This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 11997E159
Treaty establishing the European Community (Amsterdam consolidated version)#Part Three: Community policies#Title XVII: Economic and social cohesion#Article 159#Article 130b - EC Treaty (Maastricht consolidated version)
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam)
Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap
Titel XVII: Economische en sociale samenhang
Artikel 159
Artikel 130 B - Verdrag EG (Geconsolideerde Versie Maastricht)
Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam)
Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap
Titel XVII: Economische en sociale samenhang
Artikel 159
Artikel 130 B - Verdrag EG (Geconsolideerde Versie Maastricht)
In force
Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam) - Derde deel: Het beleid van de Gemeenschap - Titel XVII: Economische en sociale samenhang - Artikel 159 - Artikel 130 B - Verdrag EG (Geconsolideerde Versie Maastricht)
Publicatieblad Nr. C 340 van 10/11/1997 blz. 0250 - Geconsolideerde versie
Publicatieblad Nr. C 224 van 31/08/1992 blz. 0050 - Geconsolideerde versie
Verdrag tot oprichting van de Europeese Gemeenschap (Geconsolideerde Versie Amsterdam) Artikel 159 De lidstaten voeren hun economisch beleid en coördineren dit mede met het oog op het verwezenlijken van de doelstellingen van artikel 158. De vaststelling en de tenuitvoerlegging van het beleid en van de maatregelen van de Gemeenschap en de totstandbrenging van de interne markt houden rekening met de doelstellingen van artikel 158 en dragen bij tot de verwezenlijking daarvan. De Gemeenschap ondersteunt deze verwezenlijking tevens door haar optreden via de structuurfondsen (Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de landbouw, afdeling Oriëntatie, Europees Sociaal Fonds, Europees Fonds voor regionale ontwikkeling), de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten. De Commissie brengt om de drie jaar aan het Europees Parlement, de Raad, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de regio's verslag uit over de vooruitgang die is geboekt bij de verwezenlijking van de economische en sociale samenhang, alsmede over de wijze waarop de diverse in dit artikel bedoelde middelen daartoe hebben bijgedragen. Dit verslag gaat in voorkomend geval vergezeld van passende voorstellen. Indien specifieke maatregelen buiten de fondsen om noodzakelijk blijken, kunnen zulke maatregelen, onverminderd de maatregelen waartoe in het kader van ander beleid van de Gemeenschap wordt besloten, door de Raad op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de regio's, met eenparigheid van stemmen worden vastgesteld.