Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31962H0117

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE AAN DE LID-STATEN INZAKE DE HEFFING VAN INVOERRECHTEN TEN AANZIEN VAN GOEDEREN WELKE WEDER WORDEN INGEVOERD NA EEN VOORAFGAANDE TIJDELIJKE UITVOER TER VERWERKING, BEWERKING OF HERSTELLING

PB 3 van 17.1.1962, p. 79–81 (DE, FR, IT, NL)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 19/12/1975; stilzwijgende opheffing door 31976L0119

ELI: http://data.europa.eu/eli/reco/1962/117/oj

31962H0117

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE AAN DE LID-STATEN INZAKE DE HEFFING VAN INVOERRECHTEN TEN AANZIEN VAN GOEDEREN WELKE WEDER WORDEN INGEVOERD NA EEN VOORAFGAANDE TIJDELIJKE UITVOER TER VERWERKING, BEWERKING OF HERSTELLING

Publicatieblad Nr. 003 van 17/01/1962 blz. 0079


++++

Aanbeveling van de Commissie aan de Lid-Staten inzake de heffing van invoerrechten ten aanzien van goederen welke weder worden ingevoerd na een voorafgaande tijdelijke uitvoer ter verwerking , bewerking of herstelling

De wijze waarop in elk der Lid-Staten rechten worden geheven op wederingevoerde goederen die tijdelijk werden uitgevoerd met het oog op verwerking , bewerking of herstelling ervan , loopt aanzienlijk uiteen . De totstandkoming van de douane-unie maakt , teneinde te voorkomen dat er distorsies in de concurrentie optreden en het handelsverkeer zich op ongewenste wijze verlegt , de opheffing van deze ongelijkheden en de toepassing door alle Lid-Staten van een zelfde heffingsstelsel noodzakelijk . De Commissie heeft te dien einde , na de bevoegde nationale instanties geraadpleegd te hebben , heffingsregels ontworpen , die in de Lid-Staten zouden moeten worden toegepast op goederen die weder worden ingevoerd na veredeling in derde landen .

Dit stelsel berust op de noodzaak om zo nauwkeurig mogelijk de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief toe te passen op goederen die , na tijdelijke uitvoer voor verwerking , bewerking of herstelling , weder worden ingevoerd ; voorts wordt echter tevens rekening gehouden met het feit , dat de bescherming van het gemeenschappelijk douanetarief niet behoeft te worden gewaarborgd ten aanzien van de goederen die oorspronkelijk werden uitgevoerd voor veredeling in derde landen . Derhalve moet op het bedrag der invoerrechten die van toepassing zijn op de veredelde goederen , in mindering gebracht worden het bedrag van de invoerrechten die van toepassing zouden zijn op de oorspronkelijk uitgevoerde goederen , indien zij in onveredelde staat uit het land van veredeling ingevoerd zouden worden . Doordat zodoende rekening wordt gehouden zowel met de waardevermeerdering door veredeling van het oorspronkelijk uitgevoerde produkt als met het verschil tussen het op dit produkt te heffen recht en het recht dat voor de veredelde goederen geldt , wordt door deze heffingsregels aan de industrieën van de Gemeenschap de bescherming geboden , waarop zij rechtmatig aanspraak kunnen maken , zonder evenwel te verhinderen dat gebruik gemaakt wordt van de veredelingsindustrieën in derde landen ; wanneer de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief op de juiste wijze worden toegepast , zou het daarentegen juist gemakkelijker zijn voor de Lid-Staten om af te zien van de voorwaarden van economische aard , waarvan het merendeel hunner momenteel de verwezenlijking van bepaalde vormen van loonveredeling in het buitenland afhankelijk stelt .

De invoering van de in deze aanbeveling vervatte voorschriften zou dientengevolge praktisch de mogelijkheid moeten bieden om de thans in de Lid-Staten gevolgde procedures inzake de tijdelijke uitvoer voor verwerking , bewerking of herstelling aanzienlijk te vereenvoudigen .

Aangezien het stelsel van tijdelijke uitvoer voor verwerking , bewerking of herstelling tot het einde van de overgangsperiode tussen de Lid-Staten van kracht zal blijven , zou het tevens wenselijk zijn vast te stellen welke heffingsregels toegepast moeten worden op de goederen die in een Lid-Staat na veredeling in een andere Lid-Staat , weder worden ingevoerd . Het is in dit verband gebleken , dat , alvorens van toepassing te kunnen zijn op genoemde goederen , de voorgestelde regels voor de na veredeling in een derde land wederingevoerde goederen , zekere wijzigingen moeten ondergaan , teneinde rekening te houden met de bijzondere situatie die door het Verdrag tussen de Lid-Staten werd geschapen . De toepassing ervan zonder meer zou in talrijke gevallen hebben geleid tot een zwaardere invoerrechtenlast voor de veredelde goederen dan die welke het gevolg is van de toepassing van de thans in de Lid-Staten geldende voorschriften .

Een dergelijke verzwaring van de invoerrechtenlast zou zowel tegen de letter als tegen de geest van het Verdrag indruisen . Doordat zij geen rekening houden met het eventuele verschil tussen het invoerrecht dat op het oorspronkelijk uitgevoerde produkt van toepassing is en het voor de wederingevoerde goederen geldende recht , vermijden de in de onderhavige aanbeveling voorziene bepalingen voor het verkeer tussen de Lid-Staten deze verhoging van rechten . De toepassing ervan op alle vormen van loonveredeling die zich in de Lid-Staten voordoen zal de arbeidsverdeling binnen de Gemeenschap aanzienlijk vergemakkelijken .

Om deze redenen en krachtens de artikelen 27 en 155 van het Verdrag beveelt de Commissie de Lid-Staten aan de volgende voorschriften in hun wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen op douanegebied te doen opnemen :

I . De goederen welke na een tijdelijke uitvoer ter verwerking , bewerking of herstelling in een derde land , weder worden ingevoerd tot verbruik in het douanegebied van een Lid-Staat , worden onderworpen aan de invoerrechten waarmede zij zijn belast in de staat waarin zij bij de douane van bedoelde Lid-Staat weder worden aangebracht .

Voor zover volgens de wettelijke bepalingen van de Lid-Staat van wederinvoer de voorwaarden voor de toepassing van het stelsel van tijdelijke uitvoer ter verwerking , bewerking of herstelling zijn in acht genomen , wordt evenwel het bedrag van deze invoerrechten verminderd met het bedrag der invoerrechten waarmede de oorspronkelijk uitgevoerde produkten zouden zijn belast indien zij zouden worden ingevoerd uit het land waar zij zijn veredeld en in de staat waarin zij zich ten tijde van de tijdelijke uitvoer bevonden .

II . Voor de toepassing van de bepalingen van paragraaf I wordt het bedrag der invoerrechten dat betrekking heeft op de oorspronkelijk uitgevoerde produkten , berekend op basis van de hoeveelheid en de soort van deze produkten ten tijde van de uitvoer , doch met inachtneming van hun waarde op de dag van de wederinvoer en naar het tarief dat op die dag van toepassing is . Indien de oorspronkelijk uitgevoerde produkten van dezelfde aard zijn als die waarvoor in de betreffende Lid-Staat een tariefcontingent bestaat met een verlaagd recht of met vrijstelling van recht , dient voor de berekening van het daarop betrekking hebbende bedrag der invoerrechten in aanmerking te worden genomen het recht hetwelk is voorzien voor de onder het contingent ingevoerde produkten .

Ingeval het invoerrecht waarmede het veredelde goed is belast , lager is dan het recht hetwelk van toepassing is op de oorspronkelijk uitgevoerde produkten , dient voor de berekening van het bedrag van de daarop betrekking hebbende rechten in aanmerking te worden genomen het recht waarmede het veredelde goed is belast .

III . Ingeval op deugdelijke wijze wordt aangetoond dat de herstelling van een goed kosteloos is verricht hetzij op grond van contractuele of wettelijke garantieverplichtingen hetzij op grond van de aanwezigheid van een fabricagefout en voor zover de ter zake in de betreffende Lid-Staat geldende bepalingen zijn in acht genomen , geeft de wederinvoer van het herstelde goed niet tot enige heffing van invoerrechten aanleiding . Deze bepaling vindt evenwel geen toepassing indien ten tijde van de eerste invoer tot verbruik van bedoeld goed bij de vaststelling van zijn belastbare waarde rekening is gehouden met de gebreken die tot de tijdelijke uitvoer hebben geleid .

IV . De bepalingen van de paragrafen I tot en met III zijn tijdens de overgangsperiode eveneens van toepassing op de goederen welke in een Lid-Staat weder worden ingevoerd na voorafgaande tijdelijke uitvoer ter verwerking , bewerking of herstelling in een andere Lid-Staat , met dien verstande evenwel dat

a ) indien de wederingevoerde goederen niet voldoen aan de voorwaarden vereist voor de toepassing van de bepalingen van het Verdrag betreffende de geleidelijke afschaffing , tussen de Lid-Staten , van de invoerrechten en van de kwantitatieve beperkingen alsmede van alle maatregelen van gelijke werking , voor de oorspronkelijk uitgevoerde produkten in aanmerking worden genomen de rechten welke van toepassing zijn op de produkten van dezelfde soort welke uit derde landen worden ingevoerd ;

b ) indien de wederingevoerde goederen de voorwaarden vervullen voor de toepassing van de bepalingen van het Verdrag betreffende de geleidelijke afschaffing , tussen de Lid-Staten , van de invoerrechten en de kwantitatieve beperkingen alsmede van alle maatregelen van gelijke werking , het bedrag der invoerrechten dat betrekking heeft op de oorspronkelijk uitgevoerde produkten , wordt berekend naar het recht hetwelk is voorzien voor de wederingevoerde goederen .

Brussel , 29 november 1961

Voor de Commissie

De Voorzitter

W . HALLSTEIN

Top