EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993D0381

93/381/EEG: BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 1 juli 1993 tot aanvaarding van een in verband met de procedure van het compenserend recht betreffende de invoer van kogellagers met een grootste uitwendige diameter van niet meer dan 30 mm, van oorsprong uit Thailand, door de Koninklijke Thaise Regering aangeboden gewijzigde versie van de verbintenis

PB L 163 van 6.7.1993, p. 35–37 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 03/09/1994; stilzwijgende opheffing door 394D0639

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1993/381/oj

31993D0381

93/381/EEG: BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 1 juli 1993 tot aanvaarding van een in verband met de procedure van het compenserend recht betreffende de invoer van kogellagers met een grootste uitwendige diameter van niet meer dan 30 mm, van oorsprong uit Thailand, door de Koninklijke Thaise Regering aangeboden gewijzigde versie van de verbintenis

Publicatieblad Nr. L 163 van 06/07/1993 blz. 0035 - 0037
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 11 Deel 22 blz. 0065
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 11 Deel 22 blz. 0065


BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 1 juli 1993 tot aanvaarding van een in verband met de procedure van het compenserend recht betreffende de invoer van kogellagers met een grootste uitwendige diameter van niet meer dan 30 mm, van oorsprong uit Thailand, door de Koninklijke Thaise Regering aangeboden gewijzigde versie van de verbintenis

(93/381/EEG)DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2423/88 van de Raad van 11 juli 1988 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping of subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Economische Gemeenschap (1), inzonderheid op de artikelen 10 en 14,

Na overleg in het kader van het in genoemde verordening bedoelde Raadgevend Comité,

Overwegende hetgeen volgt:

A. VOORAFGAANDE PROCEDURE (1) In juni 1988 heeft de Commissie na een klacht die was ingediend door de "Federation of European Bearing Manufacturers' Association" (FEBMA) (Federatie van Europese Verenigingen van Lagerfabrikanten), een anti-subsidieprocedure ingeleid betreffende de invoer van bepaalde soorten kogellagers van oorsprong uit Thailand (2). Het produkt is omschreven als kogellagers met een grootste uitwendige diameter van niet meer dan 30 mm, hierna "kogellagers" genoemd, van oorsprong uit Thailand.

(2) De Commissie constateerde dat bovengenoemde invoer subsidie kreeg en de bedrijfstak van de Gemeenschap aanzienlijke schade berokkende. In verband met deze bevindingen heeft de Koninklijke Thaise Regering een verbintenis aangeboden om de gevolgen van de subsidie teniet te doen. Deze verbintenis impliceerde de heffing van een aan het bedrag van de geconstateerde, te compenseren subsidie gelijkwaardige uitvoerbelasting van 1,76 baht, voor elke naar de Gemeenschap uitgevoerde kogellager.

(3) De Commissie heeft in juni 1990 bij Besluit 90/266/EEG (3) de aangeboden verbintenis aanvaard en het onderzoek afgesloten.

B. ONTWIKKELINGEN SEDERT DE AANVAARDING VAN DE VERBINTENIS (4) Uit achtereenvolgende verificaties door de Commissie bleek dat zowel de Koninklijke Thaise Regering als de in Thailand gevestigde exporteurs de voorwaarden van de verbintenis hebben geëerbiedigd. In het bijzonder werd op alle rechtstreeks vanuit Thailand naar de Gemeenschap uitgevoerde kogellagers van Thaise oorsprong de uitvoerbelasting geïnd.

(5) Ondanks het bovenstaande kwam evenwel ter kennis van de Commissie dat bepaalde in Thailand vervaardigde kogellagers die aan onafhankelijke afnemers in een derde land waren uitgevoerd, vervolgens naar de Gemeenschap werden doorgezonden. Aangezien de oorspronkelijke bestemming van deze uitvoer niet de Gemeenschap was, werd door de Thaise overheid voor dergelijke onrechtstreekse invoer geen uitvoerbelasting geheven.

C. HEROPENING VAN HET ONDERZOEK (6) Nadat duidelijk was geworden dat een nieuw onderzoek van Besluit 90/266/EEG gerechtvaardigd was, heeft de Commissie, na overleg, het onderzoek opnieuw geopend om na te gaan of instelling van een compenserend recht op de invoer van alle kogellagers van oorsprong uit Thailand waarop geen uitvoerbelasting was geheven, noodzakelijk was om de schadelijke gevolgen van deze subsidie voor de bedrijfstak van de Gemeenschap volledig op te heffen. Aangezien hiervoor een nieuw onderzoek noodzakelijk was, besloot de Commissie om terzelfder tijd het bedrag van de uitvoerbelasting die noodzakelijk was om de gevolgen van de subsidie op te heffen, opnieuw te berekenen.

(7) In juli 1992 heeft de Commissie door middel van een bericht in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen (4) de heropening aangekondigd van het onderzoek in de procedure van het compenserend recht betreffende de invoer in de Gemeenschap van kogellagers met een grootste uitwendige diameter van niet meer dan 30 mm. Het betrokken produkt komt overeen met GN-code 8482 10 10.

(8) De Commissie heeft de Koninklijke Thaise Regering, de naar haar weten betrokken exporteurs en importeurs, alsmede de indiener van de klacht in het oorspronkelijke onderzoek (FEBMA) hiervan officieel in kennis gesteld en zij heeft de rechtstreeks betrokken partijen de gelegenheid geboden hun standpunt schriftelijk kenbaar te maken en te verzoeken te worden gehoord. De Koninklijke Thaise Regering, de in Thailand gevestigde importeurs en de producenten uit de Gemeenschap, vertegenwoordigd door FEBMA, hebben hun standpunt schriftelijk kenbaar gemaakt.

(9) De Commissie heeft alle inlichtingen die zij met het oog op een beslissing noodzakelijk achtte, verzameld en geverifieerd, en een onderzoek ingesteld bij:

a) de Koninklijke Thaise Regering:

- het Ministerie van Buitenlandse Handel, Bangkok,

- de Commissie voor Investeringen, Bangkok;

b) de Thaise exporteurs:

- NMB Thai Ltd, Ayutthaya,

- Pelmec Thai Ltd, Bang Pa-In,

- NMB Hi-Tech Ltd, Bang Pa-In.

Al deze ondernemingen zijn dochterondernemingen in volledige eigendom van Minebea Co. Ltd, Japan.

D. UITKOMST VAN HET NIEUWE ONDERZOEK MET BETREKKING TOT DE INDIRECTE INVOER (10) De Commissie heeft bij Verordening (EEG) nr. 527/93 (5) in maart 1993 een voorlopig compenserend recht van 13,4 % op de invoer van uit Thailand van oorsprong zijnde, doch niet rechtstreeks vanuit dit land uitgevoerde kogellagers ingesteld. De bedoeling van dit recht is gedurende de procedure verdere schade wegens invoer waarbij de uitvoerbelasting wordt ontdoken, voor de bedrijfstak van de Gemeenschap te voorkomen in afwachting van de voltooiing van de nieuwe berekening van het subsidiebedrag door de Commissie.

E. UITKOMST VAN HET NIEUWE ONDERZOEK MET BETREKKING TOT HET BEDRAG VAN DE SUBSIDIE (11) De Koninklijke Thaise Regering en de exporteurs hebben stukken ingediend met betrekking tot het bedrag van de compenserende subsidie die gedurende de periode van één jaar onmiddellijk voorafgaande aan de inleiding van het nieuw onderzoek was toegekend. Uit het onderzoek van de Commissie bleek:

a) Teruggave van indirecte belastingen op binnenlands aangekochte onderdelen; kostenaftrek vanwege elektriciteitsverbruik voor exporteurs

(12) Vastgesteld werd dat de exporteurs niet langer in aanmerking kwamen voor de twee bovengenoemde kortingen, waarvan was vastgesteld dat zij gedurende het oorspronkelijke onderzoek te compenseren uitvoersubsidies vormden. Wat deze punten betreft, zijn derhalve geen subsidies toegekend.

b) Vrijstelling van vennootschapsbelasting

(13) De aan NMB Thai en Pelmec Thai afgegeven certificaten van handelsbevordering blijven deze ondernemingen vrijstellen van vennootschapsbelasting onder dezelfde voorwaarden als in Besluit 90/226/EEG is beschreven.

NMB Hi-Tech dat met de produktie gedurende het oorspronkelijke onderzoektijdvak nog niet was begonnen, is een met NMB Thai en Pelmec Thai verbonden onderneming; zij ontvangt certificaten van handelsbevordering op een soortgelijke grondslag als de twee genoemde ondernemingen, waardoor zij eveneens voor algehele vrijstelling van vennootschapsbelasting in aanmerking komt.

(14) De Commissie is van oordeel dat de vrijstelling van vennootschapsbelasting een voor alle exporteurs te compenseren subsidie blijft.

c) Vrijstelling van douanerechten en indirecte belastingen op de invoer van machines en basismaterialen

(15) De aan NMB Thai en Pelmec Thai toegekende certificaten van handelsbevordering blijven op de invoer van machines en basismaterialen vrijstelling van de betaling van douanerechten verlenen, op dezelfde voorwaarden als in Besluit 90/226/EEG is beschreven. Ook NMB Hi-Tech komt voor een dergelijke vrijstelling in aanmerking aangezien deze op soortgelijke grondslag als NMB Thai en Pelmec Thai certificaten van handelsbevordering ontvangt. De Commissie is van oordeel dat de vrijstelling van douanerechten op machines en basismaterialen voor alle exporteurs een te compenseren subsidie blijft.

(16) De Commissie heeft in het oorspronkelijke onderzoek vastgesteld dat de vrijstelling van betaling van bedrijfsbelasting en gemeentelijke belasting voor ingevoerde machines en basismaterialen een te compenseren subsidie vormden.

Op 1 januari 1992 heeft Thailand de bedrijfsbelasting en de gemeentelijke belasting afgeschaft en deze door een belasting over toegevoegde waarde vervangen. De exporteurs betalen thans een belasting over toegevoegde waarde op hun invoer van basismaterialen en zullen deze binnenkort, na een overgangsperiode, op ingevoerde machines gaan betalen.

Het stelsel van belasting over toegevoegde waarde functioneert in Thailand op soortgelijke wijze als in de Gemeenschap, en is ook neutraal in haar werking op binnenlandse en voor de uitvoer bedoelde verkopen.

De Commissie komt onder deze omstandigheden tot de slotsom dat als gevolg van de afschaffing van de bedrijfsbelasting en van de gemeentelijke belasting er geen element van te compenseren subsidie meer bestaat wat de vrijstelling van betaling van deze belastingen betreft.

d) Berekening van het subsidiebedrag

(17) Het bedrag van de te compenseren subsidie werd berekend aan de hand van de methode die in Besluit 90/266/EEG was gebruikt. De waarde van de subsidies was op deze grondslag als volgt:

(in miljoen baht)

Vrijstelling van vennootschapsbelasting 373

Vrijstelling van invoerrechten 352

Totaal subsidiebedrag 725

(18) Uitgedrukt als bedrag per uit Thailand uitgevoerde kogellager en daarna gewogen volgens het relatieve volume van de uitvoer van elke Thaise producent naar de Gemeenschap, is de subsidie gelijk aan 0,91 baht per stuk.

(19) De Koninklijke Thaise Regering, de exporteurs en de klager in het oorspronkelijke onderzoek werden allen in kennis gesteld van de feiten waarop deze bevindingen waren gebaseerd en werden in de gelegenheid gesteld hierop commentaar te leveren.

F. WIJZIGING VAN DE VERBINTENIS (20) De Koninklijke Thaise Regering heeft de Commissie een gewijzigde verbintenis aangeboden waarin de uitvoerbelasting die op naar de Europese Gemeenschap uitgevoerde kogellagers werd geheven, is aangepast tot 0,91 baht per stuk. De Commissie is, gezien haar bevindingen, ervan overtuigd dat dit bedrag voldoende is om de gevolgen van de subsidie blijvend op te heffen en aanvaardt derhalve deze gewijzigde versie van de verbintenis zoals deze door de Koninklijke Thaise Regering wordt aangeboden.

(21) Deze gewijzigde versie van de verbintenis is uitsluitend van toepassing op kogellagers van oorsprong uit Thailand die rechtstreeks vanuit Thailand naar de Gemeenschap worden geëxporteerd. Voor kogellagers van oorsprong uit Thailand die in de Gemeenschap via derde landen worden geïmporteerd, zal het definitieve compenserend recht van 6,7 % gelden dat bij Verordening (EEG) nr. 1781/93 van de Raad (6) is ingesteld ten einde de doeltreffendheid van de verbintenis te waarborgen en het ontduiken van de uitvoerbelasting, waar in punt 5 naar is verwezen, te voorkomen.

(22) Dit voorstel is in het Raadgevend Comité niet op bezwaar gestuit,

BESLUIT:

Enig artikel

Een gewijzigde versie van de verbintenis die door de Koninklijke Thaise Regering is aangeboden naar aanleiding van de op een compenserend recht gerichte procedure in verband met de invoer van kogellagers met een grootste uitwendige diameter van niet meer dan 30 mm, van oorsprong uit Thailand, wordt hierbij aanvaard.

Gedaan te Brussel, 1 juli 1993.

Voor de Commissie

Leon BRITTAN

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 209 van 2. 8. 1988, blz. 1.

(2) PB nr. C 147 van 4. 6. 1988, blz. 4.

(3) PB nr. L 152 van 16. 6. 1990, blz. 59.

(4) PB nr. C 182 van 18. 7. 1992, blz. 6.

(5) PB nr. L 56 van 9. 3. 1993, blz. 24.

(6) Zie bladzijde 1 van dit Publikatieblad.

Top