Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02008D0941-20100817

    Consolidated text: Beschikking van de Commissie van 8 december 2008 betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten (Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 7803) (Voor de EER relevante tekst) (2008/941/EG)

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2008/941/2010-08-17

    2008D0941 — NL — 17.08.2010 — 001.001


    Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

    ►B

    BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

    van 8 december 2008

    betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 7803)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2008/941/EG)

    (PB L 335, 13.12.2008, p.91)

    Gewijzigd bij:

     

     

    Publicatieblad

      No

    page

    date

    ►M1

    BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 13 augustus 2010

      L 216

    19

    17.8.2010




    ▼B

    BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

    van 8 december 2008

    betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 7803)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2008/941/EG)



    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen ( 1 ), en met name op artikel 8, lid 2, vierde alinea,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG bepaalt dat een lidstaat gedurende een periode van twaalf jaar na de kennisgeving van die richtlijn mag toelaten dat gewasbeschermingsmiddelen die niet in bijlage I bij die richtlijn opgenomen werkzame stoffen bevatten en die twee jaar na de datum van kennisgeving van de richtlijn reeds op de markt zijn, op zijn grondgebied op de markt worden gebracht terwijl deze stoffen in het kader van een werkprogramma geleidelijk worden onderzocht.

    (2)

    Bij de Verordeningen (EG) nr. 1112/2002 ( 2 ) en (EG) nr. 2229/2004 ( 3 ) van de Commissie zijn de bepalingen voor de uitvoering van de vierde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG vastgesteld en is een lijst opgesteld van werkzame stoffen die moeten worden onderzocht met het oog op hun eventuele opneming in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. De in de bijlage bij deze beschikking opgenomen stoffen komen op die lijst voor.

    (3)

    Binnen twee maanden na ontvangst van het ontwerp-evaluatieverslag hebben de betrokken kennisgevers hun steun voor de opneming van die stoffen overeenkomstig artikel 24 sexies van Verordening (EG) nr. 2229/2004 vrijwillig ingetrokken.

    (4)

    De Commissie heeft de ontwerp-evaluatieverslagen, de aanbevelingen van de als rapporteur optredende lidstaten en de opmerkingen van de andere lidstaten onderzocht en is tot de conclusie gekomen dat de artikelen 24 ter en 24 septies niet van toepassing zijn. Bijgevolg is artikel 24 sexies van toepassing.

    (5)

    De in de bijlage bij deze beschikking vermelde stoffen mogen daarom niet worden opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG.

    (6)

    Aangezien de niet-opneming van deze stoffen niet is gebaseerd op het bestaan van duidelijke aanwijzingen van schadelijke uitwerkingen, als vastgesteld in bijlage VII bij Verordening (EG) nr. 2229/2004, moeten de lidstaten de mogelijkheid hebben om overeenkomstig artikel 25, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2229/2004 de toelatingen te handhaven tot en met 31 december 2010.

    (7)

    De looptijd van eventuele door de lidstaten toegestane termijnen voor de verwijdering, de opslag, het op de markt brengen en het gebruik van bestaande voorraden gewasbeschermingsmiddelen die de in de lijst vermelde stoffen bevatten, moet worden beperkt tot twaalf maanden, zodat de bestaande voorraden nog gedurende één extra groeiseizoen mogen worden gebruikt.

    (8)

    Deze beschikking laat de indiening van een nieuwe aanvraag overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG en Verordening (EG) nr. 33/2008 van de Commissie van 17 januari 2008 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de uitvoering van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad met betrekking tot een normale en een versnelde procedure voor de beoordeling van werkzame stoffen die deel uitmaakten van het in artikel 8, lid 2, van die richtlijn bedoelde werkprogramma, maar niet in bijlage I ervan zijn opgenomen ( 4 ), volgens de versnelde procedure als bedoeld in de artikelen 13 tot en met 22 van die verordening onverlet.

    (9)

    De artikelen 13 tot en met 22 van Verordening (EG) nr. 33/2008 voorzien in een versnelde procedure voor een dergelijke nieuwe aanvraag. Die procedure stelt de kennisgevers wier stof op grond van hun intrekking niet in de lijst is opgenomen, in staat een nieuwe aanvraag in te dienen overeenkomstig de versnelde procedure van Verordening (EG) nr. 33/2008. Bij de indiening van de nieuwe aanvraag in het kader van deze procedure mogen kennisgevers alleen de aanvullende gegevens verstrekken die nodig zijn voor het onderzoek van de specifieke kwesties waarvoor tijdens de risicobeoordeling nadere informatie nodig werd geoordeeld. De kennisgever heeft het ontwerp-evaluatieverslag ontvangen waarin die gegevens worden aangegeven.

    (10)

    De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:



    Artikel 1

    De in de bijlage bij deze beschikking vermelde stoffen worden niet als werkzame stoffen opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG.

    Artikel 2

    De lidstaten trekken de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die een of meer van de in de bijlage opgenomen stoffen bevatten, uiterlijk op 31 december 2010 in.

    ▼M1

    De uiterste datum voor de intrekking van die toelatingen door de lidstaten is echter 31 december 2011 wanneer een aanvraag is ingediend volgens de versnelde procedure als bedoeld in de artikelen 14 tot en met 19 van Verordening (EG) nr. 33/2008.

    ▼B

    Artikel 3

    Eventuele extra termijnen die door de lidstaten worden toegestaan overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, lid 6, van Richtlijn 91/414/EEG, moeten uiterlijk op 31 december 2011 verstrijken.

    ▼M1

    Deze extra termijn verstrijkt echter uiterlijk op 31 december 2012 wanneer een aanvraag is ingediend volgens de versnelde procedure als bedoeld in de artikelen 14 tot en met 19 van Verordening (EG) nr. 33/2008.

    ▼B

    Artikel 4

    Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.




    BIJLAGE



    LIJST VAN WERKZAME STOFFEN ALS BEDOELD IN ARTIKEL 1

    Werkzame stof

    Ontwerp-evaluatieverslag aan de kennisgever meegedeeld op

    1-Decanol

    7 april 2008

    6-Benzyladenine

    25 februari 2008

    Aluminiumsulfaat

    31 maart 2008

    Azadirachtin

    18 februari 2008

    Bromadiolon

    11 juli 2008

    Ethoxyquine

    13 maart 2008

    Vetalcoholen

    3 april 2008

    Indolylazijnzuur

    13 maart 2008

    Indolylboterzuur

    13 maart 2008

    Californische pap

    31 maart 2008

    Naftylazijnzuur

    3 maart 2008

    1-Naftylacetamide

    3 maart 2008

    Propisochlor

    16 mei 2008

    Kwassiehout

    17 maart 2008

    Zinkfosfide

    11 juli 2008



    ( 1 ) PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1.

    ( 2 ) PB L 168 van 27.6.2002, blz. 14.

    ( 3 ) PB L 379 van 24.12.2004, blz. 13.

    ( 4 ) PB L 15 van 18.1.2008, blz. 5.

    Top