Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02010D0788-20230404

    Consolidated text: Besluit 2010/788/GBVB van de Raad van 20 december 2010 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in de Democratische Republiek Congo

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2010/788/2023-04-04

    02010D0788 — NL — 04.04.2023 — 029.001


    Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

    ►B

    ▼M25

    BESLUIT 2010/788/GBVB VAN DE RAAD

    van 20 december 2010

    betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in de Democratische Republiek Congo

    ▼B

    (PB L 336 van 21.12.2010, blz. 30)

    Gewijzigd bij:

     

     

    Publicatieblad

      nr.

    blz.

    datum

     M1

    UITVOERINGSBESLUIT 2011/699/GBVB VAN DE RAAD van 20 oktober 2011

      L 276

    50

    21.10.2011

     M2

    UITVOERINGSBESLUIT 2011/848/GBVB VAN DE RAAD van 16 december 2011

      L 335

    83

    17.12.2011

     M3

    BESLUIT 2012/811/GBVB VAN DE RAAD van 20 december 2012

      L 352

    50

    21.12.2012

     M4

    UITVOERINGSBESLUIT 2013/46/GBVB VAN DE RAAD van 22 januari 2013

      L 20

    65

    23.1.2013

    ►M5

    BESLUIT 2014/147/GBVB VAN DE RAAD van 17 maart 2014

      L 79

    42

    18.3.2014

     M6

    UITVOERINGSBESLUIT 2014/862/GBVB VAN DE RAAD van 1 december 2014

      L 346

    36

    2.12.2014

    ►M7

    BESLUIT (GBVB) 2015/620 VAN DE RAAD van 20 april 2015

      L 102

    43

    21.4.2015

    ►M8

    BESLUIT (GBVB) 2016/1173 VAN DE RAAD van 18 juli 2016

      L 193

    108

    19.7.2016

    ►M9

    BESLUIT (GBVB) 2016/2231 VAN DE RAAD van 12 december 2016

      L 336I

    7

    12.12.2016

    ►M10

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2017/203 VAN DE RAAD van 6 februari 2017

      L 32

    22

    7.2.2017

    ►M11

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2017/399 VAN DE RAAD van 7 maart 2017

      L 60

    41

    8.3.2017

     M12

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2017/905 VAN DE RAAD van 29 mei 2017

      L 138I

    6

    29.5.2017

     M13

    BESLUIT (GBVB) 2017/1340 VAN DE RAAD van 17 juli 2017

      L 185

    55

    18.7.2017

     M14

    BESLUIT (GBVB) 2017/2282 VAN DE RAAD van 11 december 2017

      L 328

    19

    12.12.2017

    ►M15

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2018/202 VAN DE RAAD van 9 februari 2018

      L 38

    19

    10.2.2018

     M16

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2018/569 VAN DE RAAD van 12 april 2018

      L 95

    21

    13.4.2018

     M17

    BESLUIT (GBVB) 2018/1940 VAN DE RAAD van 10 december 2018

      L 314

    47

    11.12.2018

    ►M18

    BESLUIT (GBVB) 2019/2109 VAN DE RAAD van 9 december 2019

      L 318

    134

    10.12.2019

    ►M19

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2020/190 VAN DE RAAD van 12 februari 2020

      L 40I

    3

    13.2.2020

    ►M20

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2020/417 VAN DE RAAD van 19 maart 2020

      L 86

    9

    20.3.2020

    ►M21

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2020/1509 VAN DE RAAD van 16 oktober 2020

      L 345

    8

    19.10.2020

     M22

    BESLUIT (GBVB) 2020/2033 VAN DE RAAD van 10 december 2020

      L 419

    30

    11.12.2020

    ►M23

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2020/2144 VAN DE RAAD van 17 december 2020

      L 430

    27

    18.12.2020

    ►M24

    BESLUIT (GBVB) 2021/1866 VAN DE RAAD van 22 oktober 2021

      L 377

    33

    25.10.2021

    ►M25

    BESLUIT (GBVB) 2021/2181 VAN DE RAAD van 9 december 2021

      L 443

    75

    10.12.2021

     M26

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2022/1020 VAN DE RAAD van 27 juni 2022

      L 170

    83

    28.6.2022

    ►M27

    BESLUIT (GBVB) 2022/2241 VAN DE RAAD van 14 november 2022

      L 294

    15

    15.11.2022

    ►M28

    BESLUIT (GBVB) 2022/2377 VAN DE RAAD van 5 december 2022

      L 314

    97

    6.12.2022

    ►M29

    UITVOERINGSBESLUIT (GBVB) 2022/2398 VAN DE RAAD van 8 december 2022

      L 316I

    7

    8.12.2022

    ►M30

    BESLUIT (GBVB) 2022/2412 VAN DE RAAD van 8 december 2022

      L 317

    122

    9.12.2022

    ►M31

    BESLUIT (GBVB) 2023/726 VAN DE RAAD van 31 maart 2023

      L 94

    48

    3.4.2023




    ▼B

    ▼M25

    BESLUIT 2010/788/GBVB VAN DE RAAD

    van 20 december 2010

    betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in de Democratische Republiek Congo

    ▼B



    Artikel 1

    1.  
    De rechtstreekse of onrechtstreekse levering, verkoop of overdracht van wapens en alle soorten aanverwant materiaal, waaronder wapens en munitie, militaire voertuigen en militaire uitrusting, paramilitaire uitrusting en onderdelen daarvoor aan alle niet-gouvernementele entiteiten en personen die actief zijn op het grondgebied van de Democratische Republiek Congo (DRC) door onderdanen van de lidstaten of vanaf het grondgebied van de lidstaten, of met gebruik van onder hun vlag varende schepen of tot hun nationale luchtvaartmaatschappij behorende vliegtuigen, ongeacht de vraag of de goederen oorspronkelijk van het grondgebied van de lidstaten vandaan komen, is verboden.
    2.  

    Tevens is verboden:

    a) 

    de verstrekking, verkoop, levering en overdracht van technische bijstand, de tussenhandel en andere aan militaire activiteiten gerelateerde diensten, en de levering, de fabricage, het onderhoud en het gebruik van wapens en aanverwant materieel van enigerlei aard, met inbegrip van wapens en munitie, militaire voertuigen en uitrusting, paramilitaire uitrusting, en onderdelen daarvoor, direct of indirect, aan alle niet-gouvernementele entiteiten en personen die actief zijn op het grondgebied van de DRC;

    b) 

    de verstrekking van financieringsmiddelen of financiële bijstand in verband met militaire activiteiten, met inbegrip van met name subsidies, leningen en exportkredietverzekering, voor elke verkoop, levering, overdracht en uitvoer van wapens en aanverwant materieel, en voor elke verstrekking, verkoop, levering en overdracht van daarmee verband houdende technische bijstand, tussenhandel en andere diensten, direct of indirect, aan alle niet-gouvernementele entiteiten en personen die actief zijn op het grondgebied van de DRC.

    Artikel 2

    1.  

    Artikel 1 is niet van toepassing op:

    ▼M7

    a) 

    het leveren, verkopen of overdragen van wapens en aanverwant materieel en het verlenen van technische bijstand, financiering, tussenhandel en andere diensten die verband houden met wapens en aanverwant materieel uitsluitend bestemd ter ondersteuning van of voor gebruik door de Stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Democratische Republiek Congo (MONUSCO);

    ▼B

    b) 

    het leveren, verkopen of overdragen van beschermende kledingstukken, waaronder scherfwerende vesten en militaire helmen, die door VN-personeel, vertegenwoordigers van de media, medewerkers van humanitaire organisaties en ontwikkelingswerkers en aanverwant personeel louter voor hun eigen bescherming tijdelijk naar de DRC worden uitgevoerd;

    ▼M27

    c) 

    de levering, verkoop of overdracht van niet-dodelijke militaire uitrusting die uitsluitend voor humanitaire of beschermende doeleinden bestemd is, of de verstrekking van technische bijstand en opleidingen in verband met dergelijke niet-dodelijke uitrusting;

    ▼M5

    d) 

    het leveren, verkopen of overdragen van wapens en aanverwant materieel of het verstrekken van daarmee verband houdende financiële of technische bijstand of opleiding, uitsluitend bedoeld voor ondersteuning van of gebruik door de regionale taskforce van de Afrikaanse Unie;

    ▼M8

    e) 

    andere verkoop en/of levering van wapens en aanverwant materieel, of de verstrekking van bijstand of personeel, mits vooraf door het Sanctiecomité goedgekeurd.

    ▼B

    2.  
    Het leveren, verkopen of overdragen van wapens en aanverwant materieel of het verstrekken van diensten of technische bijstand en opleiding als vermeld in lid 1, is onderworpen aan een door de bevoegde autoriteiten van de lidstaten vooraf te verlenen vergunning.

    ▼M27

    3.  

    Met uitzondering van de in lid 1, punten a), b) en c), bedoelde activiteiten stellen de lidstaten het op grond van UNSCR 1533 (2004) ingestelde Sanctiecomité (het “Sanctiecomité”) vooraf in kennis van elke verlening van technische bijstand, financiering, tussenhandel en andere diensten in verband met militaire activiteiten in de DRC, en van elke zending van de hieronder vermelde wapens en aanverwant materieel naar de DRC:

    a) 

    alle soorten wapens met een kaliber tot 14,5 mm en bijbehorende munitie;

    b) 

    mortieren met een kaliber tot 82 mm en bijbehorende munitie;

    c) 

    granaat- en raketwerpers met een kaliber tot 107 mm en bijbehorende munitie;

    d) 

    draagbare luchtafweersystemen (MANPADS);

    e) 

    antitankgeleideraketsystemen.

    Die kennisgevingen bevatten alle relevante gegevens, waaronder, waar passend, de eindgebruiker, de voorgenomen leveringsdatum en de route van de zending.

    ▼B

    4.  
    De lidstaten nemen de onder lid 1 bedoelde leveringen per geval in overweging met volledige inachtneming van de criteria in Gemeenschappelijk Standpunt 2008/944/GBVB van de Raad van 8 december 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de controle op de uitvoer van militaire goederen en technologie ( 1 ). De lidstaten eisen toereikende waarborgen tegen misbruik van de krachtens lid 2 verleende vergunningen en treffen zo nodig maatregelen voor het terughalen van de geleverde wapens en aanverwant materieel.

    ▼M9

    Artikel 3

    1.  

    De in artikel 4, lid 1, en artikel 5, leden 1 en 2, voorziene beperkende maatregelen worden opgelegd aan personen en entiteiten die door het Sanctiecomité zijn aangewezen als betrokken bij of steun verlenend aan handelingen die de vrede, stabiliteit of veiligheid van de DRC ondermijnen. Dergelijke handelingen omvatten:

    a) 

    het schenden van het wapenembargo en de aanverwante maatregelen als genoemd in artikel 1;

    b) 

    actief zijn als politieke en militaire leiders van buitenlandse gewapende groeperingen die in de DRC opereren en de ontwapening en de vrijwillige repatriëring of hervestiging van tot deze groepen behorende strijders belemmeren;

    c) 

    actief zijn als politieke en militaire leiders van Congolese milities, waaronder degenen die steun van buiten de DRC ontvangen, die de deelneming van hun strijders aan het ontwapenings-, demobilisatie- en re-integratieproces belemmeren;

    d) 

    het in strijd met het vigerende internationale recht rekruteren of gebruiken van kinderen in gewapende conflicten in de DRC;

    e) 

    betrokkenheid bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die inhouden dat mensenrechten worden misbruikt of geschonden of, naargelang het geval, het internationale humanitaire recht wordt geschonden, daaronder begrepen handelingen gericht tegen burgers, onder meer met het oog op doding of verminking, verkrachting en ander seksueel geweld, ontvoering of gedwongen verplaatsing, en aanvallen op scholen en ziekenhuizen;

    f) 

    het belemmeren van de toegang tot of de verdeling van humanitaire hulp in de DRC;

    g) 

    het steunen van personen of entiteiten, waaronder gewapende groeperingen of criminele netwerken, die betrokken zijn bij destabiliserende activiteiten in de DRC via illegale exploitatie van of handel in natuurlijke bronnen, zoals goud of wilde dieren of van wilde dieren afkomstige producten;

    h) 

    het handelen namens of onder leiding van een op een lijst geplaatste persoon of entiteit, dan wel namens of onder leiding van een entiteit die eigendom is van of onder zeggenschap staat van een aangewezen persoon of entiteit;

    ▼M24

    i) 

    het plannen, aansturen of steunen van aanvallen tegen vredeshandhavers van MONUSCO of personeel van de Verenigde Naties, met inbegrip van leden van de Groep deskundigen, of tegen medisch personeel of humanitaire hulpverleners, of het deelnemen aan die aanvallen;

    ▼M9

    j) 

    het verlenen van financiële, materiële of technologische steun voor of het verstrekken van goederen of diensten aan een aangewezen persoon of entiteit;

    ▼M27

    k) 

    betrokken zijn bij de productie, de vervaardiging of het gebruik in de DRC van geïmproviseerde explosieven, of bij het belasten met, plannen van, bevel geven tot, medeplichtig zijn aan of anderszins assisteren bij aanslagen in de DRC met geïmproviseerde explosieven.

    ▼M9

    De onder dit lid vallende betrokken personen en entiteiten staan op de lijst in bijlage I.

    ▼M28

    2.  

    De in artikel 4, lid 1, en artikel 5, leden 1 en 2, genoemde beperkende maatregelen worden opgelegd aan natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen die:

    a) 

    een breed gedragen en vreedzame oplossing voor verkiezingen in de DRC belemmeren, onder meer door daden van geweld, onderdrukking of aanzetten tot geweld, of door ondermijning van de rechtsstaat;

    b) 

    betrokken zijn bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen die ernstige schendingen of misbruik van de mensenrechten in de DRC inhouden;

    c) 

    verantwoordelijk zijn voor het in stand houden van het gewapend conflict, de instabiliteit of de onveiligheid in de DRC;

    d) 

    steun verlenen aan de in punt c) bedoelde natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen;

    e) 

    het aanzetten tot geweld in verband met de in punten b), c) en d) genoemde acties;

    f) 

    het exploiteren van het gewapend conflict, de instabiliteit of de onveiligheid in de DRC, onder meer door de illegale exploitatie van of handel in natuurlijke hulpbronnen en wilde dieren en planten;

    g) 

    banden hebben met de in punt a), b), c), d), e) of f) bedoelde natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen;

    op de lijst in bijlage II.

    ▼M9

    Artikel 4

    1.  
    De lidstaten nemen de nodige maatregelen om de binnenkomst op of doorreis via hun grondgebied van de in artikel 3 bedoelde personen te beletten.
    2.  
    Lid 1 verplicht lidstaten niet de binnenkomst op hun grondgebied van eigen onderdanen te weigeren.
    3.  

    Met betrekking tot in artikel 3, lid 1, bedoelde personen is lid 1 van dit artikel niet van toepassing:

    a) 

    wanneer het Sanctiecomité vooraf en per geval bepaalt dat de binnenkomst of doorreis op humanitaire gronden, die ook een geloofsplicht kunnen inhouden, gewettigd is;

    b) 

    wanneer het Sanctiecomité concludeert dat een ontheffing zou bijdragen aan de doelstellingen van de betrokken resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, te weten vrede en nationale verzoening in de DRC en stabiliteit in de regio;

    c) 

    wanneer het Sanctiecomité vooraf en per geval toestemming geeft voor de doorreis van personen die terugkeren naar het grondgebied van de staat waarvan zij onderdaan zijn of die deelnemen aan inspanningen om plegers van ernstige schendingen van de mensenrechten of het internationale humanitaire recht voor de rechter te brengen, of

    d) 

    wanneer binnenkomst of doorreis noodzakelijk is in verband met een gerechtelijk proces.

    In de gevallen waarin een lidstaat krachtens dit lid machtiging verleent tot binnenkomst in of doorreis via zijn grondgebied van door het Sanctiecomité aangewezen personen, geldt deze machtiging alleen voor het doel waarvoor zij is verleend en alleen voor de personen waarop zij betrekking heeft.

    4.  

    Met betrekking tot in artikel 3, lid 2, bedoelde personen laat lid 1 van dit artikel de gevallen onverlet waarin lidstaten uit hoofde van het internationale recht gebonden zijn, en wel:

    a) 

    als gastland van een internationale intergouvernementele organisatie;

    b) 

    als gastland van een internationale conferentie die is bijeengeroepen door of plaatsvindt onder auspiciën van de Verenigde Naties;

    c) 

    krachtens een multilaterale overeenkomst die voorrechten en immuniteiten verleent, of

    d) 

    krachtens het Concordaat van 1929 (Verdrag van Lateranen) dat tussen de Heilige Stoel (Vaticaanstad) en Italië werd gesloten.

    5.  
    Lid 4 wordt ook geacht van toepassing te zijn op gevallen waarin een lidstaat optreedt als gastland van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE).
    6.  
    Wanneer een lidstaat een ontheffing verleent krachtens lid 4 of lid 5, dan informeert hij de Raad daaromtrent naar behoren.
    7.  
    Met betrekking tot in artikel 3, lid 2, bedoelde personen kunnen de lidstaten ontheffingen van de krachtens lid 1 van dit artikel opgelegde maatregelen verlenen voor reizen die plaatsvinden op grond van dringende humanitaire noden, of om intergouvernementele vergaderingen, door de Europese Unie geïnitieerde vergaderingen, vergaderingen waarvoor de Unie als gastheer optreedt of vergaderingen waarvoor een lidstaat als fungerend voorzitter van de OVSE als gastheer optreedt, bij te wonen waar een politieke dialoog wordt gevoerd waarbij de beleidsdoelstellingen van de beperkende maatregelen, waaronder de democratie, de mensenrechten en de rechtsstaat, in de DRC rechtstreeks worden bevorderd.
    8.  
    Een lidstaat die de in lid 7 bedoelde ontheffing wil verlenen, brengt zulks schriftelijk ter kennis van de Raad. De ontheffing wordt geacht te zijn toegestaan, tenzij een of meer leden van de Raad binnen twee werkdagen na ontvangst van de kennisgeving van de voorgestelde ontheffing schriftelijk bezwaar maken bij de Raad. Indien een of meer leden van de Raad bezwaar maken, kan de Raad, met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen, besluiten de voorgestelde ontheffing te verlenen.
    9.  
    Wanneer een lidstaat krachtens lid 4, 5, 6, 7 of 8 machtiging verleent tot binnenkomst op of doorreis via zijn grondgebied van de op de lijst in bijlage II geplaatste personen, geldt deze machtiging alleen voor het doel waarvoor ze is verleend en alleen voor de rechtstreeks daarbij betrokken personen.

    Artikel 5

    1.  
    Alle tegoeden, andere financiële activa en economische middelen die rechtstreeks of onrechtstreeks in bezit zijn of onder zeggenschap staan van de in artikel 3 bedoelde personen of entiteiten, of die worden gehouden door entiteiten waarvan de eigendom of de zeggenschap rechtstreeks of onrechtstreeks berust bij die personen of entiteiten, dan wel bij personen of entiteiten die namens deze of op hun aanwijzing handelen, als genoemd in de bijlagen I en II, worden bevroren.
    2.  
    Tegoeden, andere financiële activa of economische middelen worden rechtstreeks noch onrechtstreeks aan of ten behoeve van de in lid 1 bedoelde personen of entiteiten ter beschikking gesteld.
    3.  

    Met betrekking tot in artikel 3, lid 1, bedoelde personen en entiteiten mogen lidstaten ontheffingen van de in de leden 1 en 2 genoemde maatregelen toestaan voor tegoeden of andere financiële activa en economische middelen die:

    a) 

    noodzakelijk zijn ter dekking van basisuitgaven, zoals betalingen voor voedsel, huur of hypotheeklasten, geneesmiddelen of geneeskundige behandelingen, belastingen, verzekeringspremies of openbare voorzieningen;

    b) 

    uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van redelijke honoraria en vergoeding van gemaakte kosten in verband met de verlening van juridische diensten;

    c) 

    uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van honoraria of kosten, overeenkomstig het nationaal recht, voor alleen het houden of beheren van bevroren tegoeden of andere financiële activa en economische middelen;

    d) 

    noodzakelijk zijn ter dekking van uitzonderlijke uitgaven, na kennisgeving door de betrokken lidstaat aan het Sanctiecomité en goedkeuring door dit comité, of

    e) 

    het voorwerp zijn van een justitieel, administratief of arbitrair retentierecht of uitspraak; in dat geval kunnen de tegoeden, andere financiële activa en economische middelen worden gebruikt om het retentierecht uit te oefenen of de uitspraak ten uitvoer te leggen mits het retentierecht of de uitspraak vóór de aanwijzing van de betrokken persoon of entiteit door het Sanctiecomité is ingegaan, respectievelijk is gedaan, en niet ten goede komt aan een in artikel 3 genoemde persoon of entiteit, een en ander na kennisgeving door de betrokken lidstaat aan het Sanctiecomité.

    4.  
    De in lid 3, onder a), b) en c), bedoelde ontheffingen kunnen worden verleend na kennisgeving aan het Sanctiecomité door de betrokken lidstaat van zijn voornemen om, waar van toepassing, toestemming te verlenen voor de toegang tot dergelijke tegoeden, andere financiële activa en economische middelen en bij uitblijven van een negatief besluit van het Sanctiecomité binnen vier werkdagen na deze kennisgeving.
    5.  

    Met betrekking tot in artikel 3, lid 2, bedoelde personen en entiteiten kan de bevoegde autoriteit van een lidstaat, onder voorwaarden die zij passend acht, toestemming geven voor de vrijgave of de beschikbaarstelling van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen nadat zij heeft vastgesteld dat de betrokken tegoeden of economische middelen:

    a) 

    noodzakelijk zijn voor het dekken van uitgaven voor de basisbehoeften van personen en entiteiten en de afhankelijke gezinsleden van deze natuurlijke personen, zoals betalingen voor voedsel, huur of hypotheeklasten, geneesmiddelen of geneeskundige behandelingen, belastingen, verzekeringspremies of openbare voorzieningen;

    b) 

    uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van redelijke honoraria en de vergoeding van kosten in verband met de verlening van juridische diensten;

    c) 

    uitsluitend bestemd zijn voor de betaling van honoraria of kosten voor het louter houden of beheren van bevroren tegoeden of economische middelen, of

    d) 

    noodzakelijk zijn voor de betaling van buitengewone lasten, mits de bevoegde autoriteit, ten minste twee weken voor zij de toestemming geeft, de bevoegde autoriteiten van de andere lidstaten en de Commissie in kennis heeft gesteld van de redenen waarom zij meent dat specifieke toestemming moet worden gegeven.

    De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke toestemming die overeenkomstig dit lid is verleend.

    6.  

    In afwijking van de leden 1 en 2 kunnen de bevoegde autoriteiten van een lidstaat toestemming geven voor de vrijgave van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen voor op de lijst in bijlage II geplaatste personen en entiteiten indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

    a) 

    de tegoeden of economische middelen zijn het voorwerp van een scheidsrechterlijke beslissing die is gegeven vóór de datum waarop de persoon of entiteit op de lijst in bijlage II is geplaatst, dan wel van een vóór of na die datum in de Unie gegeven rechterlijke of administratieve beslissing of in de betrokken lidstaat uitvoerbare rechterlijke beslissing;

    b) 

    de tegoeden of economische middelen zullen uitsluitend worden aangewend om te voldoen aan vorderingen die bij een dergelijke beslissing zijn gewaarborgd of geldig zijn verklaard, overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften betreffende de rechten van de houders van dergelijke vorderingen;

    c) 

    de beslissing komt niet ten goede aan een op de lijst in bijlage I of II geplaatste persoon of entiteit, en

    d) 

    de erkenning van de beslissing is niet in strijd met de openbare orde van de betrokken lidstaat.

    De betrokken lidstaat stelt de andere lidstaten en de Commissie in kennis van elke toestemming die overeenkomstig dit lid is verleend.

    ▼M31

    7.  
    Onverminderd artikel 5, lid 10, kunnen er ten aanzien van op de lijst in bijlage II geplaatste personen en entiteiten ook uitzonderingen worden gemaakt voor tegoeden en economische middelen die noodzakelijk zijn voor humanitaire doeleinden, zoals de verlening of het vergemakkelijken van de verlening van hulp, met inbegrip van medicijnen en levensmiddelen, of de overbrenging van humanitaire werkers en daarmee verband houdende hulp, of voor evacuatie uit de DRC.

    ▼M9

    8.  
    De leden 1 en 2 beletten een op de lijst in bijlage II geplaatste persoon of entiteit niet betalingen te verrichten uit hoofde van een overeenkomst die is gesloten vóór de datum waarop de persoon of entiteit op die lijst werd geplaatst, mits de betrokken lidstaat heeft vastgesteld dat de betaling niet rechtstreeks of onrechtstreeks wordt ontvangen door een op de lijst in bijlage I of II geplaatste persoon of entiteit.
    9.  

    Lid 2 is niet van toepassing op de bijboeking op bevroren rekeningen van:

    a) 

    rente of andere inkomsten op die rekeningen;

    b) 

    betalingen die verschuldigd zijn uit hoofde van contracten, overeenkomsten of verplichtingen die zijn gesloten of zijn ontstaan vóór de datum waarop beperkende maatregelen op de betrokken rekeningen van toepassing werden, of

    c) 

    in artikel 3, lid 2, bedoelde betalingen die verschuldigd zijn uit hoofde van een gerechtelijke, administratieve of scheidsrechterlijke beslissing die in de Unie is gegeven of in de betrokken lidstaat uitvoerbaar is,

    mits deze rente, andere inkomsten en betalingen onder lid 1 blijven vallen.

    ▼M31

    10.  

    De leden 1 en 2 zijn niet van toepassing op de verstrekking, verwerking of betaling van tegoeden, andere financiële activa of economische middelen of op de verstrekking van goederen of diensten die noodzakelijk zijn voor de tijdige verstrekking van humanitaire bijstand of voor het steunen van andere activiteiten die beantwoorden aan elementaire menselijke behoeften wanneer dergelijke bijstand en andere activiteiten worden uitgevoerd door:

    a) 

    de Verenigde Naties, met inbegrip van hun programma's, fondsen en andere entiteiten en organen, alsmede hun gespecialiseerde agentschappen en aanverwante organisaties;

    b) 

    internationale organisaties;

    c) 

    humanitaire organisaties met de status van waarnemer bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties en leden van die humanitaire organisaties;

    d) 

    bilateraal of multilateraal gefinancierde niet-gouvernementele organisaties die deelnemen aan de humanitaire responsplannen van de Verenigde Naties, de responsplannen voor vluchtelingen, andere oproepen van de Verenigde Naties of humanitaire clusters die worden gecoördineerd door het Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Aangelegenheden van de Verenigde Naties (OCHA);

    e) 

    de werknemers, begunstigden, ondergeschikte organen of uitvoerende partners van de onder a) tot en met d) genoemde entiteiten terwijl en in de mate waarin zij in die hoedanigheid handelen, of door

    f) 

    passende andere actoren, zoals bepaald door het Sanctiecomité wat betreft personen en entiteiten bedoeld in artikel 3, lid 1, en door de Raad wat betreft personen en entiteiten bedoeld in artikel 3, lid 2.

    ▼M9

    Artikel 6

    1.  
    De Raad wijzigt de lijst in bijlage I op basis van de vaststellingen van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of het Sanctiecomité.
    2.  
    Op voorstel van een lidstaat of van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid stelt de Raad de lijst in bijlage II vast en past hij deze aan.

    Artikel 7

    1.  
    Wanneer de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of het Sanctiecomité een persoon of entiteit op de lijst plaatst, neemt de Raad die persoon of entiteit op in bijlage I. De Raad stelt de betrokken persoon of entiteit in kennis van zijn besluit en van de motivering voor plaatsing op de lijst, hetzij rechtstreeks, indien het adres bekend is, hetzij middels de bekendmaking van een kennisgeving, zodat de betrokken persoon of entiteit daarover opmerkingen kan indienen.
    2.  
    De Raad stelt de betrokken persoon of entiteit in kennis van het in artikel 6, lid 2, bedoelde besluit en de redenen voor plaatsing op de lijst, hetzij rechtstreeks, indien het adres bekend is, hetzij middels de bekendmaking van een kennisgeving, zodat de betrokken persoon of entiteit daarover opmerkingen kan indienen.
    3.  
    Indien er opmerkingen worden ingediend of substantieel nieuw bewijsmateriaal wordt overgelegd, toetst de Raad zijn besluit en brengt hij de betrokken persoon of entiteit daarvan op de hoogte.

    Artikel 8

    1.  
    Bijlage I vermeldt de door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of het Sanctiecomité opgegeven redenen waarom personen of entiteiten op de lijst zijn geplaatst.
    2.  
    Bijlage I bevat tevens, wanneer beschikbaar, door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of het Sanctiecomité verstrekte informatie die nodig is om de betrokken personen of entiteiten te kunnen identificeren. Met betrekking tot personen kan die informatie bestaan uit namen, inclusief aliassen, geboortedatum en geboorteplaats, nationaliteit, paspoort- en identiteitskaartnummers, geslacht, adres (indien bekend) en functie of beroep. Met betrekking tot entiteiten kan die informatie namen, plaats en datum van registratie, registratienummer en de plaats van vestiging omvatten. Bijlage I bevat tevens de datum van aanwijzing door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of door het Sanctiecomité.
    3.  
    Bijlage II vermeldt de redenen waarom de daarin opgenomen betrokken personen en entiteiten op de lijst zijn geplaatst.
    4.  
    Bijlage II bevat ook de informatie, indien beschikbaar, die nodig is voor het identificeren van de betrokken personen of entiteiten. Met betrekking tot natuurlijke personen kan die informatie bestaan uit namen, inclusief aliassen, geboortedatum en geboorteplaats, nationaliteit, paspoort- en identiteitskaartnummers, geslacht, adres (indien bekend) en functie of beroep. Met betrekking tot entiteiten kan die informatie namen, plaats en datum van registratie, registratienummer en de plaats van vestiging omvatten.

    ▼M18

    Artikel 8 bis

    1.  

    De Raad en de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (de „hoge vertegenwoordiger”) kunnen voor de uitoefening van hun taken op grond van dit besluit persoonsgegevens verwerken, met name:

    a) 

    wat betreft de Raad, bij het opstellen en wijzigen van de bijlagen I en II;

    b) 

    wat betreft de hoge vertegenwoordiger, bij het opstellen van de wijzigingen van de bijlagen I en II.

    2.  
    De Raad en de hoge vertegenwoordiger kunnen in voorkomend geval relevante gegevens verwerken die betrekking hebben op strafbare feiten die zijn gepleegd door natuurlijke personen op de lijst, op strafrechtelijke veroordelingen van dergelijke personen of op veiligheidsmaatregelen betreffende dergelijke personen, doch uitsluitend voor zover die verwerking noodzakelijk is voor het opstellen van de bijlagen I en II.
    3.  
    Voor de toepassing van dit besluit worden de Raad en de hoge vertegenwoordiger aangewezen als „verwerkingsverantwoordelijken” in de zin van artikel 3, punt 8, van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad ( 2 ) om ervoor te zorgen dat de betrokken natuurlijke personen hun rechten uit hoofde van Verordening (EU) 2018/1725 kunnen uitoefenen.

    ▼M9

    Artikel 9

    1.  
    Dit besluit wordt zo nodig herzien, gewijzigd of ingetrokken, met name in het licht van de toepasselijke besluiten van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

    ▼M30

    2.  
    De in artikel 3, lid 2, bedoelde maatregelen zijn van toepassing tot en met 12 december 2023. Zij worden zo nodig verlengd of gewijzigd indien de Raad van oordeel is dat de doelstellingen ervan niet zijn bereikt.

    ▼B

    Artikel 10

    Gemeenschappelijk Standpunt 2008/369/GBVB wordt ingetrokken.

    Artikel 11

    Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.




    ▼M9

    BIJLAGE I

    a) 

    ▼M11

    Lijst van personen als bedoeld in artikel 3, lid 1

    1.    Eric BADEGE

    Geboortedatum: 1971.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

    Adres: Rwanda (sinds begin 2016).

    Andere informatie: Hij is in maart 2013 naar Rwanda gevlucht en verbleef daar begin 2016 nog steeds. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272441

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Eric Badege was luitenant-kolonel en een contactpunt voor M23 in Masisi en voerde het bevel over bepaalde operaties die delen van het Masisigebied in de provincie Noord-Kivu destabiliseerden. Als militair bevelhebber van M23 was Badege verantwoordelijk voor ernstige schendingen waarbij vrouwen en kinderen het doelwit waren in gewapende conflicten. Na mei 2012 hebben de Raia Mutomboki tijdens gecoördineerde aanslagen onder het bevel van M23 honderden burgers gedood. Badege heeft in augustus 2012 gezamenlijke aanslagen gepleegd waarbij burgers willekeurig zijn vermoord. Deze aanslagen waren gezamenlijk georganiseerd door Badege en kolonel Makoma Semivumbi Jacques. Voormalige M23-strijders beweerden dat leiders van M23 standrechtelijk tientallen kinderen hebben geëxecuteerd die poogden te ontsnappen nadat zij door M23 als kindsoldaten waren gerekruteerd.

    Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 11 september 2012 heeft een Rwandese man van 18, die na een gedwongen rekrutering in Rwanda was ontsnapt, HRW meegedeeld dat hij getuige is geweest van de executie van een 16-jarige jongen van zijn eenheid bij M23 die in juni had geprobeerd te vluchten. De jongen werd gevangengenomen en voor de ogen van andere rekruten doodgeslagen door strijders van M23. Een bevelhebber van M23 die deze moordpartij had bevolen, zou als verklaring voor deze moord de overige rekruten gezegd hebben dat „hij ons in de steek wilde laten”. Het rapport maakt ook melding van getuigen die beweren dat ten minste 33 nieuwe rekruten en andere M23-strijders bij een ontsnappingspoging standrechtelijk zouden zijn geëxecuteerd. Sommigen werden vastgebonden en voor de ogen van andere rekruten doodgeschoten, als voorbeeld van de straf die hen mogelijk te wachten stond. Een jonge rekruut vertelde HRW het volgende: „toen we bij M23 waren, werd ons gezegd [dat we de keuze hadden] en dat we bij hen konden blijven of sterven. Velen probeerden te ontsnappen. Sommigen werden gepakt, en werden onmiddellijk gedood”.

    Badege vluchtte in maart 2013 naar Rwanda en verbleef daar begin 2016 nog steeds.

    2.    Frank Kakolele BWAMBALE

    (ook bekend als: a) Frank Kakorere b) Frank Kakorere Bwambale c) Aigle blanc)

    Hoedanigheid: Generaal bij de FARDC.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Adres: Kinshasa, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

    Andere informatie: Heeft het CNDP in januari 2008 verlaten. Verblijft sinds juni 2011 in Kinshasa. Sinds 2010 is generaal Kakolele betrokken bij activiteiten die blijkbaar pasten in het „Programme de Stabilisation et Reconstruction des Zones Sortant des Conflits Armés” (STAREC) van de regering van de DRC, inclusief deelname aan een missie vanuit dit STAREC naar Goma en Beni in maart 2011. De autoriteiten van de DRC hebben hem in december 2013 in Beni, Noord-Kivu, gearresteerd omdat hij het ontwapenings-, demobilisatie- en reïntegratieproces (DDR) zou blokkeren. Hij heeft de DRC verlaten en heeft enige tijd in Kenia gewoond. Nadien heeft de regering van de DRC hem teruggeroepen om haar te helpen met de situatie in het Benigebied. In oktober 2015 is hij in de streek van Mambasa aangehouden omdat hij een Mai Mai-groepering zou hebben gesteund, maar hij werd niet vervolgd en verbleef in juni 2016 in Kinshasa. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776078

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Frank Kakolele Bwambale had de leiding over de RCD-ML, had invloed op het beleid van deze organisatie en voerde het commando over en controleerde de activiteiten van de strijdkrachten van de RCD-ML, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Hij heeft het CNDP in januari 2008 verlaten. Sinds 2010 is Kakolele betrokken bij activiteiten die blijkbaar pasten in het „Programme de Stabilisation et Reconstruction des Zones Sortant des Conflits Armés” (STAREC) van de regering van de DRC, inclusief deelname aan een missie vanuit dit STAREC naar Goma en Beni in maart 2011.

    Hij heeft de DRC verlaten en heeft enige tijd in Kenia gewoond; nadien heeft de regering van de DRC hem teruggeroepen om haar te helpen met de situatie in het Benigebied. In oktober 2015 is hij in de streek van Mambasa aangehouden omdat hij een Mai Mai-groepering zou hebben gesteund, maar hij werd niet vervolgd. Kakolele verbleef sinds juni 2016 in Kinshasa.

    3.    Gaston IYAMUREMYE

    (ook bekend als: a) Byiringiro Victor Rumuli, b) Victor Rumuri, c) Michel Byiringiro, d) Rumuli)

    Hoedanigheid: a) interimvoorzitter van de FDLR, b) eerste vicevoorzitter van de FDLR-FOCA; c) generaal-majoor van de FDLR-FOCA.

    Adres: provincie Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

    Geboortedatum: 1948.

    Geboorteplaats: a) district Musanze, provincie Nord, Rwanda, b) Ruhengeri, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

    Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272456

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Gaston Iyamuremye is de eerste vicevoorzitter van de FDLR, alsmede de interimvoorzitter. Ook heeft hij de rang van generaal-majoor in de militaire vleugel van de FDLR, namelijk de FOCA. Sinds juni 2016 bevindt Iyamuremye zich in de provincie Noord-Kivu van de Democratische Republiek Congo.

    4.    Innocent KAINA

    (ook bekend als: a) Colonel Innocent Kaina, b) India Queen)

    Hoedanigheid: voormalig plaatsvervangend bevelhebber van M23.

    Adres: Uganda (sinds begin 2016).

    Geboortedatum: november 1973.

    Geboorteplaats: Bunagana, gebied Rutshuru, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 november 2012.

    Andere informatie: werd plaatsvervangend bevelhebber van M23 nadat de factie van Bosco Taganda in maart 2013 naar Rwanda was gevlucht. In november 2013 naar Uganda gevlucht. Verbleef begin 2016 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776081

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Innocent Kaina was sectorcommandant en later plaatsvervangend bevelhebber in de Mouvement du 23 Mars (M23). Hij was verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationaal recht en de mensenrechten en beging zelf ook schendingen. Kaina werd in juli 2007 door het militair tribunaal van het garnizoen Kinshasa schuldig bevonden aan misdrijven tegen de menselijkheid, begaan in het district Ituri tussen mei 2003 en december 2005. Hij werd in 2009 vrijgelaten als onderdeel van het vredesakkoord tussen de Congolese regering en het CNDP. Als lid van de FARDC heeft hij zich in 2009 schuldig gemaakt aan executies, ontvoeringen en verminkingen in het Masisigebied. Als commandant onder het bevel van generaal Taganda heeft hij de aanzet gegeven tot de muiterij van de voormalige leden van de CNDP in het Rutshurugebied in april 2012. Hij zorgde ervoor dat de muiters veilig uit het Masisigebied konden ontkomen. Tussen mei en augustus 2012 zag hij toe op de rekrutering en de opleiding van meer dan 150 kinderen voor M23, en schoot hij de jongens die hadden geprobeerd te ontsnappen dood. In juli 2012 reisde hij naar Berunda en Degho met het oog op mobilisatie- en rekruteringsactiviteiten voor M23. Kaina is in november 2013 naar Uganda gevlucht en verbleef daar begin 2016 nog steeds.

    5.    Jérôme KAKWAVU BUKANDE

    (ook bekend als: a) Jérôme Kakwavu, b) Commandant Jérôme)

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Heeft sinds december 2004 de rang van generaal bij de FARDC. Sinds juni 2011 in hechtenis in de Makalagevangenis in Kinshasa. Op 25 maart 2011 is tegen de heer Kakwavu een proces geopend voor het hoge militaire gerechtshof te Kinshasa wegens oorlogsmisdaden. In november 2014 door een militaire rechtbank van de DRC veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf wegens verkrachting, moord en foltering. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776083

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Voormalig voorzitter van de UCD/FAPC. De FAPC beheerst illegale grensovergangen tussen Uganda en de DRC — een belangrijke transitroute voor wapenhandel. Als voorzitter van de FAPC had hij invloed op het beleid van die organisatie en voerde hij het commando over, en controleerde hij de activiteiten van, de strijdkrachten van de FAPC, die betrokken waren bij wapensmokkel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri in 2002. Hij is een van de vijf hoge officieren van de FARDC die werden beschuldigd van ernstige misdrijven met seksueel geweld en wier dossiers door de Veiligheidsraad bij zijn bezoek in 2009 onder de aandacht van de regering zijn gebracht. Heeft sinds december 2004 de rang van generaal bij de FARDC. Sinds juni 2011 in hechtenis in de Makalagevangenis in Kinshasa. Op 25 maart 2011 is tegen de heer Kakwavu een proces geopend voor het hoge militaire gerechtshof te Kinshasa wegens oorlogsmisdaden.

    6.    Germain KATANGA

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Geboortedatum: 28 april 1978.

    Geboorteplaats: Mambasa, provincie Ituri, Democratische Republiek Congo.

    Adres: Democratische Republiek Congo (in de gevangenis).

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: In december 2004 benoemd tot generaal bij de FARDC. Op 18 oktober 2007 door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Aanvankelijk werd hij op 23 mei 2014 door het ICC veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, maar de kamer van beroep van het ICC verminderde zijn straf en bepaalde dat deze op 18 januari 2016 ten einde moest lopen. Hoewel hij tijdens zijn proces in Nederland vastzat, werd Katanga naar een gevangenis in de DRC overgebracht in december 2015 en vervolgd voor andere, eerder in Ituri gepleegde misdaden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776116

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Germain Katanga was de bevelhebber van de FRPI. Hij was betrokken bij wapenhandel en schond bijgevolg het wapenembargo. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri van 2002 tot en met 2003. In december 2004 werd hij benoemd tot generaal bij de FARDC. Op 18 oktober 2007 werd hij door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Aanvankelijk werd hij op 23 mei 2014 door het ICC veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, maar de kamer van beroep van het ICC verminderde zijn straf en bepaalde dat deze op 18 januari 2016 ten einde moest lopen. Hoewel hij tijdens zijn proces in Nederland vastzat, werd Katanga naar een gevangenis in de DRC overgebracht in december 2015 en vervolgd voor eerder in Ituri gepleegde misdaden.

    ▼M23

    7.    Thomas LUBANGA

    Geboorteplaats: Ituri, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Adres: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Overige informatie: In maart 2005 gearresteerd in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van de UPC/L bij mensenrechtenschendingen. Op 17 maart 2006 aan het ICC overgedragen. In maart 2012 door het ICC schuldig bevonden en veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf. Op 1 december 2014 hebben de raadsheren van het ICC de veroordeling van en het vonnis jegens Lubanga bevestigd. Op 19 december 2015 naar een gevangenis in de DRC overgebracht om zijn gevangenisstraf uit te zitten. Op 15 maart 2020 vrijgelaten na het uitzitten van zijn straf van het ICC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/How-we-work/Notices/View-UN-Notices-Individuals

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Thomas Lubanga was de voorzitter van de UPC/L, een van de in punt 20 van Resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen in Ituri van 2002 tot en met 2003. Hij is in maart 2005 in Kinshasa aangehouden op verdenking van betrokkenheid van de UPC/L bij mensenrechtenschendingen en op 17 maart 2006 door de autoriteiten van de DRC overgedragen aan het ICC. In maart 2012 is hij door het ICC schuldig bevonden en veroordeeld tot 14 jaar gevangenisstraf. Op 1 december 2014 hebben de raadsheren van het ICC de veroordeling en het vonnis bevestigd. Hij is op 19 december 2015 naar een gevangenis in de DRC overgebracht om zijn gevangenisstraf uit te zitten.

    ▼M11

    8.    Sultani MAKENGA

    (ook bekend als: a) Makenga, Colonel Sultani, b) Makenga, Emmanuel Sultani)

    Geboortedatum: 25 december 1973.

    Geboorteplaats: Rutshuru, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 12 november 2012.

    Andere informatie: Een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo opereert. Sinds eind 2014 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272833

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Sultani Makenga is een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo (DRC) opereert. Als leider van M23 (ook bekend als het Congolese revolutionaire leger) heeft Sultani Makenga ernstige schendingen van het internationale recht begaan en is hij verantwoordelijk voor dergelijke schendingen, waarbij kinderen en vrouwen het doelwit zijn in gewapende conflicten, worden gedood en verminkt, en het slachtoffer zijn van seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Hij is tevens verantwoordelijk voor schendingen van het internationaal recht in verband met activiteiten van M23 waarbij kinderen worden gerekruteerd of gebruikt in gewapende conflicten in de DRC. M23 heeft onder het bevel van Sultani Makenga op grote schaal wreedheden begaan tegen de burgerbevolking van de DRC. Volgens getuigenissen en rapporten hebben de militanten die onder het bevel van Sultani Makenga opereerden, in het gehele Rutshurugebied vrouwen en kinderen (sommigen slechts 8 jaar oud) verkracht als onderdeel van een strategie om de controle over het Rutshurugebied te consolideren. Onder het bevel van Makenga heeft M23 grootschalige campagnes van gedwongen rekrutering van kinderen in de DRC en in de regio gevoerd, en werden talloze kinderen gedood, verminkt of gewond. Vele van de onder dwang gerekruteerde kinderen waren jonger dan 15 jaar. Makenga zou voorts wapens en aanverwant materiaal hebben ontvangen, wat in strijd is met de maatregelen van de DRC ter handhaving van het wapenembargo, onder meer nationale ordonnanties inzake de invoer en het bezit van wapens en aanverwant materiaal. Bij Makenga's acties als leider van M23 werden onder meer ernstige schendingen van het internationaal recht en wreedheden tegen de burgerbevolking van de DRC begaan, en werd de situatie van onveiligheid, ontheemding en conflict in de regio nog verergerd. Een militair leider van de groepering „Mouvement du 23 mars (M23)” die in de Democratische Republiek Congo opereert.

    9.    Khawa Panga MANDRO

    (ook bekend als: a) Kawa Panga, b) Kawa Panga Mandro, c) Kawa Mandro, d) Yves Andoul Karim, e) Mandro Panga Kahwa, f) Yves Khawa Panga Mandro, g) Chief Kahwa, h) Kawa)

    Geboortedatum: 20 augustus 1973.

    Geboorteplaats: Bunia, Democratische Republiek Congo.

    Adres: Uganda (sinds mei 2016).

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Gevangen te Bunia sinds april 2005 wegens sabotage van het vredesproces van Ituri. Is in oktober 2005 aangehouden door de Congolese autoriteiten, vrijgesproken door het Hof van Beroep in Kisangani, vervolgens overgedragen aan de gerechtelijke autoriteiten in Kinshasa vanwege een nieuwe aanklacht wegens misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden, moord, gekwalificeerde slagen en verwondingen. In augustus 2014 heeft een militaire rechtbank van de DRC in Kisangani hem veroordeeld wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, en hem veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf en tot betaling van ongeveer 85 000 dollar aan zijn slachtoffers. Hij heeft zijn straf uitgezeten en verblijft sinds mei 2016 in Uganda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272933

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Kawa Panga Mandro was de voorzitter van de PUSIC, een van de in punt 20 van resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen van 2001 tot en met 2002. Hij werd in april 2005 gevangengezet in Bunia wegens sabotage van het vredesproces van Ituri. Hij is in oktober 2005 aangehouden door de Congolese autoriteiten, vrijgesproken door het Hof van Beroep in Kisangani, vervolgens overgedragen aan de gerechtelijke autoriteiten in Kinshasa vanwege een nieuwe aanklacht wegens misdrijven tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden, moord, gekwalificeerde slagen en verwondingen. In augustus 2014 heeft een militaire rechtbank van de DRC in Kisangani hem veroordeeld wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, en hem veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf en tot betaling van ongeveer 85 000 dollar aan zijn slachtoffers. Hij heeft zijn straf uitgezeten en verbleef in mei 2016 in Uganda.

    10.    Callixte MBARUSHIMANA

    Hoedanigheid: uitvoerend secretaris van de FDLR.

    Geboortedatum: 24 juli 1963.

    Geboorteplaats: Ndusu/Ruhengeri, provincie Nord, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

    Andere informatie: Gearresteerd te Parijs op 3 oktober 2010 krachtens een arrestatiebevel van het ICC wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan door troepen van de FDLR in de Kivuprovincies in 2009. Op 25 januari 2011 overgebracht naar Den Haag en eind 2011 door het ICC vrijgelaten. Op 29 november 2014 voor een termijn van vijf jaar verkozen tot uitvoerend secretaris van de FDLR. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5224649

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Callixte Mbarushimana was tot zijn aanhouding uitvoerend secretaris van de FDLR en vicevoorzitter van het militaire opperbevel van de FDLR. Als politiek/militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, heeft hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders belemmerd, in strijd met punt 4, onder b) van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Hij is op 3 oktober 2010 in Parijs gearresteerd krachtens een arrestatiebevel van het ICC wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan door troepen van de FDLR in de Kivuprovincies in 2009. Hij is op 25 januari 2011 overgebracht naar Den Haag, maar eind 2011 vrijgelaten. Hij is op 29 november 2014 opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot uitvoerend secretaris van de FDLR.

    11.    Iruta Douglas MPAMO

    (ook bekend als: a) Doulas Iruta Mpamo, b) Mpano)

    Adres: Gisenyi, Rwanda (sinds juni 2011).

    Geboortedatum: a) 28 december 1965, b) 29 december 1965.

    Geboorteplaats: a) Bashali, Masisi, Democratische Republiek Congo, b) Goma, Democratische Republiek Congo, c) Uvira, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Geen beroepsactiviteit bekend sinds het neerstorten van twee van de door de Great Lakes Business Company (GLBC) beheerde vliegtuigen. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272813

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Eigenaar/manager van de „Compagnie Aérienne des Grands Lacs” en van de „Great Lakes Business Company”, waarvan vliegtuigen zijn gebruikt om bijstand te verlenen aan gewapende groepen en milities die in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) worden genoemd. Tevens verantwoordelijk voor het verdoezelen van vlucht- en ladinggegevens, blijkbaar met de bedoeling het omzeilen van het wapenembargo mogelijk te maken. Geen beroepsactiviteit bekend sinds het neerstorten van twee van de door de Great Lakes Business Company (GLBC) beheerde vliegtuigen.

    ▼M10

    12.   Sylvestre MUDACUMURA

    (ook bekend als: a) Mupenzi Bernard, b) Generaal-majoor Mupenzi, c) Generaal Mudacumura, d) Farao, e) Radja)

    Hoedanigheid: a) bevelhebber van de FDLR-FOCA, b) luitenant-generaal van de FDLR-FOCA.

    Geboortedatum: 1954.

    Geboorteplaats: Cellule Ferege, sector Gatumba, gemeente Kibilira, prefectuur Gisenyi, Rwanda.

    Adres: provincie Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

    Nationaliteit: Rwandese.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Het Internationaal Strafhof heeft op 12 juli 2012 een aanhoudingsbevel tegen Mudacumura uitgevaardigd voor negen aanklachten wegens oorlogsmisdaden, onder meer aanvallen tegen de burgerbevolking, moord, verminking, wrede behandeling, verkrachting, foltering, vernietiging van eigendom, plundering en aanslagen op de menselijke waardigheid, die zouden zijn begaan tussen 2009 en 2010 in de DRC.

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst die door het Sanctiecomité is verstrekt:

    Sylvestre Mudacumura is de bevelhebber van de FOCA, de gewapende arm van de FDLR, en heeft invloed op het beleid en voert nog steeds het commando over en controleert de activiteiten van de strijdkrachten van de FDLR, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Mudacumura (of een lid van zijn staf) voerde telefoongesprekken met FDLR-leider Murwanashyaka in Duitsland, onder meer op het tijdstip van het bloedbad in Busurungi in mei 2009, en met militair commandant majoor Guillaume tijdens de operaties Umoja Wetu en Kimia II in 2009. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor 27 gevallen van rekrutering en inzet van kinderen door troepen onder zijn bevel in Noord-Kivu van 2002 tot en met 2007. Mudacumura was medio 2016 nog steeds de opperbevelhebber van de gewapende arm van de FDLR met de rang van luitenant-generaal en bevond zich in de provincie Noord-Kivu in de Democratische Republiek Congo.

    ▼M11

    13.    Leodomir MUGARAGU

    (ook bekend als: a) Manzi Leon, b) Leo Manzi)

    Adres: FDLR-hoofdkwartier in het Kikoma-woud, bij Bogoyi, Walikale, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2011).

    Geboortedatum: a) 1954, b) 1953.

    Geboorteplaats: a) Kigali, Rwanda, b) Rushashi, provincie Nord, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

    Andere informatie: Chef-staf van het FDLR-FOCA, belast met administratieve aangelegenheden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270747

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Volgens inlichtingen uit open bronnen en officiële rapporten is Leodomir Mugaragu chef-staf van de Forces Combattantes Abucunguzi/Combatant Force for the Liberation of Rwanda (FOCA), de gewapende vleugel van de FDLR. Volgens officiële rapporten is Mugaragu een belangrijk strateeg voor de militaire operaties van de FDLR in het oosten van de DRC. Chef-staf van het FDLR-FOCA, belast met administratieve aangelegenheden.

    14.    Leopold MUJYAMBERE

    (ook bekend als: a) Musenyeri b) Achille c) Frere Petrus Ibrahim)

    Hoedanigheid: a) chef-staf van de FDLR-FOCA, b) tijdelijk plaatsvervangend bevelhebber van de FDLR-FOCA.

    Adres: Kinshasa, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

    Geboortedatum: a) 17 maart 1962, b) rond 1966.

    Geboorteplaats: Kigali, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

    Andere informatie: Werd in 2014 dienstdoend plaatsvervangend bevelhebber van de FDLR-FOCA. Begin mei 2016 in Goma (DRC) gevangengenomen door Congolese veiligheidsdiensten en naar Kinshasa overgebracht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5224709

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Leopold Mujyambere was commandant van de tweede divisie van de FOCA, de gewapende arm van de FDLR. Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en dat werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde meisjes waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad.

    In juni 2011 was hij de FOCA-commandant van de operationele sector Zuid-Kivu, destijds „Amazon” genoemd. Later tot chef-staf van de FOCA bevorderd, en in 2014 tot dienstdoend plaatsvervangend bevelhebber. Begin mei 2016 in Goma (DRC) gevangengenomen door Congolese veiligheidsdiensten en naar Kinshasa overgebracht.

    15.    Jamil MUKULU

    (ook bekend als: a) Steven Alirabaki, b) David Kyagulanyi, c) Musezi Talengelanimiro, d) Mzee Tutu, e) Abdullah Junjuaka, f) Alilabaki Kyagulanyi, g) Hussein Muhammad, h) Nicolas Luumu, i) Julius Elius Mashauri, j) David Amos Mazengo, k) Professor Musharaf, l) Talengelanimiro)

    Hoedanigheid: a) hoofd van de Geallieerde democratische strijdkrachten (ADF), b) commandant van de Geallieerde democratische strijdkrachten.

    Adres: naar verluidt in de gevangenis in Uganda (sinds september 2016).

    Geboortedatum: a) 1965, b) 1 januari 1964.

    Geboorteplaats: Ntoke, provincie Ntenjeru, district Kayunga, Uganda.

    Nationaliteit: Uganda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 12 oktober 2011.

    Andere informatie: In april 2015 in Tanzania aangehouden en in juli 2015 aan Uganda uitgeleverd. Sinds september 2016 wordt Mukulu naar verluidt vastgehouden in een politiecel in afwachting van zijn proces voor oorlogsmisdaden en ernstige schendingen van de Conventie van Genève krachtens het Ugandees recht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270670

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Volgens publieke bronnen en officiële verslaglegging, onder meer verslagen van de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN, is Jamil Mukulu de militaire leider van de ADF, een buitenlandse gewapende groepering die in de DRC actief is en die de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders belemmert, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. De Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN rapporteerde dat Jamil Mukulu materiële en personele steun verstrekte aan de ADF als gewapende groepering die actief is op het grondgebied van de DRC. Volgens verscheidene bronnen, onder meer verslagen van de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN, stelde Jamil Mukulu financiering veilig, oefende hij invloed uit op het beleid van de ADF en nam hij rechtstreekse verantwoordelijkheid op zich in het commando van en de controle over de ADF-strijdkrachten, met name wat betreft het toezicht op gevestigde banden met internationale terreurnetwerken.

    ▼M20

    16.    Ignace MURWANASHYAKA

    (ook bekend als: dr. Ignace)

    Titel: dr.

    Hoedanigheid: voorzitter van de FDLR

    Adres: Duitsland (in de gevangenis)

    Geboortedatum: 14 mei 1963

    Geboorteplaats: a) Butera, Rwanda, b) Ngoma, Butare, Rwanda

    Nationaliteit: Rwanda

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 nov. 2005

    Andere informatie: overleden in de gevangenis in Duitsland op 16 april 2019. Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten en op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan leiderschap van een buitenlandse terroristische groepering en medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden. Kreeg 13 jaar gevangenisstraf en verbleef sinds juni 2016 in een Duitse gevangenis. Op 29 november 2014 opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot voorzitter van de FDLR. Weblink naar de speciale kennisgeving van Interpol en de VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/How-we-work/Notices/View-UN-Notices-Individuals.

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Ignace Murwanashyaka was de voorzitter van de FDLR en oefende invloed uit over het beleid van de FDLR-strijdkrachten, een van de in punt 20 van Resolutie 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Hij voerde telefoongesprekken met militaire commandanten te velde van de FDLR (onder meer tijdens het bloedbad in Busurungi in mei 2009); hij gaf militaire bevelen aan het opperbevel; hij was betrokken bij de coördinatie van de overdracht van wapens en munitie aan FDLR-eenheden en bij het doorgeven van specifieke gebruiksinstructies; en hij beheerde grote geldsommen die werden bijeengebracht door middel van de illegale verkoop van natuurlijke hulpbronnen in gebieden onder controle van de FDLR. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten had hij als voorzitter en militair commandant van de FDLR commando-verantwoordelijkheid voor de rekrutering en inzet van kinderen door de FDLR in Oost-Congo. Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten en op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan leiderschap van een buitenlandse terroristische groepering en medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden. Hij kreeg 13 jaar gevangenisstraf en verbleef sinds juni 2016 in een Duitse gevangenis. Op 29 november 2014 werd hij opnieuw voor een termijn van vijf jaar verkozen tot voorzitter van de FDLR.

    ▼M11

    17.    Straton MUSONI

    (ook bekend als: IO Musoni)

    Hoedanigheid: voormalig vicevoorzitter van de FDLR.

    Geboortedatum: a) 6 april 1961, b) 4 juni 1961.

    Geboorteplaats: Mugambazi, Kigali, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

    Andere informatie: Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten, op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan het leiden van een buitenlandse terroristische groepering en veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar. Musoni werd onmiddellijk na het proces vrijgelaten, omdat hij meer dan vijf jaar van zijn straf had uitgezeten. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272354

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Straton Musoni was vicevoorzitter van de FDLR, een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de DRC. Hij belemmerde in strijd met Resolutie 1649 (2005) de ontwapening en vrijwillige repatriëring of hervestiging van tot die groepen behorende strijders. Op 17 november 2009 aangehouden door de Duitse autoriteiten, op 28 september 2015 door een Duitse rechtbank schuldig bevonden aan het leiden van een buitenlandse terroristische groepering en veroordeeld tot een gevangenisstraf van acht jaar. Werd onmiddellijk na het proces vrijgelaten, omdat hij meer dan vijf jaar van zijn straf had uitgezeten.

    18.    Jules MUTEBUTSI

    (ook bekend als: a) Jules Mutebusi, b) Jules Mutebuzi, c) Colonel Mutebutsi)

    Geboortedatum: 1964.

    Geboorteplaats: Minembwe, Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Voormalig plaatsvervangend regionaal militair bevelhebber van de FARDC voor de 10e militaire regio; in april 2004 ontslagen wegens ongedisciplineerd gedrag. In december 2007 aangehouden door de Rwandese autoriteiten toen hij probeerde de grens met de DRC over te steken. Zou op 9 mei 2014 in Kigali overleden zijn. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5272093

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Jules Mutebutsi sloot zich aan bij andere afvallige elementen van de voormalige RCD-G met wie hij in mei 2004 met geweld de stad Bukavu innam. Hij was betrokken bij wapenhandel buiten de structuren van de FARDC om en bij de bevoorrading van in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities, waarmee hij het wapenembargo overtrad. Hij was de voormalige plaatsvervangend regionaal militair bevelhebber van de FARDC voor de 10e militaire regio tot april 2004, toen hij werd ontslagen wegens ongedisciplineerd gedrag. In december 2007 aangehouden door de Rwandese autoriteiten toen hij probeerde de grens met de DRC over te steken. Zou op 9 mei 2014 in Kigali overleden zijn.

    19.    Baudoin NGARUYE WA MYAMURO

    (ook bekend als: Colonel Baudoin Ngaruye)

    Titel: militair leider van de „Mouvement du 23 mars (M23)”.

    Hoedanigheid: brigadegeneraal.

    Adres: Rubavu/Mudende, Rwanda.

    Geboortedatum: a) 1 april 1978, b) 1978.

    Geboorteplaats: a) Bibwe, Democratische Republiek Congo, b) Lusamambo, Luberogebied, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Nationaal identiteitsnummer: FARDC ID 1-78-09-44621-80.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 november 2012.

    Andere informatie: Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Woont sinds eind 2014 in het Ngoma-kamp, Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5268954

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Ngaruye leidde in april 2012 de muiterij van voormalige CNDP-leden, bekend als de „Mouvement du 23 mars (M23)”, onder het bevel van generaal Ntaganda. Hij is momenteel de op twee na hoogste militaire leider in M23. De Groep deskundigen voor de DRC beval zijn aanwijzing in 2008 en 2009 al aan. Hij is verantwoordelijk voor ernstige schendingen van de mensenrechten en het internationaal recht en beging zelf ook schendingen. Tussen 2008 en 2009 en naar het einde van 2010 toe rekruteerde en trainde hij voor M23 honderden kinderen. Doodde, verminkte en ontvoerde mensen, vaak vrouwen. Hij is verantwoordelijk voor het executeren en folteren van deserteurs binnen M23. Als lid van de FARDC gaf hij in 2009 het bevel om alle mannen van het dorp Shalio in het Walikalegebied te doden. Verstrekte voorts wapens en munitie en betaalde lonen uit in het Masisigebied en het Wakikalegebied, onder rechtstreeks bevel van Ntaganda. Organiseerde in 2010 de gedwongen verplaatsing en onteigening van bevolkingsgroepen in het Lukopfugebied. Hij was tevens nauw betrokken bij criminele netwerken in de FARDC die opbrengsten haalden uit de handel in mineralen, wat leidde tot spanningen en gewelddaden waarbij kolonel Innocent Zimurinda in 2011 was betrokken. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen te Gasizi/Rubavu.

    20.    Mathieu, Chui NGUDJOLO

    (ook bekend als: Cui Ngudjolo)

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Adres: Democratische Republiek Congo.

    Geboortedatum: 8 oktober 1970.

    Geboorteplaats: Bunia, provincie Ituri, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Werd in oktober 2003 in Bunia gearresteerd door de MONUC. Op 7 februari 2008 door de regering van de DRC overgeleverd aan het Internationaal Strafhof. Hij werd in december 2012 door het ICC van alle beschuldigingen vrijgesproken, en dat vonnis werd op 27 februari 2015 bevestigd door de kamer van beroep. Ngudjolo diende in Nederland een asielaanvraag in, die werd afgewezen. Hij werd op 11 mei 2015 naar de DRC overgebracht. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776118

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Mathieu Chui Ngudjolo was de chef-staf van de FRPI, had invloed op het beleid van deze organisatie en voerde het commando over en controleerde de activiteiten van de strijdkrachten van de FRPI, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken zijn bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schenden. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor de rekrutering en inzet van kinderen jonger dan 15 jaar in Ituri in 2006. Hij werd in oktober 2003 in Bunia gearresteerd door de MONUC. Op 7 februari 2008 door de regering van de DRC overgedragen aan het Internationaal Strafhof (ICC). Hij werd in december 2012 door het ICC van alle beschuldigingen vrijgesproken, en dat vonnis werd op 27 februari 2015 bevestigd door de kamer van beroep. Ngudjolo diende in Nederland een asielaanvraag in, die werd afgewezen. Hij werd op 11 mei 2015 naar de DRC overgebracht.

    21.    Floribert Ngabu NJABU

    (ook bekend als: a) Floribert Njabu Ngabu, b) Floribert Ndjabu, c) Floribert Ngabu Ndjabu)

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo, paspoort OB 0243318.

    Geboortedatum: 23 mei 1971.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Sinds maart 2005 onder huisarrest in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van het FNI bij mensenrechtenschendingen. Overgebracht naar Den Haag op 27 maart 2011 om te getuigen tijdens de ICC-processen van Germain Katanga en Mathieu Ngodjolo. Vroeg in mei 2011 asiel aan in Nederland. Een Nederlandse rechter wees zijn asielaanvraag in oktober 2012 af. In juli 2014 van Nederland naar de DRC overgebracht en daar aangehouden. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776373

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Voormalig voorzitter van de FNI, een van de gewapende groepen en milities bedoeld in punt 20 van Resolutie 1493 (2003) die betrokken is bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schendt. Sinds maart 2005 onder huisarrest in Kinshasa in verband met de betrokkenheid van het FNI bij mensenrechtenschendingen. Overgebracht naar Den Haag op 27 maart 2011 om te getuigen tijdens de ICC-processen van Germain Katanga en Mathieu Ngodjolo. Vroeg in mei 2011 asiel aan in Nederland. Een Nederlandse rechter wees zijn asielaanvraag in oktober 2012 af; er is beroep aangetekend.

    22.    Laurent NKUNDA

    (ook bekend als: a) Nkunda Mihigo Laurent, b) Laurent Nkunda Bwatare, c) Laurent Nkundabatware, d) Laurent Nkunda Mahoro Batware, e) Laurent Nkunda Batware, f) Chairman, g) General Nkunda, h) Papa Six)

    Geboortedatum: a) 6 februari 1967, b) 2 februari 1967.

    Geboorteplaats: Rutshuru, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Voormalig generaal van de RCD-G. Oprichter van het Congrès national pour la défense du peuple (CNDP), 2006. Hoge officier van de Rally for Congolese Democracy-Goma (RCD-G), 1998-2006. Officier van het Rwandan Patriotic Front (RPF), 1992-1998. Laurent Nkunda werd in januari 2009 in Rwanda door de Rwandese autoriteiten aangehouden en vervangen als de commandant van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP). Sindsdien staat hij onder huisarrest te Kigali, Rwanda. Een verzoek van de regering van de DRC om Nkunda uit te leveren wegens in het oostelijke deel van de DRC gepleegde misdrijven werd door Rwanda afgewezen. Nkunda tekende beroep aan op grond van illegale hechtenis, maar dat werd in 2010 verworpen door een Rwandese rechtbank in Gisenyi, die oordeelde dat de zaak door een militaire rechtbank moest worden behandeld. De advocaten van Nkunda gingen in beroep bij het militair gerechtshof van Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5270703

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Sloot zich samen met andere afvallige elementen van de voormalige RCD-G aan bij de troepen die in mei 2004 de stad Bukavu met geweld innamen. Heeft wapens gekregen buiten de structuren van de FARDC om, waarmee hij het wapenembargo overtrad. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor 264 gevallen van rekrutering en inzet van kinderen door troepen onder zijn bevel in Noord-Kivu van 2002 tot en met 2009. Voormalig generaal van de RCD-G. Oprichter van het Congrès national pour la défense du peuple (CNDP), 2006. Hoge officier van de Rally for Congolese Democracy-Goma (RCD-G), 1998-2006. Officier van het Rwandan Patriotic Front (RPF), 1992-1998. Laurent Nkunda werd in januari 2009 in Rwanda door de Rwandese autoriteiten aangehouden en vervangen als de commandant van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP). Sindsdien staat hij onder huisarrest te Kigali, Rwanda. Een verzoek van de regering van de DRC om Nkunda uit te leveren wegens in het oostelijke deel van de DRC gepleegde misdrijven werd door Rwanda afgewezen. Nkunda tekende beroep aan op grond van illegale hechtenis, maar dat werd in 2010 verworpen door een Rwandese rechtbank in Gisenyi, die oordeelde dat de zaak door een militaire rechtbank moest worden behandeld. De advocaten van Nkunda stelden een procedure in voor het militaire gerechtshof van Rwanda. Behoudt enige invloed op bepaalde delen van het Nationaal Congres voor de verdediging van het volk (CNDP).

    23.    Felicien NSANZUBUKIRE

    (ook bekend als: Fred Irakeza)

    Hoedanigheid: a) subsectorcommandant van de FDLR-FOCA, b) kolonel van de FDLR-FOCA.

    Adres: provincie Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

    Geboortedatum: 1967.

    Geboorteplaats: a) Murama, Kigali, Rwanda, b) Rubungo, Kigali, Rwanda, c) Kinyinya, Kigali, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

    Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5269078

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Felicien Nsanzubukire superviseerde en coördineerde ten minste van november 2008 tot en met april 2009 de smokkel van munitie en wapens van de Verenigde Republiek Tanzania, via het Tanganyikameer naar FDLR-eenheden in de streek van Uvira en Fizi in Zuid-Kivu. Sinds januari 2016 was Nsanzubukire subsectorcommandant van de FDLR-FOCA in de provincie Zuid-Kivu, met de rang van kolonel.

    24.    Pacifique NTAWUNGUKA

    (ook bekend als: a) Pacifique Ntawungula, b) Colonel Omega, c) Nzeri, d) Israel)

    Hoedanigheid: a) sectorcommandant van de FDLR-FOCA van het operatiegebied SONOKI, b) brigadegeneraal van de FDLR-FOCA.

    Adres: Rutshurugebied, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (sinds juni 2016).

    Geboortedatum: a) 1 januari 1964, b) rond 1964.

    Geboorteplaats: Gaseke, provincie Gisenyi, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

    Andere informatie: Kreeg een militaire opleiding in Egypte. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5269021

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Pacifique Ntawunguka was commandant van de eerste divisie van de FOCA (gewapende vleugel van de FDLR). Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde of ontsnapte vrouwen waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Kreeg een militaire opleiding in Egypte.

    Medio 2016 was Ntawunguka sectorcommandant van de FDLR-FOCA van het operatiegebied SONOKI in de provincie Noord-Kivu.

    25.    James NYAKUNI

    Nationaliteit: Uganda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5776374

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Handelspartnerschap met Jérôme Kakwavu; houdt zich vooral bezig met smokkel over de grens tussen de DRC en Uganda; wordt onder meer verdacht van smokkel van wapens en militair materieel in ongecontroleerde vrachtwagens. Schending van het wapenembargo en steunverlening aan gewapende groepen en milities genoemd in punt 20 van Resolutie 1493 (2003), onder meer financiële steun waardoor zij militair kunnen opereren.

    26.    Stanislas NZEYIMANA

    (ook bekend als: a) Deogratias Bigaruka Izabayo, b) Izabayo Deo, c) Jules Mateso Mlamba, d) Bigaruka, e) Bigurura)

    Hoedanigheid: voormalig plaatsvervangend commandant van de FDLR-FOCA.

    Geboortedatum: a) 1 januari 1966, b) 28 augustus 1966, c) rond 1967.

    Geboorteplaats: Mugusa, Butare, Rwanda.

    Nationaliteit: Rwanda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 3 maart 2009.

    Andere informatie: Verdween begin 2013 in Tanzania. Sinds 2016 is niet bekend waar hij zich ophoudt. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275373

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Stanislas Nzeyimana was plaatsvervangend bevelhebber van de FOCA, de gewapende vleugel van de FDLR. Als militair aanvoerder van een buitenlandse gewapende groepering die actief is in de Democratische Republiek Congo, belemmerde hij de ontwapening en de vrijwillige repatriëring en hervestiging van strijders, in strijd met punt 4, onder b), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Uit bewijsmateriaal dat werd bijeengebracht door de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad en werd opgenomen in haar rapport van 13 februari 2008, blijkt dat uit handen van het FDLR-FOCA bevrijde of ontsnapte vrouwen waren ontvoerd en seksueel misbruikt. Het FDLR-FOCA, dat voorheen jongens van vijftien tot twintig jaar rekruteerde, rekruteert sinds medio 2007 met geweld jongeren vanaf tien jaar. De jongste kinderen worden dan ingezet als escorte en oudere kinderen als frontsoldaten, in strijd met punt 4, onder d) en e), van het dispositief van Resolutie 1857 (2008) van de Veiligheidsraad. Nzeyimana verdween begin 2013 in Tanzania, en zijn verblijfplaats is sinds juni 2016 niet bekend.

    27.    Dieudonné OZIA MAZIO

    (ook bekend als: Ozia Mazio, b) Omari, c) Mr Omari)

    Geboortedatum: 6 juni 1949.

    Geboorteplaats: Ariwara, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Aangenomen wordt dat Dieudonné Ozia Mazio, die toen voorzitter van de Fédération des entreprises congolaises (FEC) in het Aru-gebied was, op 23 september 2008 te Ariwara is gestorven. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275495.

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Financieringsregelingen met Jérôme Kakwavu en de FAPC; houdt zich bezig met smokkel over de grens tussen de DRC en Uganda, waardoor voorraden en contant geld kunnen worden beschikbaar gesteld aan Kakwavu en diens troepen. Schending van het wapenembargo, onder meer door steunverlening aan gewapende groepen en milities genoemd in punt 20 van Resolutie 1493 (2003). Aangenomen wordt dat Dieudonné Ozia Mazio, die toen voorzitter van de Fédération des entreprises congolaises (FEC) in het Aru-gebied was, op 23 september 2008 te Ariwara is gestorven.

    28.    Jean-Marie Lugerero RUNIGA

    (ook bekend als: Jean-Marie Rugerero)

    Hoedanigheid: voorzitter van M23.

    Adres: Rubavu/Mudende, Rwanda.

    Geboortedatum: a) rond 1960, b) 9 september 1966.

    Geboorteplaats: Bukavu, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

    Andere informatie: Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Verbleef in 2016 in Rwanda. Heeft deelgenomen aan de oprichting in juni 2016 van een nieuwe Congolese politieke partij: de Alliance pour le Salut du Peuple (ASP). Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5274633

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    In een door Sultani Makenga, leider bij M23, ondertekend document van 9 juli 2012, wordt Runiga genoemd als de coördinator van de politieke vleugel van M23. Volgens dat document was de benoeming van Runiga ingegeven door de behoefte de missie van M23 een scherper profiel te geven. In berichten op de website van M23 werd Runiga ook genoemd als de „president” van M23. Zijn leidersrol werd bevestigd door het rapport van de Groep deskundigen van november 2012, waarin Runiga de „leider van M23” wordt genoemd.

    Volgens het eindverslag van de Groep deskundigen van 15 november 2012, heeft Runiga een delegatie geleid die op 29 juli 2012 naar Kampala (Uganda) is gereisd en daar de laatste hand heeft gelegd aan de 21 agendapunten van de beweging M23, ter voorbereiding van vroegtijdige onderhandelingen tijdens de Internationale Conferentie over het gebied van de Grote Meren. Volgens een artikel van de BBC van 23 november 2012, is M23 opgericht toen voormalige leden van het CNDP die in de FARDC geïntegreerd waren, begonnen te protesteren tegen de slechte omstandigheden en de bezoldiging, en tegen het feit dat het vredesakkoord van 23 maart 2009 tussen het CNDP en de DRC, dat tot de integratie van de CNDP in de FARDC leidde, niet volledig was uitgevoerd. Volgens het IPIS-rapport van november 2012 was M23 betrokken bij actieve militaire operaties om de controle te verwerven over het oostelijke deel van de DRC. M23 en de FARDC hebben op 24 en 25 juli 2012 om de controle van verschillende steden en dorpen in Oost-Congo gestreden; M23 heeft de FARDC op 26 juli 2012 in Rumangabo aangevallen, op 17 november 2012 de FARDC uit Kibumba verdreven en en op 20 november 2012 de controle over Goma verworven. Volgens het verslag van de Groep deskundigen van november 2012 beweren meerdere voormalige M23-strijders dat leiders van M23 standrechtelijk tientallen kinderen hebben geëxecuteerd die poogden te ontsnappen nadat zij door M23 als kindsoldaten waren geworven. Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 11 september 2012 heeft een Rwandese man van 18, die na een gedwongen rekrutering in Rwanda was ontsnapt, HRW gezegd dat hij getuige is geweest van de executie van een 16-jarige jongen van zijn eenheid bij M23 die in juni had geprobeerd te vluchten. De jongen werd gevangengenomen en voor de ogen van andere rekruten doodgeslagen door strijders van M23. Een bevelhebber van M23 die deze moordpartij had bevolen, zou als verklaring voor deze moord de overige rekruten gezegd hebben dat „hij ons in de steek wilde laten”. Het rapport maakt ook melding van getuigen die beweren dat ten minste 33 nieuwe rekruten en andere M23-strijders bij een ontsnappingspoging standrechtelijk zouden zijn geëxecuteerd. Sommigen werden vastgebonden en voor de ogen van andere rekruten doodgeschoten, als voorbeeld van de straf die hen mogelijk te wachten stond. Een jonge rekruut vertelde HRW het volgende: „toen we bij M23 waren, werd ons gezegd [dat we de keuze hadden] en dat we bij hen konden blijven of sterven. Velen probeerden te ontsnappen. Sommigen werden gepakt, en werden onmiddellijk gedood.”

    Runiga is op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnengekomen te Gasizi/Rubavu. Runiga verbleef medio 2016 in Rwanda. Hij heeft in juni 2016 deelgenomen aan de oprichting van een nieuwe Congolese politieke partij: de Alliance pour le Salut du Peuple (ASP).

    ▼M21

    29.    Ntabo Ntaberi SHEKA

    Hoedanigheid: Opperbevelhebber, Nduma Defensie Congo, Mai Mai Sheka-groepering.

    Geboortedatum: 4 april 1976.

    Geboorteplaats: Walikale, gebied Walikalele, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Adres: Goma, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo (in de gevangenis)

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 28 november 2011.

    Andere informatie: Hij heeft zich op 26 juli 2017 overgegeven aan MONUSCO en wordt sindsdien gevangengehouden door de Congolese autoriteiten. Zijn proces voor de militaire rechtbank in Goma vanwege oorlogsmisdrijven, misdrijven tegen de menselijkheid en deelname aan een opstandelingenbeweging ging in november 2018 van start. Weblink naar de speciale kennisgeving van Interpol en de VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/How-we-work/Notices/View-UN-Notices-Individuals

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Ntabo Ntaberi Sheka, opperbevelhebber van de politieke vleugel van de Mai Mai Sheka, is de politieke leider van een Congolese gewapende groepering die de ontwapening, demobilisatie of herintegratie van strijders belemmert. De Mai Mai Sheka is een in Congo gebaseerde militie die opereert vanuit bases in Walikale, in het oosten van de Democratische Republiek Congo. De Mai Mai Sheka-militie heeft aanvallen uitgevoerd op mijnen in het oosten van de Democratische Republiek Congo; zij heeft de mijnen van Bisiye in bezit genomen en de lokale bevolking afgeperst. Ntabo Ntaberi Sheka heeft ook ernstige schendingen van het internationaal recht begaan waarbij kinderen het doelwit waren. Ntabo Ntaberi Sheka plande en beval een reeks aanvallen van 30 juli tot 2 augustus 2010 in Walikale, om plaatselijke bevolkingsgroepen die van collaboratie met het Congolese regeringsleger waren beschuldigd, te straffen. Tijdens de aanvallen werden kinderen verkracht en ontvoerd; zij moesten dwangarbeid verrichten en moesten wrede, onmenselijke of onterende behandelingen ondergaan. Tevens worden jongens onder dwang door de Mai Mai Sheka-militie gerekruteerd; in haar rangen bevinden zich kinderen uit ronselacties.

    30.    Bosco TAGANDA

    (ook bekend als: a) Bosco Ntaganda, b) Bosco Ntagenda, c) Generaal Taganda, d) Lydia (toen hij tot de APR behoorde), e) Terminator, f) Tango Romeo (roepnaam), g) Romeo (roepnaam), h) Majoor)

    Adres: Den Haag, Nederland (sinds juni 2016).

    Geboortedatum: In 1973 of 1974.

    Geboorteplaats: Bigogwe, Rwanda.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Adres: Den Haag, Nederland.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Geboren in Rwanda maar verhuisd naar Nyamitaba, Masisigebied in Noord-Kivu, waar hij zijn jeugd doorbracht. Na de vredesovereenkomsten van Ituri van 11 december 2004 is hij bij presidentieel decreet tot brigadegeneraal van het Congolese leger (FARDC) benoemd. Nadat hij eerder chef-staf van het CNDP was, werd hij na de arrestatie van Laurent Nkunda opperbevelhebber van het CNDP in januari 2009. Sinds januari 2009 is hij feitelijk plaatsvervangend bevelhebber van de achtereenvolgende tegen de FDLR gerichte operaties “Umoja Wetu”, “Kimia II” en “Amani Leo” in Noord- en Zuid-Kivu. Is Rwanda in maart 2013 binnengekomen en heeft zich op 22 maart vrijwillig overgegeven aan functionarissen van het ICC in Kigali. Is overgebracht naar het ICC in Den Haag. Op 9 juni 2014 heeft het ICC jegens hem 13 aanklachten wegens oorlogsmisdrijven en 5 wegens misdrijven tegen de menselijkheid bevestigd. Het proces is in september 2015 gestart. Op 8 juli 2019 heeft het ICC hem schuldig bevonden aan 18 oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid, begaan in Ituri in 2002‐2003. Op 7 november 2019 werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van in totaal dertig jaar. Hij heeft beroep ingesteld tegen zowel zijn veroordeling als zijn straf. Weblink naar de speciale kennisgeving van Interpol en de VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/How-we-work/Notices/View-UN-Notices-Individuals

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Bosco Taganda was de militair bevelhebber van de UPC/L, had invloed op het beleid van deze organisatie en voerde het commando over, en controleerde de activiteiten van, de strijdkrachten van de UPC/L, een van de in punt 20 van UNSCR 1493 (2003) genoemde gewapende groepen en milities die betrokken is bij wapenhandel en bijgevolg het wapenembargo schendt. Is in december 2004 tot generaal van het Congolese leger (FARDC) benoemd, maar weigerde de promotie, waardoor hij thans buiten het FARDC staat. Volgens het bureau van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten was hij verantwoordelijk voor het ronselen en inzetten van kinderen in Ituri in 2002 en 2003, en had hij in 155 gevallen directe verantwoordelijkheid en/of commandoverantwoordelijkheid voor de rekrutering en inzet van kinderen in Noord-Kivu van 2002 tot en met 2009. Hij had als chef-staf van het CNDP directe verantwoordelijkheid en commandoverantwoordelijkheid voor het bloedbad in Kiwanja in november 2008.

    Hij werd geboren in Rwanda maar verhuisde als kind naar Nyamitaba, in Masisigebied in de provincie Noord-Kivu. In juni 2011 verbleef hij in Goma waar hij grote boerderijen bezat in de streek Ngungu van het Masisigebied in de provincie Noord-Kivu. Na de vredesovereenkomsten van Ituri werd hij op 11 december 2004 bij presidentieel decreet tot brigadegeneraal van het Congolese leger (FARDC) benoemd. Nadat hij eerder chef-staf van het CNDP was, werd hij in januari 2009 na de arrestatie van Laurent Nkunda militair bevelhebber van het CNDP. Vanaf januari 2009 was hij feitelijk plaatsvervangend bevelhebber van de achtereenvolgende tegen de FDLR gerichte operaties “Umoja Wetu”, “Kimia II” en “Amani Leo” in de provincies Noord- en Zuid-Kivu. Hij is Rwanda in maart 2013 binnengekomen en heeft zich op 22 maart vrijwillig overgegeven aan functionarissen van het ICC in Kigali. Vervolgens werd hij overgebracht naar het ICC in Den Haag. Op 9 juni 2014 heeft het ICC jegens hem 13 aanklachten wegens oorlogsmisdrijven en 5 wegens misdrijven tegen de menselijkheid bevestigd. Het proces is in september 2015 gestart.

    ▼M11

    31.    Innocent ZIMURINDA

    (ook bekend als: Zimulinda)

    Hoedanigheid: a) M23, brigadecommandant, Rang: kolonel, b) kolonel bij de FARDC.

    Adres: Rubavu, Mudende.

    Geboortedatum: a) 1 september 1972, b) rond 1975, c) 16 maart 1972.

    Geboorteplaats: a) Ngungu, Masisigebied in Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo, b) Masisi, Democratische Republiek Congo.

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 december 2010.

    Andere informatie: Nadat hij in 2009 als luitenant-kolonel in de FARDC was opgenomen, was hij brigadecommandant tijdens de Kimia II-operaties van de FARDC, met als basis het gebied van Ngungu. In juli 2009 werd Zimurinda bevorderd tot kolonel en werd hij sectorcommandant voor de FARDC in Ngungu en vervolgens in Kitchanga tijdens de operaties Kimia II en Amani Leo van de FARDC. Hoewel kolonel Zimurinda niet voorkomt in het besluit van de president van de DRC van 31 december 2010 tot benoeming van de hoge officieren van de FARDC, heeft hij de facto zijn positie als bevelhebber van de 22e sector van de FARDC in Kitchanga behouden, en draagt hij de nieuwe onderscheidingstekenen en het nieuwe uniform van de FARDC. In december 2010 werden door militairen onder bevel van Zimurinda uitgevoerde rekruteringsactiviteiten aan de kaak gesteld in rapporten uit open bronnen. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen. Verblijft sinds eind 2014 in het Ngoma-kamp, Rwanda. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/un/5275315

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Volgens verscheidene bronnen heeft de toenmalige luitenant-kolonel Innocent Zimurinda als een van de bevelhebbers van de 231e brigade van de FARDC bevelen gegeven die hebben geleid tot de afslachting van meer dan 100 Rwandese vluchtelingen, vooral vrouwen en kinderen, tijdens een militaire operatie in de streek van Shalio in april 2009. De Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad heeft gerapporteerd dat luitenant-kolonel Innocent Zimurinda volgens rechtstreekse getuigen op 29 augustus 2009 in Kalehe heeft geweigerd om drie kinderen die onder zijn bevel stonden, vrij te laten. Volgens verscheidene bronnen heeft de toenmalige luitenant-kolonel Innocent Zimurinda, vóór de integratie van het CNDP in de FARDC, deelgenomen aan een operatie van het CNDP in november 2008 waarbij 89 burgers, waaronder vrouwen en kinderen, zijn afgeslacht in de streek van Kiwanja.

    In maart 2010 hebben 51 mensenrechtenorganisaties die in het oosten van de DRC actief zijn, Zimurinda verantwoordelijk gesteld voor een veelheid aan mensenrechtenschendingen, onder meer de moord op talloze burgers, waaronder vrouwen en kinderen, tussen februari 2007 en augustus 2007. Kolonel Innocent Zimurinda werd er in dezelfde klacht eveneens van beschuldigd verantwoordelijk te zijn voor de verkrachting van een groot aantal vrouwen en meisjes. Volgens een verklaring van 21 mei 2010 van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van de VN voor kinderen en gewapende conflicten, is Innocent Zimurinda betrokken geweest bij de willekeurige executie van kindsoldaten, onder meer tijdens operatie Kimia II. Volgens dezelfde verklaring heeft hij de VN-missie in de DRC (MONUC) de toegang geweigerd toen deze de troepen wilde controleren op de aanwezigheid van minderjarigen. Volgens de Groep deskundigen van het Sanctiecomité DRC van de VN-Veiligheidsraad, draagt luitenant-kolonel Zimurinda de individuele verantwoordelijkheid en de commando-verantwoordelijkheid voor het ronselen en ingelijfd houden van kinderen in troepen onder zijn bevel. Nadat hij in 2009 als luitenant-kolonel in de FARDC was opgenomen, was hij brigadecommandant tijdens de Kimia II-operaties van de FARDC, met als basis het gebied van Ngungu. In juli 2009 werd Zimurinda bevorderd tot kolonel en werd hij sectorcommandant voor de FARDC in Ngungu en vervolgens in Kitchanga tijdens de operaties Kimia II en Amani Leo van de FARDC. Hoewel kolonel Zimurinda niet voorkomt in het besluit van de president van de DRC van 31 december 2010 tot benoeming van de hoge officieren van de FARDC, heeft hij de facto zijn positie als bevelhebber van de 22e sector van de FARDC in Kitchanga behouden, en draagt hij de nieuwe onderscheidingstekenen en het nieuwe uniform van de FARDC. Hij blijft loyaal aan Bosco Ntaganda. In december 2010 werden door militairen onder bevel van Zimurinda uitgevoerde rekruteringsactiviteiten aan de kaak gesteld in rapporten uit open bronnen. Kwam op 16 maart 2013 de Republiek Rwanda binnen te Gasizi/Rubavu.

    ▼M15

    32.   Muhindo Akili MUNDOS (alias: a) Charles Muhindo Akili Mundos; b) Akili Muhindo; c) Muhindo Mundos)

    Hoedanigheid: a) generaal bij het Congolese leger (FARDC), bevelhebber van de 31e brigade; b) Brigadegeneraal bij het FARDC

    Geboortedatum: 10 november 1972

    Geboorteplaats: Democratische Republiek Congo

    Nationaliteit: Democratische Republiek Congo

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 februari 2018

    Andere informatie: Muhindo Akili Mundos is generaal bij het FARDC, commandant van de 31e brigade. Hij werd benoemd tot FARDC-bevelhebber van de operationele sector van Beni en Lubero, met inbegrip van operatie Sukola I tegen de Geallieerde democratische strijdkrachten („ADF”) in september 2014. Hij bekleedde die functie tot juni 2015. Hij is ook een bedreiging voor de vrede, de stabiliteit en de veiligheid in de DRC uit hoofde van UNSCR 2293 (2016), punt 7 e).

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor plaatsing op de lijst, verstrekt door het Sanctiecomité:

    Reden voor plaatsing op de lijst:

    Muhindo Akili Mundos werd op 1 februari 2018 op de lijst geplaatst uit hoofde van de criteria als bedoeld in Resolutie 2293 (2016), punt 7 e), zoals nogmaals bevestigd in Resolutie 2360 (2017).

    Aanvullende informatie:

    Muhindo Akili Mundos was de bevelhebber van het Congolese leger bij de Sukola I-operatie, en was verantwoordelijk voor militaire operaties tegen de ADF in de periode van augustus 2014 tot juni 2015. De FARDC-eenheid slaagde er onder het bevel van Mundos niet in te voorkomen dat de ADF schendingen van de mensenrechten pleegde, met inbegrip van aanslagen op burgers. Mundos hield zich bezig met het rekruteren en toerusten van voormalige strijders van lokale gewapende groeperingen met het oog op hun deelname aan buitengerechtelijke executies en bloedbaden die door de ADF werden aangericht.

    Toen hij bevelhebber van de Sukola I-operatie van de FARDC was, leidde en ondersteunde Mundos ook een factie van een ADF-subgroep, bekend als de ADF-Mwalika. Onder zijn bevel pleegde de ADF-Mwalika aanslagen op burgers. Tijdens deze operaties verleenden FARDC-strijders onder bevel van Mundos aanvullende steun aan de ADF-Mwalika.

    33.   Guidon Shimiray MWISSA

    Geboortedatum: 13 maart 1980

    Geboorteplaats: Kigoma, Walikale, Democratische Republiek Congo

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 februari 2018

    Andere informatie: Diploma middelbaar onderwijs, sociale menswetenschappen, Mpofi; voegde zich op de leeftijd van 16 jaar bij de gewapende groepering onder het bevel van She Kasikila; sloot zich samen met Kasikila aan bij het FARDC, bataljon S3; gewond in 2007, waarna hij zich aansloot bij Mai Mai Simba, onder de toenmalige bevelhebber „Mando”; nam deel aan de oprichting in 2008 van de NDC (Nduma Defense of Congo), en werd plaatsvervangend commandant van de Aigle Lemabé-brigade. Hij is ook een bedreiging voor de vrede, de stabiliteit en de veiligheid in de DRC uit hoofde van UNSCR 2293 (2016), punt 7 g).

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor plaatsing op de lijst, verstrekt door het Sanctiecomité:

    Reden voor plaatsing op de lijst:

    Guidon Shimiray Mwissa werd op 1 februari 2018 op de lijst geplaatst uit hoofde van de criteria als bedoeld in Resolutie 2293 (2016), punt 7 g), zoals nogmaals bevestigd in Resolutie 2360 (2017).

    Aanvullende informatie:

    „Generaal” Guidon Shimiray Mwissa verliet de Nduma defense du Congo (NDC) in 2014 en richtte zijn eigen groepering op, de NDC-R.

    De NDC-R, geleid door Guidon Shimiray Mwissa, gebruikt kindsoldaten en zet ze in bij gewapende conflicten. De NDC-R wordt tevens beschuldigd van mensenrechtenschendingen in de oostelijke provincies, van het heffen van illegale belastingen in goudwinningsgebieden en van het gebruiken van de opbrengsten ervan voor de aanschaf van wapens, in strijd met het wapenembargo tegen de DRC.

    34.   Lucien NZAMBAMWITA (alias: André Kalume)

    Geboortedatum: 1966

    Geboorteplaats: Nyagitabire, sector Ruvune, gemeente Kinyami, prefectuur Byumba, Rwanda

    Nationaliteit: Rwanda

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 februari 2018

    Andere informatie: Hij is een bedreiging voor de vrede, de stabiliteit en de veiligheid in de DRC uit hoofde van UNSCR 2293 (2016), punt 7 j).

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor plaatsing op de lijst, verstrekt door het Sanctiecomité:

    Reden voor plaatsing op de lijst:

    Lucien Nzambamwita werd op 1 februari 2018 op de lijst geplaatst uit hoofde van de criteria als bedoeld in Resolutie 2293 (2016), punt 7 j), zoals nogmaals bevestigd in Resolutie 2360 (2017).

    Aanvullende informatie:

    Lucien Nzambamwita (ook bekend als André Kalume) is een militaire leider van de Force Democratique de Liberation du Rwanda (FDLR) die in de DRC opereert, een bedreiging vormt voor de vrede, de veiligheid en de stabiliteit in de DRC en verantwoordelijk is voor schendingen van de mensenrechten, waaronder aanvallen en moordpartijen jegens burgers. De FDLR werd op 31 december 2012 door het Comité een sanctie opgelegd.

    35.   Gédéon Kyungu MUTANGA WA BAFUNKWA KANONGA

    Hoedanigheid: rebellenleider in Katanga

    Geboortedatum: 1974

    Geboorteplaats: Manono Territory, provincie Katanga (nu provincie Tanganyika)

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 februari 2018

    Andere informatie: Gédéon Kyungu behoort tot de etnische groep van de Balubakat. Na voltooiing van het basisonderwijs in Likasi en het middelbaar onderwijs in Manono behaalde hij een diploma in de pedagogie. In 1999 voegde hij zich bij de Maï Maï-beweging en vanaf 2003 voerde hij een van de actiefste groeperingen in de provincie Katanga aan. In 2006 bezocht hij VN-vredestroepen die integratie door middel van ontwapening, demobilisatie en re-integratie (DDR) tot doel hadden. Hij ontsnapte uit de gevangenis in 2011 en gaf zich over in oktober 2016. Hij is een bedreiging voor de vrede, de stabiliteit en de veiligheid in de DRC uit hoofde van UNSCR 2293 (2016), punt 7 e).

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor plaatsing op de lijst, verstrekt door het Sanctiecomité:

    Reden voor plaatsing op de lijst:

    Gédéon Kyungu Mutanga Wa Bafunkwa Kanonga werd op 1 februari 2018 op de lijst geplaatst uit hoofde van de criteria als bedoeld in Resolutie 2293 (2016), punt 7 e), zoals nogmaals bevestigd in Resolutie 2360 (2017).

    Aanvullende informatie:

    Als leider van de Bakata Katanga-militie van 2011 tot en met 2014 was Gedeon Kyungu Mutanga betrokken bij ernstige schendingen van de mensenrechten, zoals moordpartijen en aanvallen op burgers, met name in landelijke gebieden van de provincie Katanga. Als bevelhebber van de gewapende groepering Bakata Katanga, die zich schuldig maakt aan ernstige schendingen van de mensenrechten en oorlogsmisdaden, waaronder aanvallen tegen de burgerbevolking, in het zuidoosten van de DRC, is Gedeon Kyungu Mutanga derhalve een bedreiging voor de vrede, de stabiliteit en de veiligheid in de DRC.

    ▼M19

    36.   Seka BALUKU (onzekere aliassen: a) Mzee Kajaju; b) Musa; c) Lumu; d) Lumonde)

    Hoedanigheid: algemeen leider van de ADF (Allied Democratic Forces (Geallieerde democratische strijdkrachten))

    Geboortedatum: rond 1977

    Nationaliteit: Uganda

    Adres: laatst bekende locatie: Kajuju camp of Medina II, Benigebied, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 6 februari 2020

    Andere informatie: Als langdurig lid van de ADF was Baluku de tweede in bevel na ADF-stichter Jamil Mukulu, totdat hij in 2014 het bevel van laatstgenoemde overnam na de militaire operatie Sukola I door het Congolese leger (FARDC).

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor plaatsing op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Reden voor plaatsing op de lijst:

    Seka Baluku is op 6 februari 2020 op grond van punt 7 van Resolutie 2293 (2016) op de lijst geplaatst omdat hij heeft deelgenomen of steun heeft verleend aan activiteiten die de vrede, de stabiliteit en de veiligheid in de DRC ondermijnen.

    Aanvullende informatie:

    Algemeen leider van de ADF. Zoals vermeld in verschillende verslagen van de Groep deskundigen voor de DRC (S/2015/19, S/2015/797, S/2016/1102, S/2017/672, S/2018/531, S/2019/469, S/2019/974), heeft Seka Baluku sinds ten minste 2015 volgende daden uitgevoerd, gepland en/of geleid: het herhaaldelijk aanvallen, doden en verminken, verkrachten of plegen van ander seksueel geweld, en ontvoeren van burgers, onder wie kinderen, en het aanvallen van gezondheidsvoorzieningen, met name in Mamove, Benigebied, op 12 en 24 februari 2019, alsmede het voortdurend rekruteren en inzetten van kinderen tijdens aanvallen en voor dwangarbeid in het Benigebied in de DRC.

    ▼M11

    b) 

    Lijst van entiteiten als bedoeld in artikel 3, lid 1

    ▼M21

    1.    ADF (ALLIED DEMOCRATIC FORCES)

    (ook bekend als: a) Geallieerde democratische strijdkrachten (“Forces démocratiques alliées”) — Nationaal leger voor de bevrijding van Uganda (“Armée nationale de libération de l'Ouganda”); b) ADF/NALU; c) NALU)

    Adres: Provincie Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 30 juni 2014.

    Andere informatie: Jamil Mukulu, oprichter en leider van de ADF, werd in april 2015 aangehouden in Dar es Salaam, Tanzania. Hij werd vervolgens in juli 2015 uitgewezen naar Kampala (Uganda). Naar verluidt zat Mukulu in juni 2016 in een politiecel, in afwachting van zijn proces. Seka Baluku is Jamil Mukulu opgevolgd als algemeen leider van de ADF. Zoals vermeld in verschillende verslagen van de deskundigengroep van de VN inzake de DRC (S/2015/19, S/2015/797, S/2016/1102, S/2017/672, S/2018/531, S/2019/469, S/2019/974, S/2020/482), bleef de ADF zich, onder meer onder leiding van Seka Baluku, schuldig maken aan het herhaaldelijk aanvallen, doden en verminken, verkrachten of plegen van ander seksueel geweld, en ontvoeren van burgers, onder wie kinderen, en het aanvallen van dorpen en gezondheidsvoorzieningen, met name in Mamove, Benigebied, op 12 en 24 februari 2019 en in Mantumbi, Benigebied, op 5 december 2019 en 30 januari 2020, alsmede het voortdurend rekruteren en inzetten van kinderen tijdens aanvallen en voor dwangarbeid in het Benigebied in de DRC sinds in elk geval 2015. Weblink naar de speciale kennisgeving van Interpol en de VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/How-we-work/Notices/View-UN-Notices-Entities

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    De Allied Democratic Forces (“ADF”) zijn in 1995 opgericht en houden zich op in het bergachtige grensgebied tussen de DRC en Uganda. Volgens het in 2013 gepubliceerde eindverslag van de VN-deskundigengroep inzake de Democratische Republiek Congo (“Groep deskundigen”), waarin Ugandese functionarissen en VN-bronnen worden aangehaald, beschikte de ADF in 2013 over naar schatting 1 200 tot 1 500 gewapende strijders in het noordoostelijk Benigebied van de provincie Noord-Kivu, dicht bij de grens met Uganda. Dezelfde bronnen ramen het totaalaantal leden van de ADF — met inbegrip van vrouwen en kinderen — op 1 600 tot 2 500 . Als gevolg van militaire operaties van het Congolese leger (FARDC) en de stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Democratische Republiek Congo (MONUSCO) in 2013 en 2014, hebben de ADF hun strijders verspreid over talrijke kleinere uitvalsbasissen, en zijn de vrouwen en kinderen naar gebieden ten westen van Beni, en naar het gebied langs de grens tussen Ituri en Noord-Kivu overgebracht. De militaire leider van de ADF is Hood Lukwago en de opperbevelhebber ervan is Jamil Mukulu (op de sanctielijst geplaatst).

    De ADF hebben zware schendingen van het internationaal recht en van UNSCR 2078 (2012) begaan, met inbegrip van de hieronder nader omschreven feiten.

    De ADF hebben kindsoldaten geronseld en ingezet, en derhalve het toepasselijk internationaal recht (UNSCR, punt 4, onder d)) geschonden.

    In het eindverslag van de Groep deskundigen voor 2013 werd vermeld dat de Groep deskundigen drie voormalige, in 2013 ontsnapte, ADF-strijders heeft geïnterviewd, die beschreven hoe ADF-ronselaars in Uganda mensen onder valse voorwendselen naar Congo lokken zoals de belofte van een baan (voor volwassenen) en gratis onderwijs (voor kinderen), en hen vervolgens dwingen om lid te worden van de ADF. In dat eindverslag staat ook dat voormalige ADF-strijders de Groep deskundigen hebben verteld dat de trainingsgroepen van de ADF normaal gesproken voor zowel volwassen mannen als jongens bestemd zijn, en twee in 2013 uit de ADF ontsnapte jongens hebben de Groep deskundigen verteld dat zij militaire training van de ADF hebben gekregen. Het verslag van de Groep deskundigen bevat ook een rapport over de opleiding bij de ADF, opgetekend uit de mond van een “voormalig kindsoldaat van de ADF”.

    Volgens het eindverslag van de Groep deskundigen van 2012 zijn er onder de ADF-rekruten ook kinderen, zoals blijkt uit het voorbeeld van een ADF-ronselaar die in juli 2012 door de Ugandese autoriteiten in Kasese werd aangehouden terwijl hij met zes jongens op weg was naar de DRC.

    Een specifiek voorbeeld van hoe de ADF kinderen ronselen en inzetten staat in een brief die de voormalige directeur voor Afrika van Human Rights Watch, Georgette Gagnon, op 6 januari 2009 richtte aan de toenmalige Ugandese minister van Justitie, Kiddhu Makubuyu, waarin zij schrijft dat een jongen genaamd Bushobozi Irumba in 2000 op negenjarige leeftijd door de ADF werd ontvoerd. Hij moest vervoer en andere diensten voor ADF-strijders regelen.

    Voorts wordt in het “Afrika-rapport” melding gemaakt van beweringen dat de ADF kinderen al vanaf de leeftijd van tien jaar als kindsoldaten rekruteren, en wordt een woordvoerder van de “Uganda People's Defence Force (UPDF)” geciteerd die verklaart dat de UPDF dertig kinderen heeft gered uit een trainingskamp op het eiland Buvuma in het Victoriameer.

    De ADF hebben ook talrijke schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht begaan tegen vrouwen en kinderen, waaronder moorden, verminkingen en seksueel geweld (UNSCR, punt 4, onder e)).

    Volgens het eindverslag van de Groep deskundigen van 2013 hebben de ADF in 2013 talrijke dorpen aangevallen, waardoor meer dan 66 000 mensen naar Uganda zijn gevlucht. Deze aanvallen hebben geleid tot de ontvolking van een groot gebied. Het wordt sindsdien gecontroleerd door de ADF, dat mensen die naar hun dorpen terugkeren ontvoert of vermoordt. Tussen juli en september 2013 hebben de ADF in het gebied van Kamango minstens vijf mensen onthoofd, verschillende anderen doodgeschoten en nog eens tientallen mensen ontvoerd. Deze acties hebben de lokale bevolking geterroriseerd en mensen afgeschrikt om naar huis terug te keren.

    De mondiale horizontale nota (“Global Horizontal Note”), een mechanisme voor monitoring van en rapportering over zware schendingen ten aanzien van kinderen in gewapende conflicten, heeft aan de Werkgroep van de VN-Veiligheidsraad voor kinderen in gewapende conflicten (Children and Armed Conflict — CAAC) gemeld dat de ADF in de periode van oktober tot en met december 2013 verantwoordelijk waren voor 14 van de 18 gemelde kindslachtoffers, onder andere bij een incident in het gebied Beni op 11 december 2013, toen de ADF het dorp Musuku aanvielen en 23 mensen, waaronder 11 kinderen (drie meisjes en acht jongens) tussen twee maanden en 17 jaar, vermoordden. Alle slachtoffers, waaronder twee kinderen die de aanval overleefden, waren zwaar verminkt met machetes.

    Het verslag van de secretaris-generaal van maart 2014 inzake conflictgerelateerd seksueel geweld plaatst de “Allied Democratic Forces — National Army for the Liberation of Uganda” op de lijst van “partijen die er op aannemelijke gronden van verdacht worden in een gewapend conflict verkrachtingen of andere vormen van seksueel geweld te hebben gepleegd of daar verantwoordelijk voor te zijn”.

    De ADF hebben ook deelgenomen aan aanvallen tegen MONUSCO-vredeshandhavers (UNSCR, punt 4, onder i)).

    Tot slot heeft de stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Democratische Republiek Congo (MONUSCO) gemeld dat de ADF ten minste twee aanvallen tegen MONUSCO-vredeshandhavers hebben uitgevoerd. De eerste, op 14 juli 2013, was een aanval op een MONUSCO-patrouille op de weg tussen Mbau en Kamango. Deze aanval wordt nader omschreven in het eindverslag van 2013 van de Groep deskundigen. De tweede aanval vond plaats op 3 maart 2014. Een MONUSCO-voertuig werd met granaten aangevallen op tien kilometer afstand van de Mavivi-luchthaven in Beni, waarbij vijf vredeshandhavers verwondingen opliepen.

    Jamil Mukulu, oprichter en leider van de ADF, werd in april 2015 aangehouden in Dar es Salaam, Tanzania. Hij werd vervolgens in juli 2015 uitgewezen naar Kampala (Uganda). Naar verluidt zit hij sinds juni 2016 in een politiecel, in afwachting van zijn proces.

    ▼M11

    2.    BUTEMBO AIRLINES (BAL)

    Adres: Butembo, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

    Andere informatie: Luchtvaartmaatschappij in particuliere eigendom, met als thuisbasis Butembo. BAL heeft sinds december 2008 niet langer een vergunning als vliegtuigexploitant in de DRC. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278478

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Kisoni Kambale (overleden op 5 juli 2007, en vervolgens op 24 april 2008 van de lijst geschrapt) gebruikte zijn luchtvaartmaatschappij om goud, rantsoenen en wapens van het FNI te vervoeren tussen Mongbwalu en Butembo. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Luchtvaartmaatschappij in particuliere eigendom, met als thuisbasis Butembo. BAL heeft sinds december 2008 niet langer een vergunning als vliegtuigexploitant in de DRC.

    3.    COMPAGNIE AERIENNE DES GRANDS LACS (CAGL); GREAT LAKES BUSINESS COMPANY (GLBC)

    Adres: a) Avenue Président Mobutu, Goma, Democratische Republiek Congo, b) Gisenyi, Rwanda, c) PO Box 315, Goma, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

    Andere informatie: GBLC beschikte sinds december 2008 niet langer over luchtwaardige vliegtuigen; desalniettemin, bleven in 2008 verscheidene van zijn vliegtuigen ondanks de VN-sancties vluchten uitvoeren. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278381

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    CAGL en GLBC zijn bedrijven in eigendom van Douglas MPAMO, tegen wie al sancties gelden uit hoofde van Resolutie 1596 (2005). CAGL en GLBC zijn gebruikt voor het vervoer van wapens en munitie, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. GBLC beschikte sinds december 2008 niet langer over luchtwaardige vliegtuigen; desalniettemin, bleven in 2008 verscheidene van zijn vliegtuigen ondanks de VN-sancties vluchten uitvoeren.

    4.    CONGOMET TRADING HOUSE

    Adres: Butembo, Noord-Kivu.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

    Andere informatie: Bestaat niet langer als handelsfirma voor goud te Butembo, Noord-Kivu. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278420

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Congomet Trading House (eerder in de lijst opgenomen als Congocom) was eigendom van Kisoni Kambale (overleden op 5 juli 2007, en vervolgens op 24 april 2008 van de lijst geschrapt). Kambale kocht bijna de gehele goudproductie van de regio Mongbwalu op, die in handen was van het FNI. Het FNI had aanzienlijke inkomsten uit belastingen op deze productie. Dat is „verstrekken van bijstand” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Bestaat niet langer als handelsfirma voor goud te Butembo, Noord-Kivu.

    5.    FORCES DEMOCRATIQUES DE LIBERATION DU RWANDA (FDLR)

    (ook bekend als: a) FDLR, b) Force Combattante Abacunguzi, c) Combatant Force for the Liberation of Rwanda, d) FOCA)

    Adres: a) Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo, b) Zuid-Kivu, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

    Andere informatie: E-mail: Fdlr@fmx.de; fldrrse@yahoo.fr; fdlr@gmx.net; fdlrsrt@gmail.com; humura2020@gmail.com. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278442

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    De FDLR zijn een van de grootste buitenlandse gewapende groepen die actief zijn op het grondgebied van DRC. De groep is opgericht in 2000, en heeft ernstige schendingen van het internationale recht begaan waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, onder meer moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld en gedwongen verplaatsing. Volgens een rapport van Amnesty International uit 2010 waren de FDLR verantwoordelijk voor de moord op 96 burgers in Busurguni, in het Walikalegebied. Sommige slachtoffers werden in hun huizen levend verbrand. Volgens dezelfde bron heeft in juni 2010 een medisch centrum van een ngo gerapporteerd dat er in het zuiden van het Luberogebied (Noord-Kivu) maandelijks ongeveer zestig gevallen waren van verkrachtingen van meisjes en vrouwen door gewapende groepen, waaronder de FDLR. Volgens een rapport van Human Rights Watch (HRW) van 20 december 2010, zijn er documenten voorhanden die aantonen dat de FDLR actief kinderen rekruteren. HRW heeft minstens 83 Congolese kinderen jonger dan 18 geïdentificeerd die door de FDLR onder dwang zijn gerekruteerd; sommigen daarvan waren amper 14. HRW heeft in januari 2012 gerapporteerd dat FLDR-strijders talrijke dorpen in het Masisigebied hebben aangevallen en daarbij zes burgers hebben vermoord, twee vrouwen hebben verkracht en minstens 48 mensen hebben ontvoerd.

    Volgens een rapport van juni 2012 van HRW, hebben strijders van de FDLR in mei 2012 burgers aangevallen in Kamananga en Lumenje (provincie Zuid-Kivu) maar ook in Chambucha (Walikalegebied) en in de dorpen in de Ufumanduzone van het Masisigebied (provincie Noord-Kivu). Tijdens die aanvallen hebben FDLR-strijders tientallen burgers onder wie talrijke kinderen, met machetes en messen gedood. Volgens het rapport van de Groep deskundigen van juni 2012, hebben de FDLR van 31 december 2011 tot en met 4 januari 2012 verschillende dorpen in Zuid-Kivu aangevallen. Een onderzoek van de Verenigde Naties heeft bevestigd dat tijdens de aanval minstens 33 personen, onder wie 9 kinderen en 6 vrouwen, vermoord, levend verbrand, onthoofd of doodgeschoten zijn. Daarnaast zijn een vrouw en een meisje verkracht. In het rapport van de Groep deskundigen van juni 2012 staat ook dat een onderzoek van de Verenigde Naties heeft bevestigd dat de moordpartij door de FDLR in mei 2012 in Zuid-Kivu minstens het leven heeft gekost aan 14 burgers, onder wie 5 vrouwen en 5 kinderen. Volgens het rapport van de Groep deskundigen van november 2012, hebben de VN minstens 106 gevallen gedocumenteerd van seksueel geweld die de FDLR tussen december 2011 en september 2012 hebben begaan. In het rapport van de Groep deskundigen van november 2012 staat dat, volgens een VN-onderzoek, de FDLR in de nacht van 10 maart 2012 in Kalinganya (Kabaregebied) zeven vrouwen, onder wie een minderjarige, hebben verkracht. De FDLR hebben het dorp op 10 april 2012 opnieuw overvallen en drie van deze vrouwen een tweede keer verkracht. Het rapport van de Groep deskundigen van november 2012 vermeldt ook dat in Bushibwambombo, Kalehe, de FDLR op 6 april 2012 11 mensen hebben vermoord, en dat zij in mei betrokken waren bij 19 moorden in Masisigebied, waarbij vijf minderjarigen en zes vrouwen omkwamen. De Beweging van 23 maart (M23) is een gewapende groep die actief is in de DRC en wapens en aanverwant materiaal, advies, opleiding en bijstand in verband met militaire activiteiten heeft gekregen.

    Verschillende ooggetuigen verklaren dat M23 algemene militaire uitrusting ontvangt van de Rwandan Defence Forces (RDF) in de vorm van wapens en munitie, naast materiële ondersteuning voor gevechtsoperaties. M23 is medeplichtig aan en verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationale recht waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, in de DRC, waaronder moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Op basis van talrijke rapporten, onderzoeken en verklaringen van ooggetuigen is M23 verantwoordelijk voor massamoorden op burgers en voor het verkrachten van vrouwen en kinderen in verschillende regio's van de DRC. Uit meerdere rapporten blijkt dat M23-strijders 46 vrouwen en kinderen, van wie het jongste 8 jaar was, hebben verkracht. Naast de rapporten over seksueel geweld, heeft M23 ook intensieve campagnes doorgevoerd waarbij kinderen onder dwang in de gelederen van groep zijn gerekruteerd. Naar schatting heeft M23 alleen al in het Rutshurugebied (Oost-Congo) sinds juli 2012 146 jonge mannen en jongens onder dwang gerekruteerd. Sommige slachtoffers waren amper 15 jaar. De wreedheden van M23 tegen de burgerbevolking van de DRC en de campagnes voor gedwongen rekrutering, alsook het feit dat M23 wapens en militaire bijstand heeft gekregen, heeft sterk bijgedragen tot instabiliteit en conflicten in de regio; de beweging heeft in een aantal gevallen het internationaal recht geschonden.

    6.    M23

    (ook bekend als: Mouvement du 23 mars).

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 31 december 2012.

    Andere informatie: E-mail: mouvementdu23mars1@gmail.com. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5277973

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming in de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    De Beweging van 23 maart (M23) is een gewapende groep die actief is in de DRC en wapens en aanverwant materiaal, advies, opleiding en bijstand in verband met militaire activiteiten heeft gekregen. Verschillende ooggetuigen verklaren dat M23 algemene militaire uitrusting ontvangt van de Rwandan Defence Forces (RDF) in de vorm van wapens en munitie, naast materiële ondersteuning voor gevechtsoperaties. M23 is medeplichtig aan en verantwoordelijk voor ernstige schendingen van het internationale recht waarbij vrouwen en kinderen het doelwit zijn in gewapende conflicten, in de DRC, waaronder moordpartijen en verminkingen, seksueel geweld, ontvoering en gedwongen verplaatsing. Op basis van talrijke rapporten, onderzoeken en verklaringen van ooggetuigen is M23 verantwoordelijk voor massamoorden op burgers en voor het verkrachten van vrouwen en kinderen in verschillende regio's van de DRC. Uit meerdere rapporten blijkt dat M23-strijders 46 vrouwen en kinderen, van wie het jongste 8 jaar was, hebben verkracht. Naast de rapporten over seksueel geweld, heeft M23 ook intensieve campagnes doorgevoerd waarbij kinderen onder dwang in de gelederen van groep zijn gerekruteerd. Naar schatting heeft M23 alleen al in het Rutshurugebied (Oost-Congo) sinds juli 2012 146 jonge mannen en jongens onder dwang gerekruteerd. Sommige slachtoffers waren amper 15 jaar. De wreedheden van M23 tegen de burgerbevolking van de DRC en de campagnes voor gedwongen rekrutering, alsook het feit dat M23 wapens en militaire bijstand heeft gekregen, heeft sterk bijgedragen tot instabiliteit en conflicten in de regio; de beweging heeft in een aantal gevallen het internationaal recht geschonden.

    ▼M21

    7.    MACHANGA LTD

    Adres: Plot 55A, Upper Kololo Terrace, Kampala, Uganda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

    Andere informatie: Gouduitvoerbedrijf (directie: de heren Rajendra Kumar Vaya en Hirendra M. Vaya). In 2010 werden aan Machanga toebehorende activa die op de rekening van Emirates Gold stonden, door de Bank of Nova Scotia Mocatta (UK) bevroren. De eigenaars van Machanga zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijk deel van de DRC. Machanga Ltd heeft voor het laatst een jaarlijkse aangifte ingediend in 2004 en heeft volgens de autoriteiten van de Republiek Uganda de vermelding “status inactief” gekregen. Weblink naar de speciale kennisgeving van Interpol en de VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/How-we-work/Notices/View-UN-Notices-Entities

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Machanga kocht goud via reguliere handelsbetrekkingen met handelaren in de DRC die nauwe banden hadden met milities. Dit betekent dat er sprake was van het “verlenen van hulp” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Gouduitvoerbedrijf (directie: de heren Rajendra Kumar Vaya en Hirendra M. Vaya). In 2010 werden aan Machanga toebehorende activa die op de rekening van Emirates Gold stonden, door de Bank of Nova Scotia Mocatta (UK) bevroren. De voormalige eigenaar van Machanga, de heer Rajendra Kumar, en zijn broer Vipul Kumar, zijn betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijk deel van de DRC.

    ▼M11

    8.    TOUS POUR LA PAIX ET LE DEVELOPPEMENT (NGO)

    (ook bekend als: TPD

    Adres: Goma, Noord-Kivu, Democratische Republiek Congo.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 1 november 2005.

    Andere informatie: Goma, met provinciale comités in Zuid-Kivu, West- en Oost-Kasai en Maniema. Officieel zijn alle activiteiten sinds 2008 opgeschort. In de praktijk zijn de kantoren van TPD sinds juni 2011 open en betrokken bij aangelegenheden in verband met de terugkeer van ontheemden, verzoeningsinitiatieven binnen de gemeenschap, regeling van grondgeschillen, en dergelijke. Voorzitter en vicevoorzitter van de TPD zijn respectievelijk Eugène Serufuli en Saverina Karomba. Belangrijke leden zijn ook de provincieraadsleden van Noord-Kivu Robert Seninga en Bertin Kirivita. Weblink speciale kennisgeving van Interpol/VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/notice/search/une/5278464

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    Betrokken bij schendingen van het wapenembargo, in de vorm van steunverlening aan de RCD-G, met name door het beschikbaar stellen van vrachtwagens voor het transport van wapens en troepen, alsmede door het vervoer van wapens die worden verdeeld onder delen van de bevolking in Masisi en Rutshuru (Noord-Kivu) (begin 2005). Goma, met provinciale comités in Zuid-Kivu, West- en Oost-Kasai en Maniema. Officieel zijn alle activiteiten sinds 2008 opgeschort. In de praktijk zijn de kantoren van TPD sinds juni 2011 open en betrokken bij aangelegenheden in verband met de terugkeer van ontheemden, verzoeningsinitiatieven binnen de gemeenschap, regeling van grondgeschillen, en dergelijke.Voorzitter en vicevoorzitter van de TPD zijn respectievelijk Eugène Serufuli en Saverina Karomba. Belangrijke leden zijn ook de provincieraadsleden van Noord-Kivu Robert Seninga en Bertin Kirivita.

    ▼M21

    9.    UGANDA COMMERCIAL IMPEX (UCI) LTD

    Adres: a) Plot 22, Kanjokya Street, Kamwokya, Kampala, Uganda (Tel. +256 41 533 578/9), b) PO BOX 22 709 , Kampala, Uganda.

    Datum van plaatsing op de VN-lijst: 29 maart 2007.

    Andere informatie: Gouduitvoerbedrijf (directie: de heer Jamnadas V. LODHIA — bekend als “Chuni” en zijn zonen, de heren Kunal J. LODHIA en Jitendra J. LODHIA). In januari 2011 hebben de Ugandese autoriteiten het Comité ervan in kennis gesteld dat, nadat bepaalde financiële activa van Uganda Commercial Impex (UCI) waren vrijgesteld, Emirates Gold de schuld van dit bedrijf bij Crane Bank in Kampala heeft terugbetaald, waardoor de rekeningen van UCI konden worden afgesloten. De directie van UCI is betrokken gebleven bij het aankopen van goud uit het oostelijk deel van de DRC. Uganda Commercial Impex (UCI) Ltd heeft voor het laatst in 2013 een aangifte ingediend en is door de autoriteiten van de Republiek Uganda als “inactief — status inactief” aangemerkt. Weblink naar de speciale kennisgeving van Interpol en de VN-Veiligheidsraad: https://www.interpol.int/en/How-we-work/Notices/View-UN-Notices-Entities

    Aanvullende informatie uit de beschrijving van de redenen voor opneming op de lijst verstrekt door het Sanctiecomité:

    UCI kocht goud via reguliere handelsbetrekkingen met handelaren in de DRC die nauwe banden hadden met milities. Dit betekent dat er sprake was van het “leveren van hulp” aan illegale gewapende groeperingen, waarmee het wapenembargo van de Resoluties 1493 (2003) en 1596 (2005) is geschonden. Gouduitvoerbedrijf (voormalige directie: J.V. LODHIA, bekend als “Chuni”, en zijn zoon Kunal LODHIA). In januari 2011 hebben de Ugandese autoriteiten het Comité ervan in kennis gesteld dat, nadat bepaalde financiële activa van Uganda Commercial Impex (UCI) waren vrijgesteld, Emirates Gold de schuld van dit bedrijf bij Crane Bank in Kampala heeft terugbetaald, waardoor de rekeningen van UCI konden worden afgesloten. De voormalige eigenaar van UCI, J.V. Lodhia, en zijn zoon Kumal Lodhia, zijn nog altijd betrokken bij het aankopen van goud uit het oostelijk deel van de DRC.

    ▼M30




    BIJLAGE II

    LIJST VAN NATUURLIJKE PERSONEN OF RECHTSPERSONEN, ENTITEITEN OF LICHAMEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 3, LID 2

    A. 

    Personen



     

    Naam

    Informatie ter identificatie

    Redenen voor plaatsing op de lijst

    Datum van plaatsing op de lijst

    1

    Ilunga KAMPETE

    alias Gaston Hughes Ilunga Kampete; Hugues Raston Ilunga Kampete

    Geboortedatum: 24.11.1964

    Geboorteplaats: Lubumbashi, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Militair identiteitsnummer: 1-64-86-22311-29

    Adres: 69, avenue Nyangwile, Kinsuka Mimosa, Kinshasa/Ngaliema, DRC

    Geslacht: Man

    Als bevelhebber van de Republikeinse Garde (GR) was Ilunga Kampete tot april 2020 verantwoordelijk voor de eenheden van de GR die ter plaatse werden ingezet en betrokken waren bij het buitensporig gebruik van geweld en de gewelddadige repressie in september 2016 in Kinshasa.

    Hij was ook verantwoordelijk voor de repressie en mensenrechtenschendingen door GR-agenten, zoals de gewelddadige onderdrukking van een oppositiebijeenkomst in Lubumbashi in december 2018.

    Sinds juli 2020 is hij een hooggeplaatste militair, als luitenant-generaal in het Congolese leger (FARDC) en commandant van de militaire basis van Kitona in de provincie Kongo-Central. Gezien zijn functies draagt hij verantwoordelijkheid voor de recente mensenrechtenschendingen door het Congolese leger (FARDC).

    Ilunga Kampete was dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    12.12.2016

    2

    Gabriel Amisi KUMBA

    alias Gabriel Amisi Nkumba; “Tango Fort”; “Tango Four”

    Geboortedatum: 28.5.1964

    Geboorteplaats: Malela, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Militair identiteitsnummer: 1-64-87-77512-30

    Adres: 22, avenue Mbenseke, Ma Campagne, Kinshasa/Ngaliema, DRC

    Geslacht: Man

    Voormalig bevelhebber van de 1e defensiezone van het Congolese leger (FARDC), waarvan de manschappen deelnamen aan het buitensporig gebruik van geweld en de gewelddadige repressie in september 2016 in Kinshasa.

    Gabriel Amisi Kumba was van juli 2018 tot en met juli 2020 als adjunct-chef-staf FARDC verantwoordelijk voor operaties en inlichtingen.

    Sindsdien bekleedt hij de functie van inspecteur-generaal van het FARDC. Gezien zijn hogere functies draagt hij verantwoordelijkheid voor de recente mensenrechtenschendingen door het FARDC.

    Gabriel Amisi Kumba is dus betrokken geweest bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    12.12.2016

    3

    Célestin KANYAMA

    alias Kanyama Tshisiku Celestin; Kanyama Celestin Cishiku Antoine; Kanyama Cishiku Bilolo Célestin; “Esprit de mort”

    Geboortedatum: 4.10.1960

    Geboorteplaats: Kananga, DRC

    Nationaliteit: DRC

    DRC-paspoortnummer: OB0637580 (geldig van 20.5.2014 tot en met 19.5.2019)

    Aan hem werd Schengenvisum-nummer 011518403 verleend, afgegeven op 2.7.2016

    Adres: 56, avenue Usika, Kinshasa/Gombe, DRC

    Geslacht: Man

    Als commissaris van de Congolese nationale politie (PNC) was Célestin Kanyama verantwoordelijk voor het buitensporig gebruik van geweld en de gewelddadige repressie in september 2016 in Kinshasa.

    In juli 2017 werd Célestin Kanyama benoemd tot directeur-generaal van de nationale politiescholen.

    In oktober 2018, toen hij die functie bekleedde, hebben politieagenten journalisten geïntimideerd en van hun vrijheid beroofd na de publicatie van een reeks artikelen over de verduistering van rantsoenen voor politiecadetten en de rol van Célestin Kanyama hierin.

    Gezien zijn rol als hooggeplaatste PNC-functionaris die hij nog steeds behoudt, draagt hij verantwoordelijkheid voor de recente mensenrechtenschendingen door de PNC. Célestin Kanyama was dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    12.12.2016

    4

    John NUMBI

    alias John Numbi Banza Tambo; John Numbi Banza Ntambo; Tambo Numbi

    Geboortedatum: 16.8.1962

    Geboorteplaats: Jadotville-Likasi-Kolwezi, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Adres: 5, avenue Oranger, Kinshasa/Gombe, DRC

    Geslacht: Man

    John Numbi was van juli 2018 tot en met juli 2020 inspecteur-generaal van het Congolese leger (FARDC). Gezien zijn rol draagt hij verantwoordelijkheid voor de mensenrechtenschendingen door het FARDC in de periode tussen juli 2018 en juli 2020, zoals het buitensporige geweld tegen illegale mijnwerkers in juni en juli 2019 door FARDC-troepen die rechtstreeks onder zijn gezag stonden.

    John Numbi was dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    Tot begin 2021 behield John Numbi een invloedrijke positie in het FARDC, met name in Katanga, waar ernstige mensenrechtenschendingen door het FARDC zijn gemeld.

    John Numbi vormt nog steeds een bedreiging voor de mensenrechtensituatie in de DRC, met name in Katanga.

    12.12.2016

    5

    Evariste BOSHAB

    alias Evariste Boshab Mabub Ma Bileng

    Geboortedatum: 12.1.1956

    Geboorteplaats: Tete Kalamba, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Nummer diplomatiek paspoort: DP0000003 (geldig van 21.12.2015 tot en met 20.12.2020)

    Schengenvisum verstreken op 5.1.2017

    Adres: 3, avenue du Rail, Kinshasa/Gombe, DRC

    Geslacht: Man

    Als vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken en Veiligheid van december 2014 tot december 2016 was Evariste Boshab officieel verantwoordelijk voor de politie- en veiligheidsdiensten en voor het coördineren van de werkzaamheden van de provinciegouverneurs. In die hoedanigheid was hij verantwoordelijk voor arrestaties van activisten en oppositieleden, alsmede voor het buitensporige gebruik van geweld, onder meer bij betogingen in Kinshasa tussen september 2016 en december 2016, wat resulteerde in een groot aantal doden en gewonden onder de burgerbevolking.

    Evariste Boshab was dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    Evariste Boshab speelde ook een rol bij het uitbuiten en verergeren van de crisis in de Kasaï-regio, waar hij een invloedrijke positie behoudt, met name sinds hij in maart 2019 senator van Kasaï werd.

    29.5.2017

    6

    Alex Kande MUPOMPA

    alias Alexandre Kande Mupomba; alias Kande-Mupompa

    Geboortedatum: 23.9.1950

    Geboorteplaats: Kananga, DRC

    Nationaliteit: DRC en België

    DRC-paspoortnummer: OP0024910 (geldig van 21.3.2016 tot en met 20.3.2021)

    Adressen: Messidorlaan 217/25, 1180 Ukkel, België

    1, avenue Bumba, Kinshasa/Ngaliema, DRC

    Geslacht: Man

    Als gouverneur van Kasaï-Central tot en met oktober 2017 was Alex Kande Mupompa verantwoordelijk voor het buitensporig gebruik van geweld, de gewelddadige onderdrukking en de buitengerechtelijke executies door veiligheidstroepen en de Congolese nationale politie (PNC) in Kasaï-Central vanaf augustus 2016, waaronder executies in Dibaya in februari 2017.

    Alex Kande Mupompa was dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    Alex Kande Mupompa speelde ook een rol bij het uitbuiten en verergeren van de crisis in de Kasaï-regio, waarvan hij tot oktober 2019 vertegenwoordiger was en waar hij een invloedrijke positie behoudt via het Congrès des alliés pour l'action au Congo (CAAC), dat deel uitmaakt van het provinciaal bestuur van Kasaï.

    29.5.2017

    7

    Éric RUHORIMBERE

    alias Eric Ruhorimbere Ruhanga; alias “Tango Two”; alias “Tango Deux”

    Geboortedatum: 16.7.1969

    Geboorteplaats: Minembwe, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Militair identiteitsnummer: 1-69-09-51400-64

    DRC-paspoortnummer: OB0814241

    Adres: Mbujimayi, Kasai Province, DRC

    Geslacht: Man

    Als plaatsvervangend bevelhebber voor de 21e militaire regio van september 2014 tot juli 2018 was Éric Ruhorimbere verantwoordelijk voor het buitensporige gebruik van geweld en buitengerechtelijke executies door het Congolese leger, met name tegen de Nsapu-militie en tegen vrouwen en kinderen.

    Éric Ruhorimbere is sinds juli 2018 bevelhebber van de operationele sector Nord Equateur. Gezien zijn rol draagt hij verantwoordelijkheid voor de recente mensenrechtenschendingen door de FARDC.

    Éric Ruhorimbere was dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    29.5.2017

    8

    Emmanuel Ramazani SHADARY

    alias Emmanuel Ramazani Shadari Mulanda; Shadary

    Geboortedatum: 29.11.1960

    Geboorteplaats: Kasongo, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Adres: 28, avenue Ntela, Mont Ngafula, Kinshasa, DRC

    Geslacht: Man

    Als vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken en Veiligheid tot februari 2018 was Emmanuel Ramazani Shadary officieel verantwoordelijk voor de politie- en veiligheidsdiensten en voor het coördineren van de werkzaamheden van de provinciale gouverneurs. In die hoedanigheid was hij verantwoordelijk voor de arrestaties van activisten en oppositieleden, alsmede voor het buitensporige gebruik van geweld, zoals het gewelddadige optreden tegen leden van de beweging Bundu Dia Kongo (BDK) in Kongo-Central, de onderdrukking in Kinshasa in januari en februari 2017, en het buitensporige gebruik van geweld en de gewelddadige onderdrukking in de Kasaï-provincies.

    In die hoedanigheid was Emmanuel Ramazani Shadary dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    Emmanuel Ramazani Shadary is sinds februari 2018 secretaris-generaal van de Parti du peuple pour la reconstruction et le développement (PPRD), die tot december 2020 de belangrijkste partij was van de coalitie van voormalig president Joseph Kabila.

    In die hoedanigheid verklaarde hij in juli 2022 dat de PPRD klaarstond om mee te doen aan de presidentsverkiezingen in 2023.

    29.5.2017

    9

    Kalev MUTONDO

    alias Kalev Katanga Mutondo; Kalev Motono; Kalev Mutundo; Kalev Mutoid; Kalev Mutombo; Kalev Mutond; Kalev Mutondo Katanga; Kalev Mutund

    Geboortedatum: 3.3.1957

    Nationaliteit: DRC

    DRC-paspoortnummer: DB0004470 (geldig van 8.6.2012 tot en met 7.6.2017)

    Adres: 24, avenue Ma Campagne, Kinshasa, DRC

    Geslacht: Man

    Als hoofd van de nationale inlichtingendienst (ANR) tot februari 2019 was Kalev Mutondo betrokken bij en verantwoordelijk voor de willekeurige arrestatie, detentie en mishandeling van oppositieleden, activisten uit het maatschappelijk middenveld en anderen.

    Kalev Mutondo was dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    In mei 2019 ondertekende hij een verklaring van trouw aan Joseph Kabila in het verleden en in de toekomst, en hij blijft zijn naaste medestander.

    Tot begin 2021 oefende Kalev Mutondo een hoge mate van politieke invloed uit in zijn rol als “politiek adviseur” van de premier van de DRC.

    Hij zou nog steeds invloed hebben op bepaalde delen van de veiligheidstroepen.

    29.5.2017

    ▼M29

    10

    Ruvugayimikore PROTOGÈNE

    Aliassen: Ruhinda, Gaby Ruhinda, Zorro Midende

    Geboortedatum: 1968 of 1969

    Geslacht: man

    Functie of beroep: leider van de Democratische Strijdkrachten voor de Bevrijding van Rwanda — Forces Combattantes Abacunguzi (FDLR-FOCA); leider van de Maccabé-groep (voorheen Commando de recherche et d'action en profondeur (CRAP)) van de FDLR-FOCA

    Ruvugayimikore Protogène is een leider van de Democratische Strijdkrachten voor de Bevrijding van Rwanda — Forces Combattantes Abacunguzi (FDLR-FOCA), een niet-gouvernementele gewapende groepering die actief is in het oosten van de DRC. Hij staat met name aan het hoofd van de Maccabé-groep (voorheen bekend als de Commando de recherche et d'action en profondeur (CRAP)) van de FDLR-FOCA.

    De FDLR-FOCA, met inbegrip van de Maccabé-groep, dragen bij aan het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC, met name door geweldpleging en ernstige mensenrechtenschendingen, waaronder aanvallen op burgers, executies, geweld tegen kinderen, verkrachtingen en andere daden van seksueel geweld.

    Gezien zijn leidinggevende functie in de FDLR-FOCA, is Ruvugayimikore Protogène dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen. Hij is ook verantwoordelijk voor het in stand houden van het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC.

    8.12.2022

    11

    Meddie NKALUBO

    Aliassen: Mohammed Ali Nkalubo, Abul Jihad, Punny Boy

    Geboortedatum: 1991, 1992 of 1993

    Nationaliteit: Uganda

    Geslacht: man

    Functie of beroep: hooggeplaatste leider van de Geallieerde Democratische Strijdkrachten

    Meddie Nkalubo is een hooggeplaatste leider van de Geallieerde Democratische Strijdkrachten (ADF), een niet-gouvernementele gewapende groepering die actief is in Uganda en het oosten van de DRC. Hij wordt aangeduid als iemand met diverse verantwoordelijkheden binnen de ADF, waaronder communicatie en propaganda, rekrutering, vervaardiging van wapens, en de toenadering tot ISIL (Da’esh).

    De ADF dragen bij aan het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC (meer bepaald in de provincies Ituri en Noord-Kivu), met name door geweldpleging en ernstige mensenrechtenschendingen, waaronder aanvallen op burgers, executies en ontvoering.

    Gezien zijn leidinggevende functie en diverse verantwoordelijkheden in de ADF, is Meddie Nkalubo dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen. Hij is ook verantwoordelijk voor het in stand houden van het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC.

    8.12.2022

    12

    Justin BITAKWIRA

    Alias: Bihona-Hayi

    Geboortedatum: 5.12.1960

    Geboorteplaats: Lemera, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Geslacht: man

    Functie of beroep: Politicus, voormalig nationaal minister en voorzitter van de Alliantie voor de republiek en het nationale bewustzijn.

    Justin Bitakwira is een Congolees politicus, voormalig minister van de regering en lid van de politieke partij “Unie voor de Congolese natie”.

    In zijn openbare toespraken heeft hij herhaaldelijk opgeroepen tot geweld en aangezet tot discriminatie en vijandigheid ten opzichte van de Banyamulenge-gemeenschap, die het mikpunt is geweest van aanvallen door gewapende groeperingen.

    Die opruiende toespraken en discours zijn olie op het vuur voor het conflict en het geweld in de DRC, met name in de regio Hauts-Plateaux, waar conflicten tussen gemeenschappen woeden.

    Justin Bitakwira is dus verantwoordelijk voor het in stand houden van het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC door aan te zetten tot geweld.

    8.12.2022

    13

    Joseph Nganzo Olikwa TIPI

    Aliassen: Colonel Tipi Ziro Ziro, Joseph Ngadjole, Joseph Nganzole Olikwa

    Geboortedatum: 10.11.1977

    Geboorteplaats: Bunia Fataki, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Geslacht: man

    Rang: kolonel bij de FARDC

    Functie: plaatsvervangend bevelhebber van de 12e snellereactiebrigade in Minembwe, voormalig bevelhebber van het 312e bataljon van de 31e hoofddefensiebrigade

    Militair identiteitsnr.: 1-77-96-32692-76

    Joseph Nganzo Olikwa Tipi was tot januari 2022 bevelhebber van het 312e bataljon van de 31e hoofddefensiebrigade van de strijdkrachten van de Democratische Republiek Congo (FARDC).

    Onder zijn bevel en verantwoordelijkheid hebben strijdkrachten van het 312e bataljon tussen juni en december 2021 aanvallen op burgers uitgevoerd en ernstige mensenrechtenschendingen gepleegd, met name verkrachtingen van vrouwen.

    Als kolonel en plaatsvervangend bevelhebber van de 12e snellereactiebrigade in Minembwe (Zuid-Kivu) is Joseph Nganzo Olikwa Tipi nog steeds een hogere officier in de FARDC.

    Gezien zijn functies draagt hij verantwoordelijkheid voor recente mensenrechtenschendingen door de FARDC.

    Joseph Nganzo Olikwa Tipi is dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen.

    8.12.2022

    14

    Désiré LONDROMA NDJUKPA

    Alias: Désiré Lokana Lokanza

    Geslacht: man

    Functie of beroep: defensieambtenaar van de CODECO/URDPC (“belast met defensie”)

    Désiré Londroma Ndjukpa is een leider van de Coöperatie voor de ontwikkeling van Congo/Revolutionaire unie voor de verdediging van het Congolese volk (CODECO/URDPC), geïdentificeerd als de defensieambtenaar ervan (“belast met defensie”), en medeleider van de politieke vleugel.

    De groep CODECO/URDPC is een niet-gouvernementele gewapende groepering die actief is in het oosten van de DRC en bijdraagt aan het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC, met name door geweldpleging en ernstige mensenrechtenschendingen, zoals executies, seksueel geweld en aanvallen op burgers, waaronder aanvallen op kampen voor binnenlands ontheemden tussen medio november 2021 en februari 2022, in het bijzonder gericht op de Hema-gemeenschap.

    Gezien zijn leidinggevende functie in de groep CODECO/URDPC, is Londroma Ndjukpa dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen. Hij is ook verantwoordelijk voor het in stand houden van het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC.

    8.12.2022

    15

    Willy NGOMA

    Alias: Major Willy NGOMA

    Geslacht: man

    Functie of beroep: woordvoerder van de “Beweging 23 maart”/het Congolese revolutionaire leger (M23/ARC)

    Willy Ngoma bekleedt de leidinggevende functie van woordvoerder van de “Beweging 23 maart”/het Congolese revolutionaire leger (M23/ARC), een niet-gouvernementele gewapende groepering die actief is in het oosten van de DRC.

    De M23/ARC draagt bij aan het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC, met name door geweldpleging en ernstige mensenrechtenschendingen, waaronder executies, aanvallen en seksueel geweld tegen burgers.

    Gezien zijn leidinggevende functie in M23/ARC is Willy Ngoma dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen. Hij is ook verantwoordelijk voor het in stand houden van het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC.

    8.12.2022

    16

    William YAKUTUMBA

    Geboortedatum: 1970

    Geboorteplaats: Lunbondia, Zuid-Kivu, DRC

    Nationaliteit: DRC

    Geslacht: man

    Functie of beroep: leider van de Coalition Nationale du Peuple pour la Souveranité du Congo (CNPSC); oprichter en leider van de militie Mai-Mai Yakutumba.

    William Yakutumba is de secretaris-generaal en bevelhebber van de Coalition Nationale du Peuple pour la Souverainité du Congo (CNPSC), een coalitie van de zogenaamde Mai-Mai-milities in de provincie Zuid-Kivu in de DRC. Hij is de oprichter en leider van een van de grootste milities van die coalitie, de Mai-Mai Yakutumba.

    De Mai-Mai Yakutumba draagt bij aan het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC, met name door geweldpleging en ernstige mensenrechtenschendingen, waaronder bloedbaden op de bevolking van dorpen, aanvallen op burgers, verkrachtingen en andere daden van seksueel geweld.

    De Mai-Mai Yakutumba controleert ook goudmijnen in het oosten van de DRC, samen met leden van de CNPSC die de mijnbouwroutes controleren. Zij trekken profijt van de illegale ontginning van en handel in goud. De Mai-Mai Yakutumba gebruikt de met die handel gemaakte winsten om zijn gewapende activiteiten te financieren.

    Gezien zijn leidinggevende functie in de CNPSC en in de militie Mai-Mai Yakutumba is Willy Ngoma dus betrokken bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen in de DRC die ernstige mensenrechtenschendingen vormen. Hij is ook verantwoordelijk voor het in stand houden en exploiteren van het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC, onder meer door de illegale ontginning van en handel in natuurlijke hulpbronnen.

    8.12.2022

    17

    Alain, François, Viviane GOETZ

    Geboortedatum: 24.4.1965

    Geboorteplaats: Deurne, Antwerpen, België

    Nationaliteit: België

    Geslacht: man

    Alain Goetz is een zakenman en de uiteindelijke begunstigde en voormalig directeur van African Gold Refinery Ltd., gevestigd in Uganda.

    African Gold Refinery Limited ontvangt, koopt, raffineert en verhandelt sinds 2016 illegaal goud van oorsprong uit mijnen in de DRC die worden gecontroleerd door niet-gouvernementele gewapende groeperingen, waaronder de Mai-Mai Yakutumba en Raia Mutomboki, die betrokken zijn bij destabiliserende activiteiten in de provincie Zuid-Kivu.

    Alain Goetz exploiteert derhalve het gewapende conflict, de instabiliteit en de onveiligheid in de DRC door de illegale ontginning van en handel in natuurlijke hulpbronnen.

    8.12.2022

    ▼M30

    Β. 

    Entiteiten



    ( 1 ) PB L 335 van 13.12.2008, blz. 99.

    ( 2 ) Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz.39).

    Top