Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2007/095/45

Zaak C-98/07: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Højesteret (Denemarken) op 21 februari 2007 — Nordania Finans A/S en BG Factoring A/S/Skatteministerie

PB C 95 van 28.4.2007, p. 25–25 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

28.4.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 95/25


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Højesteret (Denemarken) op 21 februari 2007 — Nordania Finans A/S en BG Factoring A/S/Skatteministerie

(Zaak C-98/07)

(2007/C 95/45)

Procestaal: Deens

Verwijzende rechter

Højesteret

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Nordania Finans A/S en BG Factoring A/S

Verwerende partij: Skatteministerie

Prejudiciële vraag

„Moet de uitdrukking „investeringsgoederen welke door de belastingplichtige in het kader van zijn onderneming worden gebruikt ”in artikel 19, lid 2, van de Zesde richtlijn 77/388/EEG (1) van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag, aldus worden uitgelegd dat zij mede goederen omvat die een lease-onderneming koopt voor zowel leasingdoeleinden als wederverkoop na afloop van het leasecontract?”


(1)  PB L 145, blz. 1.


Top