This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 02020R1148-20240101
Commission Implementing Regulation (EU) 2020/1148 of 31 July 2020 laying down the methodological and technical specifications in accordance with Regulation (EU) 2016/792 of the European Parliament and of the Council as regards harmonised indices of consumer prices and the house price index (Text with EEA relevance)Text with EEA relevance
Consolidated text: Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1148 van de Commissie van 31 juli 2020 tot vaststelling van de methodologische en technische specificaties overeenkomstig Verordening (EU) 2016/792 van het Europees Parlement en de Raad wat de geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen en van het indexcijfer van de huizenprijzen betreft (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1148 van de Commissie van 31 juli 2020 tot vaststelling van de methodologische en technische specificaties overeenkomstig Verordening (EU) 2016/792 van het Europees Parlement en de Raad wat de geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen en van het indexcijfer van de huizenprijzen betreft (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2020/1148/2024-01-01
02020R1148 — NL — 01.01.2024 — 001.001
Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/1148 VAN DE COMMISSIE van 31 juli 2020 tot vaststelling van de methodologische en technische specificaties overeenkomstig Verordening (EU) 2016/792 van het Europees Parlement en de Raad wat de geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen en van het indexcijfer van de huizenprijzen betreft (PB L 252 van 4.8.2020, blz. 12) |
Gewijzigd bij:
|
|
Publicatieblad |
||
nr. |
blz. |
datum |
||
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2023/1470 VAN DE COMMISSIE van 17 juli 2023 |
L 181 |
1 |
18.7.2023 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/1148 VAN DE COMMISSIE
van 31 juli 2020
tot vaststelling van de methodologische en technische specificaties overeenkomstig Verordening (EU) 2016/792 van het Europees Parlement en de Raad wat de geharmoniseerde indexcijfers van de consumptieprijzen en van het indexcijfer van de huizenprijzen betreft
(Voor de EER relevante tekst)
HOOFDSTUK 1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1
Bij deze verordening worden uniforme voorwaarden vastgesteld voor de productie van het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen (HICP) en het geharmoniseerde indexcijfer van de consumptieprijzen tegen constante belastingtarieven (HICP-CT).
Artikel 2
Definities
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
“aandeel in de bestedingen”: een percentage van de totale monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens, zoals gespecificeerd in de bijlage;
“sub-indexcijfergewicht”: het gewicht voor elke categorie van de Europese classificatie van individuele consumptie naar doel (ECOICOP), zoals vastgesteld in bijlage I bij Verordening (EU) 2016/792, opgenomen in de HICP;
“doeluniversum” van de HICP: alle transacties die deel uitmaken van de monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens;
“productaanbod” een product gespecificeerd door de kenmerken, het tijdstip en de plaats van aankoop en de voorwaarden van levering, en waarvoor een prijs wordt waargenomen;
“homogeen product”: een reeks productaanbiedingen waarbij geen sprake is van significante kwaliteitsverschillen en waarvoor een gemiddelde prijs wordt berekend;
“individueel product”: een productaanbod of een homogeen product;
“doelsteekproef”: een reeks individuele producten die betrekking hebben op transacties uit het doeluniversum en waarvoor prijsgegevens moeten worden gebruikt voor de samenstelling van de HICP;
“kwaliteitsverschil”: een verschil tussen de kenmerken, het tijdstip en de plaats van aankoop en de voorwaarden van levering van twee individuele producten, indien dit vanuit het oogpunt van de consument relevant is;
“vervangend product”: een individueel product dat een ander individueel product in de doelsteekproef vervangt;
“kwaliteitscorrectie”: een procedure om de waargenomen prijs van een vervangend product of van het te vervangen product te verhogen of te verlagen met de waarde van het kwaliteitsverschil tussen deze producten;
“waargenomen prijs”: de consumentenprijs van een individueel product, zoals die door de lidstaat wordt gebruikt voor de berekening van de HICP;
“geschatte prijs”: een prijs die is gebaseerd op een passende schattingsprocedure;
“elementair aggregaat”: het kleinste aggregaat dat wordt gebruikt in een indexcijfer van het Laspeyres-type;
“elementaire prijsindex”: een index voor een elementair aggregaat of een index voor een stratum binnen een elementair aggregaat;
“transitiviteit”: het gegeven dat een index die de perioden a) en b) indirect vergelijkt via periode c), overeenstemt met een index die de perioden a) en b) rechtstreeks vergelijkt;
“omkeerbaarheid in de tijd”: het gegeven dat de index tussen de perioden a) en b) gelijk is aan het omgekeerde van dezelfde index tussen de perioden b) en a);
“vergoeding”: een gedeeltelijke of volledige betaling door de overheid of instellingen zonder winstoogmerk ten bate van huishoudens van goedgekeurde aankopen door huishoudens van specifieke producten zoals gedefinieerd in de punten 4.108 tot en met 4.110 van bijlage A bij Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad ( 1 ) (ESR 2010);
“aansporing”: een vaak tijdelijke wijziging in de kenmerken van een individueel product, door de hoeveelheid van het product te verhogen, een ander individueel product gratis toe te voegen of de consument andere voordelen te bieden;
“werkelijke premies”: de bedragen die zijn betaald voor een specifieke verzekeringspolis om gedurende een bepaalde periode verzekerd te zijn;
“impliciet in rekening gebrachte vergoeding voor de dienst”: de output van de verzekeraars zoals gedefinieerd in punt 16.51 van bijlage A bij het ESR 2010;
“uitkeringen schadeverzekering” uitkeringen als omschreven in punt 4.114 van bijlage A bij het ESR 2010;
“seizoensgebonden product”: een individueel product dat volgens een terugkerend patroon slechts een deel van een jaar verkrijgbaar is of in significante hoeveelheden wordt gekocht. Voor elke maand wordt vastgesteld of het product in of buiten het seizoen is. Het seizoen kan per jaar verschillen;
“gangbare prijs”: een geschatte prijs voor een seizoensgebonden product, niet zijnde een uitzonderlijke prijs zoals een opruimingsprijs aan het einde van het seizoen;
“seizoensgebonden imputatiemethode”: een methode waarbij de prijzen van seizoensproducten buiten het seizoen worden geschat aan de hand van een contraseizoensschatting of een schatting alle seizoenen;
“contraseizoensschatting”: een procedure om een geschatte prijs voor een seizoensgebonden product te verkrijgen, zodat:
in de eerste maand buiten het seizoen een gangbare prijs van het vorige seizoen wordt gebruikt;
in de volgende manden buiten het seizoen de geschatte prijs gelijk is aan de prijs van de voorgaande maand, gecorrigeerd met de gemiddelde verandering in de waargenomen prijzen van alle seizoensproducten in het seizoen in dezelfde groep, klasse, subklasse of hetzelfde aggregaat van de ECOICOP, op elk niveau onder de subklasse;
“schatting alle seizoenen”: een procedure om een geschatte prijs voor een seizoensgebonden product te verkrijgen, zodat:
in de eerste maand buiten het seizoen een gangbare prijs van het vorige seizoen wordt gebruikt;
in de volgende maanden buiten het seizoen is de geraamde prijs gelijk aan de prijs van de voorgaande maand, aangepast door de gemiddelde verandering in waargenomen prijzen voor alle afzonderlijke producten in dezelfde groep, klasse, subklasse of hetzelfde aggregaat op elk niveau onder de subklasse;
“seizoensgewichtenmethode”: een behandeling van seizoensgebonden producten waarbij gewichten voor seizoensgebonden producten buiten het seizoen nul zijn of op nul worden gesteld;
“tarief”: een lijst van prijzen en voorwaarden voor een product dat is gedifferentieerd naargelang van de aangekochte hoeveelheden, het tijdstip van verbruik of de kenmerken van de kopers;
“herziening”: een wijziging in de indexen of gewichten die door de Commissie (Eurostat) worden gepubliceerd. Een wijziging tussen de flashraming en de HICP voor dezelfde referentiemaand mag niet als een herziening worden aangemerkt;
“voorlopige gegevens”: indexen of gewichten die een lidstaat naar verwachting in een volgende maand zal afronden;
“overheidssector”: de centrale overheid, deelstaatoverheid, lokale overheid en socialezekerheidsfondsen, zoals gedefinieerd in de punten 2.113 tot en met 2.117 van bijlage A bij het ESR 2010;
“productgebonden belastingen”: belastingen die verschuldigd zijn per eenheid van bepaalde goederen of diensten die worden geproduceerd of verhandeld, als omschreven in punt 4.16 tot en met 4.20 van bijlage A bij het ESR 2010;
“individuele belastingen op het toepassingsgebied van de HICP-CT”: individuele productgebonden belastingen die verband houden met de consumptie van de huishoudens en die zijn opgenomen in de volgende categorieën, zoals gedefinieerd in tabel 9 (“Gedetailleerde ontvangsten en ontvangsten van sociale premies, uitgesplitst naar soort belasting of sociale bijdrage en ontvangende deelsector, met inbegrip van de lijst van belastingen en sociale premies volgens de nationale classificatie”) in bijlage B bij het ESR 2010:
D.211 Belasting over de toegevoegde waarde (btw);
D.2122e Belastingen op specifieke diensten;
D.214a Accijnzen en verbruiksbelastingen (met uitzondering van die welke zijn opgenomen onder de belastingen op invoer);
D.214d Belastingen op de registratie van auto’s;
D.214e Vermakelijkheidsbelastingen;
D.214 g Belastingen op verzekeringspremies;
D.214h Overige belastingen op specifieke diensten;
D.214l Overige productgebonden belastingen, n.e.g.
HOOFDSTUK 2
GEHARMONISEERD INDEXCIJFER VAN DE CONSUMPTIEPRIJZEN EN GEHARMONISEERD INDEXCIJFER VAN DE CONSUMPTIEPRIJZEN TEGEN CONSTANTE BELASTINGTARIEVEN
Artikel 3
Gewichten
De lidstaten leiden de in de index voor het jaar t gebruikte gewicht van de sub-indexcijfers en de elementaire aggregaten als volgt af:
Tot en met 31 december 2022 worden gegevens van de nationale rekeningen voor jaar t-2 en alle beschikbare en relevante informatie uit de budgetonderzoeken en andere gegevensbronnen gebruikt om de aandelen in de bestedingen van de subklasse te verkrijgen en deze te verdelen over de elementaire aggregaten van de subklasse. Vanaf 1 januari 2023 worden gegevens van de nationale rekeningen voor jaar t-2 gebruikt, die kunnen worden aangevuld met gegevens uit een recent budgetonderzoek en andere bronnen, om de aandelen in de bestedingen van de subklasse te verkrijgen en deze te verdelen over de elementaire aggregaten van de subklasse;
De aandelen in de bestedingen voor jaar t-2 worden herzien en geactualiseerd zodat zij representatief zijn voor jaar t-1;
De aandelen in de bestedingen voor de elementaire aggregaten worden aangepast met een passende prijswijziging tussen jaar t-1 en december van jaar t-1.
Artikel 4
Steekproeftrekking en representativiteit
Artikel 5
Behandeling van prijzen
Artikel 6
Kortingen en aansporingen
De lidstaten houden rekening met de kortingen die:
kunnen worden toegekend aan een individueel product, en
direct kunnen worden verrekend op het moment van aankoop.
Waar mogelijk wordt rekening gehouden met kortingen die alleen beschikbaar zijn voor een beperkte groep consumenten.
Artikel 7
Vergoedingen voor diensten die worden uitgedrukt in een percentage van de transactiewaarde
Artikel 8
Waarneming van prijzen
Artikel 9
Schatting van prijzen
Artikel 10
Vervangingen
Artikel 11
Kwaliteitscorrectie
Artikel 12
Elementaire prijsindexcijfers
De prijzen van de afzonderlijke producten worden geaggregeerd om elementaire prijsindexcijfers te verkrijgen op basis van een van de volgende opties:
een indexformule die transitiviteit garandeert. Het prijsindexcijfer van voorgaande perioden wordt niet herzien bij gebruik van transitieve indexformules, of
een indexformule die omkeerbaarheid in de tijd garandeert en de prijzen van de afzonderlijke producten in de lopende periode met de prijzen van die producten in de basisperiode vergelijkt. De basisperiode mag niet vaak worden gewijzigd als deze verandering tot een significante schending van het transitiviteitsbeginsel leidt.
Artikel 13
Integreren van subindexcijfers na de referentieperiode voor het indexcijfer
Eventuele subindexcijfers die na de referentieperiode in de HICP worden geïntegreerd, worden gekoppeld aan de maand december van een bepaald jaar en worden vanaf januari van het volgende jaar gebruikt.
Artikel 14
Seizoensgebonden producten
Indien seizoensproducten in een steekproef worden opgenomen in een elementair aggregaat, gebruiken de lidstaten de seizoensgebonden imputatiemethode of de seizoensgewichtenmethode om een prijsindexcijfer voor dat aggregaat samen te stellen.
Artikel 15
Uitsplitsing van de flashraming
De lidstaten die de euro als munt hebben, verstrekken de Commissie (Eurostat) flashramingen voor alle subindexcijfers in hun HICP.
Artikel 16
Definitief maken van voorlopige gegevens
Wanneer een lidstaat subindexcijfers of hun gewichten als voorlopig verstrekt, moet hij deze definitief maken bij de vertrekking van de subindexcijfers van de daaropvolgende maand.
Artikel 17
Herzieningen als gevolg van fouten
Artikel 18
Andere herzieningen
Artikel 19
Bekendmaking van herzieningen
Behalve in het geval van herzieningen op grond van artikel 16 wordt elke herziening van de totale HICP samen met een toelichting, openbaar gemaakt op de website van de nationale instantie die verantwoordelijk is voor het samenstellen van de HICP.
Artikel 20
Herziening van sub-indexcijfergewichten
Onverminderd de artikelen 16 en 17 worden de sub-indexcijfergewichten niet herzien.
Artikel 21
Geharmoniseerd indexcijfer van de consumptieprijzen tegen constante belastingtarieven
Veranderingen in de belastingtarieven worden weerspiegeld in de HICP-CT:
in de maand waarvoor het nieuwe tarief op het individuele product wordt toegepast en in de vastgestelde prijs is inbegrepen, of
gedurende de eerste volledige maand waarvoor het nieuwe tarief van toepassing is. Tariefwijzigingen die op de eerste dag van de maand in werking treden, worden weerspiegeld in de HICP-CT voor die maand. Tariefwijzigingen die later in werking treden, worden weerspiegeld in de HICP-CT voor de volgende maand.
HOOFDSTUK 3
PRIJSINDEXCIJFER VAN DOOR DE EIGENAAR BEWOONDE WONINGEN EN INDEXCIJFER VAN DE HUIZENPRIJZEN
▼M1 —————
HOOFDSTUK 4
NORMEN EN TERMIJNEN VOOR DE UITWISSELING VAN GEGEVENS EN METAGEGEVENS
Artikel 26
Normen voor de uitwisseling van gegevens en metagegevens
HOOFDSTUK 5
SLOTBEPALINGEN
Artikel 28
Intrekking
De Verordeningen (EG) nr. 1749/96, (EG) nr. 2214/96, (EG) nr. 1687/98, (EG) nr. 2646/98, (EG) nr. 1617/1999, (EG) nr. 2166/1999, (EG) nr. 2601/2000, (EG) nr. 2602/2000, (EG) nr. 1920/2001, (EG) nr. 1921/2001, (EG) nr. 1708/2005, (EG) nr. 701/2006, (EG) nr. 330/2009, (EU) nr. 1114/2010 en (EU) nr. 93/2013 worden ingetrokken.
Artikel 29
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
BIJLAGE
Monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens
1. De monetaire consumptieve bestedingen van de huishoudens zijn gedefinieerd in artikel 2, punt 20, van Verordening (EU) 2016/792.
2. Ter nadere specificatie van de kwaliteit van de gewichten moeten de monetaire consumptieve bestedingen de volgende voorbeelden omvatten van de consumptieve bestedingen van de huishoudens, zoals omschreven in de volgende punten van punt 3.95 van bijlage A bij het ESR 2010:
De uitgaven voor de monetaire consumptieve bestedingen omvatten ook de huisvestingstoelagen die deel uitmaken van D.632, zoals gedefinieerd in punt 4.109 van bijlage A bij het ESR 2010.
3. De monetaire consumptieve bestedingen moeten de volgende voorbeelden omvatten van de consumptieve bestedingen van de huishoudens, zoals omschreven in de volgende punten van punt 3.95 van bijlage A bij het ESR 2010:
De monetaire consumptieve bestedingen omvatten ook de volgende voorbeelden die geen deel uitmaken van de consumptieve bestedingen van de huishoudens:
4. Monetaire transacties zijn transacties waarbij de betrokken eenheden geld betalen of ontvangen, dan wel in geld uitgedrukte verplichtingen aangaan of activa verwerven. Transacties die geen overdracht van contant geld, noch in geld luidende activa of verplichtingen behelzen, zijn niet-monetaire transacties.
( 1 ) Verordening (EU) nr. 549/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Europese Unie (PB L 174 van 26.6.2013, blz. 1).
( 2 ) Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 betreffende de Europese statistiek en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1101/2008 betreffende de toezending van onder de statistische geheimhoudingsplicht vallende gegevens aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen, Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek en Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad tot oprichting van een Comité statistisch programma van de Europese Gemeenschappen (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164).