Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32000R1068

    Verordening (EG) nr. 1068/2000 van de Commissie van 19 mei 2000 met betrekking tot de bepalingen voor de toekenning van steun voor de particuliere opslag van bewaarkaas

    PB L 119 van 20.5.2000, p. 11–13 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 12/03/2014

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2000/1068/oj

    32000R1068

    Verordening (EG) nr. 1068/2000 van de Commissie van 19 mei 2000 met betrekking tot de bepalingen voor de toekenning van steun voor de particuliere opslag van bewaarkaas

    Publicatieblad Nr. L 119 van 20/05/2000 blz. 0011 - 0013


    Verordening (EG) nr. 1068/2000 van de Commissie

    van 19 mei 2000

    met betrekking tot de bepalingen voor de toekenning van steun voor de particuliere opslag van bewaarkaas

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten(1), en met name op artikel 10,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) Artikel 9, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1255/1999 bepaalt dat kan worden besloten tot het verlenen van steun aan de particuliere opslag voor bepaalde soorten bewaarkaas indien door seizoenopslag een ernstig gebrek aan evenwicht op de markt kan worden opgeheven of verminderd.

    (2) De seizoengebondenheid van de productie van Emmentaler en Gruyère wordt nog verergerd door de omgekeerde seizoengebondenheid van het verbruik van deze kaassoorten. Het is bijgevolg dienstig over te gaan tot de opslag van deze kaassoorten, voor een hoeveelheid die overeenkomt met het verschil tussen de productie in de zomermaanden en die in de wintermaanden.

    (3) Met betrekking tot de uitvoeringsbepalingen van deze maatregel is het dienstig de maximumhoeveelheid die steun kan genieten alsook de duur van de overeenkomsten vast te stellen naar gelang van de werkelijke behoeften van de markt en van de bewaarmogelijkheden van de betrokken kaas. Het is bovendien noodzakelijk de inhoud van de overeenkomsten te preciseren teneinde de identificatie van de kaas en de controle van de voorraden, waarvoor steun wordt verleend, te waarborgen. De steun moet worden vastgesteld met inachtneming van de opslagkosten en de te verwachten ontwikkeling van de marktprijzen.

    (4) Op grond van de ervaring die met de controleregeling is opgedaan, is het dienstig nadere controlevoorschriften op te stellen, met name ten aanzien van de voor te leggen bescheiden en de ter plaatse uit te voeren controles. De lidstaten moeten in verband met deze bepalingen kunnen voorschrijven dat de controlekosten geheel of gedeeltelijk voor rekening van de contractant komen.

    (5) In artikel 1, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1756/93 van de Commissie van 30 juni 1993 tot vaststelling van de voor de sector melk en zuivelproducten toe te passen ontstaansfeiten voor de landbouwomrekeningskoers(2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 569/1999(3), is de omrekeningskoers vastgesteld die in het kader van de steunmaatregelen voor de particuliere opslag in de zuivelsector moet worden toegepast.

    (6) Het is aangewezen de continuïteit van de betreffende opslagoperaties te waarborgen.

    (7) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Er wordt steun verleend voor de particuliere opslag van 23000 ton bewaarkaas (Emmentaler en Gruyère), die zijn vervaardigd in de Gemeenschap en die aan de in de artikelen 2 en 3 vastgestelde voorwaarden voldoen.

    Artikel 2

    1. Het interventiebureau sluit slechts een opslagcontract wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan:

    a) de partij kaas waarop het contract betrekking heeft, is samengesteld uit ten minste 5 ton;

    b) op de kazen moet, in onuitwisbare letters, de aanduiding, in voorkomend geval in de vorm van een nummer, van de onderneming waar zij werden vervaardigd en van de dag en de maand van vervaardiging zijn aangebracht;

    c) de kazen werden ten minste tien dagen vóór de aanvangsdatum van de in de overeenkomst vermelde opslag vervaardigd;

    d) de kazen hebben voldaan aan een kwaliteitsonderzoek waaruit is gebleken dat zij voldoende waarborgen bieden om na hun rijping te worden ingedeeld:

    - in "Premier choix" Emmentaler, Gruyère, Beaufort, Comté in Frankrijk,

    - in "Markenkäse" of "Klasse fein" Emmentaler/Bergkäse in Duitsland,

    - als "Special Grade" in Ierland,

    - als "I luokka" in Finland,

    - als "1. Güteklasse Emmentaler/Bergkäse/Alpkäse" in Oostenrijk,

    - als "Västerbotten/Prästost/Svecia/Grevé" in Zweden;

    e) de depothouder verbindt zich ertoe:

    - tijdens de duur van de overeenkomst de samenstelling van de in het contract begrepen partij niet zonder machtiging van het interventiebureau te wijzigen. Voorzover de voorwaarde betreffende de per partij vastgestelde minimale hoeveelheid in acht genomen blijft, mag het interventiebureau een tot uitslag of vervanging van de kaas beperkt blijvende wijziging toestaan, indien wordt vastgesteld dat de opslag wegens kwaliteitsverlies niet mag voortduren.

    Bij uitslag van bepaalde hoeveelheden wordt het contract:

    i) indien bedoelde hoeveelheden met toestemming van het interventiebureau worden vervangen, beschouwd als geen enkele wijziging te hebben ondergaan;

    ii) indien bedoelde hoeveelheden niet worden vervangen, beschouwd als van de aanvang af voor de nog opgeslagen gebleven hoeveelheid te zijn afgesloten.

    De uit een dergelijke wijziging voortvloeiende controlekosten komen ten laste van de opslaghouder;

    - een voorraadboekhouding te voeren en iedere week het interventiebureau in kennis te stellen van de inslag gedurende de verstreken week en van de verwachte uitslag.

    2. De opslagovereenkomst

    a) wordt schriftelijk gesloten en in de overeenkomst wordt de datum van het begin van de contractuele opslag vermeld; deze datum mag ten vroegste de dag zijn die volgt op de dag van de beëindiging van de inslag van de partij kaas waarop de overeenkomst betrekking heeft;

    b) wordt gesloten na beëindiging van de inslag van de partij kaas waarop de overeenkomst betrekking heeft en uiterlijk 40 dagen na de datum van het begin van de contractuele opslag.

    Artikel 3

    1. De steun wordt slechts verleend voor de kaas die is ingeslagen gedurende de periode van inslag. Deze begint op 1 mei 2000 en eindigt uiterlijk op 30 september van hetzelfde jaar.

    2. De opgeslagen kaas kan slechts worden uitgeslagen gedurende de periode van uitslag. Deze begint op 1 oktober 2000 en eindigt op 31 maart van het volgende jaar.

    Artikel 4

    1. Het steunbedrag wordt als volgt vastgesteld:

    a) 100 EUR per ton voor de vaste kosten;

    b) 0,35 EUR per ton en per dag van contractuele opslag voor de opslagkosten;

    c) 0,50 EUR per ton en per dag van contractuele opslag voor de financiële kosten.

    2. Er wordt geen steun verleend wanneer de duur van de contractuele opslag minder dan 90 dagen bedraagt. Het maximumbedrag van de steun kan niet hoger zijn dan het bedrag dat overeenkomt met een contractuele opslagduur van 180 dagen.

    In afwijking van artikel 2, lid 1, onder e), eerste streepje, mag de opslaghouder aan het einde van het in de eerste alinea bedoelde tijdvak van 90 dagen, en na het begin van de in artikel 3, lid 2, bedoelde periode van uitslag, een gehele onder contract staande partij of een gedeelte ervan uitslaan. De hoeveelheid die mag worden uitgeslagen bedraagt ten minste 500 kg. De lidstaten kunnen echter deze hoeveelheid verhogen tot 2 ton.

    De datum van het begin van de uitslag van de partij kaas waarop de overeenkomst betrekking heeft, is niet begrepen in de periode van contractuele opslag.

    Artikel 5

    1. De lidstaten zien erop toe dat de voorwaarden voor de betaling van de steun in acht zijn genomen.

    2. De contractant moet de met het toezicht op de maatregel belaste nationale instanties inzage geven van alle bescheiden die voor de producten die zich in particuliere opslag bevinden, uitsluitsel geven over:

    a) de eigenaar op het tijdstip van de inslag;

    b) de oorsprong van de kaas en de datum waarop hij vervaardigd is;

    c) de inslagdatum;

    d) de aanwezigheid in het koelhuis;

    e) de uitslagdatum.

    3. De contractant of, in voorkomend geval, de exploitant van het koelhuis voert een voorraadboekhouding die in het koelhuis ter inzage ligt en de volgende gegevens bevat:

    a) identificatie per nummer van het contract voor de producten die zich in particuliere opslag bevinden;

    b) de inslag- en uitslagdatums;

    c) het aantal kazen en het gewicht per partij;

    d) de plaats waar de producten in het koelhuis zijn opgeslagen.

    4. De opgeslagen producten moeten gemakkelijk identificeerbaar zijn en per contract geïndividualiseerd worden. Een speciaal merkteken moet worden aangebracht op de kazen waarop de overeenkomst betrekking heeft.

    5. Onverminderd het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder e), voeren de bevoegde instanties bij de inslag controles uit om met name te waarborgen dat de opgeslagen producten voor steun in aanmerking komen en om elke mogelijkheid tot vervanging van producten tijdens de contractuele opslagperiode te voorkomen.

    6. De nationale controle-instantie

    a) voert een onaangekondigde steekproefcontrole op de aanwezigheid van de producten in het koelhuis uit. De steekproef moet representatief zijn en betrekking hebben op minstens 10 % van de totale hoeveelheid waarvoor in het raam van een steunmaatregel voor de particuliere opslag contracten zijn gesloten. Naar aanleiding van die controle wordt ook de in lid 3 bedoelde boekhouding onderzocht en vindt samen met een identificatie een materiële controle van gewicht en aard van de producten plaats. De materiële controles worden uitgevoerd bij minstens 5 % van de hoeveelheid waarop de onaangekondigde controle betrekking heeft;

    b) gaat aan het einde van de contractuele opslagperiode na of de producten nog opgeslagen zijn.

    7. Over de op grond van de leden 5 en 6 uitgevoerde controles wordt een verslag opgesteld waarin

    - de controledatum,

    - de duur van de controle en

    - de uitgevoerde werkzaamheden

    worden aangegeven.

    Het controleverslag wordt ondertekend door de bevoegde ambtenaar en medeondertekend door de contractant of, in voorkomend geval, door de exploitant van het koelhuis.

    8. Wanneer onregelmatigheden aan het licht komen die op 5 % of meer van de gecontroleerde hoeveelheden betrekking hebben, wordt de steekproef op een door de bevoegde instantie nader te bepalen groter aantal monsters gebaseerd.

    De lidstaten melden deze onregelmatigheden binnen vier weken aan de Commissie.

    9. De lidstaten kunnen voorschrijven dat de controlekosten geheel of gedeeltelijk voor rekening van de contractant zijn.

    Artikel 6

    De lidstaten delen aan de Commissie uiterlijk op 15 oktober 2000 mee:

    a) de hoeveelheden kaas waarvoor opslagovereenkomsten zijn gesloten;

    b) eventueel de hoeveelheden waarvoor de in artikel 2, lid 1, onder e), bedoelde machtiging werd verleend.

    Artikel 7

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 mei 2000.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 19 mei 2000.

    Voor de Commissie

    Franz Fischler

    Lid van de Commissie

    (1) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48.

    (2) PB L 161 van 2.7.1993, blz. 48.

    (3) PB L 70 van 17.3.1999, blz. 12.

    Top