This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 22001D0358
2001/358/EC: Decision No 3/2001 of the EU-Romania Association Council of 23 March 2001 adopting the terms and conditions for the participation of Romania in the financial instrument for the environment (LIFE)
2001/358/EG: Besluit nr. 3/2001 van de Associatieraad EU-Roemenië van 23 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor de deelname van Roemenië aan het financieringsinstrument van de Gemeenschap voor het milieu (Life)
2001/358/EG: Besluit nr. 3/2001 van de Associatieraad EU-Roemenië van 23 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor de deelname van Roemenië aan het financieringsinstrument van de Gemeenschap voor het milieu (Life)
PB L 127 van 9.5.2001, p. 45–47
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2004
2001/358/EG: Besluit nr. 3/2001 van de Associatieraad EU-Roemenië van 23 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor de deelname van Roemenië aan het financieringsinstrument van de Gemeenschap voor het milieu (Life)
Publicatieblad Nr. L 127 van 09/05/2001 blz. 0045 - 0047
Besluit nr. 3/2001 van de Associatieraad EU-Roemenië van 23 maart 2001 tot vaststelling van de voorwaarden voor de deelname van Roemenië aan het financieringsinstrument van de Gemeenschap voor het milieu (Life) (2001/358/EG) DE ASSOCIATIERAAD, Gelet op de Europaovereenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Roemenië, anderzijds(1), getekend te Brussel op 1 februari 1993, met name op de artikelen 1 en 2 van het aanvullend protocol(2), Overwegende hetgeen volgt: (1) Roemenië mag, overeenkomstig artikel 1 van het aanvullend protocol, deelnemen aan communautaire kaderprogramma's, specifieke programma's, projecten en andere activiteiten, met name op het gebied van het milieu. (2) Overeenkomstig artikel 2 van genoemd protocol wordt over de voorwaarden voor de deelname van Roemenië aan deze activiteiten besloten door de Associatieraad. (3) Krachtens Besluit nr. 1/98 van de Associatieraad EU-Roemenië(3) neemt Roemenië sedert 1 januari 1999 deel aan het financieringsinstrument voor het milieu (Life), BESLUIT: Artikel 1 Roemenië neemt met ingang van 1 januari 2001 deel aan het financieringsinstrument voor het milieu (hierna Life genoemd) overeenkomstig de voorwaarden die zijn opgenomen in de bijlagen I en II, die een integrerend deel vormen van dit besluit. Artikel 2 Dit besluit is van toepassing gedurende de hele looptijd van de derde fase van Life, welke ingaat op 1 januari 2001. Artikel 3 Voorstellen die door Roemenië bij de Commissie worden ingediend vóór 31 oktober 2000 voor Life-Natuur en vóór 30 november 2000 voor Life-Milieu, komen voor beoordeling in aanmerking. Artikel 4 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen. Gedaan te Brussel, 23 maart 2001. Voor de Associatieraad De voorzitter A. Lindh (1) PB L 357 van 31.12.1994, blz. 2. (2) PB L 317 van 30.12.1995, blz. 40. (3) PB L 35 van 9.2.1999, blz. 1. BIJLAGE I Voorwaarden voor de deelname van de Republiek Roemenië aan het financieringsinstrument voor het milieu (Life) 1. Roemenië neemt deel aan alle activiteiten in het kader van Life, overeenkomstig de doelstellingen, criteria, procedures en termijnen die zijn vastgelegd in Verordening (EG) nr. 1655/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 betreffende het financieringsinstrument voor het milieu (Life)(1). 2. Met het oog op deelname aan het programma betaalt Roemenië jaarlijks een bijdrage aan de algemene begroting van de Europese Unie, overeenkomstig de in bijlage II opgenomen voorwaarden. Teneinde rekening te houden met ontwikkelingen in Life en wijzigingen in het absorptievermogen van Roemenië, kan het Associatiecomité, indien het dit wenselijk acht, deze bijdrage aanpassen om een verstoring van het begrotingsevenwicht bij de uitvoering van het programma te vermijden. 3. Voor instellingen, organisaties en personen uit Roemenië gelden met betrekking tot de indiening, evaluatie en selectie van inschrijvingen dezelfde voorwaarden als voor instellingen, organisaties en personen uit de Gemeenschap. Bij de benoeming van onafhankelijke deskundigen overeenkomstig de desbetreffende bepalingen in het besluit tot vaststelling van het programma kan de Commissie ook deskundigen uit Roemenië aanwijzen om haar bij de evaluatie van projecten te helpen. 4. Teneinde de communautaire dimensie van Life te waarborgen, dienen bij transnationale projecten en activiteiten waarvoor Roemenië voorstellen indient, waar van toepassing ten minste één partner uit een lidstaat van de Gemeenschap te worden betrokken. 5. In het kader van de bestaande voorschriften stellen de lidstaten van de Gemeenschap en Roemenië alles in het werk om het vrije verkeer tussen en verblijf in Roemenië en de lidstaten van de Gemeenschap te vergemakkelijken voor alle deskundigen en andere betrokken personen die zich tussen Roemenië en de lidstaten van de Gemeenschap verplaatsen met het oog op deelname aan de onder dit besluit vallende activiteiten. 6. De onder dit besluit vallende activiteiten zijn, wat betreft de goederen en diensten die bestemd zijn om in dat verband te worden gebruikt, vrijgesteld van Roemeense indirecte belastingen en douanerechten, alsook van in- en uitvoerverboden en -beperkingen. 7. Onverminderd de bevoegdheden van de Commissie van de Europese Gemeenschappen en de Rekenkamer van de Europese Gemeenschappen in verband met het toezicht op en de beoordeling van het programma overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1655/2000 (Life), wordt op de deelname van Roemenië aan het programma voortdurend toezicht uitgeoefend, zulks op basis van partnerschap tussen de Commissie van de Europese Gemeenschappen en Roemenië. Roemenië neemt deel aan alle andere in dit verband door de Gemeenschap ondernomen specifieke activiteiten. 8. Conform het Financieel Reglement van de Gemeenschap dienen de contractuele regelingen die met Roemeense partijen worden getroffen, te voorzien in controles en audits welke door of op gezag van de Commissie en de Rekenkamer worden uitgevoerd. Met name kunnen financiële audits worden uitgevoerd teneinde de inkomsten en uitgaven van bedoelde partijen in het licht van hun contractuele verplichtingen ten overstaan van de Gemeenschap te controleren. Met het oog op de samenwerking en de wederzijdse belangen verstrekken de betrokken Roemeense autoriteiten alle redelijkerwijs mogelijke assistentie die in de gegeven omstandigheden nodig of nuttig kan zijn voor de uitvoering van die controles en audits. 9. Onverminderd de procedures van artikel 3, lid 7, en artikel 11 van Verordening (EG) nr. 1655/2000 nemen vertegenwoordigers van Roemenië, voor de punten die hen betreffen, als waarnemers deel aan de desbetreffende comitévergaderingen. De vertegenwoordigers van Roemenië zijn niet aanwezig wanneer er in het comité andere punten worden besproken of wanneer er wordt gestemd. 10. Voor alle contacten met de Commissie wordt bij het inschrijven, het opstellen van contracten en verslagen en andere administratieve aangelegenheden in verband met de programma's gebruikgemaakt van een van de officiële talen van de Gemeenschap. 11. De Gemeenschap en Roemenië kunnen de onder dit besluit vallende activiteiten te allen tijde door middel van een schriftelijke kennisgeving en met inachtneming van een opzegtermijn van twaalf maanden beëindigen. De op het moment van de stopzetting nog lopende projecten en activiteiten worden voltooid onder de in de desbetreffende overeenkomsten vastgelegde voorwaarden. (1) PB L 192 van 28.7.2000, blz. 1. BIJLAGE II Financiële bijdrage van de Republiek Roemenië aan Life 1. De financiële bijdrage van Roemenië aan de algemene begroting van de Europese Unie voor deelname aan Life bedraagt 2280000 EUR voor elk van de eerste twee begrotingsjaren. In genoemd bedrag zijn de extra administratiekosten begrepen. De bijdrage van Roemenië voor de volgende periode wordt door de Associatieraad vastgesteld in de loop van 2002. 2. Roemenië betaalt de bovengenoemde bijdrage deels uit zijn nationale begroting en deels uit zijn nationale Phare-programma. De vereiste Phare-middelen, waarvoor een aparte Phare-programmeringsprocedure geldt, worden Roemenië ter beschikking gesteld door middel van een apart financieringsmemorandum. Samen met de middelen uit de Roemeense nationale begroting vormen zij de eigen bijdrage van Roemenië, waaruit het land zal putten om te voldoen aan het jaarlijkse verzoek tot storting van de Commissie. 3. Onderstaand schema geeft de benodigde Phare-middelen weer: - 1093000 EUR voor de bijdrage aan Life voor het eerste jaar (2001); - 1093000 EUR voor het tweede jaar. Het resterende gedeelte van de bijdrage van Roemenië wordt met middelen uit de Roemeense nationale begroting gedekt. 4. Het Financieel Reglement van 21 december 1977 dat op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen van toepassing is(1), geldt ook voor het beheer van de bijdrage van Roemenië. Reis- en verblijfkosten van Roemeense vertegenwoordigers en deskundigen in verband met hun deelname, als waarnemers, aan de werkzaamheden van het in bijlage I, punt 9, genoemde comité en aan andere vergaderingen in samenhang met de uitvoering van Life worden door de Commissie vergoed op dezelfde grondslag en volgens de procedures die gelden voor niet-gouvernementele deskundigen van de lidstaten van de Europese Unie. 5. Bij de inwerkingtreding van dit besluit en het begin van ieder nieuw jaar doet de Commissie Roemenië een verzoek tot storting toekomen ter hoogte van de bijdrage van dat land aan Life overeenkomstig dit besluit. Deze bijdrage wordt uitgedrukt in euro en dient te worden overgemaakt op een in euro gestelde bankrekening van de Commissie. De bijdrage van Roemenië stemt overeen met het verzoek tot storting en dient te worden voldaan: - niet later dan 1 april voor het gedeelte gefinancierd uit de Roemeense nationale begroting, op voorwaarde dat het verzoek tot storting van de Commissie vóór 1 maart is verzonden, of, indien dit na deze datum is gebeurd, uiterlijk één maand na de verzending van het verzoek tot storting; - niet later dan 1 april voor het gedeelte gefinancierd uit Phare-middelen, op voorwaarde dat de desbetreffende bedragen vóór die datum aan Roemenië zijn overgemaakt, of uiterlijk binnen 30 dagen nadat deze middelen aan Roemenië zijn overgemaakt. Bij vertraging in de betaling van de bijdrage betaalt Roemenië rente over het op de vervaldag nog openstaande bedrag. De rentevoet is die welke door de Europese Centrale Bank op de datum waarop de betalingstermijn verstrijkt, voor haar transacties in euro wordt toegepast, vermeerderd met anderhalf procentpunt. (1) PB L 356 van 31.12.1977, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2673/1999 (PB L 326 van 18.12.1999, blz. 1).