Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31987R2335

    Verordening (EEG) nr. 2335/87 van de Commissie van 31 juli 1987 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1146/86 houdende vaststelling van vrijwaringsmaatregelen bij de invoer van bataten (zoete aardappelen)

    PB L 210 van 1.8.1987, p. 65–65 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 01/01/1988; stilzwijgende opheffing door 387R3962

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1987/2335/oj

    31987R2335

    Verordening (EEG) nr. 2335/87 van de Commissie van 31 juli 1987 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1146/86 houdende vaststelling van vrijwaringsmaatregelen bij de invoer van bataten (zoete aardappelen)

    Publicatieblad Nr. L 210 van 01/08/1987 blz. 0065 - 0065


    *****

    VERORDENING (EEG) Nr. 2335/87 VAN DE COMMISSIE

    van 31 juli 1987

    tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1146/86 houdende vaststelling van vrijwaringsmaatregelen bij de invoer van bataten (zoete aardappelen)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

    GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 2727/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1900/87 (2), en met name op artikel 20, lid 2,

    Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 2748/75 van de Raad (3) de wijze van toepassing is vastgesteld voor vrijwaringsmaatregelen in de sector granen;

    Overwegende dat de Commissie bij Verordening (EEG) nr. 474/87 van de Commissie (4) de vrijwaringsmaatregelen heeft versoepeld die bij de invoer van voor diervoeding bestemde bataten (zoete aardappelen) gelden en die waren vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 1146/86 (5); dat de versoepeling neerkwam op de vaststelling van maximumhoeveelheden waarvoor invoercertificaten worden afgegeven voor produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China (600 000 ton), enerzijds, en van oorsprong uit een ander derde land (5 000 ton), anderzijds;

    Overwegende dat voor aanvragen waarop een andere oorsprong is aangegeven dan de Volksrepubliek China, de zekerheid met betrekking tot het invoercertificaat moet worden verhoogd, om misbruiken bij het aanvragen van die certificaten te voorkomen; dat, rekening houdende met de beperkte beschikbare hoeveelheden (5 000 ton), elke aanvraag die, nadat het certificaat is afgegeven, geen aanleiding geeft tot werkelijke invoer in de periode waarin het certificaat geldig is, handelaren die ernstige garanties van de zijde van bepaalde exporterende landen zouden hebben gekregen het recht tot invoer onthoudt;

    Overwegende dat bijgevolg certificaataanvragen kunnen worden ingediend voor een maximumhoeveelheid van 5 000 ton, met vermelding van een andere oorsprong dan de Volksrepubliek China voor zover de bij deze verordening vastgestelde zekerheid wordt gesteld;

    Overwegende dat de zekerheid voor de invoer van oorsprong uit de Volksrepubliek China daarentegen moet worden verhoogd, aangezien de invoercertificaten slechts worden afgegeven wanneer het origineel van een exportdocument dat is afgegeven door de instanties van dat land, wordt overgelegd,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

    VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Aan artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 1146/86 wordt een lid 3 toegevoegd, luidende:

    »3. In afwijking van artikel 12 van Verordening (EEG) nr. 2042/75 (1) wordt het bedrag van de zekerheid met betrekking tot de invoercertificaten voor de in lid 2, onder b), bedoelde aanvragen vastgesteld op 20 Ecu per ton.

    (1) PB nr. L 213 van 11. 8. 1975, blz. 5.".

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 31 juli 1987.

    Voor de Commissie

    Frans ANDRIESSEN

    Vice-Voorzitter

    (1) PB nr. L 281 van 1. 11. 1975, blz. 1.

    (2) PB nr. L 182 van 3. 7. 1987, blz. 40.

    (3) PB nr. L 281 van 1. 11. 1975, blz. 85.

    (4) PB nr. L 48 van 17. 2. 1987, blz. 15.

    (5) PB nr. L 103 van 19. 4. 1986, blz. 58.

    Top