Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32000D0434

    2000/434/EG: Beschikking van de Raad van 29 juni 2000 waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd in overeenstemming met de procedure van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG, een verlaagd accijnstarief toe te passen op bepaalde minerale oliën die gebruikt worden voor bijzondere doeleinden

    PB L 172 van 12.7.2000, p. 23–23 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2000; opgeheven door 32001D0224

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2000/434/oj

    32000D0434

    2000/434/EG: Beschikking van de Raad van 29 juni 2000 waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd in overeenstemming met de procedure van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG, een verlaagd accijnstarief toe te passen op bepaalde minerale oliën die gebruikt worden voor bijzondere doeleinden

    Publicatieblad Nr. L 172 van 12/07/2000 blz. 0023 - 0023


    Beschikking van de Raad

    van 29 juni 2000

    waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd in overeenstemming met de procedure van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG, een verlaagd accijnstarief toe te passen op bepaalde minerale oliën die gebruikt worden voor bijzondere doeleinden

    (2000/434/EG)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Richtlijn 92/81/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op minerale oliën(1), inzonderheid op artikel 8, lid 4,

    Gezien het voorstel van de Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) De Raad kan uit hoofde van artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen besluiten dat een lidstaat uit specifieke beleidsoverwegingen verdere vrijstellingen of verlagingen van de accijnstarieven op minerale oliën mag invoeren.

    (2) De autoriteiten van het Verenigd Koninkrijk hebben de Commissie in kennis gesteld van hun voornemen om met ingang van 1 september 2000 het wateraandeel van een water/dieselemulsie (een substituut voor dieselbrandstof) van accijns vrij te stellen.

    (3) In het kader van de huidige wetgeving van het Verenigd Koninkrijk en ingevolge artikel 2, lid 3, van Richtlijn 92/81/EEG is het wateraandeel van deze brandstof belastbaar als een brandstofadditief. Het wateraandeel in de water/dieselemulsie wordt niet als brandstof gebruikt maar draagt bij tot de verbranding van de brandstof waardoor de verbrandingstemperatuur kan worden verlaagd en de vorming van stikstofoxide kan worden vertraagd. Het Verenigd Koninkrijk wenst het wateraandeel vrij te stellen van accijns.

    (4) De overige lidstaten zijn hiervan in kennis gesteld.

    (5) De Commissie en alle lidstaten zijn het erover eens dat het vrijstellen van accijns van het wateraandeel van water/dieselemulsies niet zal leiden tot verstoring van de concurrentie en de werking van de interne markt niet zal hinderen.

    (6) Deze beschikking loopt niet vooruit op de resultaten van procedures met betrekking tot steunmaatregelen van de staten die in overeenstemming met de artikelen 87 en 88 van het Verdrag kunnen worden ingesteld.

    (7) De Commissie onderzoekt deze verlagingen en vrijstellingen op gezette tijden om na te gaan of zij de concurrentie of de werking van de interne markt niet verstoren of onverenigbaar zijn met het beleid van de Gemeenschap inzake milieubescherming.

    (8) Het Verenigd Koninkrijk heeft toestemming gevraagd om het wateraandeel van water/dieselemulsies van 1 september 2000 tot en met 31 december 2002 vrij te stellen van accijns.

    (9) De Raad moet uiterlijk op 31 december 2002, de datum waarop de bij deze beschikking verleende machtiging verstrijkt, deze beschikking op basis van een voorstel van de Commissie opnieuw onderzoeken,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Overeenkomstig artikel 8, lid 4, van Richtlijn 92/81/EEG wordt het Verenigd Koninkrijk gemachtigd om van 1 september 2000 tot en met 31 december 2002 een gedifferentieerd accijnstarief toe te passen op het wateraandeel van water/dieselemulsies, op voorwaarde dat dit gedifferentieerd accijnstarief in overeenstemming is met de verplichtingen die zijn vervat in Richtlijn 92/82/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de onderlinge aanpassing van de accijnstarieven voor minerale oliën(2), inzonderheid de in artikel 5 voor de accijns vastgestelde minimumtarieven.

    Artikel 2

    Deze beschikking is gericht tot het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland.

    Gedaan te Luxemburg, 29 juni 2000.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    M. Arcanjo

    (1) PB L 316 van 31.10.1992, blz. 12. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 94/74/EG (PB L 365 van 31.12.1994, blz. 46).

    (2) PB L 316 van 31.10.1992, blz. 19. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 94/74/EG.

    Top