Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31983R0825

    Verordening (EEG) nr. 825/83 van de Commissie van 8 april 1983 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 525/83 en houdende afwijking van Verordening (EEG) nr. 2041/75 ten aanzien van de uitvoer van olijfolie naar Libië

    PB L 91 van 9.4.1983, p. 10–10 (DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/10/1983

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1983/825/oj

    31983R0825

    Verordening (EEG) nr. 825/83 van de Commissie van 8 april 1983 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 525/83 en houdende afwijking van Verordening (EEG) nr. 2041/75 ten aanzien van de uitvoer van olijfolie naar Libië

    Publicatieblad Nr. L 091 van 09/04/1983 blz. 0010 - 0010


    *****

    VERORDENING (EEG) Nr. 825/83 VAN DE COMMISSIE

    van 8 april 1983

    tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 525/83 en houdende afwijking van Verordening (EEG) nr. 2041/75 ten aanzien van de uitvoer van olijfolie naar Libië

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

    GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Verordening nr. 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1413/82 (2), inzonderheid op artikel 19, lid 3, en artikel 20, lid 3,

    Gelet op Verordening nr. 171/67/EEG van de Raad van 27 juni 1967 betreffende de restituties en heffingen bij uitvoer van olijfolie (3), laatstelijk gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Griekenland, inzonderheid op artikel 11,

    Overwegende dat artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 525/83 van de Commissie (4) voor de uitvoer van olijfolie naar Libië, wegens de bijzondere omstandigheden en de situatie op de markt van dat land, voorziet in een afwijking van Verordening (EEG) nr. 2041/75 van de Commissie (5), waarbij gedurende een bepaalde termijn de geldigheidsduur van de uitvoercertificaten met vaststelling vooraf van de restitutie, waarvoor de aanvraag uiterlijk op 31 maart 1983 is ingediend, wordt verlengd;

    Overwegende dat deze termijn voor de indiening van de certificaataanvragen ontoereikend is gebleken; dat de termijn derhalve moet worden verlengd;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor oliën en vetten,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

    VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 525/83 wordt als volgt gelezen:

    »Artikel 1

    In afwijking van artikel 6, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 2041/75 zijn de certificaten voor uitvoer naar Libië van produkten van post 15.07 A van het gemeenschappelijk douanetarief met vaststelling vooraf van de restitutie, waarvoor de aanvragen vanaf de inwerkingtreding van deze verordening tot en met 30 april 1983 worden ingediend, geldig met ingang van de dag waarop zij werkelijk zijn afgegeven, tot het einde van de zesde daaropvolgende maand.

    In vak 13 van de certificaataanvraag en van het uitvoercertificaat wordt de vermelding »Libië" aan- gebracht.

    Het certificaat houdt de verplichting in naar dat land uit te voeren.".

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 april 1983.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 8 april 1983.

    Voor de Commissie

    Poul DALSAGER

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. 172 van 30. 9. 1966, blz. 3025/66.

    (2) PB nr. L 162 van 12. 6. 1982, blz. 6.

    (3) PB nr. 130 van 28. 6. 1967, blz. 2600/67.

    (4) PB nr. L 61 van 8. 3. 1983, blz. 7.

    (5) PB nr. L 213 van 11. 8. 1975, blz. 1.

    Top