This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 22021D2000
Decision No 1/2021 of the EPA Committee established by the stepping stone Economic Partnership Agreement between Côte D'Ivoire, of the one part, and the European Community and its Member States, of the other part of 20 October 2021 concerning the adoption of the procedures for the settlement of disputes and the code of conduct for arbitrators [2021/2000]
Besluit Nr. 1./2021 van het EPO-comité dat is opgericht bij de Tijdelijke Economische Partnerschapsovereenkomst tussen Ivoorkust, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, van 20 oktober 2021 tot vaststelling van de procedures voor de beslechting van geschillen en de gedragscode voor scheidsrechters [2021/2000]
Besluit Nr. 1./2021 van het EPO-comité dat is opgericht bij de Tijdelijke Economische Partnerschapsovereenkomst tussen Ivoorkust, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, van 20 oktober 2021 tot vaststelling van de procedures voor de beslechting van geschillen en de gedragscode voor scheidsrechters [2021/2000]
PUB/2021/868
PB L 408 van 17.11.2021, p. 8–18
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
17.11.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 408/8 |
BESLUIT Nr. 1./2021 VAN HET EPO-COMITÉ DAT IS OPGERICHT BIJ DE TIJDELIJKE ECONOMISCHE PARTNERSCHAPSOVEREENKOMST TUSSEN IVOORKUST, ENERZIJDS, EN DE EUROPESE GEMEENSCHAP EN HAAR LIDSTATEN, ANDERZIJDS,
van 20 oktober 2021
tot vaststelling van de procedures voor de beslechting van geschillen en de gedragscode voor scheidsrechters [2021/2000]
HET EPO-COMITÉ,
Gezien de Tijdelijke Economische Partnerschapsovereenkomst tussen Ivoorkust, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, die op 26 november 2008 te Abidjan is ondertekend en die sinds 3 september 2016 voorlopig wordt toegepast, en met name artikel 59, lid 1, en artikel 73,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel 59, lid 1, van de de Tijdelijke Economische Partnerschapsovereenkomst tussen Ivoorkust, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds (“de overeenkomst”), wordt bepaald dat op de procedures voor de beslechting van geschillen van hoofdstuk 3 (Procedures voor de beslechting van geschillen) van titel V (Vermijden en beslechten van geschillen) van de overeenkomst het reglement van orde van toepassing is, dat door het EPO-comité wordt vastgesteld. |
(2) |
Op grond van artikel 73 van de overeenkomst is, voor de tenuitvoerlegging ervan, het EPO-comité verantwoordelijk voor het beheer van alle door de overeenkomst bestreken gebieden en voor de uitvoering van alle daarin genoemde taken, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
1. De procedures voor de beslechting van geschillen en de aangehechte gedragscode voor scheidsrechters worden vastgesteld zoals opgenomen in de bijlage.
2. Deze procedures en deze gedragscode laten bijzondere regels die in de overeenkomst zijn vastgelegd of door het EPO-comité kunnen worden vastgesteld, onverlet.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt ondertekend.
Gedaan te Brussel, 20 oktober 2021.
Voor de Republiek Ivoorkust
Kalilou SYLLA
Voor de Europese Unie
Cristina MIRANDA GOZALVEZ
BIJLAGE
PROCEDURE VOOR DE BESLECHTING VAN GESCHILLEN
Artikel 1
Definities
Voor de toepassing van de onderhavige procedures voor de beslechting van geschillen (“reglement van orde”), wordt verstaan onder:
adviseur: een natuurlijke persoon die door een partij is aangesteld om die partij te adviseren of bij te staan bij een procedure van het arbitragepanel;
arbitragepanel: een op grond van artikel 50 van de overeenkomst ingesteld panel;
scheidsrechter: een lid van een op grond van artikel 50 van de overeenkomst ingesteld arbitragepanel;
assistent: een natuurlijke persoon die in het kader van het mandaat van een scheidsrechter voor die scheidsrechter onderzoek verricht of ondersteunende taken uitvoert;
dag: een kalenderdag;
dag die geen werkdag is: elke zaterdag en zondag en alle andere door een partij voor de toepassing van dit reglement als vrije dag aangewezen dagen;
vertegenwoordiger van een partij: een natuurlijke persoon in dienst van of aangewezen door een ministerie, een overheidsdienst of een ander overheidsorgaan van een partij, die de partij met betrekking tot een geschil met betrekking tot de overeenkomst vertegenwoordigt;
partij waartegen de klacht gericht is: de partij ten aanzien waarvan wordt gesteld dat zij inbreuk maakt op in artikel 46 van de overeenkomst bedoelde bepalingen;
klagende partij: de partij die op grond van artikel 49 van de overeenkomst om de instelling van een arbitragepanel verzoekt.
Artikel 2
Toepassingsgebied
1. De bepalingen van dit reglement van orde vormen een aanvulling op en specificatie van de overeenkomst, met name wat artikel 49 en volgende inzake arbitrage betreft.
2. Dit reglement van orde is bedoeld om de partijen in staat te stellen geschillen die tussen hen kunnen rijzen, te beslechten door met behulp van het arbitragemechanisme tot een wederzijds bevredigende oplossing te komen.
3. Alle partijen kunnen een beroep doen op arbitrage in het kader van de tenuitvoerlegging van de overeenkomst, met het oog op de beslechting van eventueel tussen hen gerezen geschillen.
Artikel 3
Inleiding van de arbitrageprocedure en Kennisgevingen
1. De arbitrageprocedure wordt geacht te zijn ingeleid op de datum waarop de partij waartegen de klacht gericht is en het EPO-comité het verzoek tot instelling van een arbitragepanel ontvangen overeenkomstig artikel 49, lid 2, van de overeenkomst.
2. Onder “kennisgeving” in de zin van dit reglement van orde wordt verstaan elk verzoek, elke mededeling, elk schriftelijk stuk of ander document in verband met de arbitrageprocedure, met dien verstande dat:
a) |
elke kennisgeving afkomstig van het arbitragepanel tegelijkertijd aan beide partijen wordt toegezonden; |
b) |
elke kennisgeving afkomstig van een partij en gericht tot het arbitragepanel, tegelijkertijd in kopie aan de andere partij wordt toegezonden; |
c) |
elke kennisgeving afkomstig van een partij en gericht tot de andere partij, in voorkomend geval tegelijkertijd in kopie aan het arbitragepanel wordt toegezonden. |
3. Alle kennisgevingen worden gedaan via e-mail of, indien van toepassing, via enige andere vorm van telecommunicatie waarbij de verzending wordt geregistreerd. De kennisgeving wordt geacht te zijn afgeleverd op de datum van verzending, tenzij wordt aangetoond dat dit niet het geval is.
4. Alle kennisgevingen worden respectievelijk aan het directoraat-generaal Handel van de Europese Commissie van de Europese Unie en aan de door Ivoorkust aangewezen coördinator toegezonden.
5. Kleine verschrijvingen in de kennisgevingen in verband met de arbitrageprocedure kunnen worden hersteld door indiening van een nieuwe kennisgeving waarin de daarin aangebrachte wijzigingen duidelijk zijn aangegeven.
6. Indien de laatste dag waarop een kennisgeving kan worden ingediend, valt op een dag die geen werkdag is in Ivoorkust of de Europese Unie, mag de kennisgeving op de volgende werkdag worden ingediend. Kennisgevingen of verzoeken van welke aard ook worden niet geacht te zijn ontvangen op een dag die geen werkdag is.
7. Afhankelijk van de aard van de kwesties waarop het geschil betrekking heeft, wordt van alle verzoeken en kennisgevingen die overeenkomstig dit reglement van orde aan het EPO-comité worden gezonden, tevens een kopie gestuurd naar de andere betrokken institutionele organen.
Artikel 4
Aanwijzing van scheidsrechters
1. Indien een scheidsrechter overeenkomstig artikel 50 van de overeenkomst door loting wordt aangewezen, stelt de voorzitter van het EPO-comité de partijen onmiddellijk in kennis van de datum, het tijdstip en de plaats van de loting.
2. De loting wordt verricht in aanwezigheid van de vertegenwoordigers van de partijen.
3. De voorzitter van het EPO-comité stelt elke aangewezen persoon schriftelijk in kennis van zijn of haar aanwijzing als scheidsrechter. Elke persoon bevestigt zijn of haar beschikbaarheid aan beide partijen binnen vijf dagen vanaf de datum waarop die persoon over zijn of haar aanwijzing werd geïnformeerd.
4. Indien de in artikel 64 van de overeenkomst bedoelde lijst van scheidsrechters niet is opgesteld of niet voldoende namen bevat op het moment waarop een verzoek krachtens artikel 50, lid 2, van de overeenkomst wordt ingediend, worden de scheidsrechters door loting aangewezen uit de personen die officieel door een of beide partijen zijn voorgedragen.
Artikel 5
Overleg tussen partijen en arbitragepanel
1. Tenzij de partijen anders overeenkomen, komen zij binnen zeven dagen na de datum van instelling van het arbitragepanel met dat panel bijeen om te beslissen over de aangelegenheden die de partijen of het arbitragepanel passend achten, met inbegrip van:
a) |
de aan de scheidsrechters verschuldigde bezoldigingen en vergoedingen, die in overeenstemming moeten zijn met de normen van de Wereldhandelsorganisatie (WTO); |
b) |
de bezoldiging van elke assistent van een scheidsrechter, ter hoogte van maximaal 50 procent van de totale bezoldiging van die scheidsrechter; |
c) |
het tijdschema van de procedure. |
2. De scheidsrechters en de vertegenwoordigers van de partijen kunnen per telefoon of per videoconferentie aan deze bijeenkomst deelnemen.
3. Tenzij de partijen binnen vijf dagen na de datum van instelling van het arbitragepanel anders overeenkomen, luidt de taakomschrijving van het panel als volgt:
“In het licht van de desbetreffende bepalingen van de overeenkomst de in het verzoek om instelling van het arbitragepanel beschreven aangelegenheid onderzoeken, zich uitspreken over de verenigbaarheid van de maatregel in kwestie met de in artikel 46 van de overeenkomst bedoelde bepalingen en een uitspraak doen overeenkomstig de artikelen 52, 62 en 63 van de overeenkomst.”.
4. De partijen stellen het arbitragepanel binnen drie dagen na het bereiken van overeenstemming over de taakomschrijving in kennis van de overeengekomen taakomschrijving.
Artikel 6
Schriftelijke stukken
Uiterlijk twintig dagen na de datum van instelling van het arbitragepanel dient de klagende partij haar eerste schriftelijke stuk in. Uiterlijk twintig dagen na de datum van indiening van het eerste schriftelijke stuk dient de partij waartegen de klacht gericht is, haar verweerschrift in.
Artikel 7
Werkwijze van de arbitragepanels
1. De voorzitter van het arbitragepanel zit alle bijeenkomsten van het panel voor. Een arbitragepanel kan de bevoegdheid tot het nemen van administratieve en procedurele besluiten op het betrokken gebied aan zijn voorzitter delegeren.
2. Overeenkomstig artikel 9 van dit reglement van orde zijn de scheidsrechters en de opgeroepen personen gedurende de hoorzitting aanwezig. Tenzij in de overeenkomst of in dit reglement van orde anders is bepaald en onverminderd artikel 9, lid 5, van dit reglement van orde, kan het arbitragepanel zijn activiteiten verrichten per telefoon, fax of via enig ander middel, waaronder digitale kanalen.
3. Hoewel alleen scheidsrechters aan de beraadslagingen van het arbitragepanel mogen deelnemen, kan het arbitragepanel toestaan dat zijn assistenten de beraadslagingen van het panel bijwonen.
4. Het opstellen van uitspraken is een exclusieve bevoegdheid van het arbitragepanel, die niet mag worden gedelegeerd.
5. Bevindingen, vaststellingen en aanbevelingen van het arbitragepanel overeenkomstig de artikelen 51 en 52 van de overeenkomst worden zoveel mogelijk bij consensus aangenomen; wanneer geen consensus kan worden bereikt, gebeurt dit met meerderheid van stemmen van de leden ervan. Scheidsrechters kunnen geen afzonderlijke meningen geven over aangelegenheden waarover geen unanimiteit is bereikt.
6. Wanneer zich een procedureel vraagstuk voordoet dat niet in de bepalingen van titel V van de overeenkomst (Vermijden en beslechten van geschillen) is geregeld, kan het arbitragepanel na overleg met de partijen een geschikte procedure vaststellen die in overeenstemming is met die bepalingen en een gelijke behandeling van de partijen waarborgt.
7. Wanneer het arbitragepanel van oordeel is dat een andere procedurele termijn dan die welke zijn vastgesteld in titel V van de overeenkomst (Vermijden en beslechten van geschillen) moet worden gewijzigd of dat een andere procedurele of administratieve aanpassing nodig is, stelt het de partijen schriftelijk in kennis van de redenen voor de wijziging of aanpassing, en van de benodigde termijn of aanpassing. Het arbitragepanel kan die wijziging of aanpassing na overleg met de partijen goedkeuren.
8. De partijen kunnen in onderling overleg alle in dit reglement van orde vermelde termijnen verlengen. Op verzoek van een partij kan het arbitragepanel de in het kader van de procedure toepasselijke termijnen wijzigen.
9. Op gezamenlijk verzoek van de partijen schorst het arbitragepanel de procedure op elk moment gedurende een door de partijen overeengekomen periode van ten hoogste twaalf opeenvolgende maanden.
10. In geval van schorsing worden de toepasselijke termijnen verlengd met een tijdsduur die overeenkomt met periode waarin de procedure bij het arbitragepanel geschorst was. Het arbitragepanel hervat de procedure op elk moment indien de partijen daar gezamenlijk om verzoeken, of aan het eind van de overeengekomen schorsingsperiode op schriftelijk verzoek van een van de partijen. Het verzoek wordt meegedeeld aan de voorzitter van het arbitragepanel en, in voorkomend geval, aan de andere partij. Indien de procedure bij het arbitragepanel gedurende meer dan twaalf opeenvolgende maanden is geschorst, vervalt de met de instelling van het arbitragepanel verleende bevoegdheid en wordt de procedure bij het arbitragepanel beëindigd. De partijen kunnen te allen tijde overeenkomen de procedure voor het arbitragepanel te beëindigen. In dat geval stellen de partijen de voorzitter van het arbitragepanel daarvan gezamenlijk in kennis.
11. De beëindiging van de werkzaamheden van het arbitragepanel doet geen afbreuk aan de rechten van de partijen in een andere procedure over dezelfde aangelegenheid uit hoofde van titel V van de overeenkomst (Vermijden en beslechten van geschillen).
Artikel 8
Vervanging
1. Indien een scheidsrechter niet aan de procedure kan deelnemen, zich terugtrekt of moet worden vervangen, wordt overeenkomstig artikel 50 van de overeenkomst een vervanger aangewezen.
2. Wanneer een partij van oordeel is dat een scheidsrechter de gedragscode voor scheidsrechters schendt en daarom moet worden vervangen, stelt zij de andere partij daarvan in kennis binnen vijftien dagen na de datum waarop zij kennis heeft gekregen van de omstandigheden die aan de vermeende schending van de gedragscode voor scheidsrechters door de scheidsrechter ten grondslag liggen.
3. De partijen plegen binnen 15 dagen na de in lid 2 van dit artikel bedoelde datum van kennisgeving overleg. De partijen stellen de scheidsrechter in kennis van zijn vermeende schending en kunnen hem verzoeken de noodzakelijke stappen te ondernemen om deze te verhelpen. Indien zij daarover tot overeenstemming komen, kunnen zij de scheidsrechter ook uit zijn functie ontzetten en een nieuwe scheidsrechter aanwijzen overeenkomstig de procedure van artikel 50, lid 2, van de overeenkomst en, in voorkomend geval, van artikel 50, lid 3, van de overeenkomst.
4. Indien de partijen het niet eens worden over de vraag of een scheidsrechter, niet zijnde de voorzitter, moet worden vervangen, kan elke partij verzoeken de aangelegenheid aan de voorzitter van het arbitragepanel voor te leggen, tegen wiens beslissing geen beroep kan worden ingesteld.
5. Indien de voorzitter, zoals gevraagd, concludeert dat een scheidsrechter de gedragscode voor scheidsrechters schendt, wordt overeenkomstig artikel 50, lid 3, van de overeenkomst een nieuwe scheidsrechter aangewezen.
6. Wanneer een partij van oordeel is dat de voorzitter van het arbitragepanel de gedragscode voor scheidsrechters schendt, plegen de partijen hierover onderling overleg en ontzetten zij, indien zij daarover tot overeenstemming komen, de scheidsrechter uit zijn functie en wijzen zij een plaatsvervanger aan overeenkomstig de procedure van artikel 50 van de overeenkomst.
7. Indien de partijen het niet eens worden over de vraag of de voorzitter moet worden vervangen, kan elke partij verzoeken de kwestie voor te leggen aan een van de personen op de krachtens artikel 64 van de overeenkomst opgestelde lijst van personen die zijn aangewezen om als voorzitter van het arbitragepanel te fungeren. Zijn of haar naam wordt door loting aangewezen door de voorzitter van het EPO-comité. De aldus gekozen persoon beslist of de voorzitter voldoet aan de eisen van de gedragscode voor scheidsrechters. Tegen de beslissing van deze persoon kan geen beroep worden ingesteld.
8. Indien wordt geoordeeld dat de voorzitter de gedragscode voor scheidsrechters schendt, wordt de nieuwe voorzitter aangewezen overeenkomstig artikel 50, lid 3, van de overeenkomst.
Artikel 9
Hoorzittingen
1. Op basis van het tijdschema dat is vastgesteld krachtens artikel 5, lid 1, stelt de voorzitter van het arbitragepanel, na overleg met de partijen en de overige scheidsrechters, de partijen in kennis van de datum, het tijdstip en de plaats van de hoorzitting. De partij die belast is met de logistieke organisatie van de procedure, maakt deze informatie toegankelijk voor het publiek, onder voorbehoud van artikel 11.
2. Tenzij de partijen anders overeenkomen, wordt de hoorzitting in Brussel gehouden als de klagende partij Ivoorkust is, en in Abidjan als de klagende partij de Europese Unie is.
3. Het arbitragepanel kan aanvullende hoorzittingen organiseren indien de partijen zulks overeenkomen.
4. Alle scheidsrechters zijn gedurende de gehele hoorzitting aanwezig.
5. De volgende personen kunnen een hoorzitting bijwonen, ongeacht of de procedure openstaat voor het publiek:
a) |
de vertegenwoordigers van de partijen; |
b) |
de adviseurs van de partijen; |
c) |
administratief personeel, tolken, vertalers en notulisten; |
d) |
de assistenten van de scheidsrechters; |
e) |
deskundigen die overeenkomstig artikel 60 van de overeenkomst door het arbitragepanel zijn gekozen. |
6. Uiterlijk vijf dagen voor de datum van een hoorzitting verstrekt elke partij het arbitragepanel en de andere partij een lijst met de namen van de natuurlijke personen die namens die partij op de hoorzitting pleidooien of uiteenzettingen zullen houden en van andere vertegenwoordigers of adviseurs van de partijen die de hoorzitting zullen bijwonen.
7. Het arbitragepanel voert de hoorzitting op de volgende wijze en ziet er daarbij op toe dat de klagende partij en de partij waartegen de klacht gericht is, dezelfde spreektijd hebben:
Pleidooien
a) |
pleidooi van de klagende partij; |
b) |
pleidooi van de partij waartegen de klacht gericht is. |
a) |
repliek van de klagende partij; |
b) |
dupliek van de partij waartegen de klacht gericht is. |
8. Het arbitragepanel kan op elk moment van de hoorzitting aan beide partijen vragen stellen.
9. Het arbitragepanel laat een proces-verbaal van de hoorzitting opstellen en laat dit binnen 15 dagen na de hoorzitting aan de partijen bezorgen. Tot maximaal vijf dagen na de bezorging van het proces-verbaal kunnen de partijen daarover opmerkingen indienen, die het arbitragepanel in zijn overweging kan betrekken.
10. Elke partij kan binnen tien dagen na de datum van de hoorzitting bij de scheidsrechters en de andere partij een aanvullend schriftelijk stuk indienen over alle aspecten die tijdens de hoorzitting aan de orde zijn gekomen.
Artikel 10
Schriftelijke vragen
1. Het arbitragepanel kan op elk moment van de procedure aan een of aan beide partijen schriftelijke vragen stellen. Beide partijen ontvangen een exemplaar van de vragen van het arbitragepanel.
2. Elke partij verstrekt voorts aan de andere partij een kopie van haar schriftelijke antwoord op de vragen van het arbitragepanel. Elke partij wordt in de gelegenheid gesteld binnen vijf dagen na de datum van het antwoord van de andere partij schriftelijke opmerkingen over dat antwoord in te dienen.
Artikel 11
Transparantie en vertrouwelijkheid
1. Elke partij en het arbitragepanel behandelen informatie die door de andere partij aan het arbitragepanel is verstrekt en als vertrouwelijk is aangemerkt, als vertrouwelijk. Wanneer een door een partij bij het arbitragepanel ingediend schriftelijk stuk vertrouwelijke informatie bevat, verstrekt zij binnen 15 dagen na de indiening van dat stuk tevens een niet-vertrouwelijke versie van het schriftelijke stuk, die openbaar mag worden gemaakt.
2. Niets in dit reglement van orde belet dat een partij haar eigen standpunten openbaar maakt voor zover zij, wanneer zij naar door de andere partij verstrekte informatie verwijst, geen informatie openbaar maakt die door de andere partij als vertrouwelijk is aangemerkt.
3. Het arbitragepanel komt in besloten zitting bijeen wanneer de stukken en pleidooien van een partij vertrouwelijke zakelijke informatie bevatten. Wanneer een hoorzitting van het arbitragepanel in besloten zitting plaatsvindt, respecteren de partijen het vertrouwelijke karakter van de hoorzitting.
Artikel 12
Eenzijdige contacten
1. Het arbitragepanel komt niet met een partij bijeen en neemt evenmin contact op met een partij in afwezigheid van de andere partij.
2. Een scheidsrechter mag inhoudelijke aspecten van de procedure niet met een partij of de partijen bespreken in afwezigheid van de andere scheidsrechters.
Artikel 13
Bijdragen van amici curiae
1. Niet-gouvernementele personen die op het grondgebied van een partij gevestigd zijn, kunnen in overeenstemming met het bepaalde in de punten 2 tot en met 5 als amicus curiae opmerkingen indienen bij het arbitragepanel.
2. Tenzij de partijen binnen vijf dagen na de datum van instelling van het arbitragepanel anders overeenkomen, kan het arbitragepanel ongevraagde schriftelijke stukken in ontvangst nemen, op voorwaarde dat deze stukken binnen tien dagen na de datum van instelling van het arbitragepanel worden ingediend, met inbegrip van eventuele bijlagen in elk geval niet meer dan 15 getypte bladzijden tellen en direct van belang zijn voor de kwestie die door het arbitragepanel wordt onderzocht.
3. Deze stukken bevatten een beschrijving van de natuurlijke of rechtspersoon die het stuk indient, met inbegrip van de aard van zijn activiteiten en zijn financieringsbron, alsook nadere gegevens over het belang dat die persoon bij de arbitrageprocedure heeft. De stukken zijn opgesteld in de talen die de partijen overeenkomstig artikel 16, leden 1 en 2, hebben gekozen.
4. De stukken worden verstrekt aan de partijen, zodat zij hun opmerkingen kunnen indienen. De partijen kunnen binnen tien dagen na de toezending van de stukken hun opmerkingen aan het arbitragepanel kenbaar maken.
5. Het arbitragepanel vermeldt in zijn uitspraak alle ontvangen stukken die voldoen aan de voorwaarden van dit reglement van orde. Het is niet verplicht in zijn uitspraak op de in die stukken naar voren gebrachte argumenten in te gaan.
Artikel 14
Dringende gevallen
In dringende gevallen als bedoeld in artikel 52, lid 2, en artikel 55 lid 2, van de overeenkomst past het arbitragepanel de in dit reglement van orde vastgestelde termijnen na overleg met de partijen zo nodig aan, in welk geval het de partijen daarvan in kennis stelt.
Artikel 15
Kosten
1. Elke partij draagt haar eigen kosten van deelname aan de arbitrageprocedure.
2. De partij waartegen de klacht gericht is, is belast met de logistieke organisatie van de arbitrageprocedure, in het bijzonder de organisatie van de hoorzittingen, en zij draagt alle kosten die voortvloeien uit de logistieke organisatie van de hoorzitting. De partijen dragen echter gezamenlijk en in gelijke mate de overige administratieve kosten in verband met de arbitrageprocedure en de bezoldiging en de kosten van de scheidsrechters en de kosten van hun assistenten.
Artikel 16
Werktaal voor de procedure, vertaling en vertolking
1. Tijdens het in artikel 50, lid 2, van de overeenkomst bedoelde overleg, en uiterlijk op de in artikel 5, lid 1, van dit reglement van orde bedoelde bijeenkomst proberen de partijen een gemeenschappelijke werktaal vast te stellen die een officiële taal is die beide partijen met elkaar gemeen hebben.
2. Indien de partijen geen overeenstemming bereiken over een gemeenschappelijke werktaal, draagt elke partij zorg voor de vertaling van haar schriftelijke stukken in de door de andere partij gekozen taal, tenzij de stukken zijn opgesteld in een van de werktalen van de WTO. De partij waartegen de klacht gericht is, zorgt voor de vertolking van de mondelinge uiteenzettingen naar de door de partijen gekozen talen.
3. De verslagen en uitspraken van het arbitragepanel worden opgesteld in de door de partijen gekozen taal of talen. Indien de partijen het niet eens zijn over een gemeenschappelijke werktaal, worden het tussentijds verslag, het eindverslag en de uitspraken van het arbitragepanel gepresenteerd in een van de werktalen van de WTO.
4. Eventuele kosten voor de vertaling van een uitspraak van het arbitragepanel in de door de partijen gekozen taal of talen worden gelijkelijk door de partijen gedragen.
5. Een partij kan opmerkingen indienen over de nauwkeurigheid van een overeenkomstig dit reglement van orde gemaakte vertaling van een document.
6. Elke partij draagt zelf de kosten die zij maakt in verband met de vertaling van haar schriftelijke stukken. De kosten voor de vertaling van uitspraken van het arbitragepanel worden gelijkelijk door de partijen gedragen.
Artikel 17
Berekening van termijnen
Alle termijnen die zijn vastgelegd in titel V (Vermijden en beslechten van geschillen) van de overeenkomst en in dit reglement van orde, met inbegrip van de termijnen waar arbitragepanels aan gehouden zijn voor de kennisgeving van hun uitspraken, kunnen met wederzijdse instemming van de partijen worden gewijzigd; zij worden gerekend in dagen vanaf de dag volgende op de handeling of het feit waarop zij betrekking hebben, tenzij anders is bepaald.
Artikel 18
Verdere procedures
De in dit reglement van orde vermelde termijnen worden aangepast overeenkomstig de bijzondere termijnen zoals voorzien in de procedures uit hoofde van de artikelen 54 tot en met 57 van de overeenkomst inzake de naleving van een uitspraak van het arbitragepanel.
Bijlage bij de procedures voor de beslechting van geschillen
GEDRAGSCODE VOOR SCHEIDSRECHTERS
Artikel 1
Definities
Voor de toepassing van deze gedragscode wordt verstaan onder:
— |
“scheidsrechter”: een lid van een op grond van artikel 50 van de overeenkomst ingesteld arbitragepanel; |
— |
“assistent”: een natuurlijke persoon die in het kader van het mandaat van een scheidsrechter voor die scheidsrechter onderzoek verricht of ondersteunende taken uitvoert; |
— |
“kandidaat”: een persoon wiens naam voorkomt op de in artikel 64 van de overeenkomst bedoelde lijst van scheidsrechters en wiens aanwijzing als scheidsrechter overeenkomstig artikel 50 van de overeenkomst wordt overwogen; |
— |
“bemiddelaar”: een natuurlijke persoon die overeenkomstig artikel 48 van de overeenkomst een bemiddeling verricht; |
— |
“personeel”: met betrekking tot een scheidsrechter, andere natuurlijke personen dan assistenten die onder zijn leiding en toezicht werkzaam zijn. |
Artikel 2
Grondbeginselen
1. Om de integriteit en de onpartijdigheid van het mechanisme voor geschillenbeslechting te vrijwaren, moet elke kandidaat-scheidsrechter:
a) |
kennis nemen van deze gedragscode; |
b) |
onafhankelijk en onpartijdig zijn; |
c) |
directe en indirecte belangenconflicten vermijden; |
d) |
laakbaar gedrag en de schijn van laakbaar gedrag of partijdigheid vermijden; |
e) |
de hoogste gedragsnormen in acht nemen, en |
f) |
zich niet laten beïnvloeden door eigenbelang, druk van buitenaf, politieke overwegingen, publieke protesten, trouw aan een partij of vrees voor kritiek. |
2. De scheidsrechters mogen rechtstreeks noch middellijk verplichtingen aangaan of voordelen aanvaarden die de goede uitoefening van hun taken verstoren of lijken te verstoren.
3. De scheidsrechters gebruiken hun positie als lid van het arbitragepanel niet om persoonlijke of particuliere belangen te dienen. Zij onthouden zich van handelingen die de indruk kunnen wekken dat anderen in een positie verkeren waardoor zij invloed op hen kunnen uitoefenen.
4. De scheidsrechters laten hun gedrag of oordeel niet beïnvloeden door huidige of vroegere financiële, zakelijke, professionele, persoonlijke of sociale relaties of verantwoordelijkheden.
5. De scheidsrechters gaan geen relaties aan of verwerven geen financiële belangen die hun onpartijdigheid in het gedrang kunnen brengen of waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat daarmee de schijn van laakbaar gedrag of partijdigheid wordt gewekt.
Artikel 3
Openbaarmakingsplicht
1. Voorafgaand aan de bevestiging van hun aanwijzing als scheidsrechter op grond van artikel 50 van de overeenkomst geven de kandidaten opening van zaken over alle belangen, relaties of aangelegenheden die van invloed kunnen zijn op hun onafhankelijkheid of onpartijdigheid of waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij tijdens de procedure de schijn van laakbaar gedrag of partijdigheid zouden kunnen wekken.
2. Daartoe doen de kandidaten alle redelijke inspanningen om zich bewust te worden van dergelijke belangen, relaties en aangelegenheden, met inbegrip van financiële belangen, professionele belangen, werkgelegenheids- of familiebelangen.
3. De openbaarmakingsplicht krachtens lid 1 van dit artikel heeft een permanent karakter; scheidsrechters moeten dergelijke belangen, relaties en aangelegenheden derhalve openbaar maken ongeacht het stadium van de procedure waarin deze zich voordoen.
4. De kandidaten of scheidsrechters delen het EPO-comité ter overweging door de partijen onverwijld alle eventuele aangelegenheden met betrekking tot feitelijke of mogelijke schendingen van deze gedragscode mee nadat zij zich ervan bewust zijn geworden.
Artikel 4
Taken van scheidsrechters
1. Na de aanvaarding van hun aanwijzing zijn de scheidsrechters beschikbaar voor de vervulling van hun taken, die zij gedurende de gehele procedure nauwgezet, snel en billijk uitoefenen.
2. De scheidsrechters onderzoeken uitsluitend vragen die in de procedure aan de orde worden gesteld en voor de uitspraak noodzakelijk zijn, en delegeren deze taak niet aan een andere persoon.
3. De scheidsrechters nemen alle passende maatregelen om ervoor te zorgen dat hun assistenten en personeel bekend zijn met de artikelen 2, 3, 4 en 6 van deze gedragscode en deze naleven.
Artikel 5
Verplichtingen van voormalige scheidsrechters
Voormalige scheidsrechters vermijden handelingen die de schijn kunnen wekken dat zij bij de uitoefening van hun taken partijdig waren of voordeel hadden bij de uitspraak van het arbitragepanel.
Artikel 6
Vertrouwelijkheid
1. De scheidsrechters of voormalige scheidsrechters mogen op geen enkel tijdstip niet-openbare informatie over of verkregen tijdens een procedure openbaar maken of gebruiken, behalve voor de doeleinden van die procedure, en mogen deze informatie in geen geval openbaar maken of gebruiken om persoonlijk voordeel te behalen, anderen voordeel te verschaffen of de belangen van anderen te schaden.
2. De scheidsrechters mogen uitspraken van het arbitragepanel of delen daarvan niet openbaar maken voordat zij overeenkomstig artikel 63 van de overeenkomst worden bekendgemaakt.
3. De scheidsrechters of voormalige scheidsrechters mogen op geen enkel tijdstip informatie over de beraadslagingen van een arbitragepanel of over het standpunt van een panellid openbaar maken.
Artikel 7
Uitgaven
De scheidsrechters houden de aan de procedure bestede tijd en de hiervoor gedane uitgaven, alsmede de door zijn assistent hieraan bestede tijd en hiervoor gedane uitgaven, bij en leggen hiervan een eindafrekening voor aan de partijen.
Artikel 8
Bemiddelaars
Deze gedragscode is van overeenkomstige toepassing op bemiddelaars.