's op passende wijze te informeren.

VERZOEKEN DE COMMISSIE op een passend tijdstip vergaderingen te beleggen met vertegenwoordigers van de nationale overheidsdiensten die met jeugdbeleid zijn belast, teneinde de informatie-uitwisseling over gemaakte vorderingen en beste praktijken te bevorderen;

NEMEN NOTA VAN DE VOLGENDE PROCEDURE:

Op basis van het voortgangsverslag en de gewijzigde ontwerpen van de Commissie zullen de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, de gemeenschappelijke doelstellingen aanpassen of wijzigen en waar passend de nodige initiatieven nemen in het kader van de gemeenschappelijke doelstellingen, teneinde de uitvoering ervan te vergemakkelijken.

BIJLAGE

MAATREGELEN TER VERWEZENLIJKING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE DOELSTELLINGEN INZAKE PARTICIPATIE VAN EN INFORMATIE AAN JONGEREN

Naargelang van de eigen situatie en de prioriteiten van elke lidstaat kan worden uitgegaan van de volgende enuntiatieve lijst van actielijnen:

PARTICIPATIE

1. Participatie van jongeren in het maatschappelijk leven

a) bevordering van de deelname van jongeren aan participatiestructuren, bijvoorbeeld NGO's, verenigingen, vrijwilligerswerk, lokale jongerenraden en aanmoediging van de activiteiten van jongeren-NGO's, zonder afbreuk te doen aan de onafhankelijkheid en de autonomie ervan;

b) aanmoediging van de ontwikkeling van activiteiten, initiatieven en projecten die beogen jongeren rechtstreeks op regionaal en lokaal niveau bij één en ander te betrekken;

c) bekendheid geven aan en meer erkenning voor het straatwerk van ouders, jongerenwerkers en andere personen;

d) betere inventarisatie van obstakels voor de participatie van specifieke groepen en van maatschappelijk achtergestelde jongeren en stimulering van maatregelen en mechanismen waardoor deze obstakels worden weggenomen, waarbij met name rekening wordt gehouden met de diversiteit onder en de prioriteiten van de jongeren (culturele en etnische achtergrond, handicaps, sociaal-economische factoren, gender, enz.);

e) bespreking van kwalitatieve evaluatiemethoden voor de participatie van jongeren.

2. Intensievere participatie van jongeren in het stelsel van de representatieve democratie

a) [...] aanmoedigen en ontwikkelen van periodiek en gestructureerd overleg op alle passende niveaus tussen overheids- en/of regeringsinstanties enerzijds en jongeren en hun vertegenwoordigende structuren anderzijds (nationale, regionale en lokale jongerenraden, jongerenverenigingen, Europees Jeugdforum, enzovoort);

b) er zorg voor dragen dat bij dit overleg ook jongeren worden betrokken die niet aangesloten zijn bij organisaties, en dat ook met hun problemen rekening wordt gehouden;

c) ondersteunen en ontwikkelen van deze dialoog, zodat jongeren meer bij het openbare leven worden betrokken;

d) betere inventarisatie en analyse van de belemmeringen voor jongeren om deel te nemen aan het stelsel van de representatieve democratie en bevordering van maatregelen en mechanismen om de participatie van jongeren in al hun diversiteit te stimuleren (culturele en etnische achtergrond, handicaps, gender, sociaal-economische factoren, enz.).

3. Ondersteuning van de verschillende manieren om te leren participeren

a) verdere ontwikkeling en verdieping van op participatie gerichte scholingsmaatregelen binnen de stelsels voor formeel onderwijs (in overeenstemming met de doelstellingen die zijn goedgekeurd in het kader van de op het onderwijs toegepaste open coördinatiemethode);

b) aanmoediging van de ontwikkeling van maatregelen op het terrein van het niet-formele en informele leren ten behoeve van de actieve participatie van jongeren;

c) verdere ontwikkeling van de wisselwerking tussen formeel, niet-formeel en informeel leren;

d) stimulering van jongeren om ervaring op te doen met participatie in hun eigen leefomgeving, met name in het gezin, op school, in jongerenorganisaties, op de universiteit, in andere leersituaties, op het werk, en in de context van sport en vrije tijd;

e) erkenning van de belangrijke rol van personen die met jongeren werken en hun leerproces inzake participatie vergemakkelijken, en ontwikkeling van opleidingsactiviteiten op dit terrein;

f) het publiek beter bewust maken van het algemeen nut van een intensievere participatie van jongeren en bestrijding van negatieve vooroordelen jegens jongeren die hun daadwerkelijke participatie in de weg staan;

g) grondiger analyse van de verschijnselen die leiden tot de maatschappelijke uitsluiting van bepaalde groepen en aanmoediging van preventiegerichte benaderingen.

INFORMATIE

1. Toegang van jongeren tot informatiediensten

a) op passend niveau in de lidstaten de totstandbrenging bevorderen van alomvattende, samenhangende en gecoördineerde informatiediensten, die aansluiten bij de bijzondere behoeften van jongeren, en zo goed mogelijk op jongeren afgestemd zijn en in financieel opzicht zo toegankelijk mogelijk zijn;

b) op voet van gelijkheid de toegang van alle jongeren tot informatie vergemakkelijken, en daarbij iedere vorm van discriminatie of uitsluiting op economische, sociale, gender, culturele of geografische gronden vermijden;

c) de ontwikkeling bevorderen van nationale, regionale en lokale jongerenportalen die verbonden zijn met het European Youth Portal.

2. Informatie van hoge kwaliteit

a) kwaliteitsbewaking van jongereninformatie, rekening houdend met de bestaande instrumenten (bijvoorbeeld goede praktijken, het Europees Handvest voor voorlichting aan jongeren van het ERYICA-netwerk);

b) verbetering van het onderwijs en de opleiding voor personen die werkzaam zijn op het terrein van voorlichting aan jongeren;

c) verbetering van de samenhang tussen voorlichting en begeleiding om jongeren kennis en capaciteiten bij te brengen voor de vergaring, selectie en evaluatie van informatie, zodat zij deskundige gebruikers van informatie worden;

d) stimulering van de verspreiding van specifiek op jongeren gerichte informatie via alle informatiekanalen, met name die welke het meest door jongeren worden gebruikt, zoals internet, mobiele telefoons, video en film.

3. Participatie van jongeren in de voorlichting

a) op Europees, nationaal, regionaal en lokaal niveau, nauwer betrekken van jongerenorganisaties en personen die op het terrein van de jongerenvoorlichting werkzaam zijn bij de ontwikkeling en uitvoering van strategieën voor voorlichting aan jongeren;

b) nauwer betrekken van jongeren bij het vervaardigen van begrijpelijk, gebruiksvriendelijk en doelgericht informatiemateriaal, teneinde de kwaliteit van de informatie en de toegankelijkheid voor alle jongeren te verbeteren;

c) stimulering van jongeren om een grotere rol te spelen bij de verspreiding van informatie en de adviesverlening (met name in jongereninformatiecentra, scholen, jongerenorganisaties en de media), teneinde alle jongeren te helpen toegang te krijgen tot informatie.

Top