This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 22005D0157
Decision of the EEA Joint Committee No 157/2005 of 2 December 2005 amending Annex XXII (Company law) to the EEA Agreement
Besluit nr. 157/2005 van het Gemengd Comité van de EER van 2 december 2005 tot wijziging van bijlage XXII (Vennootschapsrecht) bij de EER-Overeenkomst
Besluit nr. 157/2005 van het Gemengd Comité van de EER van 2 december 2005 tot wijziging van bijlage XXII (Vennootschapsrecht) bij de EER-Overeenkomst
PB L 53 van 23.2.2006, p. 62–63
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(BG, RO, HR)
In force
23.2.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 53/62 |
BESLUIT Nr. 157/2005 VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER
van 2 december 2005
tot wijziging van bijlage XXII (Vennootschapsrecht) bij de EER-Overeenkomst
HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,
Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna „de Overeenkomst” genoemd, en met name op artikel 98,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bijlage XXII bij de Overeenkomst werd gewijzigd bij Besluit nr. 107/2005 van het Gemengd Comité van de EER (1). |
(2) |
Aanbeveling 2004/913/EG van de Commissie van 14 december 2004 ter bevordering van de toepassing van een passende regeling voor de beloning van bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen (2) moet in de Overeenkomst worden opgenomen. |
(3) |
Aanbeveling 2005/162/EG van de Commissie van 15 februari 2005 betreffende de taak van niet bij het dagelijks bestuur betrokken bestuurders of commissarissen van beursgenoteerde ondernemingen en betreffende de comités van de raad van bestuur of van de raad van commissarissen (3), moet in de Overeenkomst worden opgenomen, |
BESLUIT:
Artikel 1
In bijlage XXII van de Overeenkomst worden onder „BESLUITEN WAARMEE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN REKENING DIENEN TE HOUDEN” na punt 13 (Aanbeveling 2001/453/EG van de Commissie) de volgende punten ingevoegd:
14. |
„32004 H 0913: Aanbeveling 2004/913/EG van de Commissie van 14 december 2004 ter bevordering van de toepassing van een passende regeling voor de beloning van bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen (PB L 385 van 29.12.2004, blz. 55). |
15. |
32005 H 0162: Aanbeveling 2005/162/EG van de Commissie van 15 februari 2005 betreffende de taak van niet bij het dagelijks bestuur betrokken bestuurders of commissarissen van beursgenoteerde ondernemingen en betreffende de comités van de raad van bestuur of van de raad van commissarissen (PB L 52 van 25.2.2005, blz. 51).”. |
Artikel 2
De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en Noorse taal van de Aanbevelingen 2004/913/EG en 2005/162/EG zijn authentiek.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op 3 december 2005, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de Overeenkomst bedoelde kennisgevingen aan het Gemengd Comité van de EER hebben plaatsgevonden (4).
Artikel 4
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 2 december 2005.
Voor het Gemengd Comité van de EER
De voorzitter
Z.D.H. Prins Nikolaus von LIECHTENSTEIN
(1) PB L 306 van 24.11.2005, blz. 45.
(2) PB L 385 van 29.12.2004, blz. 55.
(3) PB L 52 van 25.2.2005, blz. 51.
(4) Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.