This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 02019L0520-20220324
Directive (EU) 2019/520 of the European Parliament and of the Council of 19 March 2019 on the interoperability of electronic road toll systems and facilitating cross-border exchange of information on the failure to pay road fees in the Union (recast) (Text with EEA relevance)Text with EEA relevance
Consolidated text: Richtlijn (EU) 2019/520 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking) (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
Richtlijn (EU) 2019/520 van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2019 betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking) (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
02019L0520 — NL — 24.03.2022 — 001.001
Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document
RICHTLIJN (EU) 2019/520 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 19 maart 2019 betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie (herschikking) (PB L 091 van 29.3.2019, blz. 45) |
Gewijzigd bij:
|
|
Publicatieblad |
||
nr. |
blz. |
datum |
||
RICHTLIJN (EU) 2022/362 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 24 februari 2022 |
L 69 |
1 |
4.3.2022 |
RICHTLIJN (EU) 2019/520 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 19 maart 2019
betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer en ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over niet-betaling van wegentol in de Unie
(herschikking)
(Voor de EER relevante tekst)
HOOFDSTUK I
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1
Onderwerp en werkingssfeer
Deze richtlijn legt de voorwaarden vast die noodzakelijk zijn voor de volgende doelstellingen:
de interoperabiliteit tussen elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer waarborgen op het gehele wegennet van de Unie, van snelwegen binnen en tussen steden, hoofdwegen en secundaire wegen tot kunstwerken, zoals tunnels of bruggen, en veerponten, en
de grensoverschrijdende uitwisseling van voertuigregistratiegegevens met betrekking tot voertuigen en de eigenaren of houders van voertuigen waarvoor in de Unie geen wegentol is betaald, faciliteren.
Om het subsidiariteitsbeginsel te eerbiedigen, laat deze richtlijn de beslissingen van lidstaten om wegentol op te leggen aan bepaalde voertuigtypes en om het niveau van die heffingen en het doel waarvoor die tol wordt opgelegd te bepalen, onverlet.
De artikelen 3 tot en met 22 zijn niet van toepassing op:
tolheffingssystemen die niet elektronisch in de zin van artikel 2, punt 10, zijn, en
kleine, strikt lokale tolheffingssystemen voor het wegverkeer waarvoor de kosten van de aanpassing aan de vereisten van de artikelen 3 tot en met 22 niet in verhouding zouden staan tot de opbrengst;
Wanneer het nationale recht vereist dat de gebruiker een kennisgeving ontvangt over de verplichting om wegentol te betalen vooraleer een geval van niet-betaling kan worden vastgesteld, mogen de lidstaten deze richtlijn toepassen ten behoeve van kennisgeving om de eigenaar of houder van het voertuig en het voertuig zelf te identificeren, mits aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan:
er zijn geen andere middelen om de eigenaar of houder van het voertuig te identificeren, en
de kennisgeving aan de eigenaar of houder van het voertuig van de verplichting om te betalen is een verplichte stap in de wegentolbetalingsprocedure naar nationaal recht.
Artikel 2
Definities
Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:
1. |
„toldienst” : een dienst die gebruikers in staat stelt gebruik te maken van een voertuig in een of meer EETS-gebieden onder één overeenkomst en indien nodig met één soort boordapparatuur, met inbegrip van:
a)
indien nodig, het verstrekken van op maat gemaakte boordapparatuur aan de gebruikers en het onderhouden van de functionaliteit ervan;
b)
het waarborgen dat de door de gebruiker verschuldigde tol wordt betaald aan de tolheffer;
c)
het beschikbaar stellen aan de gebruiker van betaalmethoden of het accepteren van een bestaande methode;
d)
het innen van tolgelden bij de gebruiker;
e)
het beheren van de klantenrelatie met de gebruiker, en
f)
het uitvoeren en naleven van het beveiligings- en privacybeleid voor de tolheffingssystemen voor het wegverkeer; |
2. |
„toldienstaanbieder” : een juridische entiteit die toldiensten verleent aan klanten in een of meer EETS-gebieden voor een of meer voertuigcategorieën; |
3. |
„tolheffer” : een publieke of private entiteit die tolgelden heft op het gebruik van voertuigen in een EETS-gebied; |
4. |
„aangewezen tolheffer” : een publieke of private entiteit die is benoemd als de tolheffer in een toekomstig EETS-gebied; |
5. |
„Europese elektronische tolheffingsdienst (EETS)” : de toldienst die door een EETS-aanbieder in het kader van een overeenkomst aan een EETS-gebruiker wordt verleend in een of meer EETS-gebieden; |
6. |
„EETS-aanbieder” : een entiteit die, onder een afzonderlijke overeenkomst, een EETS-gebruiker toegang verleent tot de EETS, de tolgelden overmaakt aan de betrokken tolheffer, en die in zijn lidstaat van vestiging is geregistreerd; |
7. |
„EETS-gebruiker” : een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een contract heeft met een EETS-aanbieder om toegang te krijgen tot EETS; |
8. |
„EETS-gebied” : een weg, een wegennet, een kunstwerk, zoals een brug of een tunnel, of een veerpont, waarvoor tolgeld wordt geïnd met gebruikmaking van een elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer; |
9. |
„EETS-conform systeem” : een reeks elementen van een elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer die specifiek noodzakelijk is voor de integratie van EETS-aanbieders in het systeem en voor het functioneren van EETS; |
10. |
„elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer” : een tolheffingssysteem waarbij de verplichting voor de gebruiker om tolgeld te betalen uitsluitend ontstaat door en gekoppeld is aan de automatische detectie van de aanwezigheid van het voertuig op een bepaalde locatie door middel van communicatie op afstand met boordapparatuur in het voertuig of automatische nummerplaatherkenning; |
11. |
„boordapparatuur” : alle aan boord van een voertuig geïnstalleerde of meegenomen hardware- en softwarecomponenten die worden gebruikt als onderdeel van de toldienst, teneinde gegevens te verzamelen, op te slaan, te verwerken en vanop afstand te ontvangen/verzenden, als een afzonderlijk toestel of geïntegreerd in het voertuig; |
12. |
„hoofddienstaanbieder” : een toldienstaanbieder met specifieke verplichtingen, zoals de verplichting om overeenkomsten te sluiten met alle belanghebbende gebruikers, of met specifieke rechten, zoals een specifieke vergoeding of een gegarandeerde langetermijnovereenkomst, die verschillen van de rechten en plichten van andere aanbieders van diensten; |
13. |
„interoperabiliteitsonderdeel” : een basiscomponent, groep componenten, deel van een samenstel of volledig samenstel van apparatuur die deel uitmaken of bestemd zijn om deel uit te maken van de EETS en waarvan de interoperabiliteit van deze dienst direct of indirect afhankelijk is, met inbegrip van zowel materiële als immateriële zaken zoals software; |
14. |
„geschiktheid voor gebruik” : het vermogen van een interoperabiliteitsonderdeel om een specifieke prestatie te verrichten en te blijven verrichten zolang het in gebruik is, waarbij een representatieve integratie in de EETS met betrekking tot het systeem van een tolheffer gewaarborgd moet zijn; |
15. |
„tolcontextgegevens” : de door de verantwoordelijke tolheffer vastgestelde informatie die noodzakelijk is om het tolgeld te bepalen dat voor een bepaald voertuig in een specifiek tolgebied moet worden betaald en om de toltransactie af te ronden; |
16. |
„tolmelding” : een mededeling aan een tolheffer, in een vorm die is vastgesteld door de toldienstaanbieder en de tolheffer, waarmee de aanwezigheid van een voertuig in een EETS-gebied wordt bevestigd; |
17. |
„voertuigclassificatieparameters” : de voertuiginformatie voor het berekenen van het tolgeld op basis van de tolcontextgegevens; |
18. |
„backoffice” : het centrale elektronische systeem dat door de tolheffer, een groep van tolheffers die een interoperabiliteitshub hebben gevormd of een EETS-aanbieder wordt gebruikt om in het kader van een elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer informatie te verzamelen, te verwerken en te verzenden; |
19. |
„ingrijpend gewijzigd systeem” : een bestaand elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer dat een verandering heeft ondergaan of ondergaat waardoor EETS-aanbieders genoodzaakt zijn wijzigingen aan te brengen in de interoperabiliteitsonderdelen die zij gebruiken, zoals het herprogrammeren of het aanpassen van de interfaces van hun backoffice, en wel in die mate dat heraccreditatie nodig is; |
20. |
„accreditatie” : de door de tolheffer opgezette en beheerde procedure die een EETS-aanbieder moet doorlopen alvorens in een EETS-gebied EETS te mogen aanbieden; |
21. |
„tolgeld” of „wegentol” : de vergoeding die door de weggebruiker moet worden betaald om zich te mogen verplaatsen op een weg, een wegennet, een kunstwerk, zoals een brug of een tunnel, of een veerpont; |
22. |
„niet-betaling van wegentol” : de overtreding die bestaat uit het niet-betalen door een weggebruiker van wegentol in een lidstaat, zoals gedefinieerd in de desbetreffende nationale voorschriften van die lidstaat; |
23. |
„lidstaat van inschrijving” : de lidstaat waarin het voertuig waarvoor wegentol verschuldigd is, is ingeschreven; |
24. |
„nationaal contactpunt” : een bevoegde autoriteit van een lidstaat die is aangewezen voor de grensoverschrijdende uitwisseling van voertuigregistratiegegevens; |
25. |
„geautomatiseerde zoekopdracht” : een online-toegangsprocedure voor het raadplegen van de databanken van één, meerdere of alle lidstaten; |
26. |
„voertuig” : een motorvoertuig, of een samenstel van voertuigen, dat is bestemd of wordt gebruikt voor het vervoer over de weg van passagiers of goederen; |
27. |
„houder van het voertuig” : de persoon op wiens naam het voertuig is ingeschreven, zoals gedefinieerd in het recht van de lidstaat van inschrijving; |
28. |
„zwaar voertuig” : een voertuig met een maximaal toegestane massa van meer dan 3,5 ton; |
29. |
„licht voertuig” : een voertuig met een maximaal toegestane massa van niet meer dan 3,5 ton. |
Artikel 3
Technologische oplossingen
Alle nieuwe elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer waarvoor boordapparatuur moet worden geïnstalleerd of gebruikt, maken voor de afhandeling van elektronische tolheffingstransacties gebruik van een of meer van de volgende technologieën:
satellietplaatsbepaling;
mobiele communicatie;
5,8 GHz microgolftechnologie.
Bestaande elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer waarvoor boordapparatuur moet worden geïnstalleerd of gebruikt en die andere technologieën gebruiken, moeten voldoen aan de vereisten van de eerste alinea indien substantiële technologische verbeteringen worden uitgevoerd.
EETS-boordapparatuur mag andere diensten dan tolheffing faciliteren, op voorwaarde dat de werking van die diensten niet de toldiensten in enig EETS-gebied belemmert.
HOOFDSTUK II
ALGEMENE BEGINSELEN VAN DE EETS
Artikel 4
Registratie van EETS-aanbieders
Elke lidstaat stelt een procedure vast voor de registratie van EETS-aanbieders. Hij verleent de registratie aan op zijn grondgebied gevestigde entiteiten die om registratie verzoeken en kunnen aantonen dat zij:
in het bezit zijn van een EN ISO 9001-certificaat of gelijkwaardige erkenning;
over de nodige technische apparatuur beschikken en in het bezit zijn van de EG-verklaring of -certificaat van conformiteit van de interoperabiliteitsonderdelen;
bekwaam zijn om elektronische toldiensten te verstrekken of bekwaam zijn op andere relevante gebieden;
over de nodige financiële draagkracht beschikken;
een alomvattend risicobeheersplan handhaven dat minstens om de twee jaar aan een controle moet worden onderworpen, en
betrouwbaar zijn.
Artikel 5
Rechten en plichten van EETS-aanbieders
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat de tolheffer die gegevens niet bekendmaakt aan andere toldienstaanbieders. Zij nemen de nodige maatregelen opdat, wanneer de tolheffer en een toldienstaanbieder deel uitmaken van één entiteit, de gegevens uitsluitend worden gebruikt voor het identificeren van vermeende overtreders, of overeenkomstig artikel 27, lid 3.
De Commissie stelt uiterlijk 19 oktober 2019 uitvoeringshandelingen vast ter nadere omschrijving van de verplichtingen van de EETS-aanbieders met betrekking tot:
het toezicht op de prestaties van hun dienstniveau, en de samenwerking met tolheffers bij verificatiecontroles;
de samenwerking met tolheffers bij het verrichten van tests van de systemen van de tolheffers;
de dienstverlening aan en technische ondersteuning van EETS-gebruikers en de personalisering van de boordapparatuur;
de facturering aan EETS-gebruikers;
de in lid 7 bedoelde informatie die EETS-aanbieders aan tolheffers moeten verstrekken, en
het informeren van de EETS-gebruiker over een ontdekt geval van niet-melding van tol.
Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 31, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
Artikel 6
Rechten en plichten van tolheffers
Indien een nieuw elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer wordt opgezet op het grondgebied van een lidstaat, neemt die lidstaat de nodige maatregelen opdat de aangewezen tolheffer die verantwoordelijk is voor dat systeem, de EETS-gebiedsverklaring tijdig genoeg bekendmaakt om geïnteresseerde EETS-aanbieders uiterlijk een maand voor de operationele start van het nieuwe systeem te kunnen accrediteren, met inachtneming van de duur van de procedure in verband met de beoordeling van de conformiteit met de specificaties en de geschiktheid voor gebruik van interoperabiliteitsonderdelen als bedoeld in artikel 15, lid 1.
Indien een elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer op het grondgebied van een lidstaat ingrijpend wordt gewijzigd, neemt die lidstaat de nodige maatregelen opdat de tolheffer die verantwoordelijk is voor het systeem, de bijgewerkte EETS-gebiedsverklaring tijdig genoeg bekendmaakt om reeds geaccrediteerde EETS-aanbieders in staat te stellen hun interoperabiliteitsonderdelen aan te passen aan de nieuwe vereisten en om hen uiterlijk een maand voor de operationele start van het gewijzigde systeem opnieuw te kunnen accrediteren, met inachtneming van de duur van de procedure in verband met de beoordeling van de conformiteit met de specificaties en de geschiktheid voor gebruik van interoperabiliteitsonderdelen als bedoeld in artikel 15, lid 1.
Een EETS-aanbieder wordt in een EETS-gebied aanvaard indien hij voldoet aan de verplichtingen en algemene voorwaarden die in de EETS-gebiedsverklaring zijn vermeld.
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat tolheffers niet van de EETS-aanbieders verlangen dat zij specifieke technische oplossingen of processen gebruiken die de interoperabiliteit van de interoperabiliteitsonderdelen van een EETS-aanbieder met elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer in andere EETS-gebieden belemmeren.
Indien de tolheffer en de EETS-aanbieder geen overeenstemming bereiken, kan de zaak worden voorgelegd aan de bemiddelende instantie die verantwoordelijk is voor het bedoelde tolgebied.
De tolheffer kan eisen dat de EETS-aanbieder de factuur voor de gebruiker uitschrijft in naam van en voor rekening van de tolheffer, en de EETS-aanbieder voldoet aan die eis.
De Commissie stelt uiterlijk op 19 oktober 2019 uitvoeringshandelingen vast ter bepaling van de minimuminhoud van de EETS-gebiedsverklaring, met inbegrip van:
de eisen voor EETS-aanbieders;
de procedurele voorwaarden, met inbegrip van commerciële voorwaarden;
de procedure voor de accreditatie van EETS-aanbieders, en
de tolcontextgegevens.
Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 31, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
Artikel 7
Vergoeding
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat, in EETS-gebieden met een hoofddienstaanbieder, de methode voor het berekenen van de vergoeding van EETS-aanbieders dezelfde structuur heeft als voor de vergoeding van vergelijkbare diensten die worden verleend door de hoofddienstaanbieder. Het bedrag van de vergoeding van EETS-aanbieders kan verschillen van dat van de vergoeding van de hoofddienstaanbieder, mits dit wordt gerechtvaardigd door:
de kosten in verband met specifieke eisen en verplichtingen die de hoofddienstaanbieder heeft en de EETS-aanbieders niet, en
de noodzaak om van de vergoeding van EETS-aanbieders de vaste kosten af te trekken die door de tolheffer worden opgelegd op grond van de kosten die de tolheffer maakt door in zijn tolgebied een EETS-conform systeem beschikbaar te stellen, te bedienen en te onderhouden, met inbegrip van de accreditatiekosten, wanneer die kosten niet in het tolgeld zijn opgenomen.
Artikel 8
Tolgelden
Artikel 9
Boekhouding
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat juridische entiteiten die toldiensten aanbieden, een financiële administratie bijhouden waarin een duidelijk onderscheid kan worden gemaakt tussen de kosten en inkomsten in verband met het verlenen van toldiensten en de kosten en inkomsten in verband met andere activiteiten. De informatie over de kosten en inkomsten in verband met het verlenen van toldiensten wordt op verzoek verstrekt aan de betrokken bemiddelende of rechterlijke instantie. De lidstaten nemen ook de nodige maatregelen opdat kruissubsidies tussen activiteiten die worden verricht in de hoedanigheid van toldienstaanbieder en andere activiteiten niet toegestaan zijn.
Artikel 10
Rechten en plichten van EETS-gebruikers
Indien twee of meer soorten boordapparatuur worden geïnstalleerd of worden meegenomen aan boord van een voertuig, is het de verantwoordelijkheid van de EETS-gebruiker de relevante boordapparatuur voor een specifiek EETS-gebied te gebruiken of te activeren.
De Commissie stelt uiterlijk op 19 oktober 2019 overeenkomstig artikel 30 gedelegeerde handelingen vast ter nadere omschrijving van de verplichtingen van de EETS-gebruikers met betrekking tot:
de verstrekking van gegevens aan de EETS-aanbieder, en
het gebruik en de behandeling van de boordapparatuur.
HOOFDSTUK III
BEMIDDELENDE INSTANTIE
Artikel 11
Oprichting en taken
Artikel 12
Bemiddelingsprocedure
HOOFDSTUK IV
TECHNISCHE BEPALINGEN
Artikel 13
Eén ononderbroken dienst
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat EETS aan EETS-gebruikers wordt aangeboden als één ononderbroken dienst.
Dit betekent dat:
zodra de voertuigclassificatieparameters, met inbegrip van de variabele parameters, zijn opgeslagen of aangegeven, of beide, tijdens het traject geen menselijke interventie meer vereist is in het voertuig, tenzij de kenmerken van het voertuig worden gewijzigd, en
de menselijke interactie met een specifiek onderdeel van de boordapparatuur identiek is voor elk EETS-gebied.
Artikel 14
Aanvullende elementen betreffende EETS
Artikel 15
Interoperabiliteitsonderdelen
Wanneer een elektronisch tolheffingssysteem voor het wegverkeer op het grondgebied van een lidstaat ingrijpend wordt gewijzigd, neemt die lidstaat de nodige maatregelen opdat de voor het systeem verantwoordelijke tolheffer in de EETS-gebiedsverklaring, naast de in de eerste alinea bedoelde elementen, tevens de gedetailleerde planning vaststelt en bekendmaakt van de herbeoordeling van de conformiteit met de specificaties en van de geschiktheid voor gebruik van de interoperabiliteitsonderdelen van EETS-aanbieders die reeds vóór de ingrijpende wijziging waren geaccrediteerd voor het systeem. Aan de hand van die planning kunnen de betrokken EETS-aanbieders uiterlijk één maand vóór de operationele start van het gewijzigde systeem opnieuw worden geaccrediteerd.
De tolheffer respecteert die planning.
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat tolheffers van EETS-aanbieders of hun gemachtigden kunnen verlangen dat zij de kosten van de tests dekken.
De Commissie stelt uiterlijk op 19 oktober 2019 overeenkomstig artikel 30 gedelegeerde handelingen vast ter bepaling van de algemene infrastructurele vereisten met betrekking tot:
de nauwkeurigheid van de via tolmeldingen verzonden gegevens om gelijke behandeling van EETS-gebruikers te waarborgen met betrekking tot tolheffingen en kosten;
de identificatie van de verantwoordelijke EETS-aanbieder met behulp van de boordapparatuur;
het gebruik van open normen voor de interoperabiliteitsonderdelen van de EETS-apparatuur;
de integratie van de boordapparatuur in het voertuig, en
de waarschuwing van de bestuurder dat er een wegentol moet worden betaald.
De Commissie stelt overeenkomstig artikel 30 uiterlijk op 19 oktober 2019 uitvoeringshandelingen vast ter bepaling van de algemene infrastructurele vereisten betreffende:
vereisten voor gemeenschappelijke communicatieprotocollen tussen tolheffers en apparatuur van EETS-aanbieders;
vereisten voor instrumenten voor tolheffers om te kunnen vaststellen of een voertuig dat in hun EETS-gebied rijdt met geldige en functionerende boordapparatuur is uitgerust;
vereisten voor de mens-machine-interface in de boordapparatuur;
vereisten die specifiek gelden voor interoperabiliteitsonderdelen in tolheffingssystemen die gebaseerd zijn op microgolftechnologie, en
vereisten die specifiek gelden voor op het wereldwijde satellietnavigatiesysteem (GNSS) gebaseerde tolheffingssystemen.
Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 31, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld.
HOOFDSTUK V
VRIJWARINGSCLAUSULES
Artikel 16
Vrijwaringsprocedure
Wanneer een lidstaat reden heeft om aan te nemen dat van de van CE-markering voorziene interoperabiliteitsonderdelen die in de handel zijn gebracht en worden gebruikt overeenkomstig hun bestemming de naleving van de desbetreffende vereisten in het gedrang dreigen te brengen, neemt hij alle nodige stappen om het toepassingsgebied van die onderdelen te beperken, het gebruik ervan te verbieden of ze uit de handel te nemen. De lidstaat stelt de Commissie onmiddellijk in kennis van de genomen maatregelen en geeft de redenen van zijn besluit aan, en met name of het gebrek aan conformiteit het gevolg is van:
onjuiste toepassing van de technische specificaties, of
de ontoereikendheid van de technische specificaties.
Artikel 17
Transparantie van beoordelingen
Door een lidstaat of tolheffer genomen beslissingen betreffende de beoordeling van de conformiteit met de specificaties of de geschiktheid voor gebruik van de interoperabiliteitsonderdelen en op grond van artikel 16 genomen beslissingen worden met redenen omkleed. Zij worden zo spoedig mogelijk ter kennis gebracht van de betrokken fabrikant, EETS-aanbieder of hun gemachtigden, onder vermelding van de rechtsmiddelen die beschikbaar zijn krachtens de in de betrokken lidstaat geldende wetgeving en de voor de toepassing van deze rechtsmiddelen toegestane termijnen.
HOOFDSTUK VI
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
Artikel 18
Eén contactbureau
Elke lidstaat met ten minste twee EETS-gebieden op zijn grondgebied wijst één contactbureau voor EETS-aanbieders aan. De lidstaat maakt de contactgegevens van dit bureau bekend, en verstrekt deze op verzoek aan geïnteresseerde EETS-aanbieders. De lidstaat neemt de nodige maatregelen opdat het contactbureau, op verzoek van de EETS-aanbieder, vroegtijdige administratieve contacten tussen de EETS-aanbieder en de tolheffers die verantwoordelijk zijn voor de EETS-gebieden op het grondgebied van de lidstaat, faciliteert en coördineert. Het contactbureau kan een natuurlijk persoon of een publiek- of privaatrechtelijk lichaam zijn.
Artikel 19
Aangemelde instanties
Artikel 20
Coördinatiegroep
Er wordt een Coördinatiegroep van de krachtens artikel 19, lid 1, aangemelde instanties opgericht („de coördinatiegroep”) als werkgroep van het in artikel 31, lid 1, bedoelde Comité elektronische tolheffing, overeenkomstig het reglement van orde van dat comité.
Artikel 21
Registers
Met het oog op de tenuitvoerlegging van deze richtlijn houdt elke lidstaat een nationaal elektronisch register bij van:
de EETS-gebieden op haar grondgebied, met informatie over:
de betrokken tolheffers;
de gebruikte tolheffingstechnologieën;
de tolcontextgegevens;
de EETS-gebiedsverklaring, en
de EETS-aanbieders die EETS-overeenkomsten hebben gesloten met de op het grondgebied van die lidstaat actieve tolheffers.
de EETS-aanbieders aan wie hij registratie heeft verleend overeenkomstig artikel 4, en
de gegevens van het in artikel 18 bedoelde enkele contactbureau voor EETS als bedoeld, waaronder een e-mailadres en een telefoonnummer.
Tenzij anders vermeld gaan de lidstaten ten minste eenmaal per jaar na of nog wordt voldaan aan de in artikel 4, onder a), d), e) en f), gestelde eisen en werken zij het register dienovereenkomstig bij. Het register dient tevens de conclusies te bevatten van de in artikel 4, onder e), bedoelde controle. De lidstaten kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor de handelingen van de in hun register opgenomen EETS-aanbieders.
HOOFDSTUK VII
EXPERIMENTELE SYSTEMEN
Artikel 22
Experimentele tolheffingssystemen
HOOFDSTUK VIII
UITWISSELING VAN INFORMATIE OVER DE NIET-BETALING VAN WEGENTOL
Artikel 23
Procedure voor de uitwisseling van informatie tussen lidstaten
Met het oog op de identificatie van het voertuig en van de eigenaar of houder van dat voertuig, waarvoor een niet-betaling van wegentol is vastgesteld, verleent elke lidstaat enkel aan de nationale contactpunten van de andere lidstaten toegang tot de volgende nationale voertuigregistratiegegevens, met de bevoegdheid om daarover geautomatiseerde zoekopdrachten uit te voeren:
gegevens met betrekking tot voertuigen, en
gegevens met betrekking tot de eigenaars of houders van het voertuig.
De onder a) en b) bedoelde gegevenselementen die noodzakelijk zijn om een geautomatiseerde zoekopdracht uit te voeren, moeten in overeenstemming zijn met bijlage I.
Die geautomatiseerde zoekopdrachten worden uitgevoerd in overeenstemming met de procedures van punten 2 en 3 van hoofdstuk 3 van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ van de Raad ( 5 ) en de eisen van bijlage I bij de onderhavige richtlijn.
De lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, gebruikt de verkregen gegevens om vast te stellen wie aansprakelijk is voor de niet-betaling van die tol.
Artikel 24
Kennisgeving van niet-betaling van wegentol
Als de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, beslist een dergelijke procedure in te stellen, stelt die lidstaat, overeenkomstig zijn nationaal recht, de eigenaar, de houder van het voertuig of de persoon die anderszins geïdentificeerd is als degene die ervan verdacht wordt de wegentol niet te hebben betaald, daarvan in kennis.
Deze kennisgeving maakt, zoals geldt krachtens het nationale recht, melding van de juridische gevolgen daarvan op het grondgebied van de lidstaat waarop het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, uit hoofde van het recht van die lidstaat.
Artikel 25
Afhandelingsprocedure van de heffingsinstanties
De lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden mag de voor de heffing van wegentol verantwoordelijke entiteit de gegevens die zijn verkregen volgens de in artikel 23, lid 1, bedoelde procedure alleen ter beschikking stellen als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
de overgedragen gegevens zijn beperkt tot wat nodig is voor die instantie om de verschuldigde wegentol te innen;
de procedure voor de inning van de verschuldigde wegentol voldoet aan de in artikel 24 vastgestelde procedure;
de betrokken instantie is verantwoordelijk voor de uitvoering van deze procedure, en
met de uitvoering van de door de relevante entiteit verstrekte betalingsopdracht is de niet-betaling van wegentol afgehandeld.
Artikel 26
Rapportering door de lidstaten aan de Commissie
Elke lidstaat dient uiterlijk op 19 april 2023 en daarna om de drie jaar een uitgebreid verslag in bij de Commissie.
In dat uitgebreide verslag wordt vermeld hoeveel geautomatiseerde zoekopdrachten de lidstaat op wiens grondgebied een geval van niet-betaling van wegentol heeft plaatsgevonden, heeft gevraagd aan het nationaal contactpunt van de lidstaat van registratie, naar aanleiding van gevallen van niet-betaling van wegentol op zijn grondgebied, samen met het aantal mislukte verzoeken.
Het uitgebreide verslag bevat ook een beschrijving van de situatie op nationaal niveau met betrekking tot de afhandeling van gevallen van niet-betaling van wegentol, op basis van het gedeelte gevallen van niet-betaling van wegentol waarvoor een kennisgeving werd verstuurd.
Artikel 27
Gegevensbescherming
De lidstaten nemen, overeenkomstig de toepasselijke gegevensbeschermingswetgeving, nodige maatregelen opdat:
de verwerking van persoonsgegevens voor de doeleinden van de artikelen 23, 24 en 25 beperkt is tot de soorten gegevens die zijn vermeld in bijlage I bij deze richtlijn;
persoonsgegevens nauwkeurig zijn, geactualiseerd worden en verzoeken om rectificatie en wissing onverwijld worden behandeld, en
er een tijdslimiet wordt vastgesteld voor de opslag van persoonsgegevens:
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat in het kader van deze richtlijn verwerkte persoonsgegevens uitsluitend worden gebruikt met als doel:
het identificeren van vermoedelijke overtreders van de verplichting om wegentol te betalen binnen het toepassingsgebied van artikel 5, lid 8;
ervoor zorgen dat de tolheffer voldoet aan zijn verplichtingen ten aanzien van de belastingautoriteiten binnen het toepassingsgebied van artikel 5, lid 9, en
het voertuig en de eigenaar of houder van het voertuig waarvoor niet-betaling van wegentol is vastgesteld, identificeren binnen het toepassingsgebied van de artikelen 23 en 24.
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat de betrokkenen dezelfde rechten hebben op informatie, toegang, rectificatie, wissing en beperking van verwerking, en om een klacht in te dienen bij een toezichthoudende autoriteit voor gegevensbescherming, compensatie en een doeltreffende voorziening in rechte als bepaald in Verordening (EU) 2016/679 of, indien van toepassing, Richtlijn (EU) 2016/680.
HOOFDSTUK IX
SLOTBEPALINGEN
Artikel 28
Verslag
In dat verslag wordt met name het volgende geanalyseerd:
het effect van artikel 5, leden 1 en 2, op de uitrol van EETS, met speciale aandacht voor de beschikbaarheid van de dienst in kleine of perifere EETS-gebieden;
de effectiviteit van de artikelen 23, 24 en 25 inzake de beperking van het aantal gevallen van niet-betaling van wegentol in de Unie, en
de vooruitgang die geboekt is met betrekking tot de interoperabiliteitsaspecten tussen elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer die gebruikmaken van satellietplaatsbepaling en 5,8 GHz microgolftechnologie.
Het verslag gaat indien nodig vergezeld van een voorstel aan het Europees Parlement en de Raad tot nadere herziening van deze richtlijn, met name met betrekking tot de volgende elementen:
aanvullende maatregelen om ervoor te zorgen dat de EETS beschikbaar is in alle EETS-gebieden, ook kleine en perifere;
maatregelen om de grensoverschrijdende handhaving van de verplichting om wegentol te betalen in de Unie verder te faciliteren, met inbegrip regelingen voor wederzijdse bijstand, en
de uitbreiding van de bepalingen ter facilitering van grensoverschrijdende handhaving tot lage-emissiezones, beperkt toegankelijke zones of andere regelingen om de toegang van voertuigen te reguleren.
Artikel 29
Gedelegeerde handelingen
De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 30 gedelegeerde handelingen vast te stellen ter actualisering van bijlage I, teneinde rekening te houden met door te voeren relevante wijzigingen van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad ( 6 ) en Besluit 2008/616/JBZ van de Raad, of wanneer dit vereist is uit hoofde van andere relevante rechtshandelingen van de Unie.
Artikel 30
Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie
Artikel 31
Comitéprocedure
Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
Artikel 32
Omzetting
Zij passen die bepalingen toe met ingang van 19 oktober 2021.
Wanneer de lidstaten die bepalingen aannemen, wordt in de bepalingen zelf of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze richtlijn verwezen. In de bepalingen wordt tevens vermeld dat verwijzingen in bestaande wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen naar de bij deze richtlijn ingetrokken richtlijn, gelden als verwijzingen naar onderhavige richtlijn. De regels voor deze verwijzing en de formulering van deze vermelding worden vastgesteld door de lidstaten.
Artikel 33
Intrekking
Richtlijn 2004/52/EG wordt ingetrokken met ingang van 20 oktober 2021, onverminderd de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in bijlage III, deel B, vermelde uiterste termijn voor de omzetting van de richtlijn in nationale wetgeving.
Verwijzingen naar de ingetrokken richtlijn gelden als verwijzingen naar onderhavige richtlijn en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage IV.
Artikel 34
Inwerkingtreding
Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Artikel 35
Adressaten
Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten.
BIJLAGE I
Gegevenselementen die nodig zijn om de in artikel 23, lid 1, bedoelde geautomatiseerde zoekopdrachten uit te voeren
Item |
V/F (1) |
Opmerkingen |
Gegevens met betrekking tot het voertuig |
V |
|
Lidstaat van inschrijving |
V |
|
Kenteken |
V |
(A (2)) |
Gegevens met betrekking tot de niet-betaling van wegentol |
V |
|
Lidstaat op wiens grondgebied zich een geval van niet-betaling van wegentol heeft voorgedaan |
V |
|
Referentiedatum van het voorval |
V |
|
Referentietijdstip van het voorval |
V |
|
(1)
V = verplicht indien beschikbaar in het nationaal register, F = facultatief.
(2)
Geharmoniseerde Uniecode, zie Richtlijn 1999/37/EG van de Raad van 29 april 1999 inzake de kentekenbewijzen van motorvoertuigen (PB L 138 van 1.6.1999, blz. 57). |
Gegevenselementen die worden verstrekt als resultaat van de krachtens artikel 23, lid 1, uitgevoerde geautomatiseerde zoekopdracht
Deel I. Gegevens met betrekking tot voertuigen
Item |
V/F (1) |
Opmerkingen |
Kenteken |
V |
|
Chassisnummer/Voertuigidentificatienummer (VIN) |
V |
|
Lidstaat van inschrijving |
V |
|
Merk |
V |
(D.1 (2)) bijvoorbeeld Ford, Opel, Renault |
Handelsbenaming van het voertuig |
V |
(D.3) bijvoorbeeld Focus, Astra, Megane |
EU-categoriecode |
V |
(J) bijvoorbeeld bromfiets, motorfiets, auto |
Euro-emissieklasse |
V |
bijvoorbeeld Euro 4, Euro 6 |
CO2-emissieklasse |
F |
van toepassing op zware bedrijfsvoertuigen |
Datum van herclassificering |
F |
van toepassing op zware bedrijfsvoertuigen |
CO2 in g/tkm |
F |
van toepassing op zware bedrijfsvoertuigen |
Technisch toelaatbare maximummassa van het voertuig in beladen toestand |
V |
|
(1)
V = verplicht indien beschikbaar in het nationaal register, F = facultatief.
(2)
Geharmoniseerde Uniecode, zie Richtlijn 1999/37/EG. |
Deel II. Gegevens met betrekking tot eigenaars of houders van voertuigen
Item |
V/F (1) |
Opmerkingen |
Gegevens met betrekking tot de houder van het voertuig |
|
(C.1 (2)) De gegevens hebben betrekking op de houder van het specifieke kentekenbewijs. |
Naam van (het bedrijf van) de houder van het kentekenbewijs |
V |
(C.1.1) Gebruik aparte velden voor familienaam, tussenvoegsels, titels enz., en deel de naam mee in printbaar formaat. |
Voornaam |
V |
(C.1.2) Gebruik aparte velden voor de voornaam (voornamen) en initialen, en deel de naam mee in printbaar formaat. |
Adres |
V |
(C.1.3) Gebruik aparte velden voor straat, huisnummer en toevoeging, postcode, verblijfplaats, land van verblijf enz., en deel het adres mee in printbaar formaat. |
Geslacht |
F |
Man, vrouw |
Geboortedatum |
V |
|
Juridische entiteit |
V |
Particulier, vereniging, bedrijf, firma enz. |
Geboorteplaats |
F |
|
ID-nummer |
F |
Een uniek identificatienummer dat de persoon of het bedrijf identificeert. |
Gegevens met betrekking tot de eigenaar van het voertuig |
|
(C.2) De gegevens hebben betrekking op de eigenaar van het voertuig. |
Naam van de eigenaar (bedrijf) |
V |
(C.2.1) |
Voornaam |
V |
(C.2.2) |
Adres |
V |
(C.2.3) |
Geslacht |
F |
Man, vrouw |
Geboortedatum |
V |
|
Juridische entiteit |
V |
Particulier, vereniging, bedrijf, firma enz. |
Geboorteplaats |
F |
|
ID-nummer |
F |
Een uniek identificatienummer dat de persoon of het bedrijf identificeert. |
|
|
In het geval van autowrakken, gestolen voertuigen of nummerplaten, of verlopen kentekenbewijzen, wordt geen informatie over de eigenaar/houder verstrekt. In plaats daarvan wordt het bericht „Informatie niet bekendgemaakt” getoond. |
(1)
V = verplicht indien beschikbaar in het nationaal register, F = facultatief.
(2)
Geharmoniseerde Uniecode, zie Richtlijn 1999/37/EG. |
BIJLAGE II
MODEL VOOR DE KENNISGEVING
bedoeld in artikel 24
[Voorblad]
…
…
[Naam, adres en telefoonnummer van de verzender]
…
…
[Naam en adres van de geadresseerde]
KENNISGEVING
betreffende de niet-betaling van wegentol in …
[naam van de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol werd vastgesteld]
Blz. 2
Op [datum] … werd een geval van niet-betaling van wegentol met het voertuig met kenteken … merk … model … vastgesteld door…
[naam van het bevoegde orgaan]
[Optie 1] (1)
U staat geregistreerd als de houder van het kentekenbewijs van het voornoemde voertuig.
[Optie 2] (1)
De houder van het kentekenbewijs van het voornoemde voertuig heeft aangegeven dat u het voertuig bestuurde op het ogenblik dat de niet-betaling van wegentol werd begaan.
De relevante bijzonderheden van het geval van niet-betaling van wegentol zijn beschreven op blz. 3.
De boete voor de niet-betaling van de wegentol bedraagt … EUR/nationale munt. (1)
De verschuldigde wegentol bedraagt … EUR/nationale munt. (1)
Uiterste termijn voor de betaling: …
Wij raden u aan het bijgevoegde antwoordformulier (blz. 4) in te vullen en naar het vermelde adres terug te sturen als u weigert deze boete (1)/wegentol (1) te betalen.
Deze kennisgeving wordt verwerkt overeenkomstig het nationale recht van …
[naam van de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol werd vastgesteld].
Blz. 3
Relevante bijzonderheden van het geval van niet-betaling van wegentol
Gegevens betreffende het voertuig waarmee het geval van niet-betaling van wegentol werd begaan:
Gegevens betreffende het geval van niet-betaling van wegentol:
Gegevens betreffende de apparatuur dat werd gebruikt om het geval van niet-betaling van wegentol vast te stellen (2):
(1) Schrappen indien niet van toepassing.
(2) Niet van toepassing indien geen toestel werd gebruikt.
Blz. 4
Antwoordformulier
(Invullen in drukletters)
A. Identiteit van de bestuurder:
B. Vragenlijst:
Staat het voertuig van het merk …, met kenteken …, op uw naam ingeschreven? … ja/nee (1)
Indien nee, de kentekenhouder is: …
…
(naam, voornaam, adres)
Erkent u dat u geen wegentol heeft betaald? ja/nee (1)
Indien u dit niet erkent, leg dan uit waarom:
…
…
Stuur het ingevulde formulier binnen 60 dagen na deze kennisgeving naar de volgende instantie of entiteit: …
op het volgende adres: …
INFORMATIE
(Indien de kennisgeving wordt verzonden door de instantie die verantwoordelijk is voor de wegentol overeenkomstig artikel 25):
/
(Indien de kennisgeving wordt verzonden door de bevoegde autoriteit van de lidstaat):
(1) Schrappen indien niet van toepassing.
Indien wel gevolg wordt gegeven aan deze zaak, is de volgende procedure van toepassing:
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
…
[in te vullen door de lidstaat op wiens grondgebied het geval van niet-betaling van wegentol werd vastgesteld — wat is de verdere procedure, met inbegrip van nadere informatie over de mogelijkheden en de procedure om beroep in te stellen tegen het besluit om verder gevolg te geven aan deze zaak. Deze informatie moet in elk geval omvatten: naam en adres van de autoriteit of instantie die bevoegd is om gevolg te geven aan de zaak, uiterste termijn voor betaling, naam en adres van het desbetreffende beroepsorgaan, uiterste termijn voor beroep].
Deze kennisgeving heeft op zich geen rechtsgevolgen.
Disclaimer gegevensbescherming
BIJLAGE III
DEEL A
Ingetrokken richtlijn met de wijziging daarvan
(bedoeld in artikel 33)
Richtlijn 2004/52/EG van het Europees Parlement en de Raad |
PB L 166 van 30.4.2004, blz. 124 |
Verordening (EG) nr. 219/2009 van het Europees Parlement en de Raad |
PB L 87 van 31.3.2009, blz. 109 |
DEEL B
Uiterste termijn voor de omzetting in nationale wetgeving
(bedoeld in artikel 33)
Richtlijn |
Uiterste termijn voor omzetting |
Richtlijn 2004/52/EG |
20 november 2005 |
BIJLAGE IV
Concordantietabel
Richtlijn 2004/52/EG |
Deze richtlijn |
Artikel 1, lid 1 |
Artikel 1, lid 1, eerste alinea, onder a) |
— |
Artikel 1, lid 1, eerste alinea, onder b) |
Artikel 3, lid 2, eerste zin |
Artikel 1, lid 1, tweede alinea |
Artikel 1, lid 2, aanhef |
Artikel 1, lid 2, aanhef |
Artikel 1, lid 2, onder a) |
Artikel 1, lid 2, onder a) |
Artikel 1, lid 2, onder b) |
— |
Artikel 1, lid 2, onder c) |
Artikel 1, lid 2, onder b) |
— |
Artikel 1, lid 3 |
Artikel 1, lid 3 |
Artikel 1, lid 4 |
— |
Artikel 1, lid 5 |
— |
Artikel 1, lid 6 |
— |
Artikel 2 |
Artikel 2, lid 1 |
Artikel 3, lid 1, eerste alinea |
— |
Artikel 3, lid 1, tweede alinea |
Artikel 2, lid 2, eerste zin |
— |
—Artikel 4, lid 7 |
Artikel 3, lid 2 |
— |
Artikel 3, lid 3 |
Artikel 2, lid 2, tweede en derde zin |
Artikel 3, lid 4 |
Artikel 2, lid 2, vierde zin |
— |
— |
Artikel 3, lid 5 |
— |
Artikel 3, lid 6 |
Artikel 2, lid 3 |
— |
Artikel 2, lid 4 |
— |
Artikel 2, lid 5 |
— |
Artikel 2, lid 6 |
— |
Artikel 2, lid 7 |
Artikel 27 |
Artikel 3, lid 1 |
— |
Artikel 3, lid 2, eerste zin |
Artikel 1, lid 1, tweede alinea |
Artikel 3, lid 2, tweede zin |
— |
Artikel 3, lid 2, derde zin |
— |
Artikel 3, lid 3 |
|
Artikel 3, lid 4 |
— |
Artikel 4, lid 1 |
|
Artikel 4, lid 2 |
— |
Artikel 4, lid 3 |
|
Artikel 4, lid 4 |
— |
Artikel 4, lid 5. |
— |
Artikel 4, lid 7 |
Artikel 3, lid 2 |
Artikel 4, lid 8 |
Artikel 5, lid 4 |
— |
Artikel 23 |
— |
Artikel 24 |
— |
Artikel 26 |
Artikel 2, lid 7 |
Artikel 27 |
— |
Artikel 28 |
— |
Artikel 29 |
— |
Artikel 30 |
Artikel 5 |
Artikel 31 |
Artikel 6 |
Artikel 32, lid 1 |
— |
Artikel 32, lid 2 |
— |
Artikel 33 |
Artikel 7 |
Artikel 34 |
Artikel 8 |
Artikel 35 |
Bijlage |
— |
— |
Bijlage I |
— |
Bijlage II |
— |
Bijlage III |
— |
Bijlage IV |
( 1 ) Richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij (PB L 241 van 17.9.2015, blz. 1).
( 2 ) Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur en tot intrekking van Richtlijn 1999/5/EG (PB L 153 van 22.5.2014, blz. 62).
( 3 ) Richtlijn 2014/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit (PB L 96 van 29.3.2014, blz. 79).
( 4 ) Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen (PB L 187 van 20.7.1999, blz. 42).
( 5 ) Besluit 2008/616/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit (PB L 210 van 6.8.2008, blz. 12).
( 6 ) Besluit 2008/615/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit (PB L 210 van 6.8.2008, blz. 1).