EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62014CJ0226

Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 2 juni 2016.
Eurogate Distribution GmbH tegen Hauptzollamt Hamburg-Stadt en DHL Hub Leipzig GmbH tegen Hauptzollamt Braunschweig.
Prejudiciële verwijzing – Belasting over de toegevoegde waarde – Regeling douane-entrepot – Regeling extern douanevervoer – Ontstaan van een douaneschuld naar aanleiding van de niet-nakoming van een verplichting – Opeisbaarheid van de belasting over de toegevoegde waarde.
Gevoegde zaken C-226/14 en C-228/14.

Court reports – general

Gevoegde zaken C‑226/14 en C‑228/14

Eurogate Distribution GmbH

tegen

Hauptzollamt Hamburg-Stadt

en

DHL Hub Leipzig GmbH

tegen

Hauptzollamt Braunschweig

(verzoeken om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Finanzgericht Hamburg)

„Prejudiciële verwijzing — Belasting over de toegevoegde waarde — Regeling douane-entrepot — Regeling extern douanevervoer — Ontstaan van een douaneschuld naar aanleiding van de niet-nakoming van een verplichting — Opeisbaarheid van de belasting over de toegevoegde waarde”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 2 juni 2016

  1. Harmonisatie van de belastingwetgeving – Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde – Belastbare handelingen – Invoer van goederen – Wederuitvoer van goederen als niet-communautaire goederen – Goederen die aan de douaneregelingen zijn onttrokken wegens de wederuitvoer ervan – Onverschuldigde belasting – Douaneschuld uitsluitend op basis van artikel 204 van verordening nr. 2913/92 ontstaan – Geen invloed

    (Verordening nr. 2913/92 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 648/2005, art. 204; richtlijn 77/388 van de Raad, zoals gewijzigd bij richtlijn 2004/66, art. 7, lid 3)

  2. Douaneunie – Invoerrechten – Restitutie – Omvang – Belasting over de toegevoegde waarde – Daarvan uitgesloten – Belasting die wettelijk niet verschuldigd was

    (Verordening nr. 2913/92 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 648/2005, art. 204 en 236, lid 1; richtlijn 2006/112 van de Raad, art. 60 en 61)

  1.  Artikel 7, lid 3, van de Zesde richtlijn (77/388) betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting, zoals gewijzigd bij richtlijn 2004/66, moet in die zin worden uitgelegd dat de belasting over de toegevoegde waarde over goederen die als niet-communautaire goederen worden wederuitgevoerd, niet is verschuldigd wanneer de betrokken goederen niet aan de in die bepaling bedoelde douaneregelingen zijn onttrokken op de datum van de wederuitvoer ervan, maar naar aanleiding van deze wederuitvoer aan deze regelingen zijn onttrokken, zelfs indien uitsluitend op grond van artikel 204 van verordening nr. 2913/92 tot vaststelling van het communautair douanewetboek, zoals gewijzigd bij verordening nr. 648/2005, een douaneschuld is ontstaan.

    (cf. punt 71, dictum 1)

  2.  Artikel 236, lid 1, van verordening nr. 2913/92 tot vaststelling van het communautair douanewetboek, zoals gewijzigd bij verordening nr. 648/2005, gelezen in samenhang met het bepaalde van richtlijn 2006/112 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, moet in die zin worden uitgelegd dat in een situatie waarin de betrokken goederen onder de regeling extern douanevervoer zijn gebleven tot de datum de wederuitvoer ervan, aangezien geen belasting over de toegevoegde waarde verschuldigd is over goederen die als niet-communautaire goederen zijn wederuitgevoerd wanneer deze goederen niet aan de douaneregelingen van artikel 61 van deze richtlijn zijn onttrokken, zelfs niet indien uitsluitend op grond van artikel 204 van verordening nr. 2913/92, zoals gewijzigd bij verordening nr. 648/2005, een douaneschuld is ontstaan, geen enkele belastingplichtige voor de belasting over de toegevoegde waarde bestaat. Artikel 236 van deze verordening moet in die zin worden uitgelegd dat het geen toepassing kan vinden in situaties die betrekking hebben op de teruggave van de belasting over de toegevoegde waarde.

    (cf. punt 83, dictum 2)

Top