Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31996R1463

    Verordening (EG) nr. 1463/96 van de Commissie van 25 juli 1996 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 1994/1995, van de werkelijke olijfolieproduktie en van het bedrag van de produktiesteun per eenheid

    PB L 187 van 26.7.1996, p. 40–41 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 15/10/1996

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1996/1463/oj

    31996R1463

    Verordening (EG) nr. 1463/96 van de Commissie van 25 juli 1996 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 1994/1995, van de werkelijke olijfolieproduktie en van het bedrag van de produktiesteun per eenheid

    Publicatieblad Nr. L 187 van 26/07/1996 blz. 0040 - 0041


    VERORDENING (EG) Nr. 1463/96 VAN DE COMMISSIE van 25 juli 1996 tot vaststelling, voor het verkoopseizoen 1994/1995, van de werkelijke olijfolieproduktie en van het bedrag van de produktiesteun per eenheid

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op de Akte van Toetreding van Spanje en Portugal,

    Gelet op Verordening nr. 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten (1), laatstelijk gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Oostenrijk, Finland en Zweden en bij Verordening (EG) nr. 3290/94 (2),

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 2261/84 van de Raad van 17 juli 1984 houdende algemene voorschriften inzake de toekenning van de produktiesteun voor olijfolie en de steun aan de producentenorganisaties (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 636/95 (4), en met name op artikel 17 bis, lid 3,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 3813/92 van de Raad van 28 december 1992 betreffende de rekeneenheid en de omrekeningskoersen die in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid moeten worden toegepast (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 150/95 (6), en met name op artikel 13, lid 1,

    Overwegende dat in artikel 5 van Verordening nr. 136/66/EEG is bepaald dat de produktiesteun per eenheid wordt verminderd als de werkelijke produktie van een verkoopseizoen de voor dat zelfde verkoopseizoen vastgestelde gegarandeerde maximumhoeveelheid overschrijdt; dat die vermindering evenwel niet wordt toegepast voor producenten wier gemiddelde produktie geringer is dan 500 kg olijfolie per verkoopseizoen;

    Overwegende dat in artikel 17 bis van Verordening (EEG) nr. 2261/84 is bepaald dat, met het oog op de vaststelling van het bedrag van de produktiesteun per eenheid dat mag worden voorgeschoten, voor het betrokken verkoopseizoen een raming van de olijfolieproduktie wordt opgesteld; dat voor het verkoopseizoen 1994/1995 de geraamde produktie en het bedrag van de produktiesteun per eenheid dat kan worden voorgeschoten, zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 2570/95 van de Commissie (7);

    Overwegende dat op grond van artikel 17 bis, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2261/84 uiterlijk acht maanden na het einde van het verkoopseizoen de werkelijke produktie waarvoor het recht op steun is erkend, wordt vastgesteld; dat overeenkomstig artikel 12 bis van Verordening (EEG) nr. 3061/84 van de Commissie (8), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1137/96 (9), de betrokken Lid-Staten de Commissie na elk verkoopseizoen uiterlijk op 31 mei de hoeveelheid moeten meedelen die in de betrokken Lid-Staat voor steun in aanmerking komt; dat uit deze mededelingen blijkt dat de voor steun in aanmerking komende hoeveelheid voor het verkoopseizoen 1994/1995 voor Italië 458 664 ton bedraagt, voor Frankrijk 2 440 ton, voor Griekenland 389 904 ton, voor Spanje 583 000 ton en voor Portugal 29 220 ton;

    Overwegende dat de verlening van steun voor deze hoeveelheden door de Lid-Staten impliceert dat de in de Verordeningen (EEG) nr. 2261/84 en (EEG) nr. 3061/84 bedoelde controles zijn verricht; dat met de vaststelling van de werkelijke produktie aan de hand van de door de Lid-Staten meegedeelde gegevens betreffende de hoeveelheden waarvoor steun is verleend, niet wordt vooruitgelopen op de conclusies die kunnen worden getrokken uit de verificatie van de juistheid van deze gegevens in het kader van de procedure voor de goedkeuring van de rekeningen;

    Overwegende dat, rekening houdend met de werkelijke produktie, ook het bedrag van de produktiesteun per eenheid als bedoeld in artikel 5, lid 1, vijfde alinea, onder b), van Verordening nr. 136/66/EEG moet worden vastgesteld;

    Overwegende dat het betrokken bedrag in nationale valuta moet worden omgezet overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EG) nr. 3498/93 van de Commissie van 20 december 1993 tot vaststelling van de specifiek in de olijfoliesector toe te passen ontstaansfeiten (10); dat er bijgevolg bij de vaststelling van het bedrag van de steun per eenheid rekening mee moet worden gehouden dat het bedoelde ontstaansfeit in ieder geval vóór 1 februari 1995 plaatsvindt;

    Overwegende dat het bedrag van de produktiesteun in Spanje en Portugal verschilt van dat in de andere Lid-Staten;

    Overwegende dat, gezien de uitzonderlijke omstandigheden die tot een zekere vertraging hebben geleid bij de vaststelling van de werkelijke produktie voor het verkoopseizoen 1994/1995, en om ervoor te zorgen dat het saldo van de produktiesteun voor dit verkoopseizoen wordt betaald uit de begroting voor 1995/1996, 15 oktober 1996 moet worden vastgesteld als uiterste datum voor genoemde betaling, in afwijking van artikel 12 ter, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3061/84;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor oliën en vetten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Voor het verkoopseizoen voor olijfolie 1994/1995:

    - bedraagt de werkelijke produktie waarvoor het recht op steun is erkend 1 463 228 ton;

    - wordt het bedrag van de produktiesteun per eenheid vastgesteld op:

    a) voor hoeveelheden waarvoor een landbouwomrekeningskoers van vóór 1 februari 1995 moet worden toegepast, op:

    - 98,57 ecu/100 kg voor Spanje en Portugal,

    - 108,65 ecu/100 kg voor de overige Lid-Staten;

    b) voor hoeveelheden waarvoor een met ingang van 1 februari 1995 toe te passen landbouwomrekeningskoers moet worden toegepast, op:

    - 119,02 ecu per 100 kg voor Spanje en Portugal,

    - 131,19 ecu per 100 kg voor de overige Lid-Staten.

    Artikel 2

    In afwijking van artikel 12 ter, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3061/84 betalen de Lid-Staten het saldo van de produktiesteun voor het verkoopseizoen 1994/1995 dat verschuldigd is aan producenten met een gemiddelde produktie van ten minste 500 kg uiterlijk op 15 oktober 1996.

    Artikel 3

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 25 juli 1996.

    Voor de Commissie

    Franz FISCHLER

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. 172 van 30. 9. 1966, blz. 3025/66.

    (2) PB nr. L 349 van 31. 12. 1994, blz. 105.

    (3) PB nr. L 208 van 3. 8. 1984, blz. 3.

    (4) PB nr. L 67 van 25. 3. 1995, blz. 1.

    (5) PB nr. L 387 van 31. 12. 1992, blz. 1.

    (6) PB nr. L 22 van 31. 1. 1995, blz. 1.

    (7) PB nr. L 262 van 1. 11. 1995, blz. 34.

    (8) PB nr. L 288 van 1. 11. 1984, blz. 52.

    (9) PB nr. L 151 van 26. 6. 1996, blz. 1.

    (10) PB nr. L 319 van 21. 12. 1993, blz. 20.

    Top