Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32001R0982

    Verordening (EG) nr. 982/2001 van de Commissie van 19 mei 2001 tot vaststelling van een verlagingscoëfficiënt van restitutiecertificaten voor goederen die niet onder bijlage I van het Verdrag vallen, als bedoeld in artikel 8, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1520/2000

    PB L 137 van 19.5.2001, p. 21–21 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2001/982/oj

    32001R0982

    Verordening (EG) nr. 982/2001 van de Commissie van 19 mei 2001 tot vaststelling van een verlagingscoëfficiënt van restitutiecertificaten voor goederen die niet onder bijlage I van het Verdrag vallen, als bedoeld in artikel 8, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1520/2000

    Publicatieblad Nr. L 137 van 19/05/2001 blz. 0021 - 0021


    Verordening (EG) nr. 982/2001 van de Commissie

    van 19 mei 2001

    tot vaststelling van een verlagingscoëfficiënt van restitutiecertificaten voor goederen die niet onder bijlage I van het Verdrag vallen, als bedoeld in artikel 8, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1520/2000

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2580/2000(2),

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1520/2000 van de Commissie van 13 juli 2000 tot vaststelling van de gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen voor de regeling aangaande de toekenning van restituties bij uitvoer en de criteria voor de vaststelling van het restitutiebedrag betreffende bepaalde landbouwproducten, uitgevoerd in de vorm van goederen die niet onder bijlage I van het Verdrag vallen(3), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2390/2000(4), en met name op artikel 8, lid 5,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) Het totale bedrag waarvoor restitutiecertificaten voor de periode vanaf 1 juni 2001 zijn aangevraagd, overschrijdt het maximum bedoeld in artikel 8, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1520/2000.

    (2) Daarom wordt een verlagingscoëfficiënt berekend op basis van artikel 8, leden 3 en 4, van Verordening (EG) nr. 1520/2000. Deze coëfficiënt dient, zoals vastgesteld in artikel 8, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1520/2000, te worden toegepast op de bedragen die middels een restitutiecertificaat voor de periode vanaf 1 juni 2001 zijn aangevraagd,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Op de bedragen waarvoor restitutiecertificaten voor de periode vanaf 1 juni 2001 zijn aangevraagd, wordt een verlagingscoëfficiënt van 0,33 toegepast.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op 21 mei 2001.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 19 mei 2001.

    Voor de Commissie

    Erkki Liikanen

    Lid van de Commissie

    (1) PB L 318 van 20.12.1993, blz. 18.

    (2) PB L 298 van 25.11.2000, blz. 5.

    (3) PB L 177 van 15.7.2000, blz. 1.

    (4) PB L 276 van 28.10.2000, blz. 3.

    Top