Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62016CJ0336

    Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 februari 2018.
    Europese Commissie tegen Republiek Polen.
    Niet-nakoming – Richtlijn 2008/50/EG – Luchtkwaliteit – Artikel 13, lid 1 – Artikel 22, lid 3 – Bijlage XI – PM10‑concentraties in de lucht – Overschrijding van de grenswaarden in bepaalde zones en agglomeraties – Artikel 23, lid 1 – Luchtkwaliteitsplannen – ‚Zo kort mogelijke’ periode van overschrijding – Ontbreken van passende maatregelen in de programma’s voor bescherming van de luchtkwaliteit – Onjuiste uitvoering.
    Zaak C-336/16.

    Court reports – general – 'Information on unpublished decisions' section

    Zaak C‑336/16

    Europese Commissie

    tegen

    Republiek Polen

    „Niet-nakoming – Richtlijn 2008/50/EG – Luchtkwaliteit – Artikel 13, lid 1 – Artikel 22, lid 3 – Bijlage XI – PM10‑concentraties in de lucht – Overschrijding van de grenswaarden in bepaalde zones en agglomeraties – Artikel 23, lid 1 – Luchtkwaliteitsplannen – ‚Zo kort mogelijke’ periode van overschrijding – Ontbreken van passende maatregelen in de programma’s voor bescherming van de luchtkwaliteit – Onjuiste uitvoering”

    Samenvatting – Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 februari 2018

    1. Beroep wegens niet-nakoming–Voorwerp van het geding–Vaststelling tijdens de precontentieuze procedure–Aanpassing wegens wijziging van het Unierecht–Toelaatbaarheid–Voorwaarden

      (Art. 258 VWEU; richtlijn 2008/50 van het Europees Parlement en de Raad, art. 13, lid 1, en bijlage XI; richtlijn 1999/30 van de Raad, art. 5, en bijlage III)

    2. Beroep wegens niet-nakoming–Voorwerp van het geding–Vaststelling tijdens de precontentieuze procedure–Inaanmerkingneming van feiten die zich na de uitbrenging van het met redenen omkleed advies hebben voorgedaan–Voorwaarden–Feiten van dezelfde aard en die dezelfde gedraging opleveren als de oorspronkelijk bedoelde feiten

      (Art. 258 VWEU)

    3. Milieu–Luchtverontreiniging–Luchtkwaliteit–Richtlijn 2008/50–Grenswaarden voor de bescherming van de volksgezondheid–Overschrijding–Niet-nakoming

      (Art. 258 VWEU; richtlijn 2008/50 van het Europees Parlement en de Raad, art. 13, lid 1, eerste alinea, en bijlage XI)

    4. Milieu–Luchtverontreiniging–Luchtkwaliteit–Richtlijn 2008/50–Overschrijding van de grenswaarden inzake luchtkwaliteit–Verplichting om een plan op te stellen om dit te verhelpen–Vaststelling van een niet-nakoming–Beoordelingscriteria

      (Richtlijn 2008/50 van het Europees Parlement en de Raad, art. 23, lid 1, tweede alinea)

    5. Milieu–Luchtverontreiniging–Luchtkwaliteit–Richtlijn 2008/50–Overschrijding van de grenswaarden inzake luchtkwaliteit–Verplichting om een plan op te stellen om dit te verhelpen–Termijn–Vaststelling van een buitensporig lange periode–Ontoelaatbaarheid–Niet-nakoming

      (Richtlijn 2008/50 van het Europees Parlement en de Raad, art. 23, lid 1)

    6. Handelingen van de instellingen–Richtlijnen–Uitvoering door de lidstaten–Noodzaak van duidelijke en nauwkeurige uitvoering

      (Art. 288, derde alinea, VWEU; richtlijn 2008/50 van het Europees Parlement en de Raad)

    1.  Zie de tekst van de beslissing.

      (zie punten 44‑46)

    2.  Zie de tekst van de beslissing.

      (zie punten 47‑49)

    3.  Zie de tekst van de beslissing.

      (zie punten 61, 62)

    4.  De luchtkwaliteitsplannen kunnen alleen worden vastgesteld op basis van een belangenevenwicht tussen de doelstelling van verkleining van het risico van vervuiling en de verschillende betrokken openbare en particuliere belangen. Uit het feit dat een lidstaat de grenswaarden voor PM10‑concentraties in de lucht overschrijdt, kan bijgevolg op zich niet worden afgeleid dat die lidstaat zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 23, lid 1, tweede alinea, van richtlijn 2008/50 betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa niet is nagekomen.

      Uit deze bepaling volgt immers dat de lidstaten weliswaar over een zekere beoordelingsruimte beschikken om te bepalen welke maatregelen zij zullen vaststellen, doch deze moeten hoe dan ook van dien aard zijn dat de periode van overschrijding van de grenswaarden daarmee zo kort mogelijk kan worden gehouden. In die omstandigheden dient op basis van een beoordeling per geval te worden nagegaan of de door de betrokken lidstaat opgestelde plannen in overeenstemming zijn met artikel 23, lid 1, tweede alinea, van richtlijn 2008/50.

      (zie punten 93‑96)

    5.  Een lidstaat die luchtkwaliteitsplannen heeft aangenomen om een eind te maken aan overschrijdingen van de grenswaarden voor PM10‑concentraties in de lucht met daarin termijnen van tien of zelfs veertien jaar nadat deze overschrijdingen zijn vastgesteld, komt de verplichtingen niet na die op hem rusten krachtens artikel 23, lid 1, van richtlijn 2008/50 betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa.

      Hoewel het in dat verband juist is dat in het kader van een evenwicht tussen de doelstelling van verkleining van het risico van vervuiling en de verschillende openbare en particuliere belangen, rekening kan worden gehouden met de moeilijkheden op sociaal-economisch en budgettair vlak waar de betrokken lidstaat mee te maken krijgt als gevolg van de te verrichten omvangrijke technische investeringen teneinde de genoemde overschrijdingen te beëindigen, zijn dergelijke toch niet uitzonderlijke moeilijkheden niet van dien aard dat geen kortere termijnen hadden kunnen worden vastgesteld. Hieruit volgt dat een dergelijk argument op zich geen zo lange termijnen om een eind aan de genoemde overschrijdingen te maken kan rechtvaardigen, gelet op de verplichting om ervoor te zorgen dat de periode van overschrijding zo kort mogelijk wordt gehouden.

      (zie punten 99‑102)

    6.  Zie de tekst van de beslissing.

      (zie punt 120)

    Top