This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 31982R2290
Commission Regulation (EEC) No 2290/82 of 19 August 1982 laying down detailed rules for the application of the additional measures applicable to holders of long-term storage contracts for table wine for the 1981/82 wine-growing year
Verordening (EEG) nr. 2290/82 van de Commissie van 19 augustus 1982 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van de aanvullende maatregelen ten behoeve van degenen die voor het wijnoogstjaar 1981/1982 langlopende opslagcontracten voor tafelwijn hebben gesloten
Verordening (EEG) nr. 2290/82 van de Commissie van 19 augustus 1982 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van de aanvullende maatregelen ten behoeve van degenen die voor het wijnoogstjaar 1981/1982 langlopende opslagcontracten voor tafelwijn hebben gesloten
PB L 245 van 20.8.1982, p. 8–12
(DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)
No longer in force, Date of end of validity: 31/05/1984
Verordening (EEG) nr. 2290/82 van de Commissie van 19 augustus 1982 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van de aanvullende maatregelen ten behoeve van degenen die voor het wijnoogstjaar 1981/1982 langlopende opslagcontracten voor tafelwijn hebben gesloten
Publicatieblad Nr. L 245 van 20/08/1982 blz. 0008 - 0012
***** VERORDENING (EEG) Nr. 2290/82 VAN DE COMMISSIE van 19 augustus 1982 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van de aanvullende maatregelen ten behoeve van degenen die voor het wijnoogstjaar 1981/1982 langlopende opslagcontracten voor tafelwijn hebben gesloten DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, Gelet op Verordening (EEG) nr. 337/79 van de Raad van 5 februari 1979 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2144/82 (2), en met name op artikel 12 bis, lid 5, en artikel 65, Gelet op Verordening (EEG) nr. 878/77 van de Raad van 26 april 1977 inzake de in de landbouwsector toe te passen wisselkoersen (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1668/82 (4), en met name op artikel 5, Overwegende dat de ter ondersteuning van de wijnmarkt genomen maatregelen niet helemaal het verwachte resultaat hebben opgeleverd; dat met name de representatieve prijzen van de tafelwijnsoorten A I, R I en R II sedert het begin van het wijnoogstjaar onder het niveau van de respectieve interventietoepassingsprijzen zijn gebleven; dat derhalve de eerste voorwaarde die in artikel 12 bis, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 337/79 is gesteld voor de vaststelling van aanvullende maatregelen ten behoeve van degenen die langlopende opslagcontracten hebben gesloten, is vervuld; dat de tweede voorwaarde, te weten dat de representatieve prijs gedurende drie opeenvolgende weken onder het niveau van de interventietoepassingsprijs blijft, tijdens de referentieperiode waarschijnlijk zal worden vervuld voor de tafelwijnsoorten A I, R I en R II; Overwegende dat deze maatregelen zouden moeten voorzien in de mogelijkheid om enerzijds een bepaalde hoeveelheid wijn door middel van distillatie uit de markt te nemen en anderzijds het op de markt brengen van de resterende hoeveelheid wijn die in opslag is bij degenen die langlopende opslagcontracten hebben afgesloten, enkele maanden te vertragen in afwachting van een eventueel herstel van de markt; dat het evenwel mogelijk is dat met deze laatste maatregel het beoogde doel niet wordt bereikt; dat bijgevolg moet worden voorzien in de mogelijkheid om de aanvullende maatregelen te nemen die noodzakelijk zouden blijken; Overwegende dat de in deze verordening bedoelde distillatie moet geschieden overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EEG) nr. 2852/81 van de Raad (5), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2009/82 (6); dat volgens de artikelen 2, 3 en 10 van die verordening termijnen dienen te worden vastgesteld waarbinnen de aanvragen om goedkeuring van de leveringscontracten en de verklaringen bij de interventiebureaus moeten worden ingediend, alsmede termijnen voor de distillatie zelf; dat volgens artikel 4 van genoemde verordening een zodanig steunbedrag moet worden verleend dat de verkregen produkten kunnen worden afgezet; Overwegende dat bovendien moet worden bepaald welke aanvullende gegevens in de leveringscontracten en de verklaringen moeten worden vermeld; Overwegende dat in de wijnbouwsector alle interventiemaatregelen in Griekenland bij dezelfde prijsniveaus worden toegepast als in de overige Lid-Staten; dat in het onderhavige geval de kans op verlegging van het handelsverkeer uitgesloten lijkt wegens de beperkte distillatiecapaciteit in Griekenland en het feit dat normaal geen voor distillatie bestemde wijn naar dit land wordt verzonden; dat, om in de hele Gemeenschap een uniforme toepassing van de interventiemaatregelen te waarborgen, voor distillatie in Griekenland bijgevolg prijzen en bedragen moeten worden vastgesteld die zijn berekend aan de hand van de voor de Gemeenschap van de Negen geldende oriëntatieprijzen; Overwegende dat in artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 2852/81 is bepaald dat de steun binnen een zodanige termijn moet worden uitgekeerd dat de begunstigden snel in het bezit van het volledige steunbedrag kunnen komen; dat derhalve dient te worden bepaald dat de steun uiterlijk 90 dagen na de distillatie moet worden uitgekeerd; Overwegende dat, om vooruitbetaling van de steun mogelijk te maken, bij artikel 5, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 een waarborgregeling is ingesteld, waardoor de interventiebureaus verzekerd worden tegen het risico van onverschuldigde betalingen; dat derhalve een termijn voor de vooruitbetaling van de steun, alsmede een termijn en voorschriften voor het vrijgeven van de waarborg, dienen te worden vastgesteld; Overwegende dat er technische eisen moeten worden gesteld voor de erkenning van de distilleerders; Overwegende dat de in artikel 16 van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde interventiebureaus en de Commissie van het verloop van de distillatie op de hoogte moeten worden gehouden en met name moeten weten welke hoeveelheden wijn zijn gedistilleerd en welke hoeveelheden alcohol daarbij zijn verkregen; Overwegende dat, om het beoogde doel te bereiken, de opslagcontracten moeten worden gesloten overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EEG) nr. 2600/79 van de Commissie van 23 november 1979 betreffende de opslagcontracten voor tafelwijn, druivemost en geconcentreerde druivemost (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3632/81 (2); Overwegende dat het gehalte aan vluchtige zuren van de wijn zich tijdens de opslag op natuurlijke wijze blijft ontwikkelen, zodat het maximumgehalte dat bij Verordening (EEG) nr. 3633/81 van de Commissie (3) is vastgesteld op basis van een opslagperiode van negen maanden, dreigt te worden overschreden; dat dient te worden toegestaan dat wanneer een opslagcontract voor vier maanden wordt afgesloten en de wijn waarop het nieuwe contract betrekking heeft dezelfde is als die waarvoor het vorige contract was afgesloten, de gestelde voorwaarden als vervuld worden beschouwd, ook wanneer het gehalte aan vluchtige zuren van de wijn hoger is dan het in genoemde verordening bedoelde gehalte op voorwaarde dat het voor tafelwijn van de betrokken soort vastgestelde maximum niet wordt overschreden, en voorts alle andere administratieve en technische voorschriften in acht worden genomen; dat, om rekening te houden met de ontwikkeling van de marktsituatie, moet worden voorzien in de mogelijkheid om de contracten tussentijds te beëindigen; Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen ook na 15 december 1982 nog zullen worden toegepast; dat om discriminatie tussen de betrokkenen te voorkomen, moet worden bepaald dat één enkele representatieve koers wordt toegepast voor alle betalingen met betrekking tot de in deze verordening bedoelde distillatiewerkzaamheden; dat, aangezien de in laatstgenoemde verordening bedoelde opslagcontracten in het wijnoogstjaar 1981/1982 zijn afgesloten, van de laatste tijdens dit wijnoogstjaar geldende representatieve koers moet worden uitgegaan; Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor wijn, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 In deze verordening worden de bepalingen vastgesteld ter uitvoering van de in artikel 12 bis van Verordening (EEG) nr. 337/79 bedoelde aanvullende maatregelen ten behoeve van degenen die voor het wijnoogstjaar 1981/1982 langlopende opslagcontracten voor tafelwijn hebben gesloten. Artikel 2 1. De in artikel 12 bis, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 337/79 bedoelde periode van drie opeenvolgende weken moet liggen tussen 15 juli en 30 november 1982. 2. Indien het in artikel 12 bis, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 337/79 bedoelde besluit wordt vastgesteld, kunnen degenen die langlopende opslagcontracten hebben gesloten voor de soorten tafelwijn waarvoor het besluit is vastgesteld en voor wijn die met deze wijn in nauw economisch verband staat: a) voor een hoeveelheid wijn waarvoor het contract is gesloten, tot een vast te stellen maximumpercentage van de totale hoeveelheid tafelwijn die zij in het wijnoogstjaar 1981/1982 geproduceerd hebben, overgaan tot distillatie op de in artikel 3 tot en met 9 bedoelde voorwaarden; b) voor een vast te stellen hoeveelheid wijn waarvoor het contract is gesloten en waarvoor de sub a) bedoelde maatregel niet wordt getroffen, op de in artikel 10 bepaalde voorwaarden een opslagcontract sluiten voor een vast te stellen termijn. 3. De totale hoeveelheid tafelwijn waarvoor het in artikel 12 bis, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 337/79 bedoelde percentage geldt, is: - voor producenten voor wie de in artikel 2, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 134 bedoelde verplichting geldt, de hoeveelheid die wordt verkregen door optelling van de hoeveelheden die voorkomen in hun oogstaangiften en de hoeveelheden die voorkomen in de in artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 1153/75 bedoelde registers en die zij zelf na de datum van indiening van de oogstaangifte hebben verkregen uit de in die aangifte vermelde produkten; - voor producenten voor wie de bij het eerste streepje bedoelde verplichting niet geldt, de hoeveelheid die voorkomt in de in artikel 14 van Verordening (EEG) nr. 1153/75 bedoelde registers en die zij zelf hebben verkregen uit aangekochte most. 4. Andere aanvullende maatregelen ten behoeve van degenen die opslagcontracten als bedoeld in lid 2, sub b), hebben gesloten voor een wijnsoort of voor wijn die in nauw economisch verband staat met deze wijnsoort, kunnen worden genomen, indien de representatieve prijs van deze wijnsoort beneden de interventietoepassingsprijs is gebleven gedurende de periode die is begrepen tussen de datum waarop het in artikel 12 bis, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 337/79 bedoelde besluit is vastgesteld en 15 januari 1983. Artikel 3 1. De in artikel 2, lid 2, sub a), bedoelde distillatie vindt plaats overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EEG) nr. 2852/81 en in deze verordening. 2. Distillatie mag plaatsvinden voor wijn die is opgeslagen in het kader van een langlopend opslagcontract. Artikel 4 1. De aanvragen om goedkeuring van de in artikel 2, lid 1, en artikel 10, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde contracten en de in artikel 3, lid 1, van dezelfde verordening bedoelde verklaringen moeten uiterlijk op 15 januari 1983 worden ingediend. 2. Het bevoegde interventiebureau moet de belanghebbenden uiterlijk 30 dagen na ontvangst van de in lid 1 bedoelde aanvraag of verklaring het resultaat van de goedkeuringsprocedure mededelen. 3. De distillatie moet tussen 20 september 1982 en 30 juni 1983 plaatsvinden. Artikel 5 1. In de in artikel 2, lid 1, en artikel 10, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde contracten moeten de volgende gegevens worden vermeld: a) de hoeveelheid, de kleur en het effectieve alcoholgehalte van de te distilleren of tot distillatiewijn te verwerken tafelwijn, b) de naam en het adres van de producent, c) de plaats waar de wijn is opgeslagen, d) de naam van de distilleerder of de bereider van de distillatiewijn of de firma van de distilleerderij of het bedrijf voor de bereiding van distillatiewijn, e) het adres van de distilleerderij of het bedrijf voor de bereiding van distillatiewijn. 2. De in artikel 3, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde verklaring en het in artikel 3, lid 2, tweede streepje, van dezelfde verordening bedoelde leveringscontract moeten ten minste de volgende gegevens bevatten: a) de hoeveelheid, de kleur en het effectieve alcoholgehalte van de te distilleren tafelwijn, b) de naam en het adres van de producent, c) de plaats waar de wijn is opgeslagen, d) het adres van de distilleerderij. 3. Met de distilleerder wordt gelijkgesteld degene voor wiens rekening wordt gedistilleerd. 4. Voor tafelwijn die wordt geleverd aan een distilleerderij of aan een bedrijf voor de bereiding van distillatiewijn wordt een tolerantie van 1 % vol toegestaan ten aanzien van het effectieve alcoholgehalte dat is vermeld in de in artikel 2, lid 1, en artikel 10, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde contracten of in de in artikel 3, lid 1, van dezelfde verordening bedoelde verklaring, op voorwaarde dat het effectieve alcoholgehalte van de te distilleren wijn niet minder dan 10 % vol bedraagt. Het interventiebureau keert de in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde steun uit voor de hoeveelheid wijn die werkelijk is gedistilleerd, binnen de grens van: - de in artikel 7, eerste alinea, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde tolerantie, - de maximumhoeveelheid die in aanmerking komt voor distillatie, - de hoeveelheid alcohol vervat in de hoeveelheid wijn waarvoor een opslagcontract is afgesloten en die mag worden gedistilleerd. Artikel 6 1. De in artikel 12 bis, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 337/79 bedoelde prijs bedraagt: - 2,45 Ecu per % vol/hl voor tafelwijn van de soort A I en voor tafelwijn die daarmee in nauw economisch verband staat; - 2,70 Ecu per % vol/hl voor tafelwijn van de soorten R I en R II en voor tafelwijn die daarmee in nauw economisch verband staat. 2. Het in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde steunbedrag wordt vastgesteld: a) voor de in lid 1, eerste streepje, bedoelde wijn: - op 1,87 Ecu per % vol/hl indien de wijn is verwerkt tot een produkt bedoeld in artikel 4, lid 3, eerste streepje, van genoemde verordening, - op 1,85 Ecu per % vol/hl indien de wijn is verwerkt tot een produkt bedoeld in artikel 4, lid 3, tweede streepje, van genoemde verordening; b) voor de in lid 1, tweede streepje, bedoelde wijn: - op 2,12 Ecu per % vol/hl indien de wijn is verwerkt tot een produkt bedoeld in artikel 4, lid 3, eerste streepje, van genoemde verordening, - op 2,10 Ecu per % vol/hl indien de wijn is verwerkt tot een produkt bedoeld in artikel 4, lid 3, tweede streepje, van genoemde verordening. 3. De betaling bedoeld in artikel 5, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 moet plaatsvinden uiterlijk 30 dagen nadat aan de gestelde voorwaarden is voldaan. De betaling bedoeld in artikel 5, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 moet plaatsvinden uiterlijk 90 dagen nadat aan de gestelde voorwaarden is voldaan. 4. In het in artikel 5, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde geval moet, wanneer de in artikel 5, lid 5, sub b), van die verordening bedoelde procedures niet worden gevolgd, de minimumaankoopprijs worden betaald uiterlijk 90 dagen nadat de totale in het contract vermelde hoeveelheid wijn in de distilleerderij is aangekomen. 5. Het in artikel 5, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde voorschot is ten hoogste gelijk aan het overeenkomstig artikel 4, lid 3, tweede streepje, van die verordening vastgestelde bedrag. 6. Dit voorschot wordt betaald uiterlijk vijftien dagen nadat het bewijs dat de waarborg is gesteld en eventueel het in artikel 5, lid 5, sub a), van die verordening bedoelde bewijs is geleverd. 7. De in artikel 5, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde waarborg wordt slechts vrijgegeven indien het bewijs dat de totale hoeveelheid wijn is gedistilleerd en eventueel het in artikel 5, lid 6, tweede streepje, van dezelfde verordening bedoelde bewijs wordt geleverd vóór het einde van de vijfde maand volgende op de in artikel 4, lid 3, van de onderhavige verordening genoemde tweede datum. Indien de in de eerste alinea bedoelde bewijzen na het verstrijken van de in die alinea gestelde termijn, maar vóór 1 maart 1984 worden geleverd, wordt 80 % van de waarborg vrijgegeven en wordt het resterende deel verbeurd. Indien de bewijzen niet vóór 1 maart 1984 worden geleverd wordt de waarborg volledig verbeurd. 8. De in lid 1 en lid 2 bedoelde bedragen worden in nationale munteenheid omgerekend aan de hand van de op 31 augustus 1982 voor de wijnsector geldende representatieve koers. Artikel 7 1. In het in artikel 11, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde geval moet de verwerking tot distillatiewijn uiterlijk op 30 april 1983 plaatsvinden. 2. De in artikel 12 van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde betaling moet plaatsvinden uiterlijk twee weken nadat de totale in het contract vermelde hoeveelheid in het bedrijf voor de bereiding van distillatiewijn is aangekomen. 3. De in artikel 13 van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde distillatie van de distillatiewijn moet uiterlijk op 31 juli 1983 plaatsvinden. 4. De in artikel 14, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 bedoelde betalingen moeten plaatsvinden: - wanneer de in artikel 5, lid 3, van genoemde verordening bedoelde procedure wordt gevolgd, uiterlijk 30 dagen nadat het bewijs is geleverd dat de totale hoeveelheid distillatiewijn die is bereid uit de wijn vermeld in het in artikel 10, lid 1, van dezelfde verordening bedoelde contract, is gedistilleerd; - wanneer de in artikel 5, lid 4 en lid 5, sub a), van dezelfde verordening bedoelde procedure wordt gevolgd, uiterlijk twee weken nadat het bewijs is geleverd dat de waarborg is gesteld en dat de minimumaankoopprijs is betaald. Artikel 8 Om in aanmerking te komen voor erkenning in de zin van artikel 15 van Verordening (EEG) nr. 2852/81, moeten de distilleerders de wijn kunnen verwerken tot een produkt met een sterkte van 86 % vol of meer dan wel tot een produkt met een sterkte van 85 % vol of minder. Artikel 9 1. De Lid-Staten delen de Commissie uiterlijk op 28 februari 1983 de hoeveelheden wijn mede waarop de goedgekeurde distillatiecontracten betrekking hebben. 2. De distilleerders doen het interventiebureau uiterlijk de tiende van elke maand een overzicht toekomen van de hoeveelheden wijn die in de afgelopen maand werden gedistilleerd; daarin worden ook de in zuivere alcohol uitgedrukte hoeveelheden van de verkregen produkten vermeld, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de produkten bedoeld in artikel 4, lid 3, eerste streepje, van Verordening (EEG) nr. 2852/81 en de produkten bedoeld in artikel 4, lid 3, tweede streepje, van die verordening. 3. Uiterlijk de twintigste van elke maand delen de Lid-Staten de Commissie per telexbericht voor de afgelopen maand mede welke hoeveelheden wijn werden gedistilleerd en welke hoeveelheden produkten, uitgedrukt in zuivere alcohol, werden verkregen; hierbij wordt hetzelfde onderscheid gemaakt als voorgeschreven in lid 2. 4. De Lid-Staten doen uiterlijk op 30 september 1983 mededeling van de gevallen waarin distilleerders of bereiders hun verplichtingen niet zijn nagekomen en de maatregelen die in verband daarmee zijn genomen. Artikel 10 1. De in artikel 2, lid 2, sub b), bedoelde contracten moeten uiterlijk op 15 januari 1983 worden gesloten. Het gehalte aan vluchtige zuren van de tafelwijn waarop de in de eerste alinea bedoelde contracten betrekking hebben, mag hoger zijn dan het bij het afsluiten van langlopende opslagcontracten geldende maximum dat is vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 3633/81. Ingeval degene die een langlopend opslagcontract heeft gesloten, van de in artikel 2, lid 2, sub b), geboden mogelijkheid gebruik wenst te maken voor de gehele hoeveelheid wijn waarvoor een langlopend contract is afgesloten, kan het interventiebureau het oude contract voor de nieuwe periode valideren door de vermeldingen aan te passen. 2. Voor de in artikel 2, lid 2, sub b), bedoelde opslagcontracten geldt het steunbedrag dat wordt toegepast voor de langlopende opslagcontracten voor het wijnoogstjaar 1981/1982. 3. De in artikel 2, lid 2, sub b), bedoelde opslagcontracten kunnen op aanvraag van de betrokken producenten worden beëindigd. In dat geval: - is de steun voor de opslag verschuldigd voor de periode gedurende welke de betrokken wijn uit hoofde van een dergelijk contract opgeslagen is gebleven, - komt de wijn waarvoor het opslagcontract was gesloten, niet in aanmerking voor de in artikel 2, lid 2, sub a), bedoelde distillatie. Artikel 11 Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Zij is van toepassing met ingang van 16 september 1982. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat. Gedaan te Brussel, 19 augustus 1982. Voor de Commissie Poul DALSAGER Lid van de Commissie (1) PB nr. L 54 van 5. 3. 1979, blz. 1. (2) PB nr. L 227 van 3. 8. 1982, blz. 1. (3) PB nr. L 106 van 29. 4. 1977, blz. 27. (4) PB nr. L 184 van 29. 6. 1982, blz. 19. (5) PB nr. L 280 van 2. 10. 1981, blz. 2. (6) PB nr. L 216 van 24. 7. 1982, blz. 3. (1) PB nr. L 297 van 24. 11. 1979, blz. 15. (2) PB nr. L 363 van 18. 12. 1981, blz. 22. (3) PB nr. L 363 van 18. 12. 1981, blz. 24.